In aansluiting vorig onderwerp
Deze dag in de geschiedenis: In 1990 weigert Koning Boudewijn de abortuswet te tekenen en stapt voor twee dagen op als koning. Dmv. een grondwettelijke procedure wordt koning Boudewijn voor 48 uur door de regering `in de onmogelijkheid tot regeren` verklaard en kon de regering in zijn plaats de abortuswet ondertekenen. De bevolking reageerde erg verschillend op deze werkwijze, maar de positie van de koning kwam nooit in gevaar
Boudewijn en de abortuswet De koningscrisis van 1990
Eric Gryp is één van onze leden en was in 1990 senator (Agalev). Hij interpelleerde toen premier Martens over de schending van de Grondwet, en publiceerde daarover later een bijdrage in Mores, een publicatie van het Humanistisch Verbond. Naar aanleiding van een voordracht door Eric Gryp over hetzelfde thema in het Gentse Geuzenhuis op 1 juni 2001 vindt u hier een ingekorte versie van zijn toenmalige bijdrage in Mores. De tekst werd door Philipp Bekaert aangepast.
Reeds maanden voor de eindstemming van het wetsvoorstel Lallemand/ Herman-Michielsens deden in de wandelgangen van het parlement hardnekkige geruchten de ronde dat de koning zou weigeren de wet te ondertekenen. Wilfried Martens was dus een verwittigd man. Niemand zal betwisten dat ook een koning gewetensproblemen kan hebben. Maar het koppelen van een gewetensprobleem aan het ondertekenen van een wet was een primeur die op een verkeerde inschatting van de koninklijke functie berustte. Het gaat hier namelijk om een gebonden bevoegdheid. Als het staatshoofd een wet ondertekent, betekent dit geenszins dat hij persoonlijk achter de inhoud staat. De draagwijdte van de ondertekening is beperkt tot de constitutionele waarborg dat de wet op een democratische wijze tot stand is gekomen. Bij het plaatsen van kernraketten met hun vreselijke bedreiging voor het geboren en ongeboren leven schijnt het staatshoofd geen last te hebben gehad van gewetensnood. Het ging dus om een erg selectief geweten. In een pluralistische samenleving kan enkel het respect voor de levensbeschouwelijke meningen van andersdenkenden de basis zijn van humane oplossingen voor ethische problemen. Geen enkel individu of groep mag zijn eigen normen opdringen, zeker een staatshoofd niet: de koninklijke functie staat boven elke menselijke specificiteit. Als de koning zich niet kan verzoenen met de verplichtingen van zijn ambt, rest hem slechts één mogeljkheid: troonsafstand. De Grondwet overtreden i.p.v. deze conclusie te trekken, om toch macht en functie te behouden, is in een democratische rechtsstaat ondenkbaar. Het is zeer de vraag of België deze kwalificatie nog verdient. Op 30 maart 1990 ontvangt premier Martens een brief van de koning. Blijkbaar beseft het staatshoofd dat zijn houding niet strookt met de Grondwet, want hij vraagt hierin een juridische constructie op te zetten, die hem in staat moet stellen én zijn geweten én zijn ambt te behouden. Vanaf dan gaan de poppen aan het dansen: Martens zet het parlement gezwind buiten spel alsook de meerderheid van de regeringsleden, denkt geen ogenblik aan een ontslag van de regering, stelt de koning voor om raad te vragen aan enkele Roomse prominenten en geeft tenslotte opdracht aan de secretaris van de kabinetsraad, prof. A. Alen, iets te verzinnen. Op 1 april is de klus geklaard. De constitutionele klucht in drie bedrijven kan opgevoerd worden. In de hoofdrol: Wilfried de achtste. Het verkrachte slachtoffer: een vodje papier dat hier Grondwet wordt genoemd. Applaudisserende toeschouwers: de senatoren en volksvertegenwoordigers van het Koninkrijk. Afwezig: de moraal.
Eerste bedrijf
Artikel 82 van de Grondwet voorziet in de vaststelling van de onmogelijkheid om te regeren indien de koning geestesziek is of gedwongen afwezig (bv. krijgsgevangen). Dit artikel is hier dus niet van toepassing, maar geen nood, de onmogelijkheid te regeren wordt uitgebreid tot tijdelijke onwil om te regeren. Artikel 82 bepaalt verder dat de ministers deze onmogelijkheid moeten laten vaststellen, vanzelfsprekend door het medisch korps in geval van ziekte. De ministers stellen hier de onmogelijkheid dan maar zelf vast. Artikel 82 voorziet ten slotte in de onmiddellijke bijeenroeping van de Verenigde Kamers, niet om, zoals nu gebeurd is, een tijdelijke, ongrondwettelijke en onbestaande onmogelijkheid te regeren op te heffen, maar om in het regentschap te voorzien en de voogdij te regelen. De grondwetverkrachting ging hier gewoon door.
Tweede bedrijf
Nu is artikel 79 van de Grondwet aan de beurt. Volgens artikel 79 kan de ministerraad bij overlijden van de koning diens macht uitoefenen tot aan de eedaflegging van zijn troonopvolger of van de regent - en dus niet tot het opnieuw regeren van een springlevende doch tijdelijk stakende koning. Zodra de regering op grond van artikel 79 en een tijdelijk dode koning de abortuswet ondertekend heeft, wordt Boudewijn plots weer levend en verwittigt Wilfried VIII ervan dat hij weer in staat is te regeren en dit aan de Verenigde Kamers moet medegedeeld worden.
Derde bedrijf
Dan komt de apotheose. Bij zijn toespraak voor de plechtig Verenigde Kamers van het Koninkrijk België op 5 april 1990 citeert Martens artikel 79 van de Grondwet gewoon in een vervalste versie: "Krachtens artikel 79, derde lid, van de Grondwet, wordt de grondwettelijke macht van de Koning tijdens de onmogelijkheid om te regeren, in naam van het Belgische volk en onder hun verantwoordelijkheid, uitgeoefend door de in raad verenigde ministers." (1) De juiste tekst luidt als volgt: "Te rekenen van het overlijden van de Koning en tot de eedaflegging van zijn troonopvolger of van de Regent, wordt de grondwettelijke macht van de Koning in naam van het Belgische volk uitgeoefend door de in raad verenigde ministers en onder hun verantwoordelijkheid."
Epiloog
Daar blijkbaar niemand van het publiek - noch de voorzitters van Kamer en Senaat, noch andere parlementsleden, noch de pers, noch tv-kijkend België - deze onvoorstelbare openlijke vervalsing van de Grondwet opmerkt, interpelleer ik de premier hierover in de Senaat op 19 april 1990. Op mijn zware beschuldiging van grondwetvervalsing en op mijn vraag of hij in eer en geweten nog langer eerste minister kan blijven, reageert Martens niet, geeft het bedrog dus stilzwijgend toe en blijft het land regeren. Geen woord in de pers, geen commentaar bij de collega's verkozenen des volks. De abortuswet is van kracht zonder 's Konings geweten te verstoren en zonder de Dynastie in opspraak te brengen. België kan weer gaan slapen. Ach, deed het dat al?
(1) Parlementaire Handelingen van België, Verenigde Kamers, Vergadering van 5 april 1990, p.4 (art. 79 & 82 van de Grondwet waarvan hier sprake is dragen sinds 1994 andere nummers, resp. 90 & 93).
http://www.crk.be/N/Boudewijn_abortuswet_N.php
03-04-2010 om 13:30
geschreven door Zilveren Schepen
|