Klik op de foto voor een uitvergroting. xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Erikas brieven uit Moerbeke
Vraag me niet naar de dag dat ik haar voor het eerste ontmoette. Ik weet het niet meer. Wij droegen onze boekentas naar dezelfde school en zaten in groene schort op dezelfde banken met dezelfde juffen in het vizier. Op één of andere manier contacteerden we elkaar jaren later. Vraag me niet hoe of naar aanleiding van wat. Ook dat vergat ik. Maar die namiddag dat ik haar dartel als een schoolmeisje weer begroette, vergeet ik niet.
Erika De Bruyne schrijft cursiefjes. Erika schreef Parels om ons heen een tijdloos boekje vol cursiefjes van en voor alle tijden waar je als lezer regelmatig naar teruggrijpt. De cursiefjes werden één voor één gepubliceerd in De Beiaard een weekblad van Zuid-Oost-Vlaanderen en belichten de triviale zaken vanuit verschillende standpunten. Haar kommas zijn knipogen, haar punten ironisch, haar dubbelpunten licht satirisch of kritisch en haar slotregels relativerend met in de marge een humoristische pointe. Regelmatig valt er een nieuw cursiefje door het netvlies waar ik gewoonlijk naar uitkijk.
Talent hebben voor iets, zoals schrijven is geen verdienste,
het is een gave die je meekrijgt.
Daarvoor zeg ik dank aan mijn vader.
Met die gave iets kunnen doen is vooral een verdienste
van diegenen die bij je wonen, zij die het verdragen.
Daarvoor zeg ik dank aan mijn huisgenoten,
zegt Erika in het voorwoord. Maar is er meer:
Mijn vader schreef graag, ik schrijf graag.
Met andere woorden: ik erfde de pen van mijn papa.
Vandaar dat dit boek begint bij het eerste gepubliceerde briefje over mijn vader
Dat is wat van Erika uitgaat. Je kunt er grotendeels Geraardsbergen mee verwarmen.
blind date
Een lezer wou me eens zien. Niet zomaar een lezer, een schrijfster. Een blind date.
Het gaf me kriebels in de buik en spasmen in het maagdarmstelsel. Het gesprek zou wel los lopen, dat had ik gehoord aan haar stemtimbre door de telefoon. Maar wat zou ik in hemelsnaam aantrekken voor een vreemde vrouw? Verdorie, een blind-date met een kandidaat droompartner was gemakkelijker geweest; dan trok ik fijne lingerie aan, daarover een soepel vallend kleedje met een diep decolleté en hoge hakken.
Wat heeft dat mens me aangedaan!
Is het een natuurliefhebster; hou ik het best bij puur en naturel?
Is het een opgetutte madam; moet ik nagellak op?
Is het een gewoon iemand; trek ik mn doordeweeks jasje over mijn dagelijkse kleren?
Een ganse voormiddag was ik druk bezig in de badkamer.
Nagellak op, nagellak af, onopvallende nagellak dan maar.
Schmink op, schmink af, enkel wat eyeliner en lippenstift blijven.
Broek aan, broek uit, kleed aan, kleed uit, toch maar weer een broek.
T-shirt aan, T-shirt uit, bloesje aan.
Ringen op, ringen af, enkel de 2 stille getuigen van de liefde blijven.
Elke vrouw vecht zon duel met de kleerkast wel eens uit om uiteindelijk toch de gemakkelijke broek en het favoriete bloesje aan te trekken.
Op de afspraakplaats zie ik meteen aan haar joviale lach dat dit de spontane vrouw is, waarmee ik aan de telefoon reeds een fijne babbel had. Als een dartele hinde springt ze in mijn auto hé, zeg, Erikaatje, eindelijk, tof zeg en ze smakt een kus op mijn wang.
Gehaast voor de regen of blij om mij te zien? Om het even, haar enthousiasme voelt echt én goed aan. De toon van de namiddag is gezet; vrolijk, spontaan, lief.
Wij zijn oktobermeisjes, weegschalen, en kunnen niet kiezen tussen de vele tearooms. We proberen het nieuwste. Het ene vrije tafeltje maakt kiezen, wikken en wegen, overbodig.
Zij praat en luistert en praat en giechelt. Ik luister aandachtig
en soms ook niet.
Een zinnetje aan de tafel naast ons fascineert me daar ga ik een stukje over schrijven denk ik.
Zie, zegt de oudere vrouw tegen de dienster ik was mijnen boven aan het doen en zei tegen mijn eigen: zie, als ik nu niet ophoud en eerst en vooral t stad inga, heb ik niets meer aan mijne vrijdag.
Terwijl mijn tafelgenote praat, bedenk ik reeds enkele zinnen voor het stukje.
En nu, terwijl ik hier zit te schrijven en het cursiefje, met als aanzet dat ene zinnetje, zou willen neerschrijven, denk ik -met veel genoegen- aan mijn blind-date.
Ik kan het beeld van dat stadsmadameken aan de tafel naast ons niet meer voor de geest halen.
Mijn pen schrijft een totaal ander briefje.
En u, lezer, leest het misschien weer anders.
Ach, het doet er niet toe, als u er maar met genoegen aan terugdenkt.
© Erika
26 september 2004
|