De zonnige lente van 2011 Een gedicht van Karel De Pelsemaeker
De tuiniers hadden al vroeg in 't voorjaar hun hart en ziel in de grond van hun moestuin gestopt. Reeds begin maart zaaiden ze in tuinbedden de groentjes voor de 'stoofpot met lentelam'
De grillen van april zouden alles aan doen groeien doch de wolken die als reuzebloemkolen dikwijls aan de einder hingen losten hun hemelse water niet
Ook in mei dreven vele schapenwolken het Vlaamse land voorbij, de kikkertjes stierven in de uitgedroogde grachten. Terwijl de kraaien gaapten smeekten de moestuinfanaten de weergoden om het wonderlijke hemelwater.
Hun stoofpotgroenten groeiden maar met mondjesmaat. Ze genoten amper van de geuren die in andere jaren hun tuin en humeur opfleuren. Alleen het lam springt nu nog dartel nabij de lochting met noch erwt noch wortel. (KDP)
|