Sterke verhalen over reizen, pikant eten , en veel van dies meer
19-02-2007
De schildpad en de haas
Tijdens mijn werkzaamheden destijds in Korea werd ik rond gereden in een auto met chauffeur.
t was wel een klein autootje en met een manke Koreaanse chauffeur maar stijl had het wel.
De chauffeur was er gedurende de werkdagen, de andere dagen mochten we de auto houden en zelf rijden.
Dit betekende ook dat rijden in de hoofdstad Seoul en omstreken tijdens de weekends zeer gevaarlijk was...voor de Koreanen.
Nu, daar gaat het hier nu niet over maar over mijn chauffeur: mister OH...
OH was zijn familienaam wat zoveel betekent als vis...Mijnheer VIS.
Tijdens onze ritten van en naar het werk babbelden over van alles en nog wat en soms vertelden we wel eens sprookjes aan mekaar.
Ik vertelde van Hansje en Grietje en van de zeven geitjes en hij vertelde dan van de schildpad en de haas.
Niet van die haas die eerst een slaapje ging doen en dacht dat hij tijd genoeg had om de koers te winnen van de landschildpad, maar over een zeeschildpad en een gewone haas. ( The turtle and the hare )
Er was eens een haas, zo beginnen vele sprookjes, een uiltje aan het vangen aan de rand van de zee...
De zee kabbelde rustig, het zonnetje scheen en alles was vredig.
De golfjes kabbelden bedaard en braken met een schuimrandje op het witte zandstrand.
Opeens kwam er onrust in het water en een grote zeeschildpad dook op uit de golven en klauterde log en moeizaam op het strand.
Zij bekeek de haas en de haas bekeek de schildpad.
De schildpad vroeg : ben jij een haas ?
Ja, dat zie je toch antwoordde de haas.
Ik woon in de zee en heb nog nooit een haas gezien antwoordde de schildpad daarop.
Wel, ik had nog nooit een schildpad gezien repliceerde de haas.
Zo onder water leven dat moet toch wel een wonderlijk leven zijn ?
Zou je het eens willen meemaken vroeg de schildpad.
Ja, maar ik kan niet onder water leven. Ik zou verdrinken.
Maar nee, de schildpad kende en toverspreuk waardoor de haas onder water zou kunnen ademen...
Indien dat zou kunnen dan wou de haas zeker eens een kijkje op de bodem van de zee gaan nemen. Ook omdat de schildpad volgens zijn zeggen in het paleis van de zeekoning leefde.
De schildpad omschreef dat paleis van de zeekoning als iets buitengewoon prachtig wat de haas zeker nog nooit gezien zou hebben. Een waterpaleis met doorzichtige wanden, met honderden vissoorten , zeemeerminnen, zeesterren en luchtbelletje ten allen kanten.
Ja, dat wou de haas wel een meemaken.
Hij klampte zich vast aan de hals van de schildpad, deze sprak een toverspreuk uit en hop....daar gingen ze onder water.
De duik naar beneden was prachtig....Overal vissen, in allerlei kleuren, wonderlijke octopussen, knoestige kreeften en flitsende vissen.
Zij kwamen al vrij snel bij het paleis, nog een stevige duik en daar kwamen ze aan in een ongeëvenaard prachtige onderwaterwoning. Zoiets had de haas nog nooit gezien.
Alle glinsterende tinten van azuurblauw en smaragdgroen. Het paleis was een enorm grote luchtbel waarin iedereen gemakkelijk kon rondwandelen, de vissen konden zo naar binnen en weer naar buiten door de wanden.
Door kleine watervalletjes was de ruimte verdeeld in verschillende kamers en zalen.
En ? Vroeg de schildpad. Wat vind je hiervan ?
Zoiets prachtigs had de haas nog nooit gezien moest hij toegeven.
Daarna werd hij voorgesteld aan de zeekoning, een statige grote figuur met lange warrige haren, een wijde mantel en een drietand in zijn hand. Hij had iets triests in zijn blik....zo leek het toch.
Wees welkom in mijn paleis, sprak de zeekoning.... Kijk maar even rond, je mag overal rondlopen, straks zien we mekaar weer...
Ondertussen leek het ook of er steeds maar meer bezoekers in het paleis aankwamen en stilaan zag de haas overal merkwaardige figuren rondlopen, of zwemmen of kruipen....
Grote, kleine, met schubben, met scharen, sommigen met een staart andere met een bovenlichaam van een mens...of met tentakels
De haas dwaalde met grote verwonderde ogen door het paleis, overal was er wel wat te bewonderen, allemaal even fantastisch en overweldigend mooi.
Zijn aandacht werd getrokken door twee zeemeerminnen die achter een watermuurtje een vertrouwelijk gespekje aan het voeren waren.
Hazen zijn ook nieuwsgierig en toen hoorde hij het : dit is toch wel erg van de prinses dat zij nu reeds zo jong moet sterven.... de zeekoning ziet er toch zo triest uit. Alleen de lever van een haas kan haar redden. De vissenmedicijnman heeft gezegd dat alleen het eten van een hazenlever haar leven kan redden.... ( Hij had dat gelezen in het grote Piet Huysentruyt s kookboek ) Hopelijk kunnen ze snel een haas te pakken krijgen.
Ohlala, de haas kreeg snel het plannetje door. Hij, hij was de haas die ze nodig hadden om voor de lever te zorgen.
Hazen zijn slim en zijn ontsnappingsplannetje was dan ook snel klaar.
Hij ging terug naar de schildpad en vertelde dat hij per toeval het gesprek van de twee zeemeerminnen gehoord had en dat hij waarschijnlijk de haas was die ze nodig hadden voor de lever.
De schildpad bekende zijn snode euvele daad om hem naar de zeebodem te brengen maar dat er toch geen weg terug was.... Niemand zou hem ook nog maar naar buiten laten. Daarbij de toverspreuk om onder water te kunnen leven was opgebruikt en hij zou toch niet terug kunnen...
Ja, maar....nu was het de haas weer....
Jullie weten blijkbaar niet dat hazen hun lever uit hun lichaam kunnen halen...?
Als wij een beetje moe zijn of wat teveel gegist berkensap hebben gedronken, dan halen we onze lever uit onze buik en wassen hem even in zeewater. Daarna moet de lever een uurtje drogen en dan is ie weer goed en fris voor een poosje!
Toen jij, schildpad, uit het water opdook was ik een uiltje aan het knappen terwijl mijn lever lag te drogen op het strand....
Ik heb mijn lever niet bij me!
De schildpad wist niet wat haar overkwam. Haar mooi plannetje, waarvoor zij door de zeekoning bevorderd zou worden tot eredame, viel in duigen....
Maar zegde de haas. Er is toch geen enkel probleem. We gaan gewoon mijn lever halen.
Die ligt daar vast en zeker nog wel op het strand. Ik heb die niet nodig. Wij hazen kunnen leven zonder lever....
Dus breng mij even terug naar boven, we halen mijn lever en ik blijf nadien hier tot de prinses weer beter is....
Het plan werd goedgekeurd. De toverspreuk om door het water te kunnen reizen werd weer opnieuw uitgesproken en weg waren ze.....naar de oppervlakte van de zee.
De schildpad was een goede navigator en ze kwamen terug boven water op dezelfde plaats waar ze vertrokken waren....
De haas sprong, als een haas...van de schildpad haar rug en rende weg in ijltempo....het hazenpad kiezend!
Wat er nadien met de prinses en de schildpad gebeurde wordt er niet bij verteld....
Er is geen happy end.
Er komt ook geen varken met een lange snuit want die kunnen ook niet onder water leven...
Lang geleden dat ik hier nog wat gepost heb op dit blog. Dat heeft te maken met andere activiteiten op mijn website en de twee andere blogs. Er zijn prioriteiten en de laagste prioriteit geldt voor dit blog. t Is maar een uitlaatklep...
Nochtans wou ik al lang wat schrijven over het concert van Dmitri Sjostakovitsj dat ik ooit meegemaakt heb in Korea.
Het moet waarschijnlijk in 1983 geweest zijn of daaromtrent.
Dmitri Sjostakovitsj zelf kwam niet om de eenvoudige reden dat hij reeds sinds 1975 overleden is. Maar Maksim, de zoon van Dmitri kwam naar Japan en zou ook een optreden verzorgen in Korea in het Sejong Cultural Center.
Niet dat ik zo een fanaat ben van klassieke muziek maar in het buitenland begint men dergelijk soort muziek al vlug op prijs te stellen. Alle cassettes zijn vlug afgezaagd en de lokale radio, ja, dat is ook niet wat je er van verwacht.
Toch had Korea twee klassieke radiozenders van zeer hoge kwaliteit. Het waren dikwijls deze zenders die voor de organisatie van de klassieke concerten zorgden.
Maar Sjostakovitsj zou dus komen. Er was in het begin nog wat herrie omdat hij eerst in Japan optrad, de Koreanen haten de Jappen hartsgrondig.... en met reden....
Er was ook iets omdat Sjostakovitsj een Rus is en Rusland was ook niet de meest bevriende natie voor de Koreanen.
Maar hij kwam!
Samen met zijn zoon, ook een Dmitri Sjostakovitsj, maar dan wel wat jonger !
Samen speelden ze de muziek van hun vader, respectievelijk grootvader.....
De vijfde symfonie, onder andere....
Maksim dirigeerde de muziek van zijn vader Dmitri en de jonge Dmitri zat aan de piano. Als solist....
Geweldig, dus drie keer Sjostakovitsj op één podium....
Muziek beschrijven is moeilijk maar laat ons maar zeggen dat het een puik concert was. Dat is het minste wat er van te zeggen viel.
Na afloop ging vader Maksim naar zijn zoon om hem te feliciteren en gaf hen daarbij de accolade. De vaderlijke of broederlijke kus.....Daarbij mekaar zo een schouderklopje gevend.
De koele Koreanen hadden zoiets nog nooit meegemaakt en barsten in een luid applaus uit zelfs met de voeten stampend op de grond....Encore, encore...
Hoeveel bisnummertjes ze gegeven hebben weet ik niet meer maar de belevenis was wel onvergetelijk....
Lees meer over Sjostakovitsj door op zijn foto te klikken.
Toen ik uit mijn tent gekropen kwam stond hij daar. Een knappe
uit de kluiten gegroeide militair.
Hij had een klein zwart snorretje...
Hij droeg een tweekleurig uniform, zoiets dat hier ook wel
eens een battle dress genoemd wordt, versierd met veel latten en strepen. Hij
stond met een bedenkelijk gezicht naar een kaart te kijken, een stafkaart, vastgemaakt
op een plankje.
Toen hij me zag, keek hij hoopvol op...
Het voorval speelde zich af ergens in de Provençe,
ondertussen ook weeral vele jaren geleden.
Ik was daar als een soort chef fourier voor verscheidene
jeugdgroepen die er op kamp kwamen. Daarvoor moest ik zelf niet veel doen maar
één ding was mijn vaste taak: s morgens brood gaan halen voor het ganse kamp.
Daarom was ik ook steeds als eerste wakker. Vroeger noemde
ik dit uur van opstaan in het holst van de nacht maar achteraf beschouwd is
kwart na zeven toch een deftig uur om er uit te komen....
Snel even naar het toilet, in zoverre dat een kamptoilet, een
HUDO, zo kan genoemd worden. De tanden even afschrobben om de slechte smaak van
de goedkope wijn van de avond voordien weg te schrobben. De rest van het toilet
maken komt later wel, soms toch...
Dan op zoek naar een auto, kwestie van naar de bakker te kunnen
rijden.
Naast de knalgele Volkswagen bus stond hij, de chef van het Franse
leger, met de stafkaart !
Of ik Frans sprak? Ja, ja zo een beetje, loog ik.
Ik verstond hem perfect maar je weet maar nooit.
Of ik de streek een beetje kende ?
Zoals mijn broekzak maar dat vertelde ik ook niet. Oui, oui,
moest maar volstaan.
Of ik hem naar een bepaald punt dat hij aanwees op de kaart
wou brengen ?
Het was een omweg van enkele kilometer maar het was nog
vroeg, de jeugdgroepen zouden wel even kunnen wachten.
Hij grommelde nog wat tussen zijn tanden, van verloren, weg
kwijt en zo nog wat...ook iets over mes camerades...
Goed wij weg....!
Of ik zeker weet waar we naar toe moeten? Tuurlijk...!
Na een scherpe bocht in de weg vraagthij of ik even wil stoppen.
Ik dacht dat hij pipi wou doen...
Maar plotseling komen daar uit het struikgewas een tiental
tot de tanden gewapende militairen als duivels uit een doosje te voorschijn. (
Ik weet echt niet hoeveel het er waren.)
Radiozenders, kalasjnikovs , duizend bommen en granaten, waren hun bagage.
De zijdeur van de bus vloog open en tien seconden later was
er van de groep militairen niets meer te bespeuren. En nochtans, ze waren in de
bus...
Zeer goed gecamoufleerd door opblaasbare rubberbootjes,
strandmatjes en allerlei andere varia. Dat soort rommel lag steeds in de auto. Geen
militair meer te bespeuren....
De grote chef ging terug naast mij zitten en begon commandos
te geven.
Zijn toon veranderde compleet! Hij was nu de chef en ik had
te gehoorzamen. Zoniet ?
Dood met de kogel? Wie weet ?
Eerst hoorde ik hem nog zeggen tegen zijn compagnons dat ze
nu zeer goed gecamoufleerd zaten in een knalgele Belgische bus met Belgische
nummerplaat...
Hij bekeek mij nog eens goed en gaf toen het bevel: donne ta
chemise !...
Ik begreep echt niet
wat er gebeurde en hoorde het in het Provençaalse Keulen donderen maar was zodanig in de war dat
ik maar gehoorzaamde. Even halt gehouden en mijn hemd uitgetrokken. Hij drapeerde
dat netjes over zijn uniform....
Gelukkig voor hem was het een proper hemd.
Achter de zetel van de voorbank vond hij nog een Lierse
tits, een strohoed, en zette die op zijn hoofd. Ikzelf zat daar in mijn onderlijfke....
Ik begon er wel wat met mee te leven....Wat zijn die mannen
hier toch zinnens....?
Gevaar liep ik niet. Dat was honderd procent zeker. Het
waren reguliere Franse militairen, maar zijzelf hadden iets uitgehaald dat niet
helemaal kosjer was. Daar was ik nu het slachtoffer van en kon alleen maar raden
wat er verder zou gebeuren.
Daarna gaf de commandant de opdracht om naar het dorpje Montagnac
te rijden. Of ik de weg kende?
Zeker, die kende ik blindelings....ja maar niet over de
grote weg, hier tussen de lavendelplantages door...commandeerde de grote chef.
Ik was nu geheel overgeleverd aan zijn commandos...
Goed. Dan zal ik het spelletje maar meespelen!
Toen we in Montagnac aankwamen stond er een zwaar
legervoertuig, van het Franse leger, dwars over de invalsweg geparkeerd. De reactie
van chef snor: reculez, reculez ", achteruit, achteruit, weg van hier....!!!
Of ik een ander invalsweg kende ?
Die ook geprobeerd. Daar stond ook een legervoertuig dat de
baan afsneed....
Weer van reculez, reculez , enz...
Toen begon mijne frank te vallen. Euros bestonden toen nog
niet!
De kerels die ik bij had waren waarschijnlijk, de slechten
en mochten niet door hun collegas
gezien worden....of zo iets...t Is mijn fantasie maar...
Wij zijn ongezien door Montagnac gekomen en de verdere tocht
ging vlot. Geen problemen.
Maar de rit ging door zo een holle weg en om de honderd
meter stond er een militair, machinegeweer in aanslag, en die keken neer op dat
Belgisch busje dat daar toevallig passeerde....
Chauffeur in zijn onderlijfke en de begeleider met een blauw
geruit hemd aan en een tits op zijne kop...!
Op een zeker ogenblik vraagt chef militair of ik weet of we
ergens door een stukje bos zouden rijden?
Ja, ja !!!
Daar dan stoppen, beveelt hij!
Ikke, gestopt, in t bos...
Vous avez,
trente secondes pour debarquer....! Dat was dus tegen de compagnons ..
Dat is het laatste wat ik gehoord heb!
Dertig seconden later was de auto leeg !
Ik ben nog eens gaan kijken of ze per toeval zo geen
kalasjnikov vergeten zouden zijn, maar t was noppes...
Ik hoop dat alles voor hun goed verlopen is. Tout va bien,
maintenant ?
Later....De scoutjes stonden allemaal wat te wachten....waar
blijft die nu...????
Ze hebben allemaal hun brood gekregen....Pain militaire !
Grappig detail is ook nog dat er even later, in de
voormiddag , verscheidene legervliegtuigen, straaljagers, mirages, over het
kampement gevlogen kwamen.
Goede vrienden hebben mij dan de raad gegeven om me te
verstoppen want dat ze mij aan het zoeken waren.
Iedereen heeft in zijn studententijd wel eens wat
kattenkwaad of erger uitgehaald vermoed ik.
Ook ik wil hier niet bij achterblijven....
Nochtans was ik een braaf manneke tijdens mijn
studententijd, maar stille waters, diepe gronden, zegt het spreekwoord.
Ik studeerde , (studeren ?) aan de hotelschool in Koksijde,
maar scheikunde en ook elektronica waren
mijn favoriete bezigheden. Niet mijn favoriete vakken, dat is weer wat
anders...
Ooit ben ik er in gelukt om mijn kamer in brand te steken
met zelf gemaakt buskruit.
Radiootjes bouwen , die meestal niet wilden spelen, was een
van mijn andere geliefkoosde hobbys.
Honderden zilverkleurige muntstukjes van een halve frank
hebben Koksijde gecirculeerd omdat ik ze verkwikt had. Dat kwik per toeval
een beetje giftig is wist ik toen nog niet (?).
Glas graveren met fluorwaterstof was ook plezant... Nog
plezanter was om bommen te maken en die te doen ontploffen in de duinen
....Meestal mislukte dat wel maar ooit is er een boom in een orbit om de aarde
vertrokken...
Een dichtbij wonende apotheker was mijn bondgenoot hij
bezorgde mij alle grondstoffen die ik ook maar vroeg...hij had waarschijnlijk
iets tegen de school en hoopte op die manier om De Mijn, want zo heette het
gebouw,ooit eens in de lucht te zien
vliegen...
Op het einde van mijn schooltijd heb ik voor mijn
technologie toepassingen een speciale prijs gekregen; ....een boek over wijn !
Wat dat met techniek te maken heeft weet ik nog steeds niet
...
Als ik goed zoek denk ik dat ik nog wel ergens kan terug
vinden.
Dit was de inleiding !
In1996 vierde de
Hotelschool van Koksijde haar vijftigjarig bestaan.
Er werd een boek uitgegeven over het 50 jarig bestaan van
de school en wat is er te lezen bij de promotie 62 ?De
bom.
De hele verdere verhaal is te lezen op onderstaand ingescand
stukje uit het boek.
Toch een beetje uitleg want dit boek is opgesteld voor
mensen die de school goed kennen.
Berten, ( zaliger) die hier aangehaald wordt is de leraar
die zaal gaf. Dus hij leerde ons serveren! ....Hij deed dat meesterlijk goed , ten andere
!!!
Het systeem in de school, toen, ging als volgt: er waren
drie groepen:
Eén groep werkte, letterlijk, in de keuken en zij kookten
toen voor al de rest...
Een andere groep, serveerde, volgens de regels van de kunst.
De derde groep kwam aan tafel zitten en zij mochten alles
opeten en zij werden bediend !!!
Nu had de maitre dhotel , dat was de zaalleraar, "den
Berten", de slechte gewoonte om ons te pousseren om wijn te drinken aan
tafel....
Wat is er hiermee fout zou je nu denken ?
Wel, dat kostte geld. Een fles wijn , de aller-goedkoopste, een
pélure dOignon, koste toen 20 oude Belgische franken....
Wij voelden dat aan als zakkenklopperij , misschien
verdiende hij er wel een procentje aan ???
Op een middag stond hij weer zo aan te dringen om toch maar
en een flasseltje wien , dit is Brugs dialect, te kopen...en wij wilden niet
... na !
We zouden hem zelfs eens mores leren...met zijn gezaag ...!
We zouden hem een poets bakken die hij zich nog lang zou
herinneren!
En dat is inderdaad gelukt !
Het verhaal stond en staat nog steeds te lezen in het
jubileumboek van de school uitgegeven in 1996.
Nog een laatste verhaaltje over die Vietnamreis. Daarna is
het echt gedaan !
We waren beland in het stadje Sapa. Ook geschreven als Sa Pa
, op zijn Chinees. Een must op elke Vietnamreis.
Het ligt in een prachtige streek, zeer hoog, rond de
zeventienhonderd meter dacht ik. En vooral, de streek is hoofdzakelijk bevolkt
door minderheden. Dit zijn reizende stammen die zich verplaatsen over gans Azië
en mogelijk blijven ze ergens hangen ....Zo ook in Sapa. Ze spreken een andere
taal, en ze zijn anders gekleed. Ze droegen donkerblauwe kleren gekleurd met de
indigoplant. De HMong.
Verder heeft dit niets te maken met het nu volgende verhaal.
Wij zouden een wandeling gaan doen naar een dorp van die
HMong. Het dorpje ligt in een dal, er waren veel Vietnamese hangbuikvarkens, waterbuffels en kinderen te zien en één waterval...in die volgorde...
Als je uit een dal wil komen moet je er natuurlijk ook weer
uitklimmen, opwaarts...en dat moest nu!
Men had ons beloofd dat er motos zouden klaar staan om de vermoeiden
naar het hotel te rijden.
Eens boven waren de motos er, maar wij vermoeid ? Een
beetje jawel....maar, we zullen doorgaan...wij zijn nog jong en wij hebben geen
moto nodig !?
Dus geen moto en zoals alle grote jongens, te voet verder,
richting hotel....
Bij nader toezien bleek de weg nog een heel eind te stijgen en de
vermoeidheid begon zich stilaan te laten voelen....Overwegend dat de eerste
motorrijder die ik nu zou tegenkomen mijn taxi zou worden...
Na nog wat gesjokkel stond achter een bocht er een grote
Toyota wagen, zo een soort mini bus, met één achterwiel vast gereden in het
slijk van de berm.
Hier zag ik de oplossing om zonder gezichtsverlies toch met
een gemotoriseerd voertuig terug te keren naar het hotel...
Achter de wagen stond er een bloedmooie jonge dame, heel
beteuterd naar de auto te kijken.
De chauffeur probeerde door veel gas te geven uit zijn
benarde positie vrij te komen maar dat lukte natuurlijk niet.
Dus, de tactiek; even wat aan die wagen gaan duwen, hopelijk
komt ie dan los en dan onnozelweg vragen of ik nu mag meerijden tot aan het
hotel ...Slim van mij, niet ?
Om te beginnen ben ik achter het slippende wiel gaan staan,
om te duwen. Bij de eerste gasstoot die de chauffeur gaf kwam mijn pas gewassen
en gestreken broek van boven tot onder, onder het warme slijk te zitten...
Het mooie juffrouwtje heeft dan versterking gehaald vanuit
de auto en met twee mooie poezen, en ik met mijn stomme kop is de wagen uit de
modder geraakt....De chauffeur, zeer tevreden, thank you, thank you en zo...de
juffrouwtjes sprongen terug in de auto, maar ik wou mee...!!! Hello, hello ...
Natuurlijk, mocht ik meerijden. Helemaal onder gespat met
slijk klom ik in de chique mini-bus en voelde mij daar direct onwennig, ik
vuil en smerig, in de zeer luxueuze Toyota...
Naast de twee knappe vrouwtjes, de leeftijd van Vietnamese vrouwen
is niet te schatten, zat er ook nog een oudere dame. Deze begon onmiddellijk
vragen te stellen zo in het genre van: hoelang ben je hier al, waar ga je nog
naartoe, waar ben je al geweest enz...en dit in een vlekkeloos mooi Frans. Waar
ik logeerde, enzovoorts, gewone toeristenpraat...
Toen we aan het hotel kwamen heb ik hun vreselijk bedankt
voor de rit enzovoorts en een gemeend au revoir toegewenst. Snel gemaakt dat ik
uit de wagen kwam met mijn vieze kleren en zou aan de balie van het hotel gaan
vragen of ze mijn slijkbroek nog konden wassen, diezelfde dag.
Op het ogenblik dat ik aan de balie van het hotel kom, valt
mijne nikkel, frank, euro, dat mijn zwart saccocheke nog in die auto ligt....!!!
Heel mijn hebben en houden aan papieren, paspoort, portefeuille met geld,
dollars, euros, Vietnamese dong, kredietkaarten, enz... stak daar in...
Ik als de weerlicht weer naar buiten , juist op tijd om de
auto in de verte te zien verdwijnen...
Misere, de misere, de misere....! miljaarde...vlammende...
Mijn vrouw, die een geroutineerde wereldreizigster is had het
mij nog zo op het hart gedrukt: u weet wel wat ze gezegd heeft, ik ga dat hier
niet herhalen ...Ze had weeral eens gelijk!
Een brommer gecharterd om de Toyota te gaan zoeken;
resultaat, niets natuurlijk...!
Maar, toch was ik er redelijk gerust in. De mensen in die
auto waren van een bepaalde klasse, dat was er echt aan te zien. Ik fantaseerde,
dat ze zouden gaan eten in het stadje, dan mijn saccoscheke( handtas) zouden zien liggen op de zetel van de auto en vermits ze
wisten waar ik logeerde het terug zouden brengen...ja, ja...
Ik ben niet gaan eten die middag. Ik ben gewoon buiten in
een cafeetje voor de ingang van het hotel blijven wachten tot ze zouden
komen...Wishful thinking...!
Alleen wat glazen boterhammen genuttigd...
Het verhaal van die stomme Belg die al zijn bezittingen (
financiële dan toch) in een vreemde auto achter gelaten had bleek blijkbaar
reeds door het stadje te circuleren.
Iemand in het hotel had gezien dat er een auto gestopt was
waar zo een viezerik met smerige broek was uitgekropen en ....ze hadden de
nummerplaat niet genoteerd, wie zou dat trouwens doen maar op de voorkant van
die auto stond in koeien van letters geschilderd : VTV
Vietnamese Television....Dat had ik zelf niet gezien, alleen
dat slippende achterwiel.
De rest was snel geklaard, die TV mensen bleken steeds te logeren in hetzelfde staatsgebouw
ergens in de stad. Dat wist men aan de receptie van het hotel. Ik nogmaals mee op
de duozitting van een brommerkeer naartoe.
De auto werd snel gevonden, zij dat ie op slot was, maar al mijn spullen, ook
een donkergrijs jakje lag er nog onaangeroerd in.
De chauffeur lag reeds te slapen maar hij werd snel gevonden
en :...... dat werd dan een zucht van
verlichting! k Kan het u verzekeren!
Alle mogelijke doemscenarios waren mij reeds in revue
gepasseerd...gedaan met de reis, ambassades, politie...bankrekening
geplunderd...in den bak......
Nadien bleken die knappe meisjes famous Vietnamese movie
stars geweest te zijn...
k Zal de laatste nieuwe Vietnamese films echt eens moeten
gaan bekijken.
Help dan als eens iemand. Al het gebeurt uit eigenbelang kan
dat dus fout aflopen!
Als jullie nu denken dat ik het hier even ga hebben over
mijn carrière en de moeizame klim naar de top, sorry, maar dat is het niet.
Ik bedoel hier letterlijk, de klim naar de top van de An
Phu....een berg in Vietnam.
Zoals reeds vermeld in een ander blog ben ik even naar
Vietnam geweest, zo maar op reis, gewoon als toerist.
Nochtans was het geen zomaar gewone toeristenreis, we gingen
met enkele leden van Acam tevensAced , dat
is de Academie voor Mineralogie en Edelsteenkunde naar Vietnam om er onder
andere een edelsteenmijn te bezoeken. Een mijn, van robijnen, saffieren en
spinellen.
Zoals reed vermeld gaat dit blog niet altijd over eten en drinken,
zuipen en vreten maar ook wel eens over wat anders. Edelstenen zijn een
onderdeel van mijn andere interesses.
Begin nu niet te mailen met vragen over de werking van
edelstenen , daar krijg ik dus het vliegend heen en weer van : dat is de
larie , apekool en de grootste flauwe kul die er bestaat !!! Zeg maar dat ik
het gezegd heb.
Alleen de verkopers van edelstenen worden daar beter van ...
Dus we zouden een edelsteenmijn gaan bezoeken in Vietnam!
Ene mijnheer Long , wat draak betekent, wetenschapper, bij
een erg officiële dienst die zich bezig houdt met het exploiteren van
edelsteenmijnen in Vietnam, nam de leiding. Hij zou de gids worden...
De reis werd afgeleid van de gewone toeristische paden en de
trek ging naar : Luc yen...das een stadje in het hinterland van Vietnam.
Probeer het niet uit te spreken, want je zal er zo je bek
over breken...
Toeristen bleken er onbekend te zijn, we werden er nog
aangekeken als een soort buitenaardse wezens. Toch had er niemand van ons een
slurfke of flaporen.
We waren met eenentwintig, met de gidsen en andere
begeleiders er bij ; vierentwintig dat is een hoopje volk natuurlijk
We werden zelfs verdeeld over drie hotelletjes , zoveel
toeristen tegelijkertijd waren er nog nooit geweest voordien.
s Morgens, was er in het stadje een edelsteenmarkt , gewoon
op de marktplaats, waar we uiteraard naartoe zijn gegaan en het was weer zoals
overal in Azië: bieden en palaberen....!
De stenen die verkocht werden waren uiteraard robijnen,
saffieren en spinellen !
Ook nog enkele andere edelstenen die in dezelfde omgeving gevonden
werden ...
Voor hetzelfde steentje kon betaald worden tussen de 10 en
de 200 dollar. Dit hing waarschijnlijk af van je smoelwerk..
De prijzen stegen en daalden volgens het koopgedrag van de
Belgen...
Er werden zelfs nepstenen aangeboden en het werd al snel
duidelijk dat de meeste verkopers meestal verkoopsters- zelf niets kenden van
hetgeen ze aan het verkopen waren..
Toch was het zeer interessant om dat alles mee te maken.
Ik heb een tiental robijntjes kunnen kopen voor 60 $, hier
zijn ze evenveel waard per stuk, dus dat is goed....
Nog een viertal, ongeslepen robijnen, gekocht voor 10 $
samen, de Felix, is ze nu aan het slijpen het worden mooie steentjes, elk zo
een 90 $ waard per stuk, ook niet slecht, hé !
Dit is wel wishful thinking...!
In een winkel , later, heb ik een geslepen spinel gekocht
voor 140 $, die er maar 60 waard is, maar ja dat is commercie , hé...k Kan hem
moeilijk terugdragen !
Heel dat systeem van loven en bieden is ons (mij) niet echt
aangeboren....
Toch zijn er Belgen die daar verdomd sterk in zijn, ik dus
niet....( Maar Rita....!)
Maar we moeten nog naar de top van de berg, de moeizame klim
!!!
Een mijn wordt verondersteld, ergens diep in de aarde te
zijn...
Deze mijn niet, zij lag op de top van een berg. Een marmeren
berg...
Heel het geneseproces van robijnen, saffieren en spinellen
ga ik hier niet uitleggen want dat is
zeer ingewikkeld, maar ze komen in Vietnam voor in Karstgebergte
en dat zijn bergen uit zuiver gekristalliseerd calciet, zeg maar marmer.
Om de mijn te bereiken moesten we vanuit de kleine
hotelletjes , waar de air-conditioning, weeral eens weer niet werkte, nog een
vijftiental kilometer noordwaarts rijden. Over een baan die alleen geschikt was
voor muilezels, voetgangers en brommers...
Onze Vietnamese gidsen hadden er voor gezorgd dat er 25 of
zelfs 26 brommers klaarstonden. Met bestuurder!
In Vietnam is een auto iets dat zeer duur is en dus zeldzaam
. Daartegenover rijden er miljoenen brommers en motos rond.
Zelfs in het stadje Luc-yen, probeer het niet uit te
spreken, stonden er op een mooie namiddag om twee uur, 28 motos te wachten,
met bestuurder...! 26 Personen, dus dat is 26 motos en twee in reserve, tegen
eventuele pech...das 28 !
Iedereen kreeg tijdens de briefing op het hart gedrukt om
zich te beschermen tegen de zon en tegen muggen.
Ik had natuurlijk, noch zonnecrème of muggenmelk bij.... Mijn roommate de Guido, heeft mij dan een en
ander gegeven! ( Die stomme toeristen, toch...eigenlijk blijven ze beter thuis
als ze niet beter de lijst lezen van de mee te nemen voorwerpen...)
Bescherming tegen de zon, daarvoor had ik zo een base-ball
petje gekocht. Er een hele dollar voor betaald: het logo : Vietnam...
Nog wat vettig smeersel op de neus en ok , here we go..!
Guido heeft dan nog wat muggenmelk op mijn body gespoten,
maar ik heb nadien geen mug gezien of gehoord, misschien dank zij die melk...Muggen
lusten mijn bloed trouwens niet, te sterke alcoholsmaak vermoed ik.
De motos waren van divers pluimage, enkele Hondas en
Suzukis maar de meeste waren van het onbekende en goedkope merk ; MINSK. Een
Russisch maschien...
Wij allemaal; zo wat onwennig achterop de moto gaan zitten,
voor mij was dit de eerste keer in mijn leven, alstublieft. Een Vietnamese
chauffeur voorop waar je zelfs geen woord kon mee spreken, want die verstond
geen Vloms, noch Engels, noch Frans of welke taal dan ook maar....Ja,
Vietnamees, maar mijn Vietnamees is niet meer wat het geweest is!
Zij, de chauffeurs, hadden duidelijk instructies gehad. Ze wisten
waar ze naartoe moesten en de karavaan vertrok, 28 motos in grote wolk van stof
en uitlaatgassen.
Ze hadden de instructie gekregen om er geen race van maken
maar mijn chauffeur had dat duidelijk niet gehoord.... Na een kilometer rijden was
ik mijn petje reeds kwijt, afgewaaid, een hele dollar zo maar weggevlogen...
Na nog een kilometer begon het begrijpelijk te worden waarom
we niet met een auto of bus naar de mijn konden gaan.
De weg veranderde regelmatig in een rivierbedding, daar waar
het een beetje effen was lag het vol buffeldrek, zo van die platte vlaaien. Rotsblokken
staken overal uit het wegdek en de motos dokkerden daar over aan een rotvaart,
die indruk had ik toch. Mijn armen zijn enkele centimeter langer geworden
alleen maar door mij krampachtig vast te klampen aan de bagagedrager van de
moto.
Natuurlijk had ik mij ook kunnen vasthouden aan de
bestuurder, maar wie weet zou die daardoor geen andere ideeën krijgen ?
Na , weet ik hoelang, dokkeren en sjokkelen en racen stopten
we in een dorpje. Eindpunt dacht ik.
Nee, het was maar een tijdelijke stop om even te drinken,
stof van de kleren te blazen en een nieuwe pet te kopen.
Het bleek dat we twee derde van de rit achter de rug hadden
en dat het moeilijkste stuk nu nog zou komen....Eventueel konden degenen die
het niet meer zagen zitten hier blijven.
We zijn allemaal verder gegaan!
De twee reserve motos waren terwijl reeds ingeschakeld.
Nog enkele kilometer verder gereden door rivierbeddingen,
door het water, door de koeiendrek en over de keien en toen stopten we op een
open plek waar enkele huizen stonden en een boom die wat schaduw gaf...Het was
buiten rond de 38 graden Celsius en de luchtvochtigheid zat in de buurt van
honderd.
Mijn motorbestuurderwou weten hoeveel ik woog. Wat een vraag...?
t Was om te gaan stoefen tegen de andere motorrijders
hoeveel gewicht zijne MINSK wel gedragen had...
Mister Long , de draak, wist mede te delen dat er nu nog
een klim volgde van ongeveer een half uur...
t Zal wel een Vietnamees half uur geweest zijn en dat er
geen weg was, of is, heeft hij er ook niet bijgezegd!
In het begin ging het redelijk, niet te steil maar later
werd het letterlijk klimmen, weer over rotsen, over watertjes waar een boomstam
als brug fungeerde, over glibberige paadjes, scherpe rotsranden en nergens een
leuning om zich aan vast te houden....
De natuur rondom ons was wel geweldig, allerlei planten die
bij mij thuis in de woonkamer staan te verpieteren tierden daar welig, zo
maar...
Door de hoogte, de warmte en de luchtvochtigheid begon de
vermoeidheid zich snel te manifesteren...
Iedereen hijgde als amechtige paarden, zweet vloeide bij
beken tot in onze schoenen maar : wij zullen doorgaan zong Ramses Shaffy
destijds...
Mijn lichtblauw hemd veranderde tot donkerblauw van het
zweet en de anderen zagen er ook niet erg fris uit.
Maar iedereen heeft de top gehaald....
Nu moeten jullie weten dat de zwaarste lichamelijke
inspanning die ik normaal presteer, bestaat uit het heffen van glazen tot net
onder mijn neus....
De mijn zelf was niet zo spectaculair, dat is natuurlijk een
persoonlijke mening, een rots die regelmatig met lichte ladingen dynamiet opgeblazen
wordt en de brokken marmer rollen dan naar beneden. Daartussen word dan gezocht
naar de robijn of spinelkristallen....
We hebben enkele kleine stukken marmer met kristallen kunnen
vinden, dat was de beloning voor de helse klim...
Naar beneden ging natuurlijk veel vlotter.
De rit terug op de moto, ging al heel wat soepeler, we waren
het nu gewoon....Ondertussen zijn de striemen op mijn billen ook reeds
verdwenen. De duozitting van zo een Russische moto is niet zo comfortabel .
Het ontvangstcomité in het hotelletje applaudisseerde elke
keer er een overwinnaar terug binnen gestrompeld kwam...
Een douche, droge kleren en wat afkoelen...( Hoe heette dat
bier daar ook al weer ?)
Het was tijdens de periode dat we in Korea verbleven. Dit
wil zeggen, ik werkte er en mijn vrouw verbleef er...
Het klinkt geweldig exotisch om in Korea te werken en te
verblijven maar na een drietal weken verblijf aldaar maakt het niet zoveel
verschil meer uit of men nu in België of ergens anders ter wereld werkt.
Ik was aangeworven door een wereldgekende Antwerpse firma
die telefooncentrales ontwerpt en bouwt . Den Bell dus....
Om de zoveel maanden mochten we op verlof naar België. Dat
is zo eens wat anders dan naar Benidorm gaan.
Het moet ergens in 82 of 83 geweest zijn. Mijn zuster zou
gaan trouwen. Dus even met de firma overleg gepleegd en we konden naar België,
op het juiste ogenblik, om goed op tijd te komen voor het huwelijk.
We mochten zelf kiezen met welke maatschappij we zouden
vliegen en zelfs langs waar we zouden vliegen. Alleen het grootste gedeelte
van de trip moest met Sabena (zaliger) gebeuren, maar dat doet hier verder niets ter zake.
We wilden gewoon recht naar Europa vliegen met een
tussenstop in Bombay.
We waren nog nooit in Bombay geweest en dit was nu het
juiste moment, gewoon even een stop van een drietal of viertal dagen in Bombay en dan
naar België, op naar het trouwfeest.
De tickets werden besteld maar in Korea was er steeds hetzelfde
probleem; uit het land geraken!
Er waren te weinig vluchten naar Japan en van
daaruit kon vertrokken worden naar "ergens"...
Dus afwachten, we stonden stand-by, valiezen ingepakt en op
het ogenblik dat er ook maar twee zeteltjes zouden vrij komen op gelijk welk
vliegtuig , naar Japan ; GO !
Waarom nu al dit bovenstaand geleuter ? Gewoon om aan te
duiden dat we op een totaal onverwacht , niet geprogrammeerd ogenblik,
vertrokken zijn...
Op het vliegtuig naar Japan hadden we zelfs geen zeteltjes
naast mekaar maar na 20 jaar huwelijk maakt men zich daar niet zoveel zorgen
meer over ...
Goed na vele uren vliegen met drie verschillende
luchtvaartmaatschappijen landen we , midden in de nacht in Bombay.
Ik weet niet of jullie ooit in India geweest zijn maar
gelijk waar en op gelijk welk ogenblik staat daar steeds een ontvangstcomité
klaar.
Schoenpoetsers, ambulante handelaars, slangenbezweerders,
rikshadrivers, bedelaars en uiteraard taxichauffeurs die hun wagen aanprijzen
als zijnde zeer betrouwbaar en vooral , uitgerust met een meter...wat zeer
belangrijk is...
Dus zo een taxichauffeur gecharterd en hem als opdracht
gegeven; breng ons naar een hotel !
t Was ondertussen drie uur s nachts...
Natuurlijk brengt die Indiaase pipo ons naar een
Sheratonhotel, daar kreeg hij waarschijnlijk de grootste commissie. Maar ja,
iedereen moet leven.
Geld kon mij op dat ogenblik niet zo veel schelen maar we
beslisten dat we één nacht in die dure barak zouden blijven en dan s
anderendaags naar een hotel zouden zoeken met meer modeste prijzen.
Dus na een korte nacht: mooi ontbijt, vriendelijk personeel,
dat waren we niet gewoon in India, toch maar op zoek naar een ander hotel.
De shuttlebus van het hotel bracht ons naar het centrum van
de immens grote stad en dan , eerste werk, een plan van de stad kopen...zo moet
dat !
Terwijl we over één of andere laan lopen, ik liep zoals elke
rechtgeaarde boerenbuitenste echtgenoot als eerste..., hoor ik achter mij een
kreet van verbazing en zo nog wat herrie in het Engels , zoiets als how are
you ? , fine, thank you ! en zo nog wat ....en dan met een luide kreet :
MARC ....! Die latste gil kwam van mijn vrouw !
Mijn broer....!!!! stond daar gewoon, zomaar voor onze neus....
Midden in Bombay , op een zonnige voormiddag op het trottoir
voor een kraampje waar ze stadskaarten en andere prullaria verkopen !
Marc kwam op dat ogenblik voorbij in een taxi, zag ons lopen
en is ons achterna gekomen....
De rest van het verhaal :
Mijn broer was op een soort wereldreis, alhoewel hij het zo
nooit genoemd heeft, hij was bij ons geweest in Korea is nadien verder gereisd
naar Japan ( hij heeft dus een ticket kunnen bemachtigen) , nadien hebben we
nog een kaartje gehad uit New York en ook nog eentje uit Nepal denk ik ...
Hij wou dus ook naar het trouwfeest van onze zuster gaan
maar hij vloog met een budgetticket . Daarom
was hij verplicht om vanuit New Delhi uit India te vertrekken. Hij had vier
dagen de tijd en dacht, in Bombay, daar ben ik nog nooit geweest...treinticket
gekocht enz...
In een stad van toen, acht miljoen mensen, zijn we mekaar,
puur toeval, gewoon op het lijf gelopen !!!!
Ongelooflijk maar waar. Maar alles is dus duidelijk mogelijk....
Nog maar eens het bewijs dat de wereld zeer klein is...
Na mijn twee andere blogs, keukenweetjes en keukenverhalen,
wil ik hier starten met een nieuwe blog met als titel :Straffe kost !
Straffe kost is een platte uitdrukking die zeer veel omvattend
is...
Onder andere ; zeer krachtig voedsel. Duivenborstjes
bijvoorbeeld of ziekenbouillon .
Ook sterk gekruide voeding word straffe kost genoemd...
Of verhalen die hoogst onwaarschijnlijk lijken die dan toch
waar blijken te zijn ; das ook straffe kost !!!
De leugens van de politiekers niet te vergeten...
In mijn twee andere blogs schrijf ik steeds over eten en
drinken en zo wat over keukengeschiedenis. Wel dit kan hier ook nog, maar t
moet dan wel straffe kost zijn.
The red hot chilipepers bijvoorbeeld... In mijn geval zal
het meer over Beethoven of Shostakovitsch gaan ...
Dus alle zaken die straffe kost zijn!t Kan alle kanten uit, als t maar straf is.
Het eerste verhaal dat is reeds serieuze straffe kost: