In verband met een recent dispuut over plagiaat graag wat volgt : het staat u vrij teksten van mij over te nemen of niet. Bij overname lijkt een bronvermelding mij op zijn minst gepast maar doe je het niet ik zal je niet vervolgen ( tenzij men de teksten commerciëel zou uitgeven) . Laat jouw eigen geweten scheidsrechter zijn, dat volstaat voor mij ruimschoots. De foto's hier zijn meestal van het internet gehaald via Google-afbeeldingen en soms bewerkt door mijzelf. In het vervolg zal ik trouwens ook hiervoor een bronvermelding inlassen. Baron Ernst
Hoe het werkt om van je naam een acroniem te maken.? Kijk bij Bojako !
Zoeken in blog
Inhoud blog
E-mail mij
Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.
Een interessant adres?
Hier staat wat
En nog wat
Het bruidsboeket dat het beter wist
klikgevoelige poëzie (het blog van Baron Ernst) door Ronald Milo
>
26-08-2007
De baron was ondertussen ook opgestaan en zat samen met milo in de gezellige keuken van het kasteel te ontbijten. Milo had de ontstuimige Frau Spiegeleieren niet kunnen verhinderen om met een vurige furie naar de kelder te trekken om zich in de verste uithoeken ervan te gaan verschansen met een goedkope fles schuimwijn van Denaldi, waardoor alle andere flessen van de baron het schaamrood op het etiket kregen. Hij had het opggeven.
"Wel beste milo", begon de baron" van achter zijn ochtendkrant."Dat probleem is dan opgelost, of nog beter die twee problemen zijn opgelost".
Milo hoorde het in Rennes-le-Château donderen en vroeg verwonderd: "Welke twee problemen, patron?"
"Wel beste rentmeester en vriend, sprak de baron, terwijl hij de krant naast zich neerlegde, " de problemen met god".
"Ik wist niet dat wij problemen hadden met god"
" Wij niet alleen, beste kerel, maar de ganse mensheid. De hamvraag is namelijk: waar is god ? En nu lees ik hier in de krant dat de chief-squaw van de Holywood pimpernelletjes , ene Paris Hilton, god gevonden heeft in los Angeles in de gevangenis. Dus god zit in de gevangenis te Los Angeles en meteen is ook het probleem over het geslacht van god opgelost. Vermits het een vrouwengevangenis is en vermits het geslacht van de gevangenen degelijk wordt gecontroleerd en de oppasters ook allemaal vrouwen zijn, de directie incluis; is god dus ...een vrouw !!!"
Milo floot tussen zijn tanden van bewondering. "Dat verwondert mij nu geen sikkepit zie, gezien het wispelturig karakter van god moet HIJ wel en vrouw zijn. Maar zou l'abbé Saunière dat ook al geweten hebben ? Dat kan van kapitaal belang zijn voor onze zaak " merkte hij oprecht verwonderd op.
"Het zou kunnen, beste rentmeester, het zou kunnen maar het zou ook niet kunnen. Daarom dat we ons naar Rennes zullen begeven om daar ter plaatse de zaak verder te onderzoeken."
"Ik hoop vurig dat ze niet drinkt, die Mevrouw god" voegde de rentmeester en zuchtend aan toe toen Frau Spiegeleieren zichtbaar aangeschoten, met het haar vol spinnewebben en het kleed besmeurd met vlekken gemorste drank, de keuken binnenstrompelde met een: "Sjoeke, ik heb dorst".
Milo hoorde plots Berlioz alle registers van "la damnation de Faust" opentrekken maar werd blijkbaar vakkundig bijgestaan door een plots verschijnende Anemone (en de twee andere gratieën"), die zich tot Spiegeleieren richtte met een " Hier mijn mevrouwtje drink mijn warm chocomelkske maar op ". Milo voelde de warmte hem rond het hart slaan door de aanblik van de drie beeldige meisjes die in hun korte baby-dolletjes de keuken waren binnen gekomen, toen hij plots bemerkte dat Frau Spiegeleieren boven zijn schouder het kopje met hete chocomelk had laten omvallen op het tasje zodat het hete bruine vocht over zijn colbertje stroomde en er ter hoogte van de hartstreek als het ware een mini-afbeelding van de monding van de Zambesi vormde.
Onderwijl neuriede onze zwaarborstige Walkure "Si tu me amas " van il Divo in de vier stemmen van deze mannelijke diva's. Frau Spiegeleieren kon drinken als een huzaar maar ze kon ook zo goed vierstemmig neuriën als acht kozakken samen, zodat de stemming in de keuken omsloeg en iedereen door een nostalgisch gevoel " van een geliefde die in het donker verdwijnt" werd bevangen.
De stemming werd echter onderboken toen Gust, vol enthousiasme de keuken binnenstormde met "Alle koffers zijn gepakt mijnheer de baron, alles is klaar voor het vertrek!!". Gust zijn stem klonk als een donderslag bij een al maximaal bewolkte hemel. Hij was immers een oude Vietnam sergeant-veteraan en gewoon te brullen in plaats van te spreken.. In die functie was hij trouwens goed beviend geweest met Leonard Matlovich, de eerste militair die in de U.S.A. openlijk voor zijn homoseksualiteit was uitgekomen en op wiens graf de prachtige woorden staan: " Ze gaven me een medaille om twee mannen te doden en ontsloegen mij om er één te beminnen." Dit even terzijde.
De meisjes stoven naar boven weeklagend over het feit dat ze nog niet klaar waren met hun make-up en toilet. De baron riep echter geruststellend naar boven "Haast jullie maar niet, kindjes, we hebben nog al de tijd, we vertrekken pas deze middag.
Naomé riep nog even van op de trap:"Mijnheer de baron wacht nog effekens, ik haal gauw nog een van mijn al wat versleten kleedjes voor die arme schooier van een bedeldame"
Frau Spiegeleieren, liet alsof ze niets gehoord had en neuriede ondertussen "Mon coeur s'ouvre а ta voix " uit Samson en Dalila van Camille Saint-Saлns, ondertussen hield ze milo in een tedere en liefhebbende greep zodat zijn hoofd tussen haar onmetelijke boezem verzwond en zijn neusstem ( want zijn neus was nog het enige zichtbare onderdeel van zijn aangezicht), waarmee hij het liedje meeneuriede bijna een falsetto timbre kreeg. Toen plots...
De volgende morgen was het heel stilletjes op het kasteel. Gust, die de vorige avond thuisgebleven was, was de enige die al van bij het geuzen ( het moet niet altijd kriek zijn, een geusken is ook lekker) van de dag aan slag was. Hij pakte de koffers voor het ganse gezelschap. Want inderdaad onze vrienden vertrokken die dag naar Frankrijk.
"Naar waar gaat de reis, mijnheer de baron ?" had Gust de dag voordien geïnformeerd, toen de baron hem meedeelde dat de groep op reis ging.
"Naar Rennes, mijn beste man"
"Het zal daar ook geen goed weer zijn, hé mijnheer. Het regent snottebellen in Normandië
" Neenee, niet naar Rennes in Normandië maar Rennes-le-Château in het gebied van de Catharen, het stadje van l'abbé Berenger Saunière, de schat der Catharen, de Heilige Graal en geboorte acte van Christus" weerlegde de baron. Dus was Gust, die van al die wijze dingen niet veel wijzer werd, deze morgen ijverig aan het pakken geslagen. Enfin aan het pakken gegaan want er was nog niemand op om hem te slaan.
In de keuken had Mussie-mus ondertussen al een heel vingerhoedje camille- en rozenbottelthee uitgedronken omdat ze draaierig was maar in haar ijver om de thee te zetten was ze tegen de keukenkast gevlogen zodat ze nu een vingerhoedje melissethee (Melissa officinalis) aan het zetten was tegen de hoofdpijn. Haar vriendinnetje Afrodite, de water- en broodvlo, lag met stijve ledematen, een stijve nek en een mond vol blaren (( ze, verder eiseres genoemd, had immers schrijver dezes (=genetief), verder de verweerder genoemd, 450.000 keren moeten in zijn gat bijten, vandaar de blaren en de stijve nek)) het liedje " Florentijnse nachten van Bob Scholten te neurieën in haar comfortabel zonnepitje. Want niets beter voor een vlo om in te pitten dan een zonnepitje zonder pitje.
Ook Foefke was ondertussen wakker geworden en huppelde gezwind de slaapkamer van het baasje in sprong op het bed en begon het gezicht van milo zo ijverig af te likken alsof het een zwarte pens, weliswaar zonder mosterd, op een Vlaamse kermis was. Milo stak zijn getormenteerd hoofd onder het hoofdkussen maar Foefke, die dit spelletje nog nooit had gespeeld, begon te blaffen dat horen en horen er bij verging.
Plots schoot dan ook Frau Spiegeleieren wakker met een kreet die niet moest onderdoen voor Bianca Castafiori.'s mooiste en luidste aria's " Mijn minnaret, waar is mijn minnaret ?" Waarop de milo van onder het kussen antwoordde: " Kijk eens in het naaimandje". Dit leverde hem het toewerpen van een furieuese blik op, die Frau Spiegeleieren na het werpen ervan weemoedig door de kamer liet dwalen. Tot haar oog viel (waarbij het zich ernstig verstuikte) op een halfvolle fles Vanille-jenever van Filliers.
Milo die het gevaar had zien aankomen en het alleminst voorang van rechts wilde verlenen, gritste de fles nog net voor haar neus en vooruitstrevende boezeroes weg waarbij hij net niet kon verhinderen, al zijn loodservaring ten spijt, met hogergenoemde boezeroes in aanvaring te komen. Waarbij het kostelijk vocht zich over de parketvloer verspreidde als ware het een miniatuuruitvoering van een satelietfoto van de Nijldelta. Foefke die dacht dat dit ritueel bij het nieuwe spelletje hoorde begon ijverig het drankje van de vloer op te likken. Waarna het Woodpecker-Teka-design-parquet opnieuw glansde en glimde alsof het met Dumbo (voor uw met hardwax geoliede houten vloer )* twee keer per jaar werd opgepoetst.
"Sjoeke ge weet toch dat drinken zo vroeg op de morgen niet goed is voor jouw lever en mijn libido."
"Met uw libretto heb ik niets te maken", grijnsde Frau Spiegeleieren, en ze stevende schuin, als een transatlantieker met chronisch invaliderend reuma aan zijn schroeven, naar de keuken. Ze sloeg daarbij zo krachtig met haar vuist op de keukentafel dat mussie-mus zich verslikte en bijna verdronk in de melisse thee wat voor een mus toch een bijzonder pijnlijk einde moet zijn "eindigen als een vliegende vis, die verdrinkt". **
Afrodite verpinkte echter geen poot en begon het liedje de Ranke Roos van Ronnie Temmer te zingen, zonder enige reden op te geven waarom ze van deuntje veranderde. Hierop opmerkzaam gemaakt door Mussie-mus, die vond dat het liedje niet paste bij de omstandigheden, schakelde Afrodite onmiddellijk over op "Zet je vanachter " van Willy Lustenhouwer.
(wordt vervolgd tot in Rennes-le -Chвteau op zijn minst)
* De inkomsten voor de reclame in dit verhaal worden integraal in een fonds van de auteur gestort en worden uitsluitend aan "goede dranken" gespendeerd.
**Gelukkig is er sinds het voorval met Afrodite in dit verhaal wel reanimatiemateriaal voor vliegende deelnemers voorhanden. Zodat Mussie er met de schrik en een lege vingerhoed van afkwam.
Het feestje dat ons gezelschap bouwde duurde nog tot in de kleine uurtjes. Er werd gedronken en gedanst en af en toe ook wat gegeten. Lookworts en fritten met bitter- en andere ballen. B.v in tomatensaus. Verder chips, vettige franfurtertjes, andere chips, hamburgers, chips, bratkartoffeln met Zwiebeln( ajuin) und Sahn (crème fraîche) en Röstli mit Senf( mosterd) en kweeperen. Dat alles met veel mayonaise en ketchup met Dortmund, Kölnischess Wasser (Eau de Cologne)en nog een paar andere Duitse specialiteiten. Kortom een gezonde party.
Foefke was aan de voeten van milo in slaap gevallen maar hield nog met één oog een ander oogje in het zeil want Frau Spiegeleieren was zichtbaar niet in staat om haar baasje gerust te laten. Mussie-mus had teveel chips met paprika gegeten en lag languit in een Sanseveria als in een hangmat, benen, met de mooi paarsgeverfde nageltjes, en vleugeltjes wijd gespreid, met diepbrommende boeren aanwijzingen te geven dat een vulkaan van reflux haar maagklep teisterde.
Afrodite de Vlo was aan het kotsen in de asbak. Niet dat ze teveel bloed met alcohol gedronken had maar op haar weg in de vacht van Foefke was ze langzaam naar boven gekropen tot ze plots door een zwarte rubberen band werd opgehouden. Ze werd onmiddellijk heel erg misselijk van de geur en moest dringend weglopen om niet in vlozwijm te vallen. Het was haar eerste kennismaking met een vlooienband maar deze belevenis zou allicht voor altijd in haar geheugen gegrift blijven. Zo ziek was ze nog nooit geweest.Een uitrusting voor eerste hulp aan vergiftigde vlooitjes was echter niet aaanwezig in het verhaal*
Ollie had zijn vijfde poot in vijfde versnelling gezet en was zo langzaam aan in slaap gesukkeld. Vrij onstabiel op zijn vier poten wankelend maar zijn vijfde poot, door sommigen ook bloeiende selder genaamd, wist toch telkens te verhinderen dat hij viel
Milo had alle moeite om zijn verloofde Frau Spiegeleieren in bewang te houden want de momenten, dat ze helder was, tussen twee huilbuien en plastische coma's in wou ze per se naar Plopsaland om er in het gezelschap van Kwebbel een minaret te bezoeken. Milo had goed uitleggen en zich uit te putten als een mollah, die moet doorgaan voor ayatollah,met haar uit te leggen dat er in Plopsaland nog geen moskees en dus nog minder minaretten staan, maar er was geen houden aan. Ze wou en zou naar Plopsalaland gaan en de minaret bezichtigen van Al Baba en de veertig biggetjes.
"Als ich du ware, sollte ich haar nog een Duvel of twee uitschenken", sprak de baron hem toe met een comploterende uitdrukking op zijn gezicht alsof de Mossad van Tierentyn en de FBI (Female Body Inspectors) onder zijn stoel zaten. "Und ein Temestaatjen geben dann soll Sie schlafen. Mein beste milo, die Frau soll den mann immer folgen wie es in den Bibel, der Koran und alle andere Heiligen boekschen steht."
Dass sehen Sie von Hier; lieber Baronnetschen " bleirde von Spiegeleieren en de twee spiegeleieren die ze als een wapen op haar meer dan weelderige boezem droeg golfden zwaar op en neer en glinsterden in het maanlicht. Als men niet beter wist, maar dat is natuurlijk met mijn intelligente lezers het geval niet, zou men gedacht hebben dat het macrotepels waren.**" Gij lelijken vrouwenhater van een baron, gij baron van mijn botten ... geef hier die Duvel" en ze pierde in een teug het vocht van de Heer en Mevrouw Moortgat door haar keelgat, om twee seconden nadien weer bewusteloos in haar zetel te glijden"
"Godver" mompelde de milo nogal nors tegen de baron" daar komen kweddelen van jong". Jocabo is een feministe tot in het gepolitoerd nageltje van haar klein teentje. Gij jaagt ze verdekke nog meer op. "
"Jamaar dat was maar om te lächeln " pruttelde de baron tegen. "Zowaar ich baron Ernst enz. heet bin ich geen Frauenhater, maar Ich wollte maar een bisschen plagen, onderwijl keek hij diep in de décolleté van Naomé, die met Elsie en Anemoontje zowat van slaap van hun stoel gleden. Ze hadden heel wat "coupekens" met broebels op. "Non, et non en nog eens non" zwierde Elsie, die plots scheen te ontwaken hem toe. Ze was zoals we al gezegd hebben van Franse komaf of woonde er toch dicht tegen." Gij lelijken, vranke baron zo naar onze boezems loeren, wat zijn dat voor toeren en dat terwijl we morgen ...
"Morgen wass?" vroeg de baron
" Jaja, morgen, de grote dag " beaamde Naomé wijd gapend
" Heeft er hier nu niemand een minaret" riep de milo want ik kan er geen handen meer aan steken en morgen..."
"Morgen wat ? " vroeg Frau von Spiegeleieren en viel prompt weer in katzwijm.
(wordt waarschijnlijk niet vervolgd , om het spannend te houden )
*De schrijver, in het vervolg de verweerder genaamd, werd dan ook door Afrodite, de vlo, in het vervolg de eisseres genaamd, voor de rechter gedaagd en deze heeft in het lang en het breed bij kortstondig kortgeding de schrijver dezes ( = genetief) veroordeeld tot een dwangsom van 450.000 vlooienprikken per dag bij verder ontstentenis van degelijk materiaal ter reanimatie van springende vertolkers.
** Niet speciaal uit de Macro want bij Delblaize en Foertmedakarreken (Carrefoert) zijn ze ook verkrijgbaar. Ze zijn wel het goedkoopst bij het Colvierkant, en anders betalen we we u het verschil terug.
-"Mijnheer den baron, mijnheer den baron". Milo's stem klonk als een klok doorheen de hall en Foefke kwam hard blaffend en kwispelstaartend achter hem aan gehuppeld want die dacht natuurlijk dat ze een nieuw spelletje aan het spelen waren.
-"Mijn beste rentmeester waarom al dat kabaal" De baron stak een beetje afkeurend zijn rustig kalend hoofd door de deur van zijn persoonlijke vertrekken naar buiten.
-"Euch, peuch, awel...euch " pufte rentmeester die hoogrood aangelopen was door zijn corpulentie en de vierentwintig treden tellende trap die hij opgespurt was... "Awel, awel... euch .. euchh..." en hij liet zich in een "lowiekeinze" zeteltje zakken --dat naast de deur stond opgesteld,en onder zijn gewicht krakkemikkig doorboog--, naar adem snakkend van inspanning maar evenveel van opwinding.
-"RUhig, Ruhig, mein Freund. Kommen Sie mahl binnen, beste milo, en rusten Sie wass uit want aan de kleur van je wangen is het duidelijk zu sehen dat die boodschaft die Sie mir brengen sollen blijkbaar belangrijk und wichtig is. "
-"Nogal", mompelde de rentmeester die stillaan aan het bekomen was en hij volgde de baron mee naar binnen. Het "loewiekeinzeken" spande zich als reactie op in tegenovergestelde zin en zijn veren trilden zodanig dat een laagbrommend gezoem hoorbaar werd. Foefke inspecteerde luid blaffend het ding even langs de onderzijde en wou dan achter het baasje aan maar die draaide zich om en zei rustig: " nu niet Foefke ik moet iets zeer zeer ernstig met de baron bespreken. "
Teleurgesteld in het menselijk ras dat altijd uitvluchten zocht om niet te moeten spelen drukte Foefke haar snoet in de rode pluche en ging toen languit voor de deur liggen wachten op betere tijden.
Milo bleef meer dan een half uur bij de baron op de kamer. Foefke, één oog open en één oog toe was een vlieg op het vasttapijt voor haar neus in het oog aan het houden en hoorde hoe het er achter de gesloten deur eerst heftig aan toeging en hoe daarna de stemmen zich dempten en over gingen in een murmelend gefluister even onderbroken door de flinke hap waarmee Foefke de vlieg te grazen had genomen. Toen na een half uur de rentmeester terug naar buiten kwam scheen de baron ook zichtbaar opgewonden. Zijn neus was wat roodpurperblauw zoals altijd als de baron aan het flesje met "straf water" had gezeten. Spelen zou er dus niet bij zijn. Ook het baasje was niet in zijn gewonen doen maar Foefke negeerde hen straal door zich nog langer uit te strekken voor de deur en te veinzen te slapen zodat ze beiden over haar heen moesten stappen. Ze hoorde de baron nog even tegen milo zeggen "Dat zou natuurlijk vreselijk zijn." en toen sprak het baasje "kom Foefke, we moeten ons gaan voor bereiden op de tocht naar het stad deze namiddag om nieuwe tapijten te kopen. Foefke sprong direct op want tapijten boden natuurlijk brede en heerlijke perspectieven. Bovendien zouden er in het stad allerlei nieuwe reuken en luchtjes kunnen worden bestudeerd en misschien was er wel een reukje met een luchtje aan dat de moeite van het natrekken waard was.
In het boudoir voor de dames waren Elsie, Anemone en Naomé zich aan het opmaken voor de uitstap van deze namiddag. Elsie droeg een eenvoudige lichtgrijssatijnen lange jurk met een donkergrijs tot zwart groot visnet motief. Haar pumps waren met lichtgrijze zijden roosjes bezet en op haar handtas van zwart crocoleer werd het visnetmotief herhaald in zilveren paillettes. Op haar hoofd had ze een nauwsluitend tulband in zwarte tulle met een kleine zwarte pluim boven het linkeroor.
Anemone had een breed uitgedécolleteerde japon die haar schouders volledig bloot liet, oudroze van kleur. Van op afstand leek het een tweedelig stel maar het was een enkelvoudige jurk. Bovenaan was een nauwsleutend en sterk getailleerd jakje nagebootst waarop grote dieppurperen en zachtbruine bloemen waren geborduurd, de rok waaierde breed uit vanuit de taille tot net boven de knie en deed volkomen recht aan haar perfecte lange mooie kuiten en enkels. Ze droeg goudkleurige naaldhakken waarvan de riempjes op de wijze van een Romeinse sandaal haar frele voetwerk tot zijn recht brachten. Door het haar had ze een roze sjaaltje geweven
Naomé droeg een minimalistische zwartsatijnen jurk met korte halsuitsnede die naar een diepe V toeliep die tot aan haar middel rijkte en aan beide zijden een glimp op haar weelderige boezem toeliet. Naar onder toe uitgaande van de taille vertoonde de jurk een lange split die haar linker dij eigenlijk meer verborg dan er zicht op liet tenzij ze het been voorwaarts bracht waarbij haar slanke stelt zich ten toon spreidde in al zijn glorie. Aan de voeten droeg ze een volledig open muiltje op naaldhak met alleen boven de tenen een riempje waarop lederen helder oranje bloempjes waren geprikt en rond de enkel een fijn oranje-leren riempje dat een vijftal maal zoals bij de gladiatoren rond de enkel was gedraaid en dan samengeknoopt. Het haar was gewoon sluik met een drietal zilvergrijze mèches Ze waren beeldig alle drie.
Er waren eens in een heel ver land waar de dieren nog spreken en planten nog rieken twee kameraden. Vrienden zou ik het niet noemen want vriendschap was ook in dat land iets heel heel zeldzaam. Iets dat men niet alleen moet koesteren maar ook cultiveren. Op een dag liepen die kameraden voorbij een roos. "Dat is nu een mooie roos, ze heeft zo een mooie kleur" zei de ene. "Bijlange niet" antwoordde de andere " ze is mooi omdat haar vorm zo perfect is en haar geur zo lekker.Ze begonnen te discussiëren
Van het ene woord kwam het andere en op een wip waren beide kameraden aan het schelden. De roos was lang vergeten en men wist niet meer waarover het dispuut begonnen was. Maar zoals het bij kameraden gaat , het waren geen vrienden , dat heb ik al gezegd. Zoals het bij kameraden gaat had eenieder zich al een oordeel gevormd over de andere. Bepaalde eigenaardigheden die de ene bezat ergenden de andere en vice versa. Die ergernis slingerden ze nu naar elkaars hoofd. Wat zich onderhuids bevond kwam nu boven. Het ging van kwaad naar erger want als men ruzie maakt dan komt het gevoel naar boven niet de rede. Men gaat dingen zeggen die men niet echt meent maar die men toch meent te moeten zeggen want men is beledigd, gekwetst en zoals het in elke strijd gaat : "wie gekwets is wil liefst bewust of onbewust dat de andere ook niet ongedeerd het strijdperk verlaat."
Het slot van de ruzie was ,dat ze beide de roos lieten voor wat ze was en beide hun weg gingen.
Maar 's nachts droomden ze van de roos . Die roos was zo prachtig . Het was misschien toch de moeite geweest om de roos te cultiveren dan konden ook andere mensen van de roos genieten Van haar kleur, neen van haar geur en bijna begon ging de twist in hun dromen verder.
De ene , die eigenlijk een zachtmoedig man was , dacht ik ga me bij mijn vriend verontschuldigen en ook aan de roos bood hij zijn verontschuldigingen aan. De roos glimlachte
De andere kameraad, want ik heb het al gezegd vrienden waren het niet want die zouden het hebben bijgelegd., zag de roos wel in zijn droom en had best wel zin om die ruzie bij te leggen maar hij was uit ander hout gesneden. Hij gaf zich niet zo gemakkelijk gewonnen en wou de zachtmoedige een lesje leren . "Je moet je niet laten doen je moet je zo snel niet gewonnnen geven." maar de wat harde, belerende toon waarop hij dit zei wekte bij de zachtmoedige terug wrevel op en zoveel zelfs dat hij opnieuw aan het ruzieën ging. Nu had toch wel gelijk zeker want hij had zich verontschuldigd en het bijgelegd. Die harde jongen moest maar wat zachter worden Daarmee basta. Hij had eigenlijk wel een beetje gelijk. Maar hij kende zo slecht het karakter van de andere, hij wist niet dat je zo hard kon zijn en het toch goed menen. Dat ging er bij hem niet in. Hij verliet boos zijn kameraad.
Die nacht verscheen de roos opnieuw in de droom van de harde jongen. Ze was helemaal niet mooi meer ze was verlept en verslenst en ze fluisterde als jullie niet gouw jullie ruzie bijleggen dan verdwijn ik . De harde zag in wat er ging gebeuren met de roos en besloot toch iets te gaan doen.
Hij kwam naast de zachtmoedige lopen en deed alsof er niets aan de hand was geweest. Dat was zijn manier om te zeggen ik heb ongelijk. Maar zo had de zachtmoedige het niet begrepen en hij dacht ik zal het toch nog maar eens zeggen. Zo hard zijn is niet goed. Het moet zachter .
Want ik heb het al gezegd het waren kameraden. Geen vrienden en zoals het in alle sprookjes gaat nu zou een happy end moeten komen maar helaas het waren kameraden., geen vrienden. Dus het happy end kwam er niet Zo een happy end had er alleen maar kunnen komen als beide kameraden hadden verstaan dat je een harde niet zacht kan maken en een zachte niet hard. Want indien ze dat hadden begrepen waren het vrienden geworden.
De roos die ondertussen al wat bijgekomen was wist het nu wel zeker. Kameraden heb je met de vleet. Maar vrienden zijn zeldzaam. Zeer zeldzaam. Maar omdat ze rotsvast in de vriendschap geloofde ook tussen harde en zachte kameraden besloot ze toch verder te bloeien.
De vriendschap was een waterval van vreugde en ik luchtte mijn hart over die grenzenloze vlakte sliep onder de tedere mantels naakt zo naakt als de snelle zonneschijn nu het afscheid nadert omdat er schepen zijn gestrand en grondverf is afgebladerd verdwijnt het gepaste antwoord het gevatte antwoord uit mijn geheugen mijn mond nog op een kier de lampen al gedoofd het doek gevallen en reeds langzaam opgevouwen vraag ik mij af waarom ? en wat doe ik hier nog in dit vorig leven ?
Als ieder ster een zoutkorreltje zou zijn. Dan pasten alle zichtbare sterren in een koffielepeltje maar alle bestaande sterren zouden een bol met een diameter van 13 km kunnen vullen.
Reeds lang denk ik na over zin en onzin van het bloggen. Uiteindelijk ben ik tot de slotsom gekomen dat het sop de kool niet waard is. Het blog loopt steeds beter en toch voel ik me steeds minder en minder gemotiveerd. De energie die je er in steekt weegt niet op tegen het resultaat. Dit zou een interactief medium bij uitstek moeten zijn. Maar helaas op de vijftig mensen die dagelijks je blog bezoeken zijn er telkens een vijf of zes die iets te zeggen hebben en het zijn telkens dezelfde mensen. Inderdaad je leert er aantal mensen mee kennen. Die mensen worden vrienden of beter gezegd kameraden want echte vrienden kan je op je één hand tellen in het leven. Met die kameraden smeed je een band en met hen onderhoud je een zekere vorm van intertactie. Ik zal ze missen die kameraden Roosje, Kamiel, Bojako, Titipoes, Lieve, Ria en haar maatje en ook Brabbes en zelfs Cyberfox. Maar als ik zie hoeveel uren ik hier achter mijn PeeCeetje zit ( heb je trouwens al eens nagedacht over de gelijkenis tussen PC en WC ,afkortingen respectievelijk van personal computer en waaigat choreograaf. - Er is trouwens weinig verschil tussen beide. Op alle twee kun je uren zitten zonder bijzonder productief te zijn.) Dus als ik zie hoeveel uren ik hieraan spendeer en hoeveel ander hobbies ik er de laatste tijd voor verwaarloosd heb om van andere dingen nog niet te spreken dan meen ik dat mijn enig besluit kan zijn "Stop er mee , man. Het sop is inderdaad de kool niet waard." Met de kameraden zal ik uiteraard nog contact houden via e-mail of via reacties. Maar jullie zullen dus op je honger moeten blijven zitten wat betreft het vervolg van het verhaal .Ik ben er nog niet uit of ik voor de goede vrienden een blog ga maken met wachtwoordbescherming of niet. Dat is iets waar ik nog wat moet over nadenken. Maar aan de rest zeg ik "prettig week-end , fijne maandag,dinsdag, woensdag donderdag en vrijdag, ik ben eens op bezoek gekomen, graag een tegenbezoekje, u hebt een ordentelijk en fijn geschikt blog, hier ben ik nog eens weer, wat denk je van mijn knopje, is dit geen leuk poesje en vrede op aarde aan alle mensen van goede wil, doei en dies meer ". Ik wens er de nadruk op te leggen dat ik me bij he bloggen bijzonder goed geamuseerd heb. Maar op tijd en stond dient men in zijn leven eens een balans te maken en die van het bloggen viel alles in aanmerking genomen negatief uit.
Ronald Milo, Ghostwriter, Ernest-Georg en de ganse kliek Adieu het ga u goed.