Men danst er, men speelt er al op de fluit Op potten en pannen Op glazen en kannen, Op allerhande geluid: Op messen, op schup en op zoutevat Op hangel, op tangel, op dit en op dat Op trommeltje rom, dom domme dom dom: Op keteltjes, lepeltjes, tikke tik tang En dat gaat zo de helen dag lang.
Onlangs had ik het geluk om nog eens het atomium te mogen bezoeken met gratis toegangskaarten.
Het zag er een beetje anders uit dan 50 jaar geleden, niet alleen hebben ze de buiteplaten helemaal vervangen maar er is een Onthaalcentrum bijgekomen waar je de tickets en gadgets met de afbeelding van het atomium kan kopen en een toilet bemand of liever bevrouwd door een typische Brusselse toiletdame. Geen sprake van gauw een gratis plasje te doen en te doen alsof je haar niet verstaat, neije betoele en daarmee basta.
Het was mooi weer, een ideaal moment om nog eens een wandelingetje te maken.
Het eerste doel was een prachtige dreef met rodelhaagbeuken, de bomen zijn na 50 jaar wel in omvang toegenomen. Ze liep van aan het standbeeld van burgemeester Adolphe Max naar de majestueuze Expobrug: de Kreupelboslaan.
In 1958 had men in de bomen lampjes geplaatst die s avonds de dreef feeëriek verlichtten. Men hoorde zelfs de vogeltjes fluiten. Mijn vader wist me te vertellen dat de vogels in de bomen helemaal ontregeld waren door de verlichting. Maar hij had wel ongelijk zoals nu blijkt.
Het gefluit van de vogels kwam van een muziekplaat, van koningin Elizabeth.
De 78-toeren plaat was al 20 jaar oud en was opgenomen in het Koninklijke domein door ene Herr Ludwig Koch. Alles werd samengebundeld op 4 platen en uitgegeven in 1952 samen met een boek met schetsen en fotos van vogels. Alles werd te koop aangeboden voor 1000 franken, de helft van oplage werd aangeboden aan de heer Harmel, toenmalig minister van Onderwijs.
Het was de bedoeling deze verzameling aan te bieden aan de scholen. Wens je over dit laatste meer te weten, surf dan naar
Heb je ook naar de opening van de Olympische Spelen in Peking gekeken?
Een moeilijk te evenaren schouwspel, zoals men mocht verwachten van het moderne China.
De intrede van al de atleten was grandioos.
Grote mogendheden wisselden elkaar af met kleine eilandjes in een of andere oceaan.
Iedereen liep er dolgelukkig bij.
Op de tribune stonden kroonprinsen, presidenten, bekenden en minderbekenden, te zwaaien naar hun atleten.
Ik heb er een paar herkend, de presidente van India, de kroonprinsen van Nederland, Spanje, Japan, Thailand en een overdolle prince de Monaco, te veel om ze allemaal te citeren.
Groothertog Henri van Luxemburg samen met de beeldschone Maria Theresa, stond wel in contrast met zijn neef, onze kroonprins Filip. Hij zat er moederziel alleen en maar sipjes bij, misschien had hij het niet eens opgemerkt dat België aan beurt was, hij had zo te zien, toch zijn verrekijker meegebracht.
Nochtans deed Sebbe zijn uiterste best om met de driekleur te zwaaien om zijn aandacht te trekken!
In Brussel in de buurt van de universiteit waren er bepaalde cafés ofte stammenees, waar de studenten, die bij het einde van de maand een beetje krap zaten, toch de mogelijkheid hadden om een pint te drinken aan een schappelijke prijs.
Het gaat hier wel om de periode rond 1970.
Voor 1 oud Belgisch frankske had men een pint van de seau (emmer in het Frans). Al de restjes van het bier werden onderaan de tapkraan opgevangen in een emmer, samen met de klikjes uit de glazen. Als er niet teveel zeveraars en mannen met een snor in het etablissement waren, dan viel het nog mee.
Als de emmer leeg was, moest de arme student naar huis terug keren, want iets op de spiegel schrijven, dat mocht niet van de waard.
Het zal volgend jaar, in 2009, 50 jaar geleden zijn, dat ik in de 6de Latijnse zat in het Koninklijk Atheneum van Koekelberg. Het schoolgebouw lag in een kalme straat, de Omer Lepreuxstraat in Koekelberg, in de schaduw, in de winter althans als de zon laag stond, van de basiliek van Koekelberg.
In die tijd stond deze mastodont nog in de fase van de ruwbouw.
De school zit nu in moderne gebouwen een beetje verderop.
Toevallig stootte ik op onderstaande klasfoto.
De meesten ken ik nog bij naam maar er zijn er toch twee van wie de naam me niet is bijgebleven.
Wat zou er geworden zijn van al deze mensen?
Het was het eerste jaar dat de school meisjes toeliet.
Een meisje is helaas enkele jaren terug, overleden. Het doet geen deugd als je in de krant een overlijdensbericht ziet staan van iemand waarmee je 6 jaar hebt samen gezeten op de schoolbanken.
Van de 25 die op de foto staan zijn er maar 8 die het volgehouden hebben tot in de retorica en het diploma behaald hebben met vrucht of op voldoende wijze. Diegene die in laatste categorie waren geëindigd mochten wel niet op het podium komen bij de prijsuitreiking.
Velen hebben ons vervoegd onderweg, dubbelaars, overwaaiers en verhuizers, zodat we toch met een kleine twintig latinisten de eindstreep hebben bereikt.
Na 25 jaar hebben we poging ondernomen om weer eens samen te komen.
Met veel succes, na veel opzoekingen, zijn we samengekomen bij Jacqueline in Gesves.
Om nog eens samen te komen na 50 jaar, zal wel onmogelijk zijn, de school heeft geen traditie om de lijst van oud-leerlingen bij te houden.
Ik herinner me vaag van dat men in mijn kinderjaren sprak over een Vader, een Zoon, die geboren zou zijn uit de schoot van een maagd, en een Heilige Geest.
Dat verhaaltje over een maagdelijke geboorte blijkt nu gekopieerd te zijn uit eerdere mythologische verhalen en de heropstanding na de dood blijkt zou ook niet zo origineel te zijn.
Dit laatste kreeg ik te horen enkele weken geleden op de Canvascrack, Herman Van Molle heeft me toch een beetje verrast en weer eens blijkt hoe dom we wel waren om al die verhaaltjes geslikt te hebben.
Maar van waar zou de uitdrukking leven als god in Frankrijk dan wel komen?
De uitdrukking wordt eveneens gebruikt in de Duitse taal, maar vivre comme Dieu en France blijkt niet gekend te zijn in de Franse taal.
Wie meer interesse heeft voor deze vraag verwijs ik graag naar volgende link
Evenmin als vivre comme un Bourgignon blijkt enkel gebruikt te worden door onze Noorderburen, als ze in onze Ardennen en Vlaanderen rondzwerven en er kunnen genieten van de plaatselijke gastronomie en gastvrijheid.
Maar toch voelden we ons als god in Frankrijk, telkens we onze vakantie hebben doorgebracht in de Provence.
Wie kent er dit liedje niet van uit zijn jonge jaren.
Ik vrees er voor dat deze korte mars niet meer tot het repertorium behoort van de aangeleerde liedjes in de kleutertuin en lagere school van vandaag.
Bij Madame Alice, die het eerste en tweede studiejaar deed in de Gemeenteschool van Strombeek-Bever, moesten we bij goed weer, gedurende een klein halfuurtje gans de speelplaats afstappen terwijl al de jongens duchtig, het verhaaltje van hun vader, die soldaat was, met volle borst zongen. Eigenlijk zag ik de link niet tussen mijn vader en de soldaat kameraad, mijn vader was de oudste van zes en heeft nooit het vaderland moeten dienen.
We moesten de cadans blijven houden, terwijl Madame Alice ter plaatse bleef stappen.
Bij gebrek aan een deftige turnzaal, noteerde Madame Alice in haar klasagenda voor die dag, een lesuurtje turnen.
Vier jaar nadien werd ons Madame hoofdonderwijzeres en heeft in de kortst mogelijke tijd een deftige turnzaal laten installeren, met alles erop en eraan, sportramen, rekken, en gans de batteklan. Er werd een turnleraar aangesteld, meester Jef, die ons echte gymnastiek oefeningen aanleerde en ons heeft leren zwemmen in het bad van Sint-Joost in Brussel.
Madame Alice was een van de kleurrijke figuren van het dorp, zij kende iedereen, had vrienden en vijanden, dit laatste had wel enig verband met de toenmalige dorpspolitiek, de Otters en de Beren, de twee concurrerende fanfares in de gemeente.
Nu blijft er van de wedijver tussen beide muziekmaatschappijen niet veel meer over, de taaie leden liggen ondertussen al op het kerkhof.
Madame Alice ligt er ook begraven in het midden van het kerkhof, in een monumentale grafzerk.
Peter van Asbroeck, haar kleinzoon, citeerde wel eens zijn grootouders in een of ander BV-interview .
Ik was net teruggekomen uit het hiernamaals, met andere woorden, den hemel van Sinte Pieter.
Maar ik heb geen Sinte Pieter gezien, met mijn SIS kaart kreeg ik toegang tot het paradijs.
Overal zweefden schaarsgeklede dames rond, oude en zelfs jonge, op de tonen van zachte elektronische muziek, ik meende zelfs de melodie te herkennen van in het Phillips paviljoen op Expo 58. Allemaal met een prachtige zonnebloem in de hand, Ze zegden geen woord maar neurieden stilletjes mee met de muziek. Ik deed alle moeite om bekende gezichten te herkennen, maar zonder succes.
Zou ik een vrouwenparadijs terechtgekomen zijn?
Plots kwam ik terecht in een grote ruimte met jonge mannen, casual gekleed en met een kleine laptop in de hand. Zelfs mijn bloedeigen vader had zijn naaimachine geruild voor een portable PC. Verdorie toch, zolang mijn oude PC het nog doet komt zon ding nog niet in huis.
Ik zag er al zijn vrienden van vroeger, Raymond, Gène, Ward, Renéke en nog zovele andere.
De rust werd plots verstoord: de dames mengden zich in het gezelschap en het was om sunlightzeep. De reine stilte werd verbroken en er kwam een varken met een lange staart en het verhaaltje was uit.
De schooldirecties en de minister van onderwijs zitten in de problemen.
Touroperators leggen het zodanig aan boord, dat sommige ouders in de val tuimelen, om al op donderdag 26 juni op vakantie te vertrekken met het vliegtuig naar zonniger oorden.
Goedkoper en minder druk?
Bij elke schoolvakantie zitten de schooldirecties met hetzelfde probleem, de ouders willen al maar vroeger vetrekken naar hun vakantiebestemming.
Er is misschien iets om daaraan te remediëren.
Bij het einde van zomervakantie zitten de onderwijzers en onderwijzeressen meestal opgezadeld met allerlei klusjes in de klas, schilderen, eens grondig kuisen, meubelen verhuizen enz. Soms offeren ze zelfs een ganse week hieraan op.
Vraag gewoon aan die vroegvertrekkers om eens gedurende één dagje een handje toe te komen steken en misschien dan pas het rapport mee te geven.
Wat zou ik doen als ik 10 miljoen euro win met de lotto of Euromiljons?
Eerstens zou ik me goed verschieten, want ik voel me niet aangetrokken tot elke vorm van kansspel en speel dus nooit.
Maar stel dat ik toch ooit eens een dik pak geld win.
*Vele, vele jaren terug heeft mijn vader zaliger toch eens gewonnen met een voetbalpronostiek zonder ooit gespeeld te hebben. Het verhaal lijkt onwaarschijnlijk, maar is toch echt gebeurd.
In die tijd werden de namen van de winnaars geciteerd in de krant, toeval wou, dat de winnaar zogezegd schulden had en wilde vermijden dat zijn winst zou aangeslagen zou worden. Mijn vader was toevallig op café bij Rosalie in Strombeek toen daar een onbekende man hem het aanbod deed om zijn naam te mogen vermelden in de krant, hij zou wel niet het bedrag krijgen vermeld in de krant maar amper 10%. Dit had nadien wel nare gevolgen, mijn vader werd gefeliciteerd door zijn collegas en vrienden en moest eens goed trakteren zodat er niet veel meer overbleef van zijn winst.*
Ik zal proberen me kalm te houden en kijken of er geen valiumetje te vinden is in huis.
Ik zal naar de kalender kijken of het soms niet de 1ste april is.
Waarschijnlijk zal ik in het begin ombewogen in mijn zetel zitten aan het raam en eens goed op mijn wangen kloppen.
10 miljoen euro? Eens goed aan eten, daar denkt elke Vlaming aan.
Een wereldreis maken? Dat zou al te vermoeiend zijn.
Naar India gaan, naar de Taj Mahal en er een foto laten maken op het muurtje zoals Jean-Luc en Célie?
Naar China, op de lange muur gaan wandelen tussen al die Japanse en Amerikaanse toeristen?
Een grote cruise maken en genieten van een luilekkerleven?
Een ruimtereis maken, maar dat is op voorhand al uitgesloten, je moet rechtshandig zijn en heelaas ik ben toevallig linkshandig.
Een appartement aan zee op de dijk in Oostende met zeezicht en zicht op het hinterland?
Neen, dan nog liever een suitekamer in vol pension in een poepsjik 5 sterren hotel, met overdekt zwembad, met alles erop en eraan, aan onze kust, geen eten meer maken, geen afwas, geen gekuis en andere klusjes.
Neen, dromen mag wel eens, maar helaas, al de miljoentjes zijn niet aan mij besteed.
Mijn vader is 30 jaar geleden overleden, af en toe mis ik hem nog wel eens, zelfs na die lange tijd.
Elke dag luisterde hij naar het gesproken dagblad en keek hij naar het nieuws op de televisie, toen nog in zwart-wit en om 8 uur.
Moest hij ooit eens terugkomen dan zou hij waarschijn lijk niet veel meer begrijpen van wat er nu allemaal verteld wordt.
-De nieuwslezer van de radio, spreekt nu veel vlugger, het is alsof hij zijn laatste tram moet halen.
De herhalingen van de berichtgeving over de Expo in 1958, die we onlangs op TV 1 gezien hebben, spreken voor zich zelf. De reporters en de journalisten spraken in die periode veel trager en duidelijker.
-Het woordgebruik van nu, zou hij maar voor de helft kunnen verstaan.
Wie sprak er in de jaren 50 van stress, depressies ADHD, CVS, omega 3 en traumas?
Globaal kader, consensus, polemiek, problematiek en de pacten van si en la.
Het zijn allemaal modewoorden geworden en die spijtig genoeg wel eens gebruikt worden in een "verkeerd kader.
En chipkaart, pinkaart, frustratie, allochtonen, autochtonen, osteopaat en chiropractor.
Wantrouwen in de nieuwe evolutie van de technologie
Gemanipuleerde populier krijgt njet
In het technologiepark van Zwijnaarde mogen geen genetisch aangepaste populieren geplant worden. Het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB) had een aanvraag ingediend voor een veldproef met de populieren, maar de federale overheid heeft die geweigerd.
Een team wetenschappers van de Gentse Universiteit heeft de populieren genetisch zo veranderd dat die makkelijker en beter te verwerken zijn tot bio-ethanol.
Het "njet" van de overheid gaat in tegen het advies van de Raad voor Bioveiligheid. Die had het VIB wel een gunstig advies gegeven.
"De weigering betekent niet alleen een zware slag voor het VIB, maar is voor het hele wetenschappelijk onderzoek een slecht signaal", zegt VIB-woordvoerder René Custers
"Het klimaat tegenover dit soort type toepassingen is nog altijd heel vijandig. De proef was heel erg ingeperkt. De bomen produceren immers geen stuifmeel en er was dus geen mogelijkheid dat ze zich zouden kruisen met andere populieren."
"De milieu-impact was eigenlijk gewoon nihil. Het is dan toch spijtig dat de proef niet kan plaatsvinden."
Het VIB onderzoekt nog of het mogelijk is in beroep te gaan tegen de beslissing van de federale overheid.
Helaas het heeft niet mogen wezen, Ishtar is niet door de halve finales geraakt.
Niet verwonderlijk, de song en de presentatie waren van topniveau, maar zodra men het woord Brussel hoort in Europa, zijn we de pineut.
Brussel is altijd de boeman voor de doorsnee Europeaan.
Spreek eender waar met een Ier, Duitser, Fransman, Spanjaard, Italiaan of Engelsman en je zult het geweten hebben of kijk eens naar de nieuwsuitzendingen van onze buren of zelfs op CNN, we slaan altijd een slechte figuur.
Het Europese Brussel dirigeert alles, de graanprijzen, de melkquota, visquota, wijnproductie en al wat je maar bedenken kan, kortom men stelt de bonzen van in het Europese parlement verantwoordelijk, voor alles wat er misgaat en misloopt.
Wat baten dansjes en mooie melodietjes, zolang als onze ministers trots blijven op onze Europese instellingen. Maar bij elke Topvergadering, zitten we wel opgezadeld met verkeersellende in Brussel en de vastgoedprijzen in de Brusselse rand blijven maar stijgen.