In de migrantenwijk rondom het concentratieschooltje toerden er soms auto's rond met een moslimmadam achter het stuur. Nauwelijks herkenbaar, met fladderend textiel om hen heen, je kon alleen maar een snoet zien. Ondanks hun vermomming herkende ik een aantal van hen als de mama's van allochtoontjes in school.
Van die mama's wist ik dat ze thuis Turks spraken tegen hun kinderen en dat ze geen flauw benul hadden van de Nederlands taal. Ook wist ik dat ze hun kinderen nooit hielpen met hun huiswerk, omdat ze niets begrepen van de taal van hun kind. Dat wilden ze ook niet. Ik kon geen enkele bereidheid bij hen bespeuren om zich open te stellen voor het Nederlands, zelfs aan de meest elementaire taalbeheersing hadden ze geen behoefte.
En tóch een rijbewijs?! Welke waarde had dat rijbewijs?. Om een theoretisch rijexamen af te leggen moet je 'begrijpend' kunnen lezen, en wat je te zeggen hebt, ook nog eens correct schriftelijk kunnen verwoorden. Deze vaardigheden missen veel allochtonen. Hoe kunnen moslima's slagen voor een theoretische proef als ze niet eens hun eigen kinderen kunnen helpen met hun huiswerk?!
Misschien hebben ze hun rijbewijs clandestien gekocht bij een of andere corrupte rijschool, of in natura, of de examinator verleid, of de antwoorden vooraf toegestopt gekregen?... Het meest waarschijnlijke was de aanwezigheid van een tolk die de juiste antwoorden influisterde. Hetgeen een tolk allemaal vertelt is oncontroleerbaar, zoals bij islamleraars die opruiende Turkse taal spreken tegen hun moslimleerlingen en in de klas alles mogen verkondigen wat ze willen.
De aanwezigheid van een tolk bij eender welk onderzoek of gesprek in de scholen, had iets verdachts, iets geheimzinnigs dat niet te vertrouwen was. Je voélde dat er iets niet pluis was, ze vertaalden niet alleen, ze gingen nog een stapje verder, ze gaven er het juiste antwoord bij. Waarom duurde een vertaling altijd langer dan de originele Nederlandse zin?!
|