Vlijtig Liesje is uitgeroepen tot de balkonplant van het jaar en dat is een terechte keuze. De plant is ijzersterk, bloeit meer dan een half jaar en hoeft niet eens in de volle zon te staan. Ook langdurige regen vindt vlijtig Liesje geen probleem.
Vlijtig Liesje is een zorgeloze plant. De naam vlijtig dankt de plant ongetwijfeld aan de overvloed van bloemen die onvermoeibaar verschijnen. Zijn officiële naam is Impatiens. In potten, bakken en in de volle grond is het een ideale plant
Tip:
Zo uit de vensterbank op het bord. Dat kan met de bloembladen van vlijtig Liesje. Verrukkelijk door de radijsachtige smaak. Goed te gebruiken als garnering van salades.
Petunia is een geslacht met veel gekweekte soorten bloeiende planten uit de nachtschadefamilie. Veel van de in tuinen voorkomende petunia soorten zijn hybriden. Het geslacht is nauw verwant aan Nicotiana. De naam zou zelfs van het Braziliaanse woord petun (=tabak) zijn afgeleid.
Chrysantemum Frutescens: De oorsprong van chrysanthemum Grieks voor gouden bloem ligt waarschijnlijk in China of Japan. In legenden uit die werelddelen speelt chrysanthemum een belangrijke rol, steeds in de goudkleurige variant. De bloem die inmiddels in ontelbare variaties en kleuren gekweekt wordt was tien eeuwen lang het beeldmerk van het Japanse keizerrijk. In het Japan van nu staat chrysant nog altijd symbool voor een lang leven. In het Christelijke geloof speelt de witte variant een belangrijke rol; Duitsers halen met kerst witte chrysanten in huis om daarmee symbolisch onderdak te geven aan het kindje Jezus. Ook Allerheiligen is een hoogtijdag voor chrysant. Dit bijzondere cultuurgewas met zijn eeuwenoude geschiedenis doet het nog altijd goed in het moderne boeket. De chrysant is voor dit thema gekozen vanwege de betaalbaarheid en de mooie groene kleurvariaties. De bloem is jaarrond op de markt.
Platycodon Astra (Ballonklokje): Het ballonklokje of Chinees klokje (Platycodon grandiflorus) behoort tot de klokjesachtigen (Campanulaceae). Van oorsprong komt dit geslacht uit Japan, China, Oost-Siberië en Korea. De hoofdbloei valt in juni - augustus. Een ballonklokje wordt veertig tot zestig centimeter hoog. Plant op een onderlinge afstand van dertig centimeter in humusrijke, goed water doorlatende grond. De humus in de grond is belangrijk om voldoende water vast te houden. Het ballonklokje heeft dat nodig. Het ballonklokje dankt zijn naam aan de opgeblazen bloemknop, voordat deze opengaat. Het is een echt sierlijke ballonvorm. De bloemen zijn vijf tot acht centimeter groot. Ze zijn alleenstaand of komen in trossen voor. De bladen staan in kransen of tegenoverstaand. De bovenste bladen staan verspreid. De bladen zijn groen, maar hebben een blauwe waas daarover.