 |
|
 |
KVE 50+ VZW is een afdeling van KVE |
|
 |
08-09-2011 |
08/09/2011 Zomerwandeling Hoogboom |
Zomerwandeling Hoogboom
Spijtig genoeg waren de weergoden niet met
ons. Donkere wolken en af en toe wat regen hield ons niet tegen om er flink
tegenaan te gaan. Na een heerlijke koffie of thee en voor sommigen zelfs een
Duvel vertrokken we onder de vakkundige leiding van André Roeken, die voor ons
deze wandeling had uitgedokterd, voor onze ochtendwandeling van +/- 8 km. Hij
leidde ons langs mooie dreven richting Kattekensberg.
Na een heerlijk middagmaal in Taverne Bobs
Place draaiden we rondjes langs het landgoed Oude Gracht en door het domein
De Uitlegger. Uiteindelijk bereikten we de manège St. Hubert waar we onze
dorst konden lessen. Na nog een klein halfuurtje stappen bereikten we terug ons
vertrekpunt.
Wegens de natte weersomstandigheden zat er
geen terrasje meer in.
Ik wist niet dat er zo goed kon gewandeld
worden op een boogscheut van De Stad.
André bedankt. Ik zal volgende keer terug eieren
naar de Klarissen dragen. Dan hebben we hopelijk de volgende keer beter weer.
Hugo Geets




|
|
|
 |
30-08-2011 |
30/08/2011 Meesterwerken in het MAS |
Gids : Kathleen JORIS
Het is een
tentoonstelling die tot stand is gekomen door de samenwerking met drie andere
Antwerpse musea : het KMSKA, het M HKA en het Museum Plantin-Moretus.
De volledige 3de
verdieping van het MAS werd hiervoor ingericht.
Bedoeling was vooral
een beeld te krijgen van hoe Antwerpen zijn invloed uitgeoefend heeft en nog op
de wereld.
Het thema is vooral in functie van het BEELD de stad als een CULTUURSTAD te erkennen. (16de
Eeuw)
Bij de intrede in de
zaal werden we ontvangen met een MONTAGE (niet direct te ontdekken) van aan elkaar geplakte beelden en geluiden
van een viool. Dit zou ons moeten doen nadenken
wanneer we beelden en geluiden zien en/of horen. Het lijkt op een GEHEEL doch
het is een aaneenschakeling van aparte beelden en geluiden, en als dusdanig
valt dit niet op.
De volgende ruimte
toont ons de MACHT IN GOUD. Vooral de
goddelijke verering en de onvatbare blijde intredes van vorsten (bv. munten van
Alexander de Grote). Het was vooral door
Rubens dat de stadsdecoraties werden aangebracht.
Beelden van grote
landvoogden werden gemaakt van dure steensoorten (zoals witte marmer)
Contrasterend hiermede
heeft onze JAN FABRE met zijn groene juweelkevers (uit Thailand) een beeld
willen scheppen van de MENS ten opzichte van de KEVER. De mens met zijn zachte buitenkant en harde
binnenkant (botten, knoken) en de kever met zijn harde buitenkant en zijn
zachte binnenkant. Door die harde groene
kevers in de vorm van een mensbeeld te creëren, maakt hij als dusdanig ook een
menselijk beeld met een harde buitenkant.
Ook de dweil met de
belgische driekleur en de tekst doet ons nadenken, filosoferen over bvb. ons
vorstenhuis. Hij noemt dit opneembare kunst.
Jan (zonder namen te noemen) merkte direct op : Voor België is dit effectief
dweilen met de kraan open
.
Vervolgens gaan we
over naar een volgende episode in de schilderkunst (ikonenschilders) nl. de
Byzanthijnse schilderkunst. Die uitte zich
vooral in het schilderen op goudkleurige achtergronden. Het zijn nadien de vlaamse primitieven die een nieuwe visie in de schilderkunst
brengen (nemen dus afstand van die gouden achtergronden) en dit vooral onder
impuls van Rogier Van der Weyden. Het
werk van deze vlaamse primitieven werd vooral beïnvloed door de brabantse
mystiek nl. het contact met God via het eerbiedige aardse.
Er is de zin voor
realiteit doordat men ervan uitgaat dat alles door God is geschapen. We
bevinden ons dan in de 14-15de eeuw. In die werken zit vooral veel
symboliek zoals bvb. een schilderij waarin vooral de lente te zien is, geeft
ons symbolisch hoop.
Het is hier dat voor
het eerst de schildertechniek met transparante OLIEVERF wordt toegepast met
name door de uitvinder Jan Van Eyck.
(Door verschillende transparante lagen op elkaar aan te brengen, krijgt
men donkere tinten.)
Zo komen we dan
dichter bij de hedendaagse kunst. Pop art, Andy Warhol : bekend bij de
hedendaagse kunstliefhebber, doch blijkbaar zou Vlaanderen hier niet echt van
houden.
Het is echter door de boekdrukkunst (16de eeuw)
dat Antwerpen terug op het voorplan treedt. De verspreiding over de wereld van
vooral prenten gebeurde door de jezuïeten.
Het was vooral Jeroen
Cock die zich als een soort manager/uitgever van de prenten manifesteerde.
In de ruimte KAMERS
EN KASTEN VOL WONDEREN is een ruime verzameling te zien van schilderijen, die
bvb. ingelegd zijn in een kast met vakjes, deurtjes en schuifjes (wonderkabinet) of een verzameling van
schilderijtjes in een schilderij. Dit
soort kunstkamers is exclusief ontstaan in Antwerpen met name door Frans
Francken. Zijn schilderijen zijn meestal van een klein
formaat (kabinetstukken) .Veel van zijn werken zijn met allegorische of
bijbelse thema's met de nadruk op de menselijke figuur.
Op het einde van de 16de eeuw
krijgen we de opkomst van het protestantisme (in hun leer staat : Vereer geen
beelden) en met het gekende gevolg : de beeldenstorm.
Het is dan ook in 1585 dat de val
van Antwerpen zich afspeelde. Onder
andere tol betalen om via de Schelde Antwerpen te bereiken enz
Het is pas begin 17de eeuw dat er
terug een opleving is gekomen voor Antwerpen, door het zogenoemde 12-jarig
bestand tussen de noordelijke en zuidelijke Nederlanden. Voornamelijk het vrijmaken van de Schelde was
het hoofddoel.
Door het schilderen van allegoriëen of beeldraadsels
(Een allegorie betekent in de beeldende
kunst een voorstelling waarin één of meer personificaties en/of meerdere
personen of figuren zijn verwerkt die met elkaar in interactie kunnen zijn). Dit
zou geholpen hebben om het verdrag kracht bij te zetten bij de ondertekening.
Het is Rubens die dat alles te horen krijgt en zodoende krijgen we terug via de
schilderkunst de macht van het beeld.
(Als dusdanig wordt dan ook het protestantisme
geweerd).
Het is ook van toen dat de KUNSTHANDEL IN DE
SCHILDERKUNST veranderde. Voorheen
maakte men een schilderij in opdracht van iemand en voor een afgesproken
prijs. Dit veranderde in het maken van
een stock in schilderijen, welke dan in bvb. het beursgebouw werden
verhandeld. Tussen haakjes : op een van
de schilderijen is te zien waar vroeger het HANZEHUIS OF OOSTERSHUIS stond. Het
is op exact deze plaats dat nu het MAS staat.
Onze wandeling eindigt bij een werk van Luc Tuymans. Het is hij die aan de voet van het MAS het
museumplein met de 1600 m² grote mozaïek Dead Skull heeft laten uitvoeren. De antwerpse kunstenaar grijpt daarvoor terug
naar een gelijknamig schilderij uit 2002. Dat was op zijn beurt gebaseerd op de
gedenkplaat voor Antwerpenaar Quinten Metsys (1466-1529) op de
gevel van de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal. Metsys was schilder en oprichter van
de schildersgilde. Oprichter van de Antwerpse school en een van de laatste
belangrijke vertegenwoordiger van de vlaamse primitieven.
Dead Skull legt een link tussen schilderkunst uit de Gouden
Eeuw en een hedendaags Antwerps icoon. Het verbindt ook twee Antwerpse torens:
het MAS en de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal. Het is het eerste publieke werk van
Luc Tuymans dat permanent zichtbaar is.
Deze 1.5 uur durende rondleiding heeft naar mijn mening ons
allen geboeid en dit vooral door de zeer goede gids, die ons via een chronologische
opbouw(evolutie) in de geschiedenis het beeld
in Antwerpen (vooral schilderkunst) heeft
leren ontdekken.
Uw chinese vrijwilliger Achiel.




|
|
|
 |
17-08-2011 |
17/08/2011 Bezoek aan de JAIN tempel te Wilrijk |
De JAIN tempel te Wilrijk
Het eerste deel van ons bezoek verliep in een ontvangstlokaal. De gids wees ons op het verschil tussen enerzijds het Hindoeïsme en het Boedhisme, en anderzijds het Jainisme.
Hieruit bleek dat het Jainisme binnen India wel de levensfilosofie met de kleinste groep aanhangers is, maar toch nog goed voor zon 7.000.000 leden binnen de grenzen van het land.
De voornaamste levensregels die Jainisten opvolgen zijn : geweldloosheid, de natuur en alles wat leeft, niet bezoedelen of schade toebrengen, vasten, mediteren en bezinning. Ze volgen een vegetarisch dieet. Volgens de leer van Jain leeft de geest eeuwig voort, door een kringloop van wedergeboorte en verlossing
De Jain gemeenschap in Antwerpen telt zon 400 à 500 gezinnen, ongeveer 1500 personen.
Ze werken bijna allen in de diamantsector.
Na deze inleiding bekeken we buiten de architectuur van de tempel en de bijgebouwen. De tempel is de grootste in zijn soort buiten India gebouwd. Hij werd opgetrokken in witte marmer, dezelfde soort die gebruikt is bij de Taj Mahal tempel in India. De onderdelen van de toren zijn massieve blokken die in India werden bewerkt, dan verscheept en hier ter plaatse op elkaar werden gezet. Het overvloedige beeldhouwwerk laat geen plaats onbenut, en leest als een boek, dat in verschillende etages, de symboliek van de leer van het Jainisme onderwijst. Boven op de toren staat een gouden kruik, het symbool van de drang naar onsterfelijkheid. En op de kruik wappert de goud met rode vlag, het symbool van de overwinning van het geestelijke op het materiële. Elk jaar wordt het vervangen van de vlag via opbod aan de meest biedende gelovige gegund, en gaat met een heel ritueel gepaard.
De deuren van de tempel zijn ware kunstwerkjes van houtsnijwerk en beelden de 8 gelukssymbolen uit die we ook op de torenvlag terugvinden. Ook een Swastika, een oud Arisch teken, is erop afgebeeld.
De bijgebouwen zijn ook alle in witte marmer. Ze herbergen een Cultureel Centrum, een bibliotheek, een leslokaal voor jonge kinderen, en een onthaalruimte waar sociale maaltijden voor minderbedeelden worden verstrekt.
Tot slot gingen we ook, zonder schoenen, binnen in de tempel een kijkje nemen. Deze was ook prachtig ingericht. De gelovigen wisselen van kledij vooraleer ze aan hun meditatie beginnen. Ze dragen een doek vóór de mond om de lucht van het heiligdom en de beelden niet te bezoedelen. Er wordt overvloedig wierook gebrand. Er zijn ook tempeldienaars aanwezig.Dit zijn leken die strikter de leer volgen dan de gewone aanhangers van het Jainisme. De leer kent ook religieuzen. Deze doen afstand van hun bezittingen, trekken rond en hebben geen vaste verblijfplaats. Ze eten 1 x per dag voedsel, dat ze zelf niet mogen bereiden. Ze dragen een minimum aan kledij, die wit van kleur is. Ze hebben alles opgegeven en leven enkel voor de meditatie.
Tot slot bezochten we een grote meditatieruimte op de verdieping. Ze heeft 9 grote poorten en de vloer is van zeer kunstzinnig ingelegd marmer. Daar vindt eind augustus het jaarlijkse groepsfeest plaats, de Paryushana, en dit duurt 8 dagen. Het is een feest van vasten en bezinning. Sommige gelovigen eten of drinken niets gedurende die 8 dagen. Deze periode eindigt met een openbare vraag voor vergiffenis om het leed dat men bewust of onbewust een medemens heeft aangedaan.
Tot slot bedankten we onze gids voor haar zeer interessante uiteenzetting. Een beetje stil, en met veel stof tot nadenken, verlieten we het domein.
L.V.S




|
|
|
 |
09-08-2011 |
09/08/2011 Stadswandeling Antwerpen : Genieten van Kunst |
Heerlijk Genieten van Kunst 09 & 11 augustus 2011
Belangstelling voor deze stadswandeling was er genoeg om in twee groepen, onder de kundige leiding van gids Hilde Heylen van Antwerpenanders, een stukje stad anders te bekijken.
Het bezoek aan het museum Rockoxhuis was een voltreffer zowel door de prachtige kunstwerken als door de humoristische benadering ervan door Hilde. Dit museum is werkelijk prachtig erfgoed waar de KBC bank heel wat in investeert. Dit twee uur durende bezoek vloog voorbij alsof het niets was. t Is niet te geloven waar Hilde haar anekdoten blijft halen.
Voor de lunch wandelden we naar het restaurant Het Brandijzer waar ons een gezond slaatje was beloofd. Slaatje ??? We werden hier heerlijk vertroeteld met een lekkere uitgebreide sla met keuze tussen: heilbot zalm en geitenkaas. Daar boven op konden we ook genieten van een lekker glas wijn en een koffie als toetje.
Met buikje vol waren we gewapend om de barre kou te trotseren. Een ijskoude wind maakte het er niet aangenaam op en toch is t zomer ?
Gewapend met paraplus volgden we onze gids, gelukkig regende het niet, om in de oude stad alles op te zoeken waar er maar enig verband kon gelegd worden met smullen, drinken en feesten.
Hilde had weer de vorm te pakken om met schitterende verhalen en dito anekdotes ons niet alleen te vermaken maar ook een en ander bij te brengen dat we nog niet wisten. Straf hé!
Om deze aangename dag af te sluiten werden we nog vergast op een heerlijke koffie ceremonie met de daarbij passende patisserie (om duimen en vingers af te likken). Sommigen gingen zelfs over tot het nuttigen van iets sterkere dingen. En vermits we onderweg gehoord hadden van de Antwerpse drank Elixir d Anvers hadden verschillende deelnemers kolieken voelen opkomen en die moesten bezworen worden.
Een fijne, gezellige dag (ondanks de koude) vonden de deelnemers die blij waren van meegedaan te hebben.
Meer van dat.
R.G.







|
|
|
 |
26-07-2011 |
26/07/2011 MAS-Tour en wandeling Eilandje |
Mas-tour en wandeling Eilandje 26 en 28 juli 2011
Belangstelling was er zeker zodat we in 3 groepen het MAS bezochten.
We hadden al zoveel gelezen in de media over dit gloednieuwe museum dat de verwachtingen hoog gespannen waren bij de deelnemers. Het koude slechte weer kon het enthousiasme niet temperen.
We konden dit ontwerp van architect Neutelings Riedijk zeker waarderen. De publieke wandelboulevard achter glas, die vanaf de ingang langs alle verdiepingen tot aan het dakterras leidt is een schitterende vondst. Je kan vanop elke verdieping in verschillende windrichtingen in de verte kijken. Het gebogen glas is knap gevonden en geeft een speels gevoel van golvend water.
Antwerpen is een stad aan een stroom met een haven. Dat zorgt al eeuwen voor ontmoeting en uitwisseling. In het MAS vind je dat terug.
De gidsen deden hun uiterste best en hadden moeite om binnen hun tijdsbestek te blijven.
We konden natuurlijk niet alles zien dus
reden om nog eens terug te gaan.
De lunch in restaurant DOUFEU verliep heel vlot en werd best gewaardeerd door de deelnemers.
In de namiddag hebben we beroep gedaan op Antwerpenanders om een rondwandeling op het Eilandje te verzorgen. En zoals we de gids Hilde Heylen reeds kennen verliep dat heel vlot, leerden we weeral heel wat bij en door haar gekende humoristische manier van vertellen vloog de namiddag snel voorbij.
Spijtig voor de eerste groep die de wandeling in soms gietende regen moest lopen.
Romain.





|
|
|
 |
12-07-2011 |
12/07/2011 Fort Liefkenshoek |
Bezoek Fort Liefkenshoek.
Rondrijden in het havengebied is niet zo simpel! Maar toch arriveerde iedereen tijdig aan
die groene oase in de haven. Die naam is het Fort zeker waard . Het wachten was op gids nr. 2!
Met 2 groepen startte onze rondleiding. Eerst ging het naar de dijk. Daar vertelde onze gids dat de naam van de plek niets te maken had met vrouwelijk schoon, maar wel iets met de naam van een middeleeuws riviertje dat de Lieve heette, en in vroegere tijden op die plaats(bocht) in de Schelde uitmondde.
Aan de overzijde van de Schelde was er nog een tweede fort, in Lillo. Het bereik van een kanon lag toen maar tot in het midden van de Schelde, dus waren er ook kanonnen nodig op de andere oever.
Daarna werd de buitenzijde van het Fort bekeken. De gebouwen worden nog volop gerestaureerd, en dit ook met de steun van de Europese gemeenschap.
De KAT, het vroegere verblijfskwartier van de militairen, dat in een halve cirkel gebouwd is, met de opening landinwaarts , wordt nu ingericht als logies voor studenten en jeugdgroepen. Het quarantainegebouw werd afgebroken.
Onder de dakrand werden kleine openingen gelaten in de buitengevel, en die voorzien ook in logies, maar dan voor kleine vleermuizen.
Ook het vroegere kruitmagazijn en de officierswoning zijn in restauratie. De latrines wachten hun beurt nog af!!!
Nu was het museum aan de beurt. In de eerste themazaal stond de eeuwenlange strijd van de mens tegen het water centraal, met verhalen van overstromingen, inpolderingen, oorlogen, visserij en landbouw, en tenslotte het inpalmen van het gebied door de industrie. Daarna vernamen we van de gids alles over de levensloop van het Fort in de loop der eeuwen.
We gingen, by night, aan boord van een Fluit, dat was de nabootsing van een schip met die benaming uit de 18de eeuw, en we waanden ons midden in de nacht op de Schelde.
De resten van een oud schip, de Kogge, in gebruik tussen 1200 en 1450, die bij de uitgravingen van het Deurganckdok werden gevonden, liggen er ook opgeslagen in grote kisten.
De opstelling van de tentoonstelling in het museum bevat verschillende themas, chronologisch gerangschikt. Van de 80-jarige oorlog, naar Farnese en Bredero, Kallo als Staatse (protestantse) enclave, het eerste tolvrije schip met de naam van Marnix van St.Aldegonde. Toen kwam Napoleon als bouwheer van de eerste gebouwen van het Fort (1810-1811). In de 19de eeuw (1839) vertrekken de Nederlanders uit de Scheldeforten, en later wordt het Fort een quarantaine verblijf (1849-1952). Tijdens de 2 wereldoorlogen palmt de Duitse bezetter telkens weer het Fort in. Na W.O. 2 gebruikt de Belgische marine het Fort als uitkijktoren : getuige hiervan het gebouw op de Scheldedijk. Tussen 1964 en 1973 wordt het Fort gebruikt als vakantieverblijf voor Belgische militairen. En, vanaf 1985 wordt de gemeente Beveren eigenaar, het Fort krijgt de titel van beschermd monument, en men start met de restauratiewerken.
Zo verandert een garnizoensplaats dus nu in een cultuur-historisch monument.
Speciaal voor onze groep was de cafetaria toch geopend op een sluitingsdag, en een drankje was meer dan welkom na de rondleiding door de zeer bekwame gidsen!!!
L.V.S



|
|
|
 |
16-06-2011 |
16/06/2011 Bezoek aan het carnaval museum te Binche |
Kort verhaaltje bij het vertrek naar Binche
Arlette uit Schelle, bleef maar bellen : Ik geraak nie voorbij die bareel, En er staan er toch zo veel! Maar haar laatste draai aan t licht, Bracht tóch de bus nog in t zicht! Toen vertrokken we, voor de tweede maal, En dat is het einde van mijn verhaal!!!
|
|
|
 |
|
 |
Museum van het Carnaval en het Masker te Binche
Met dank aan de vele omleidingen vertrekken we met enige vertraging. Aangekomen in het Internationaal Museum van het Carnaval en het Masker in Binche krijgen we een tasje koffie of thee. We worden in 2 groepen opgesplitst : groep 1 start bij het Carnavalgebeuren terwijl groep 2 met de andere gids alles te weten komt over maskers van over de hele wereld. Daarna krijgen we een wissel van groep. Ons wordt uit de doeken gedaan wat de betekenis is van het kostuum dat de Gilles dragen, alsook van de attributen die ze bij zich hebben. Rond halfvasten beginnen de festiviteiten op zondag vóór Aswoensdag met de stoet van de carnavalgezelschappen, begeleid door trommels en draaiorgels. Op vette maandag komen de jongeren op straat, samen met de muziekgezelschappen. De grote dag is vette dinsdag, want dan komen de Gilles zelf buiten. Reeds van 4.00 uur in de ochtend drinken ze champagne! Rond 9.00 uur zijn het de Paysans, de Pierrots en de Arlequins die samen het spektakel maken en daarna ook op het stadhuis ontvangen worden. De Gilles en de Paysans dragen het typische masker, en gooien met appelsienen naar het publiek! s Avonds eindigen de festiviteiten met een groot vuurwerk. In het museum van het masker krijgen we een overzicht te zien van de meest representatieve en kenmerkende maskers en vermommingen uit Afrika, Azië, Oceanië, Amerika en Europa. Onze gids vertelt ons over de rituele functies, het verschil tussen de feesten op het platteland en in de steden, en over de link van de maskers met de natuur. Na een korte wandeling bereiken we de plaats waar het middagmaal op ons wacht: restaurant La Binchoise,. Het is gelegen in een oud brouwerijgebouw, waar het pittige biertje: de Binchoise gebrouwen wordt. Een nieuwe gids neemt ons daarna op sleeptouw : we wandelen rond de grote ommuring van de stad Binche. De muur en de torens kennen een zeer oude geschiedenis. Niettegenstaande de vele belegeringen, zijn de overblijfselen nog in redelijke goede staat, en worden ze door de stad ook prachtig onderhouden. Hierna met zn allen weer de bus in.We rijden nu naar Fontaine-lEvèque. Hier bezoeken we eerst een gazometer. Dit is een opslagtank waarin gas kon gestockeerd worden, en waarbij water een rol speelde bij de afdichting van de gasbel. Vervolgens naar het mijnmuseum! Hier vernemen we veel over de werking van de schachten, het stutten, de liften, vervoer in de mijngangen van de steenkool door paarden, de gevaren van het mijngas en nog veel meer. Na nog een korte plas- en drankstop reed de bus ons weer veilig naar Mariënborgh




















|
|
|
 |
|
 |



We hadden een gespecialiseerde tolk en gids bij in de persoon van Jean Vanagt, hij sprak uit eigen ervaring door zijn stage in de mijn van Zwartberg. Bedankt Jean !





|
|
|
 |
07-06-2011 |
07/06/2011 Koffiebranderij Verheyen |
Koffiebranderij Verheyen
Na een rustig fietstochtje van een half uur was ik te vroeg aan de koffiebranderij Verheyen en genoot ik van het zonnetje op de bank. Geleidelijk kwamen de deelnemers aan. Iedereen was stipt op tijd en we werden ontvangen door de Heer Verheyen zelf. Terwijl de zoon het laden van de wagens opvolgde vertelde de Heer Verheyen de geschiedenis van de firma. Zijn grootvader was een kruidenier die overgestapt was op het branden en verkopen van koffie. De koffiebranderij was gelegen in het centrum van Antwerpen. Door plaatsgebrek verhuisden zij naar de huidige plaats in Deurne. Hij vertelde over de aanpassingen die aan de huizen werden gedaan voor de uitbreiding en om te voldoen aan de vereiste normen. Ook het overnemen van andere branderijen uit het Antwerpse en andere delen van het land kwam ter sprake. Hierna stelde hij ons voor aan onze gidsen en de dames van de winkel. Wij werden in drie groepen verdeeld. De eerste groep ging proeven van enkele kopjes koffie. De tweede groep trok naar de branderij en de verpakking.
Mijn groep ging naar de vergaderzaal voor een kleine voorstelling.
Er bestaan 2 belangrijke koffieplanten, de Robusta en de Arabica. De planten groeien enkel in de tropen. De Robusta groeit en bloeit op zeeniveau en de betere Arabica vanaf 900m hoogte. Hoe hoger hoe beter de koffie zal zijn, maar ook hoe duurder en zeldzamer.
De koffieplant geeft pas na 5 jaar haar eerste vruchten in de vorm van een groene kers. Naargelang van de rijpheid evolueert de kleur van groen naar diep paars-rood. Enkel de pit van de vrucht heeft men nodig. Om deze te kunnen verwijderen van het vruchtvlees laat men de vrucht na de oogst enkele tijd in de zon drogen. Een nieuwe plant kan slechts ontstaan als de tweelingerwt te samen worden geplant.
De geoogste bonen worden dan vervoerd in balen van 60kg. De verkoopwaarde wordt voornamelijk bepaald door de beurs van Londen.
De cafeïne kan uit koffiebonen verwijderd worden door de toepassing van de eigenschappen van kooldioxide. De boon wordt ermee gewassen bij een bepaalde temperatuur en druk. Dit gebeurt niet bij de brander, maar door de invoerder op vraag van de brander.
De koffiebrander vermengt eerst de twee soorten van verschillende afkomst volgens zijn eigen smaak alvorens het branden. De mengverhouding is zijn geheim. Het branden duurt ongeveer een 16-tal minuten. Na het branden gebeurt het malen en verpakken. Het vullen en verpakken van de koffiepads wordt extern uitbesteed.
Wij verlaten de vergaderzaal en bezoeken de stockeerplaats, het mengen en het wegen van de bonen. Vervolgens bezoeken wij het depot van de afgewerkte koffie en van de nevenproducten die samen aan de klant kunnen verkocht worden. We zien ook de kleine ruimte van de proeverij met de kleine koffiebranders om stalen te branden en te proeven. Hier worden proef- en vergelijkingstesten gedaan, door drie personen, op de aangekochte bonen.We maken het branden mee van een lading bonen en ten slotte het verpakken ervan. Na de rondleiding worden wij ontvangen in de winkel waar wij van twee verschillende soorten koffie mogen proeven en genieten. Tot slot was er nog de gelegenheid tot het kopen van de producten.
Jan Vanagt.
|
|
|
 |
27-05-2011 |
27/05/2011 Meerdaags Andalusië |
.
ANDALUSIË van 27/05 tot 04/06/2011
27 mei, in de vroege ochtend vertrokken we halfslapend
maar welgezind met de bus naar Zaventem, waar Frans Verbruggen, de ons
welbekende gids, ons opwachtte. Het vertrekuur was vervroegd, maar zouden meer
tijd hebben om Malaga te bezoeken! Het opstaan waard. Een technisch defect
besliste er anders over en het werd 11 uur.toen we in het warme Malaga
toekwamen. Na het bezoek aan de overweldigende kathedraal zijn we, opeengepakt
als sardines, tapas gaan eten in het restaurant Quitapenas Tapas. Aan het
lekkers kwam geen einde en we werden ook nog getrakteerd op een extra drankje.
Iedereen dik tevreden.
Na een rondwandeling in Malaga vertrokken we met de
bus naar Granada, met in de verte de besneeuwde toppen van de Sierra Nevada. We
verbleven er 2 dagen en bezochten er de kloosters San Juan de Dios
enCartuja, de oude stadswijk, het Capilla Real met de praalgraven van
Filips de Schone en Johanna de Waanzinnige, de kathedraal, het Generalife en
het prachtige Alhambra. We leerden er ook het verschil kennen tussen de zoete
en de bittere appelsienen. Als volleerde schoolkinderen werd daarna elk blad
van de sinaasappelboom geanalyseerd.
Op 29 mei vertrokken we vanuit Granada door de
eindeloze velden met olijfbomen naar Ubeda, waar we het Palacio de las
Cardenas en de kerk van de H. Maria en van El Salvador bezochten. We reden
verder naar het toen niet overstroomde Baeza waar we de oude stadskern
bezochten en zetten onze reis verder naar het prachtige Cordoba. Daar bezochten
we de Plaza de la Corredera, waar vroeger stierengevechten werden gehouden,
de Kerk van San Miguel, de Plaza de las Tendillas met de mooie fonteinen en
het standbeeld van Fernandez de Cordoba, de romeinse brug over de Guadalquivir
en de joodse wijk, de Juderia. Maar het mooiste en indrukwekkendste was toch de
Mezquita-kathedraal,. een enorme moskee met middenin een overweldigende
katholieke kathedraal. Een voorproefje voor de toekomst voor onze lege
kathedralen ? Iemand al gedacht aan een moskee in het midden ? In Sevilla
toegekomen genoten enkele van onze reizigers van een deugddoend Kabouter
Plopzwembad, Maar we sliepen heerlijk in ons mooi hotel.
In Sevilla verbleven we 2 dagen. De eerste dag
bezochten we er de Plaza de España met de bekende azulejos en wandelden
langs het Palacio de San Telmo,de Puerta de Jerez en de Avenida de la
Constitucion naar het Real Alcazar,.een paleizencomplex van 10 ha. Verder
bezochten we de oude stadswijk met witbepleisterde huizen en koele patios vol
bloemen: de wijk Santa Cruz. Ook de kathedraal mocht niet ontbreken: de derde
grootste kerk van de wereld, met een Vlaams altaar van 20 m. hoog, versierd met
bladgoud,.en met het graf van Christoffel Columbus. De kranigsten onder ons
beklommen ook nog de Giralda, een 96 m. hoge minaret, van waaruit er een
prachtig panorama was op de stad. Na de middag splitste de groep zich in
hotelblijvers en een harde kern museumbezoekers. s Avonds genoten de
liefhebbers van een prachtige Flamencoavond, door velen beschouwd als de
mooiste die ze ooit gezien hadden. De tweede dag reden we langs de paviljoenen
van de wereldtentoonstelling van 1992 naar de kerk van de Macarena. Na de
Casa de Pilatos werden we ingewijd in de wereld van de toreadors in het Real
Maestranza.
In Jerez de la Frontera gingen we hoe kan het ook
anders een sherrybodega bezoeken en vooral grondig proeven en tapas eten.
Tussendoor gingen we naar de Real Escuela Andaluza del Arte Ecuestre waar we
een dressuurshow met Andalusische paarden te zien kregen.
Van Jerez de la Frontera reden we naar Arcos de la
Frontera.en daarna zetten we onze reis verder naar Ronda. We liepen langs de
stierenvechterarena, de oudste van Spanje, naar de Puerte Nuevo, een oude
brug die een kloof van 100 m. diep overbrugt en zo het oude met het nieuwe
stadsdeel verbindt. Het was een mooi stadje met witgeschilderde huizen en
patios vol bloemen en azulejos. Na wat vrije tijd, reden we door de bergen
naar Fuengirola. Hier konden de liefhebbers genieten van een volwassenen
zwembad.
Op de laatste dag bezochten we Mijas, een pittoresk
stadje in de heuvels met witte huizen en smeedijzeren hekken. We reden verder
naar Marbella, het stadje van de Jetset. We bezochten er de oude stad en lieten
ons een afscheidsdrankje op de Plaza de los Naranjos welgevallen. Met de bus
reden we naar de Puerto Banus, de haven met luxueuze boten en exclusieve
autos.
Na het middagmaal vertrokken we naar de luchthaven van
Malaga. We zouden rond 21 uur in Zaventem aankomen, maar zoals bij de
heenvlucht zat het ons weer niet mee. Uiteindelijk mochten we dan toch
opstijgen en kwamen veilig en wel in Mariënborgh toe rond 1 uur zondagmorgen.
Frans, onze gids, heeft ons weer een mooie reis
bezorgd en ons zoals steeds op een voortreffelijke en vaderlijke wijze
begeleid. Maar ook Vic en Hilde hebben hun beste beentje voorgezet. Hartelijk
dank voor deze mooie reis.
Magda en Tuur
ANDALUSIË 2011 door Marcella
Verslag rondreis Andalusïe
vanuit Malaga naar Granada, dan Cordoba, Sevilla, Jerez de la Frontera tot
Fuengirola van 27/05 tot 4/6/2011
Als we landen in
Malaga, hebben we een vrij stresserende start achter de rug met technische
mankementen en een passagier met overstapmoeilijkheden.
Maar eens ter plaatse
worden we ondergedompeld in een mix van kathedralen en patios overgoten met
een sausje van tapas en vino tinto, begeleid door de geuren en kleuren van
bougainvilleas en jacarandas.
Onze gids Frans leidt
zijn schaapjes als een goede herder langs alle mogelijke bouwstijlen die de
Andalusische cultuur rijk is. Zijn kennis is onuitputtelijk. Jaartallen,namen
van belangrijke architecten en kerkvorsten, alle verschillende gebouwen die mee
de geschiedenis hebben bepaald, passeren de revue en geven ons er een idee van
hoe het er in vorige eeuwen aan toeging. En dat was niet altijd rozengeur en
maneschijn. Door de eeuwen heen, hebben volkeren zich moeten aanpassen, zeg
maar neerleggen bij situaties die toch een hele ommezwaai te weeg brachten.
Moslims, christenen, joden hebben dit aan de lijve ondervonden. En dat heeft
ook zijn sporen nagelaten op de gebouwen.
We zien kerken in
Moorse stijl opgetrokken maar met barokke invloeden, sobere patios aan de
buitenzijde, maar met binnenmuren met prachtige azuleos en fonteintjes. Het
mooiste voorbeeld van die geloofsomwenteling is uiteraard de Mezquita-moskee in
Cordoba. In de oorspronkelijke moskee met een oppervlakte van 80 ha is een
kathedraal van 20 ha gebouwd.
En dan uiteraard de
paarden-en stierenkrachtvan Andalusïe, we bezoeken een nog actieve
stierenarena in Sevilla,we maken een show van paardendressuur mee in Jerez de
la Frontera, jawel ook de thuishaven van sherry Tio Pepe met welgesmaakte
proeverij. Uiteraard mag een flamenco-show niet op het programma ontbreken
Na cultuur en sport
en spelen, ook oog voor de natuur. In Arcos, Ronda en Mijas dwalen we rond in
de smalle steegjes met witgekalkte huisjes. Deze dorpen zijn gebouwd op de
flanken van de rondomliggende sierras.
Op onze rondreis gaan
we ook de zon-zee-strandtoer op. Vanuit de badplaats Fuengirola brengen we een
bezoek aan het mondaine Marbella en flaneren langs luxejachten, peperdure
cabrios en optrekjes voor de meerbegoede onder ons. Liggen deze laatsten
wakker van de grote wereldproblemen of eerder van de vraag wat ze vandaag
zullen aantrekken voor een partijtje golf?
We nemen afscheid van
een betoverend stukje Spanje , weeral een ervaring rijker.
Marcella



















|
|
|
 |
19-05-2011 |
19/05/2011 Lentewandeling De Honnefretters |
.

















|
|
|
 |
13-05-2011 |
13/05/2011 Praatcafé Juwelen maken |
Reeds om 13.30 had Maria een uitgebreid assortiment aan gesorteerde parels in alle tinten en afmetingen uitgestald op een grote tafel. Ook de nodige slotjes, ringetjes, gekleurde rijgveters, ijzerdraad, lijm, tangetjes, enz. , dit alles lag te wachten op vaardige vingers. Rond 14.15 uur kon Maria starten met de demonstratie van de verschillende stappen en technieken, nodig voor het samenstellen van het halssnoer.
Dankzij de camera van Jean-Pierre konden de deelnemers aan deze workshop op groot scherm alle handelingen zeer goed volgen.
Daarna was het de beurt aan" de leerlingen", om dit alles in de praktijk om te zetten.
"Juf" Maria kwam soms handen, ogen en oren te kort om de gretige dames ( heren gaven verstek), te helpen met kiezen van parels, vastmaken van slotjes en met de knijp- en kleeftechnieken alles stevig vast te maken. Bijna 3 uur lang was het in de zaal van Mariënborgh een gezellige drukte. En het resultaat van al die ijverige handen mocht best gezien worden! Het was al ná vijven toen met het opruimen werd gestart.
Fotograaf van dienst, Etienne, legde enkele "juweeltjes" vast op de gevoelige plaat.
L.V.S















|
|
|
 |
05-05-2011 |
05/05/2011 Kasteel van Beloeil & Geraardsbergen |
Onder een stralende zon reden we vol verwachting naar Beloeil om in het plaatselijke kasteel van de Princes de Ligne het kasteel te bezoeken dat, zoals jaarlijks, dit is de 23e maal, van 30 april tot 8 mei, prachtig wordt versierd met Amaryllissen als een ode aan de jaarlijkse wedergeboorte van de natuur. De mooiste bloemstukken en prachtige decoraties vormden een sprookjesachtig decor van de salon van de Ambassadeurs tot de schitterend gedekte eetzaal, de prachtige bibliotheek, tout court het ganse kasteel.
De Prinsen de Ligne bewonen dit kasteel sinds 1394 (30 generaties).
De schitterende expositie van de 3500 prachtige bloemen werd kunstig aangebracht door Geert Pattyn in samenwerking met de Provinciale tuinbouwschool Kortrijk en Marie Marichal. De bloemen zelf werden gekweekt en gesneden door het Hollandse huis Berbee & zonen.
De uitstekende gidse (Beloeil genoemd (:- )) ) vertelde enthousiast in perfect Nederlands de geschiedenis van de familie aan de hand van de vele schilderijen. Deze prinselijke familie telden onder zich: krijgsheren, ambassadeurs, onderkoningen, senators, schrijvers en luchtvaartpioniers. Zij waren vooral bekend om hun vele allianties.
Rondom het Kasteel (het Hertenpark 6 ha groot) werd aangelegd als Engelse tuin door Prins Charles Joseph.
Met een treintje werden we rondgevoerd door het aanliggende park waar een grote waterpartij de aandacht trekt met op het einde een beeld van Neptunus.
De lunch konden we, uitzonderlijk, nuttigen in de Kapel van het kasteel dat voor deze gelegenheid als restaurant werd ingericht. De lunch was overvloedig en lekker te noemen zodat eenieder met bolle buik de route naar Geraardsbergen kan aanvangen.
In Geraadsbergen werden we opgewacht door 2 zeer bekwame gidsen die ons meer gaan vertellen over de stekjes nijverheid die Geraardsbergen lange tijd op de kaart hebben gebracht.
We vernemen tijdens de wandeling hoe de stad door de tijdsgeest van de 20e eeuw gedurig veranderde. We wandelen langs de arbeiderswoningen maar ook langs woningen in art nouveau en artdeco.
Een zalige rustpauze was zeer welkom op een aangenaam terrasje.
De gidsen vertelden honderduit over de stekjesperiode. Wie herinnert zich nog Union Match van de Union Allumettiere ? Het verleggen van de Dender om toe te laten dat schepen met hout konden aanleggen. We kregen ook het verhaal van de Zweedse ondernemers die het Belgisch lucifermonopolie verkregen.
Tot slot van de dag nuttigden we een broodmaaltijd, boerenboterham met kaas, gevolgd door
. een Mattentaart, streekproduct. Er werd uitgebreid koffie geschonken en
. verdund (!) maar dit was om goed te kunnen slapen (:- ))
Kortom volgens de deelnemers een zeer geslaagde uitstap.



















|
|
|
 |
|
|
.






----------------------------------------------------------------------------------------------------
Union Alumettière (Swedish Match) stekjesfabriek of wat ervan is overgebleven.



|
|
|
 |
28-04-2011 |
28/04/2012 Griffel Rock |
Stipt om 14.30 verwelkomt presentator Luc Appermont het publiek in het voor ¾ gevulde Sportpaleis.Twee grote beeldschermen zorgen ervoor dat iedereen alles kan volgen wat op het podium gebeurt Ook Prov. Gedeputeerde Marc Wellens verwelkomt het publiek.
Op elk zitje ligt een programmaboekje. Daarin lezen we dat elke artiest minimaal 3 nummers brengt. Koen Crucke, dit jaar 40 jaar op de planken, bijt de spits af. Vooral het liedje: Ik hou van u , gezongen in het Nederlands en het Frans, valt in de smaak.
Danny Fabri, ook 40 jaar artiest, weet met Ca, ç est la vie
de zaal te beroeren.
Daarna is Garry Hagger aan de beurt. Hij brengt met oa. Het allermooiste de hit uit zijn beginperiode, maar echt vlot gaat het niet.
Van Ingeborg horen we de laatste tijd minder op muzikaal vlak, maar haar optreden staat er!
We horen een warme en expressieve uitvoering van: Door de wind en Als dat gebeurt , en ze weet het publiek te verleiden om mee te zingen.
Na een korte pauze krijgen we een Hommage aan Wim De Craene, een concept van zoon Ramses. Andrea Croonenberghs, Tom Van Landuyt, Della Bosiers, Lander en Mira brengen de liedjes van Wim De Craene op een voortreffelijke manier weer tot leven.
Ria Valk is een all-round artieste, en dat bewijst ze door de hele zaal LEO te laten meezingen.
Als kers op de taart komt onze aller eigenste Dana Winner. Zij brengt 5 liedjes, en oa. De oude man en de zee en Het Dorp worden door het publiek massaal meegezongen!
Tot slot mogen we de 2 vrouwelijke vocals, en het 6-koppige orkest niet vergeten, die voor een uitstekende begeleiding van de artiesten zorgden.
Na een laatste voorstelling van artiesten, vocals en orkest, wenste Luc Appermont ons een veilige thuisreis.
Een mooie, muzikale namiddag, waar we met zn allen erg van genoten.
L.V.S
|
|
|
 |
26-04-2011 |
26/04/2011 Klavertje drie in de Grensleie |
We vertrokken met de bus vanuit Mariënborgh, na een fel gewaardeerde tussenstop aan de Park & Ride in Melsele, naar Wervik. Het weer was mooi, maar wel frisser dan de vorige dagen. Dat kon de sfeer echter niet bederven. Ons eerste bezoek was het nationaal tabaksmuseum in Wervik, waar we verwelkomd werden met een tas koffie en een heerlijk gebakje in de vorm van een tabaksblad. Het museum zelf is gedeeltelijk ondergebracht in een prachtig geklasseerde bakstenen stellingmolen, die gelijktijdig graan en lijnzaadolie kon produceren. We werden verdeeld in twee groepen en de gidsen vertelden ons de geschiedenis van de tabaksplant, de minuscule zaadjes, het telen, het verwerken tot tabak en het ontstaan van een werkelijke tabakscultuur in onze westerse wereld. Ook de tabaksteelt en - nijverheid in de omgeving van Wervik kwam aan bod. In de loop der tijden had tabak zowel een medicinale, als een religieus-maatschappelijke functie en werd het als genotsmiddel gebruikt. We werden geleid door een pijpengalerij, langs snuifraspen, snuifdozen - en potten in allerlei vormen en materialen. Langs allerlei rokersattributen, o.a. kauwtabakspotten, spuwpotten, asbakken, sigarenetuis, aansteekmateriaal, enz.
Verder zagen we reproducties van schilderijen met rokerstaferelen, een rokerskroeg, een tabaksfabriek en - winkel, allerlei vormen van reclame voor rookwaren.
Na dit interessante bezoek vertrokken we met de bus naar Menen, waar we bij Deleu een lekkere warme maaltijd aangeboden kregen.
Daarna vertrokken we met een gids voor een rit langs de Belgisch-Franse grens. We reden in Menen langs een gedempte Leiearm en t Schippershof, een gerestaureerde wonig uit de 17de eeuw naar de Hollandse kazematten van Menen. In opdracht van de Zonnekoning Lodewijk XIV maakte Vauban van Menen een versterkte stad. (1679-1689) Deels door de herhaaldelijke belegering van de stad en deels door bouwkundige ingrepen, bleven van de oorspronkelijke vestingen enkel de fundamenten bewaard. De huidige Hollandse vestingen (1817-1830) werden bovenop de fundamenten van de Vaubanversterking gebouwd. Menen lag toen aan de zuidgrens van het Koninkrijk der Nederlanden en diende tegen Frankrijk te worden beschermd.
Verder reden we door Halluin (Fr), Rekkem, Lauwe en Wevelgem en zagen er kerken, kleine werkmanswoningen, molens, de L.A.R.-haven, het monument van de seizoensarbeiders langs de E17, de oude sluizen op de Leie, de Guldenbergabdij en we brachten een bezoek aan het Duitse Kerkhof.
Het Deutscher Soldatenfriedhof van Menen is de grootste militaire begraafplaats van België uit de Eerste Wereldoorlog. Er rusten ruim 47.864 Duitse soldaten, gesneuveld tijdens de Grote Oorlog, maar ook enkele joden en vrouwen die voor het leger werkten. In het midden van het kerkhof staat een achthoekige herdenkingskapel die samen met de toegangspoort in 1957-58 werd opgetrokken. De oude eiken en kastanjebomen bezorgen de begraafplaats een serene sfeer.
Na dit bezoek zetten we onze reis verder naar Dadizele waar we in de Pompeschitter het pompeschitterbier konden proeven. Ook hier werden we in twee groepen verdeeld voor een bezoek aan de basiliek en het kasteeldomein
Dadizele was reeds in de 14e eeuw een bekend bedevaartsoord. De Basiliek van Onze-Lieve-Vrouw van Dadizele is opgetrokken in neogotische stijl.De eerste steenlegging gebeurde op 8 september 1857. Paus Leo XIII kende het statuut van basiliek toe. Naast de Heilige Bloedkapel te Brugge is dit de enige basiliek in het bisdom Brugge. De basiliek verving een 15e-eeuwse laatgotische bedevaartskerk. Ze werd gebouwd ter gelegenheid van de afkondiging van het dogmaverklaring van de Onbevlekte Ontvangenis van Maria in 1854 op initiatief van bisschop Joannes-Baptista Malou. Het 15e-eeuws albasten beeld van Onze-Lieve-Vrouw met Kind (genoemd: Onze-Lieve-Vrouw van Dadizele) is prominent in de kerk aanwezig. De basiliek wordt druk bezocht tijdens de bedevaarten in de maanden mei en september. In de crypte van de basiliek bevindt zich het praalgraf van Jan van Veerdeghem, die beter bekend is als Jan van Dadizele. Hij werd in 1479 tot ridder geslagen door aartshertog Maximiliaan van Oostenrijk en werd in 1481 te Antwerpen op laffe wijze vermoord. Verder bezochten we het Rosarium en het park met het beeldje van Torreke de Pompeschitter.
Na dit bezoek genoten we nog in de Historic van een, volgens sommigen, sobere broodmaaltijd met paté en salade.
Rond 19 u. vatten we de terugtocht naar Mariënborgh aan. Gelukkig was er toch een afstapplaats aan de Kiss & Ride in Melsele en kon een interessante en zonnige dag prettig worden afgesloten.
Tuur.



















|
|
|
 |
|
 |
Info@50+ |
Stel je vraag aan het bestuur
50+
|
Hoofdpunten blog vzw50plus |
|
|
|
 |