... Om 5u was ik wakker. Het wordt dan al licht en dat gaat heel snel op de evenaar. Een half uur later stond de zon er al. Meteen was die zwoelte er weer. Langs alle kanten hoorde je sproeien met water. Heel vroeg en ook laat op de dag kregen de talloze planten van hotels en mooie huizen air,water. Vandaag was dé dag waar ik naar uitkeek. Eindelijk
Het busje kwam ons ophalen rond 10u.
In het tehuis was het weer bang uitkijken naar hoe het met kleine Sari was. Nog altijd bleekjes, een beetje diarree,
Wat als ik morgen in het vliegtuig met een uitdrogende baby zit? We moesten eerst nog naar de Belgische ambassade in Jakarta voor een visum voor Sari. Het zou nog drie dagen duren eer we thuis konden zijn.
No problem zei mevrouw Irma. Het zou allemaal wel loslopen volgens haar ; ze ging me trouwens een sterke pil meegeven die ik aan de baby moest geven bij hevige diarree en in Jakarta was er voor twee dagen een plaatsje gereserveerd in een ander weeshuis, zodat ik het kleintje niet hoefde mee rond te sleuren op zoektocht naar haar visum.
Het papflesje ging er helemaal in vandaag. Een goed teken? Op haar hoofdje zag ik nog een prikwondje van het infuus waar ze aangelegen had. Ondertussen was de advocaat aangekomen met een stapel papier onder de arm. Het werd tijd om naar de rechtbank te trekken.
Er stond aan de rechtbank veel volk buiten, maar dat is wel gewoon. Ik kreeg wel het gevoel van langs alle kanten bemonsterd te worden. In een hoekje van het portaal stonden enkele meisjes bijeen. Later vernam ik dat de mama van kleine Sari daartussen stond. Net voorafgaand aan onze rechtszaak was zij voor de rechter geroepen om vast te stellen dat ze haar baby inderdaad uit vrije wil afstond. Afstandsmamas krijgen dan meestal ook een uitbrander, werd me verteld.
We wachtten in een lange gang op houten banken. Door de raamopeningen hingen mensen op mekaar gepropt, half binnen, half buiten. Ze hingen bijna in onze nek en wilden zien wat er gebeurde. De advocaat zat in de dossiers te bladeren
de deur zwaaide open en we mochten binnen: de Hollander, de Duitser, de advocaat, mevrouw Irma en ik. Het zweet brak me uit. Dat ik nu maar niks verkeerd doe ramde het door mn hoofd. Ik controleerde of ik flink recht zat, de benen niet kruiste
want dat zou een affront voor het gerecht zijn. De rechter in prachtig ornaat zat geflankeerd door twee officiëlen: de griffier en ik weet niet wie.
Toen het mijn beurt was, werden mijn papieren doorgenomen: samenstelling gezin, financiële toestand, het beroep van Herman en mezelf, fotos van ons huis, de woonkamer, de keuken, de slaapkamers
Dan volgde er een onderzoekende blik die voor mij erg lang duurde in werkelijkheid misschien maar één minuut het voelt wel anders. De rechter keek ineens wat minder nors had hij al beslist? Hij vroeg me waarom ik een Indonesisch meisje wou adopteren.
Het antwoord viel waarschijnlijk in de smaak want ik mocht terug gaan zitten. DE kindjes werden onder een hamerslag aan ieder van ons toegewezen gelukkig dat we waren.
Vanaf nu was ons kindje geen Indonesische meer, maar eigenlijk ook geen Belgische want daarvoor moest dan later in België weer een procedure gestart worden.
Wat later kon kleine Sari in mijn armen sluiten met de zekerheid dat niemand haar nu nog kon afnemen ze zou met me mee naar huis kunnen! Ze hadden haar ondertussen een kleedje aangetrokken en sokjes diegene die ik in de stad gekocht had.
Na de dagelijkse fax naar het thuisfront kon de nacht niet gauw genoeg passeren: morgen met ons dochtertje naar Jakarta! ... Wordt vervolgd
|