De in 1870 geboren burgerlijk ingenieur Pieter-Jozef Laigneil (°1870 - †1950) startte in 1898 te Kortrijk een eigen pottenbakkersbedrijf. Voorheen had hij o.a. een keramiekhandel in Brussel waar hij er het Torhouts aardewerk aan de man bracht.
Met de Torhoutse pottenbakkerij Maes sloot hij in 1897 een exclusief verkoopcontract af. De samenwerking liep al na enkele maanden spaak toen beiden o.a. de eigendomsrechten op de modellen en de toepassing van de blauwe kleur op het aardewerk opeisten. De Kortrijksche Kunstpotterij - zoals zijn bedrijf heette - groeide gestaag, eerst met een woonhuis, daarna met bijkomende ateliers, opslagruimtes en extra ovens.
De Eerste Wereldoorlog veroorzaakte heel wat schade aan de pottenbakkerij. Uitgeweken naar het Engelse Bournemouth, bewees Laigneil ook daar een uitstekend zakenman te zijn. De door zijn Vlaamse vrienden opgestuurde ontwerpen voor aardewerk, tegels, meubels, sieraden… liet hij er door plaatselijke ambachtslieden uitvoeren.
De herstart te Kortrijk na de oorlog voldeed niet meer aan de verwachtingen. De vraag naar kunstaardewerk – een luxeproduct – was immers niet groot. In de jaren 20 verminderde dan ook langzaam de activiteit. Hij sloot de deuren van de pottenbakkerij in 1926 en vestigde zich te Brussel als immobiliënmakelaar.