Oorsprong askruisje
In de vroege middeleeuwen werd het opleggen van as bij de mannen over het gehele hoofd en bij de vrouwen het voorhoofd gestrooid als satrt van de boetetijd.
Ritueel enkel bestemd voor zondaars die tot boete werden veroordeeld. Vaak ging de boeteling gehuld in een zak als boetekleed. Vandaar de uitdrukking
'in zak en as zitten'
De gebruikte as is overblijfsel van verharde palmtakken, vaak buxustakken.
Later werd dat askruisje algemeen gebruikt omdat eigenlijk iedereen tegen God en zijn medemensen zondigt.
|