Een bolle buik en ronde wangen Een wortel dient als neus Twee knopen voor de ogen Een hoed om zijn hoofd daar staat hij dan als een reus Gegroet sneeuwman
op drempel van het nieuwe jaar gaan gedachten naar de tijd van kind zijn laarzen aan de voeten wollen muts op het hoofd
en stappen in centimeters hoge sneeuw lang voorbij nu en toch roept het heimwee op en weet dat er niet zoveel lange winters meer wachten op mij
ik zet me neer op de drempel van mijn huis schud het koude uit mijn denken kijk naar de spelende kinderen en glimlach even bij het middagzonnetje alles lijkt zo mooi
Een jaar ging heen, het gaf, het nam, kwam en verdween. Het zag het licht, de blauwe lucht. Het hoorde elke traan en zucht. Zoals een bloem ontloken, zacht en liefdevol ons tegen lacht! Zo ook ging elke dag en uur voorbij. Nu blijft er slechts herinnering nog in mij. Een bloem, een lied, een leven, een draad met goud doorweven. Een kelk, ternauwernood ontloken en stervend reeds gebroken. Een jaar ging heen, in vreugd' en traan, kwam en verdween.
Mijn varken heeft vier voeten Vier voeten en ene staart Is dat dan geen wafel waard Is die wafel nog niet gebakken Geef me dan een schotel pap Is die schotel pap nog niet gereed Geef me dan een beste kleed Is dat beste kleed nog niet genaaid Geef me dan een haantje dat kraait Is dat haantje dat kraait nog niet geboren Geef me dan een pot vol kolen Is die potvol kolen nog niet gebrand Geef me dan een dikke, dikke cent
Tegenwoordig zingen de kinderen die op snoepbedeltocht trekken op ouwejaar steeds minder de gebruikelijke liedjes van toen. Nu haspelen ze vlug een nieuwjaarwens af, incasseren en trekken verder, want de volgende klant wacht. Het moet ook gezegd dat de kinderen nu minder tijd hebben om in de ganse gemeente te gaan nieuwjaarzingen. Vroeger vertrokken de kinderen bijna met het eerste hanengekraai en kwamen pas weer thuis als het al goed donker was.
Een van de liedjes is
Niefjerreke zoete ons verke hee vier voete Vier voete en ne steirt zenne 'k ik dan geen koekske weirt Niefjerreke zoete, ons voader is nen toeter ons moeder is e wit konaan, ik sou d'r nie geren e joengske van zaan
Toen het in het verleden gebeurde dat ergens de deur niet werd opengedaan voor de kinderen dan zongen ze een van hun schimpliedjes. Vroeger en nog steeds wordt in het dorp schande gesproken van mensen die hun deur dicht houden en niets geven aan de kinderen. Mensen die uitgerekend op die dag wegmoeten vragen soms wel een familielid om in hun huis te komen geven aan de kinderen. Het verhaal is bekend van een gierig gezin waar binnen geroepen werd "ik ben de gaat on 't melke" als de kinderen kwamen zingen. Blijkbaar een geit die de hele dag lang melk gaf...
Hoëwig hoas, leeig hoas d'er hangt ne zak mei zeimele in oas, elke zeimel is een loas, er zit een gierige pin in oas. Niefjerreke hottentot wilde nie geive, hodt't begot
Ik wens je stenen in je ogen en warme zonnestralen om je lieve mond Ik tekende voor jou drie regenbogen. Strooi jij hun kleuren waar je ook komt overal blij in 't rond? Rood van de liefde en groen van de hoop, geel van de zomer en blauw van de zee. Paars van de winter en vooral: overal oranje van verlangen dat er morgen weer iets minder schort en het dan voor alle mensen op de hele wereld, een tikkeltje beter wordt.
De weken gaan voorbij alsof het minuten zijn van de dag Veel drukte, soms stress en heel vaak zonder gelach Er gaat veel om in deze wereld van oorlog en geweld En vaak vergeten mensen die dingen waarop ze zijn gesteld Dus neem even diep adem en kijk heel goed om je heen Er zijn zoveel mooie dingen, we vergeten ze alleen Dierbaren, kinderen of gewoon een vogeltje op het dak Geniet even van dit moment en neem je gemak Probeer deze momenten te behouden in het nieuwe jaar Maak ze nog speciaal en geniet van elkaar De beste wensen voor 2017
In België is het voor kinderen de gewoonte om op 1 januari een nieuwjaarsbrief met nieuwjaarswensen voor te lezen aan de ouders en aan de doopmeter en dooppeter. Meestal zijn doopmeter en dooppeter nabije familie en is dit gebeuren een echt familiefeest, in aanwezigheid van grootouders en ooms en tantes. Het voorlezen gebeurd meestal enkele minuten na 0u00. Soms wordt ook gewacht tot de ochtend na Oudjaar.
Een nieuwjaarsbrief is traditioneel een eenvoudig dubbel gevouwen en versierd kaftje, binnenin kan dan de tekst geschreven worden. De tekst opent traditioneel met : "Liefste ouders", "Liefste meter" of "Liefste peter". In nieuw samengestelde gezinnen en bij overlijdens, kan hiervan afgeweken worden. De nieuwjaarswensen zelf worden meestal in rijm of versvorm geschreven. De brief eindigt met: " Uw doopkind,(Plaats) , 1 januari,(jaartal)" De blanco brieven zijn te koop in de boekhandel.
Zolang het kind nog niet naar school gaat, zullen de ouders de nieuwjaarsbrief zelf schrijven en inoefenen met het kind. Nadien zal de voorbereiding en het schrijven van de nieuwjaarsbrieven volledig op school gebeuren. Dit is in het lespakket opgenomen. Vanaf de kleuterschool tot de basisschool zal de tekst voorgedrukt staan op de nieuwjaarsbrief. Op school zullen de kinderen de tekst gezamenlijk inoefenen. Op zijn 6de, vanaf het eerste jaar tot het laatste jaar basisschool, zal het kind op school de nieuwjaarsbrief eigenhandig schrijven en voorlezen.
Na het voorlezen van de nieuwjaarsbrief krijgt het kind speelgoed of een nuttig geschenk, dat in overleg met het kind en de ouders gekozen is. Het krijgen van geschenken met Nieuwjaar is in België even belangrijk of zelfs belangrijker dan met Sinterklaas.
Op zijn 12de-13de jaar, wanneer het kind de overstap maakt van de basisschool naar secundair onderwijs, zal deze traditie ophouden. Soms krijgt de tiener met Nieuwjaar, nog wat geld toegestopt door de doopmeter of dooppeter tot hij of zij meerderjarig is of huwt.
Alhoewel een doopmeter en dooppeter een christelijk-katholiek gebruik is, is deze traditie ook door vrijzinnigen overgenomen. Dit is niet het geval bij de andere geloofsovertuigingen.
In Rome werd in 153 v. Chr. het begin van het jaar op 1 januari gezet, maar aanvankelijk werd deze dag niet gevierd en had alleen een administratieve functie. Het Midwinterfeest vond plaats tijdens de laatste 12 of 13 dagen van het oude jaar. Pas in de vierde eeuw, nadat het christendom zijn intrede had gedaan, werd de Kalendae Januariae ingesteld, een vijfdaags feest om de geboorte van het kindje Jezus op 6 januari in te luiden. Nog in dezelfde eeuw ging de kerk ertoe over de geboorte van Jezus op 25 december te plaatsen en deed men al het mogelijke om de snel gegroeide populariteit van de Kalendae Januariae in te dammen. De eerste drie dagen van januari werden door de Synode van Tours uitgeroepen tot vastendagen en het werd op straffe van excommunicatie verboden aan de 'heidense' nieuwjaarsviering deel te nemen.
Ook werden er diverse pogingen gedaan een andere datum als nieuwjaar te bestempelen. In de oosterse kerk rekent men vanaf de Middeleeuwen 1 september als begin van het jaar. In de westerse wereld werden diverse nieuwjaarsdata na elkaar en soms tegelijkertijd gehanteerd: 1 september, 24 september, Kerstmis, 1 maart, 25 maart, Pasen.
Het kerkelijk nieuwjaar werd, zoals gezegd, in 480 n. Chr. vastgesteld op het begin van de advent.
Gedurende de gehele Middeleeuwen bleef de nieuwjaarsdag afhankelijk van regionale gebruiken, waarbij op één plaats vaak twee of meer data tegelijkertijd als nieuwjaar golden. In de vijftiende en zestiende eeuw gingen de meeste staten in Europa er toe over het nieuwjaar op de eerste januari te vieren, maar de verwarring bleef nog lang doorwerken. Tussen 1660 en 1669 veranderde Samuel Pepys, bijvoorbeeld, in zijn dagboeken het jaartal op 25 maart en zette toch 'New Year' bij de eerste januari.
Voorzover 1 januari als nieuwjaar gevierd werd, ontstonden op deze datum gebruiken die vergelijkbaar zijn met die van andere dagen in de heidense midwintertijd. Het feest begon, zoals alle Germaanse en Keltische feesten, op de vooravond, die in het Engels nog steeds New Year's Eve heet. Naar de heilige aan wie deze dag gewijd is werd vroeger ook wel van Silvesteravond gesproken, een naam die in Duitsland nog steeds gebruikt wordt. Sylvester was een paus uit de vierde eeuw; zijn feest valt op 31 december, vandaar.
Toen de heiligenverering tijdens de Reformatie werd afgeschaft ontstond de gewoonte van Oudejaarsavond te spreken. Het knallen van vuurwerk bij het begin van het nieuwe jaar en allerlei gebruiken om de gevestigde orde op haar kop te zetten zijn een algemeen verschijnsel tijdens de heidense joel (midwinter)tijd.
Een boom vol lichtjes... en blije kindergezichtjes. Een dak met sneeuw zo wit een kindje dat op een slede zit... Een huis vol met leuke verhalen die de sfeer van Kerst bepalen...
Een witte Kerst dat is zo fijn Met vriezerige kou Ademwolkjes, sneeuwfestijn En handen in de mouw Met regen, slijk en zonder ijs Dan lijkt het wel te vroeg Dan voel ik me er niet voor klaar Neen, 'k vind dat niet genoeg Maar ieder legt zich erbij neer En doet de lichtjes aan "White Christmas" op de radio Zo zal het ook wel gaan 't Is de gedachte, het gevoel Van gezelligheid om ons heen Je weet best wel wat ik bedoel Zalig Kerstfeest iedereen!
De Kerstman is weer in het land. Die lieve man heeft iets voor jullie in zijn hand. Het is niet zo groot maar ook niet al te klein. De Kerstman hoopt dat jullie er blij mee zullen zijn.
In de zestiende eeuw bracht een handelaar enkele kalkoenen mee uit Amerika. De vogels werden meteen populair. Het vlees was lekker en andere dieren, zoals kippen en koeien, waren levend veel nuttiger. Een kip was toen bovendien heel duur.