Het stroomgebied van de Kleine Nete beslaat een oppervlakte van 815 km2. De belangrijkste zijrivieren zijn de wamp, de Aa en de Molenbeek- Bollaak. De Kleine Nete heeft eigenlijk geen bron. Ze ontstaat uit een waaier van kleinere beekjes op het grondgebied van de landelijke gemeenten Arendonk, Retie, Dessel, Mol en Kasterlee. Deze beekjes worden op hun beurt gevoed door regenwater dat via talloze greppels uit het omliggende landschap wordt verzameld. Via bevoeiingsgrachten en zandwinningsplassen wordt het van nature licht zure beekwater vermengd met kalkrijk water uit de Kempense kanalen. Dit schept het biotoop voor een soortenrijke visfauna. de Kleine Nete herbergt immers meer dan dertig vissoorten. Een aantal ervan zijn in Vlaanderen uiterst zeldzaam geworden zoals de grote en de kleine modderkruiper, de rivierdonderpad, de serpeling en de beekprik.
![Click to visit ImageShack for Image Hosting!](http://img398.imageshack.us/img398/2088/101105lierkleinenetevalleismal.jpg) De Kleine Nete vallei
|