Gelegenheidsgedicht over kriekenconfituur
DE KRIEKENDE ZOMER
Als de kriekenboom beladen stond en de confituurkom zuurzoete aroma's pruttelde, schreven we op de etiketten: "Kriekenconfituur 1964"
Later zongen we "Quand nous chanterons le temps des cerises et gai rossignol et merle moqueur, seront tous en fĂȘte..."
We wreven terwijl ons hand in een draaibeweging over onze buik, smeerden een laag boter op onze boterham en een grote lepel kriekenconfituur.
Iedere dag aten we ons vieruurtje met bokalen van dat lekkere confituurtje "Cerises d'amour aux robes pareilles, trombant sous la feuille en gouttes de sang"
(Karel De Pelsemaeker)
|