Magere troost
Bij het ontwaken alweer
die twijfels over het weer. Het ziet er niet zo slecht uit maar goed
is anders. En inderdaad, na een uurtje is het weer van hetzelfde
laken een pak. De hemel trekt dicht, de koude wind blaast ons om de
oren en af en toe de hemelsluizen die zich openen. Komt daar nu echt
geen verbetering in!
En toch moeten we
verder. Onze route loopt nu terug wat noordwaarts en de Siërra
de Guadarrama staat op ons programma. Ik hoor jullie al luidop denken
alweer richting bergen! Maar we hebben onze planning al zoveel
moeten bijsturen dat we dat niet kunnen blijven doen. Dit gebergte is
doorweven met kilometers wandelpaden en daar hebben we nu echt
behoefte aan. Of het zal lukken, dat is en blijft een open vraag.
Die siërra
is zowat het recreatiegebied van Madrid. De Madrilenen komen hier
massaal de weekends doorbrengen om aan de hitte van de stad te
ontsnappen. Waarschijnlijk zal dat wel in betere tijden zijn want wij
zouden beter de stad in trekken om wat meer graden Celsius te kunnen
bemachtigen.
Manzanares el
Real is door zijn ligging voor ons een
geschikte uitvalsbasis om de beentjes eens te strekken. In de buurt
ligt de berg La Pedritza met een enorm granieten rots, die het zien
waard is. Maar op weg er naartoe hebben we er beiden genoeg van. De
Spanjaarden zijn blijkbaar bedreven in het aanleggen van heuveltjes.
Niet die van Erika, maar ze hebben ontelbare venijnige molshopen
geconstrueerd t.t.z. op elke plaats waar de mogelijkheid bestaat dat
een voetganger de baan oversteekt, ligt er zo eentje maar dan een
heel hoge met zebralijnen op. En, oh wee, wanneer men daar aan meer
dan 20 km/uur over rijdt! Het nemen van die tientallen hindernissen
met daarbij dat grauwe en koude weer doet onze moed in de schoenen
zakken. Maar we zijn op onze bestemming van vandaag geraakt, hebben
de buurt al wat verkend en hopen dat we morgen eindelijk eens een
behoorlijke wandeling kunnen afwerken.
Intussen vernemen we
via verschillende kanalen dat niet alleen de Spanjaarden met dat
ellendige weer geplaagd zitten maar dat het in de omringende landen
niet veel beter is, om niet te zeggen nog slechter. Dit is een troost
alhoewel maar een magere troost en betekent dat dan de opwarming van
de aarde! Nu hoop ik echt dat ik vanaf morgen eens niet meer over
dat weer moet zeuren maar andere dingen kan vertellen.
Gelukkig zijn wij
met pensioen en kunnen we na deze ellendige
periode nog wel wat warmer oorden opzoeken wanneer het klimaat ons
dat ten minste gunt.
Mijn mama
Niet te geloven!!! 7°
maar staalblauwe hemel. Gekleed als scouts trekken we het bospad op.
Het lukt ons dan toch om te stappen.
Het Parque
Regional de la Cuenca Alta del Manzanares
is veel mooier dan het vorige dat in de boeken overroepen is. Via een
smal pad waar haarspeldbochten niet vreemd aan zijn rijden we naar
het vertrekpunt. En nu maar hopen dat er geen tegenliggers komen want
dan zouden we wel eens in de problemen geraken. Maar de goden zijn
ons vandaag gunstig en ook die klim verloopt naar wens. Op het
startpunt van de trip aangekomen is het wat zoeken naar het beginpunt
van de wandeling. Maar, geen probleem, hulpvaardig zoals wij de
Spanjaarden al de ganse tijd leren kennen hebben, worden wij door een
lieve man op het rechte pad gezet. Aanvankelijk loopt dat door een
naaldbos om nadien, veel hoger, in een open ruimte terecht te komen.
Zo kunnen we tenminste de indrukwekkende omgeving goed op ons
netvlies pinnen. De bergen zijn bezaaid met witte bloemen met en geel
hartje waar de bijtjes flink hun best aan doen. Rondom rond enorme
granieten blokken en als kers op de taart krijgen we een monoliet te
zien van 500 ton. Als die op mijn teentje zou vallen
.! Wat dan!
Terug bij de auto
kunnen we best een terrasje gebruiken om te genieten van misschien
wel de laatste zonnestralen. Inderdaad, de
hemel trekt dicht en men voorspelt voor de namiddag regen. Maar wat
we gekregen hebben, kunnen ze ons niet meer ontnemen!
Het vervolg van de weg
naar onze volgende bestemming is gekozen door Wim. Dit wil zeggen;
witte kronkelige baantjes, zeer steil met angstvallige diepten naast.
Zijn adrenaline werkt en die van mij kookt. Niet dat de route niet
mooi is. Een ganse dag genieten we van een uniek landschap en van
tegenliggers geen last. Er zijn weinig gekken, om zo te zeggen GEEN,
die via die paden naar hun bestemming rijden.
Hoe klein de wegen
ook zijn, de rotondes zijn verzorgd en ogen allen even mooi. Steeds
iets anders beeldt men uit en steeds is het een juweeltje. We rijden
en rijden doorheen bossen tot een hoogte van 1860 meter. In die
bossen kijken de spookbomen ons kwaad aan. Zulke grillige vormen heb
ik nog zelden gezien. Sommigen omarmen zich zelfs. Neen, niet uit
liefde maar om zich te beschermen tegen het woeste klimaat van die
grote hoogte. Op de col aangekomen zijn we in een skioord en de
sporen van de winter zijn nog goed merkbaar. Het jonge groen begint
pas te ontluiken en de kale flanken vullen zich met gele bloemen. En,
zoals praktisch overal hier in Spanje, hebben we ook hier de
wielertoeristen. Ze kijken niet op een helling en geven maar door.
Liever zij dan ik, ik zou het trouwens niet aankunnen.
Bij de afdaling
alweer bossen; Het is hier niet de week van het bos maar voor ons de
dag van het bos. Naaldbomen met roestkleurige stammen reiken hun
kruin tot aan het licht, meters hoog zoeken ze dat op. Afdalen
vind ik nog enger dat de beklimming. Mijn chauffeur kan elke bocht
goed inschatten maar bang ben ik en ik krijg het erg benauwd. Al
honderden bochten heeft hij genomen op baantjes waaraan ik niet meer
wil herinnerd worden en toch blijft die angst. Mijn mama was een
schat van een moeder. Ze heeft ons alle belangrijke levenswaarden
trachten mee te geven. Maar helaas heeft ze ook haar angst op ons
overgezet en daar draag ik nog de gevolgen van. Ik blijf angstig en
krijg het moeilijk onder controle. Dank zij Wim heb ik al veel
overwonnen maar hij heeft nog werk aan mij!
De baan zelf
bestempel ik als de route van het vee. Overal vinden we hun
adreskaartje en het vee zelf hindert het verkeer op dat zeer
gevaarlijke pad. Wanneer we eindelijk bijna beneden zijn krijgen we
signaal van onze GPS. Hij laadt niet meer op. Het volgende dat het
begeeft. Onze filmcamera heeft al van de
eerste week de ziel gegeven en nu dat. Gelukkig hebben we het
probleem kunnen oplossen dank zij mijn arendsoog. Door al het
schokken was er een onderdeel op de grond terecht gekomen en vandaar
het probleem.
Maar de stukken
volgen elkaar op. Ook ons infopaneel in de
camper waarop we buiten- en binnentemperatuur kunnen aflezen plus al
de nodige informatie voor de werking van ons rijdend huis slaagt
eveneens tilt. Die herstelling zal wel in de thuishaven moeten
gebeuren en we trekken ons plan. Al bij al zijn we op onze
eindbestemming van de dag goed aangekomen en eindelijk hebben we een
dag gehad met een fijn weertje. In België kondigt men voor volgend
weekend 14° aan dus zullen we nog maar een tijdje hier blijven.
|