De Engelse band Cream werd in 1966 gevormd op initiatief van drummer Ginger Baker. De band zou de standaard zetten voor rockbands die bestonden uit een drummer, een bassist en een gitarist, zogenaamde powertrio's.
Baker kende bassist Jack Bruce uit bands als de Graham Bond Organisation en de band van Alexis Korner. Bruce had enige tijd met Eric Clapton gespeeld in John Mayall's Bluesbreakers. De beslissing om met elkaar een band te beginnen werd genomen na een jamsessie bij Baker thuis. Naar eigen zeggen vond ieder bandlid de andere twee leden de beste muzikanten die hij kende, bovendien waren ze niet tevreden over de bands waarin ze tot dan speelden. Voor Eric Clapton gold dat hij graag een goeie bluesgitarist, als Buddy Guy, in een bluesband wilde zijn en daarvoor een goede ritmesectie zocht. Deze ambitie moest hij weldra bijstellen, omdat Jack Bruce en Ginger Baker sterke persoonlijkheden bleken te zijn en muzikaal zeer veel in de melk te brokkelen hadden.
Het drietal koos de naam 'Cream' omdat ze, als ze dan toch een supergroep gingen oprichten, niet bescheiden hoefden te doen over hun pretenties: ze vonden zichzelf het neusje van de zalm, oftewel the Cream of the crop.
Eric bleef de belangrijkste muzikant. Ook al zou de band zonder de composities van Jack Bruce wellicht niet die superstatus hebben veroverd. Het geluid van de band ontwikkelde zich snel. De gitaar van Clapton had al de scherpte die hij had ontwikkeld bij John Mayall's Bluesbreakers, maar zou zich verder ontwikkelen mede door de technologie. Er kwamen steeds zwaardere gitaarversterkers. Daarbij komt dat het podiumgeluid wel hard moest zijn. Zeker als opgetreden moest worden in grotere ruimtes. Er bestonden nog geen P.A. systemen, die het zaalgeluid voor hun rekening konden nemen. Ook de persoonlijkheden van de drie muzikanten zelf zorgden ervoor dat er steeds luider werd gespeeld. In een trio is het aandeel van elk van de drie muzikanten even belangrijk. Jack Bruce experimenteerde met het geluid van en type basgitaar. Toch bleef er controle over het geluid.
De band besloot in 1968 uit elkaar te gaan. Clapton had daar op aangedrongen nadat hij een recensie had gelezen in het muziekblad Rolling Stone. De band werd daarin sterk bekritiseerd. Clapton trok zich de kritiek erg aan en zou later zeggen dat hij vond dat de band stil had gestaan in zijn ontwikkeling.
Na een afscheidstournee door de VS traden ze nog eenmaal op in eigen land. Het afscheidsconcert in de Royal Albert Hall heeft een legendarische reputatie.
Toen de band uit elkaar ging was Clapton 23 jaar oud, Bruce 25 en Baker 29. Eric Clapton en Ginger Baker vormden na Cream samen met Steve Winwood en Rick Grech de band Blind Faith.
Op 2, 3, 5 en 6 mei 2005 kwam The Cream bij elkaar op een reünie-concert in The Royal Albert Hall in Londen.
Als een jonge man ontmoette Walker Blind Lemon Jefferson, een andere grote blueslegende, die hem muziek leerde. Walkers debuut was "Wichita Falls Blues" / "Trinity River Blues", opgenomen in 1929 voor Columbia Records. Zijn kenmerkende geluid ontdekte hij zelf pas in 1942, toen Walker "Mean Old World" opnam voor Capitol Records. Zijn elektrische guitaarsolo's waren een van de eerste die men kon horen op moderne bluesopnames, en zijn vandaag nog een standaard.
Veel van Walkers muziek is opgenomen van 1946-1948 voor het labelBlack & White Records, zoals zijn "Stormy Monday Blues" uit 1947 met de beroemde openingszin "They call it stormy Monday, but Tuesday's just as bad". Hij vervolgde met zijn "T-Bone Shuffle": "Let your hair down baby, let's have a natural ball". Beide liedjes worden beschouwd als bluesklassiekers. B.B. King zegt dat "Stormy Monday" hem inspireerde om gitaar te leren.
Na zijn werk voor Black & White, werkte hij van '50 tot '54 voor Imperial Records (bijgestaan door Dave Bartholomew). Walkers enige opname in de 5 daarop volgende jaren was T-Bone Blue, opgenomen over drie weidverspreidde sessies in 1955, 1956 en 1959, en uiteindelijk uitegegeven door Atlantic Records in 1960.
In de vroege jaren 60 vertoonde Walkers carrière enige vertraging, desondanks zijn verschijning op het Amerikaanse Folk Blues Festival in 1962 met onder andere Memphis Slim en Willie Dixon. Enkele albums volgden nog, zoals I Want a Little Girl, en Good Feelin', waarvoor hij een Grammy won in 1970.
Een wapenstilstand of bestand betreft een officieel tussen de oorlogvoerende partijen afgesproken staakt-het-vuren.
Een wapenstilstand gaat vaak vooraf aan de officiële vredessluiting; in sommige gevallen duurt een wapenstilstand voor onbepaalde tijd voort. Een voorbeeld hiervan is de Arabisch-Israëlische Oorlog van 1948 die resulteerde in een langdurige wapenstilstand tussen enerzijds Israël en anderzijds Egypte, Jordanië, Syrië en Libanon. Met Egypte en Jordanië sloot Israël in de jaren zeventig respectievelijk negentig een vredesverdrag, met Syrië en Libanon werd tot op heden nog steeds geen vredesverdrag gesloten.
Ook in de Koreaanse oorlog (wapenstilstand sinds 1953) is nooit een vredesverdrag getekend.
Een beroemde wapenstilstand die het feitelijke einde van een oorlog inluidde was de wapenstilstand van 11 november1918 waardoor de gevechten van de Eerste Wereldoorlog ophielden. In diverse deelnemende landen is dit een officiële feestdag geworden zoals in België (Wapenstilstand) en Frankrijk.
De band werd in 1997 door Andy McCluskey van Orchestral Manoeuvres in the Dark opgericht en bestond uit de zangeressen Elizabeth McClarnon, Kerry Katona en Heidi Range (later lid van de Sugababes). Andy richtte zich op het schrijven van de liedjes en de muziek. De band werd eerst "Honeyhead" genoemd maar de naam is later gewijzigd in "Automatic Kittens" en afgekort tot "Atomic Kitten". Toen Heidi Range in 1999 de band verliet werd zij vervangen door Natasha Hamilton.
In deze formatie scoorde de groep zijn eerste hit in december 1999 in het Verenigd Koninkrijk met "Right Now". Het bijbehorende album, ook genaamd Right Now, had een bescheiden succes. Atomic Kitten scoorde zijn eerste nummer 1-hit met "Whole again". In het liedje en de video voor "Whole Again" deed oorspronkelijk Kerry Katona mee, maar zij had net daarvoor in januari 2001 de band verlaten vanwege haar zwangerschap en was vervangen door Jenny Frost. Het succes was dusdanig dat er besloten werd de video en het album opnieuw op te nemen en ook buiten Groot-Brittannië uit te brengen. In de zomer van 2001 heeft Atomic Kitten ook in Nederland een nummer 1-hit met Whole again.
De volgende single, "Eternal Flame", een coverversie van de hit uit 1988 van The Bangles, die niet op het oorspronkelijke album stond, wordt ook een hit. Er wordt spoedig een nieuw album opgenomen, Feels So Good en de video voor "It's Ok!", de eerste single, wordt in Zuid-Afrika opgenomen. Hoewel deze single redelijk succesvol was, is het "Tide Is High (Get The Feeling)", een cover van de hit uit 1980 van Blondie (oorspronkelijk nummer was uit 1965 van The Paragons), waarmee ze een hit scoren.
Daarna volgden nog Be With You (gebaseerd op een sample van ELO's Last Train To London) en het voor een Kool & The Gang-tribute-album opgenomen Ladies Night. Maar op 23 januari2004 besloot Natasha rustig aan te doen en een tijdje niet in de schijnwerpers te staan, omdat het combineren van de band met haar privéleven te veel voor haar werd en ze meer tijd met haar zoon wilde doorbrengen. Er werd dus niet officieel gebracht dat Natasha uit de band stapte of dat de band stopte. Ze namen alleen geen platen meer op. Op 29 maart2004 zou hun laatste single Someone Like Me en als met op de b-kant het opnieuw uitgebrachte Right Now 2004 uitkomen. Maar in Groot-Brittannië zijn er sindsdien nog twee singles uitgebracht, re-realeses van Cradle en All Together Now. Zowel Jenny Frost als Liz McClarnon hebben gekozen voor een solocarrière.
Op 11 december2006 werd er bekend gemaakt dat Atomic Kitten een comeback gaan maken. Bij een speciaal optreden op een kerstliefdadigheidsconcert in 2006 vonden ze het weer erg gezellig. Daarom zouden ze vanaf januari 2007 weer optreden en zouden ze opnieuw de studio's induiken voor nieuw materiaal voor een vierde studioalbum. In april 2007 zou er een nieuwe single uit, namelijk Nothing In The World. Deze single staat ook op het album Ladies Night, maar zou opnieuw worden ingezongen. Later wordt deze come-back toch geannuleerd.Solocarrieres
Na de zomer van 2007 werd bekend gemaakt dat de meiden in januari 2008 een come-back zouden gaan maken, maar ook ditmaal kwam het er niet van. Jenny werd presentatrice van het BBC-programma Snog Marry Avoid waarin vrouwen een make-under krijgen. Liz heeft in 2010 een soortgelijk programma gekregen (Hotter Than My Daughter) over moeders met dezelfde kledingstijl als hun dochters.
Kraftwerk is een Duitse band uit Düsseldorf die in 1970 gesticht werd en nog steeds actief is. Zij hadden een grote invloed op de ontwikkeling van elektronische muziek.
Geschiedenis
In 1970 brachten Ralf Hütter en Florian Schneider-Esleben - toen nog onder de naam Organisation - het album Tone float uit. Een half jaar later werd de naam veranderd in Kraftwerk. In eerste instantie concentreerde de groep zich meer op avant-gardemuziek, later pas op elektronica en het maken van eigen, elektronische instrumenten waaronder speciale drummachines waar Florian Schneider patenten op heeft. Tussen 1970 en 1973 had de groep verschillende bezettingen, in 1972 is zelfs Ralf Hütter even uit de groep gestapt. In 1973 maakten ze met zijn tweeën een lp (Ralf + Florian), om vanaf 1974 langzaamaan de groep te vormen waarmee ze jaren bekend zijn geweest: Ralf Hütter, Florian Schneider, Karl Bartos en Wolfgang Flür.
De doorbraak voor Kraftwerk kwam in 1974 met het album Autobahn, waarbij voor het eerst gebruik werd gemaakt van de Minimoog, zeker in die tijd een extreem duur apparaat. De 22 minuten durende, gelijknamige openingstrack belandde wereldwijd in de hitparades en was een duidelijk teken dat synthesizers niet meer waren weg te denken uit de muziek.
Ook in de daaropvolgende jaren bleven de bandleden experimenteren en op zoek gaan naar de mogelijkheden die elektronische muziek bood en tijdens optredens werd er ook geëxperimenteerd met computeranimaties. De groepsleden werden live ook vaak vervangen of "geassisteerd" door robots die voor honderd procent lookalikes waren.
Opmerkelijk is dat de meeste albums in eerste instantie met Duitse teksten en titels uitgebracht werden, hoewel er achteraf vaak ook Engelstalige uitgaven verschenen.
Vanaf ongeveer 1981 werd het wat stiller in de Kling-Klangstudio van Kraftwerk in Düsseldorf. De re-release van The Model in 1982 leverde echter een nummer 1-hit op in het Verenigd Koninkrijk. In 1986 verscheen het album Electric Café en verliet Wolfgang Flür de groep en werd vervangen door de plaatselijke geluidstechnicus. In 1991 werden de grootste hits opnieuw uitgebracht op het album The Mix en vertrok Karl Bartos, om door een andere technicus uit de Kling-Klangstudio vervangen te worden.
In 2003 bracht Kraftwerk het eerste nieuwe album in 15 jaar uit, volledig gewijd aan de obsessie van Ralf Hütter met de Ronde van Frankrijk. Dit album was deels al geschreven in de tijd van de Tour de France-12-inch (1983). Het bestaat dus uit oud (opnieuw bewerkt) en nieuw materiaal.
Tussen 1995 en 2000 begon de formatie weer met liveoptredens en in 2004 startte een wereldwijde tour. 21 maart 2008 overlijdt slagwerker Klaus Dinger, vlak voor zijn 62e verjaardag.
In januari 2009 komt het bericht naar buiten dat mede oprichter Florian Schneider na 40 jaar de band verlaat. Toch heeft de groep in 2009 nog diverse optredens gedaan, zij het in een andere opstelling, met Hütter als enige van de oude bezetting. Zo opende Kraftwerk in maart voor de Radiohead tournee in Zuid-Amerika. In augustus trad de groep met succes op tijdens het Belgische Pukkelpop-festival. Verdere toekomstplannen zijn niet bekend.
Trivia
Kraftwerk heeft veel invloed gehad op Britse new wave-synthpop-groepen als Depeche Mode en Soft Cell. Het nummer Talk van de band Coldplay (2005) gebruikt de melodie van Computer Liebe (Computer Love) uit 1981. Walk Away van Franz Ferdinand (band) heeft een gedeelte dat duidelijk 'geleend' is van The Model.
U2 heeft het nummer Neon Lights gecoverd. Deze staat als B-kant op de single Vertigo.
Andy McCluskey en zijn band Orchestral Manoeuvres in the Dark hebben op hun CD Sugar Tax ook een versie van Neon Lights gezet, voorzien van een lieve meisjesstem en een flinke beat...
Alhoewel het geluid van het koor en de strijkers op Radioaktivität en Trans Europa Express erg veel lijkt op dat van een mellotron, maakte Kraftwerk in werkelijkheid gebruik van een orchestron. Deze is door Ralf Hütter in 1975 in de Verenigde Staten aangeschaft, toen ze daar op de Autobahn-tournee waren. Later zijn ze overgegaan op samples.
De Duitse metalband Rammstein coverde het nummer "Das Model
Er was een Belg zijn dakgoot aan het verven en telkens klom hij naar beneden om zijn kwast in de verf te dopen en weer omhoog om te verven enz. Toen kwam er een Nederlander langs, hij bleef even staan kijken en zei toen: "He, waarom neem je die pot verf niet mee naar boven, dan hoef je niet de hele tijd omhoog en omlaag te klimmen." "Nee," zei de Belg, "dat kan niet, want dit is grondverf!"
De volgende dag wordt Allerzielen gevierd. Het is aannemelijk dat men tijdens de kerstening van Europa, het feest van Allerheiligen is gaan vieren rond de periode dat voordien een heidens feest ter nagedachtenis van de doden werd gehouden. In 837 riep Paus Gregorius IV 1 november uit als de katholieke gedenkdag.
Allerheiligen is ook een merkeldag en hierbij hoort de weerspreuk: Allerheiligen is een waterken of een winterken.
Allerheiligen is een vrije dag in vele landen, waaronder België, Frankrijk en delen van Duitsland. In Nederland werd deze vrije dag afgeschaft in de jaren 1960.
In de beeldende kunst is Allerheiligen een voorstelling van heiligen om de Drieëenheid, volgens de tekst in Openbaring 5 en 7. Een bekend schilderij Aanbidding van de Drieëenheid door de Civitas Dei van Albrecht Dürer bevindt zich in het Kunsthistorisches Museum te Wenen.
Vandaag staan we even stil bij onze dierbaren die van ons heen zijn gegaan in de loop dertijden,en laten we ook onze bloggertjes niet vergeten die er niet meer zijn,
een man ligt op zijn bed in het ziekenhuis wat rond te kijken. Plots komt de dokter binnen en zegt: "ik heb goed nieuw en slecht nieuws" het goede nieuws is dat je nog 12 uren te leven hebt. De man antwoord: "oooh, bere goe! wat is dan het slechte nieuws? Antwoord de dokter: " dat ik u dat gisteren al had moeten vertellen!"
Haar vader werkte bij Texaco Oilcompany en haar moeder was administrateur. Joplin bezocht in de vroege jaren 60 enkele universiteiten, maar studeerde nooit af. De muziek trok haar meer en dan met name de blues, rock-'n-roll en soul. Grote voorbeelden voor haar waren Odetta, Leadbelly, Bessie Smith en "big mamma" Thornton. In 1963 woonde Joplin enige tijd in San Francisco, maar keerde al snel terug naar Port Arthur.
In 1966 vertrok Joplin opnieuw naar San Francisco op uitnodiging van de impresario van Big Brother and The Holding Company, Chet Helms. In het begin was de band niet succesvol, maar de grote doorbraak kwam met het optreden op het Monterey Pop Festival in 1967. Met het album dat daarna verscheen, Cheap Thrills, vestigde Joplin definitief haar naam als blueszangeres. Joplin besloot Big Brother and The Holding Company te verlaten en begon The Kozmic Blues Band en later The Full Tilt Boogie Band. Met deze laatste band maakte ze het album Pearl. Haar laatste opnames waren het lied Mercedes-Benz en een verjaardagswens voor John Lennon. Janis Joplin overleed op 27-jarige leeftijd aan een overdosis.
Dat de dood van Janis veroorzaakt was door een overdosis drugs kwam misschien niet echt als een verrassing. Een groot deel van haar leven had zij te kampen met een drugs- en alcoholprobleem. Zo kreeg zij als kind al de bijnaam 'speedfreak'. En dat was zeker niet voor niets; op haar dieptepunt woog zij nog maar 40 kilo. Gelukkig bood toen de uitnodiging om naar San Francisco te komen om bij Big Brother and the Holding Company te gaan zingen, uitkomst. Helaas was die redding maar van korte duur. Terwijl de band steeds meer successen boekte, steeg niet alleen Janis' inkomen maar ook de druk om te presteren. Deze grote druk kon Janis niet aan. Zij greep meteen weer terug naar de alcohol en drugs. Uiteindelijk werd Janis Joplin op 4 oktober 1970 dood gevonden in haar hotelkamer in Los Angeles, overleden aan een overdosis heroïne. Wat Janis niet wist is dat haar dealer de heroïne deze keer niet eerst zelf getest had en dat het onversneden (pure) heroïne bleek te zijn. Janis nam een voor haar gebruikelijke hoeveelheid van de drugs in wat haar fataal werd
Het album Pearl verscheen postuum in 1971. Haar bekendste nummer was Me and Bobby McGee, geschreven door Kris Kristofferson en uitgebracht na haar dood in 1971
Joplin wordt nog steeds beschouwd als een van de invloedrijkste blueszangeressen van de jaren '60. Vooral haar optreden in Woodstock (1969) wordt nog steeds als klassiek beschouwd. Joplins teksten weerspiegelen een gevoel van pijn en eenzaamheid van een vrouw die een laag zelfbeeld had en gekweld werd door een gebrek aan zelfvertrouwen. Dit zal ongetwijfeld ten grondslag hebben gelegen aan haar succes als blueszangeres.
Joplin wordt nog steeds beschouwd als een van de invloedrijkste blueszangeressen van de jaren '60. Joplins teksten weerspiegelen een gevoel van pijn en eenzaamheid van een vrouw die een laag zelfbeeld had en gekweld werd door een gebrek aan zelfvertrouwen. Dit zal ongetwijfeld ten grondslag hebben gelegen aan haar succes als blueszangeres.
De Gibson Guitar Corporation is een Amerikaanse firma die onder meer gitaren bouwt. Ze specialiseert zich niet in een bepaald type zoals de gitaarbouwer Martin die zich toelegt op de bouw van akoestische gitaren maar biedt alle categorieën aan.
Een bekende gitarist die op Gibson-gitaren speelt is Slash van Velvet Revolver en Guns 'n Roses, die in zijn privécollectie meer dan 100 Les Paul-gitaren heeft. Kenmerkend voor de Gibson-gitaren is het gebruik van zogenaamde dubbelspoel-elementen ("humbuckers"), die ervoor zorgen dat deze gitaren een relatief vol en 'warm' geluid geven. Een ander voordeel is dat deze spoelen magnetische stoorvelden elimineren. Dé grote concurrent van Gibson, Fender, gebruikt enkelspoel-elementen(beter bekend als single-coil elementen).
Geschiedenis
Orville H. Gibson (geboren in 1856 te Chateagay, New York) verhuisde in 1881 naar Kalamazoo en werkte daar als schoenmaker. Maar door zijn grote liefde voor houtbewerking en muziek begon hij de bouw van gitaren en mandolines te onderzoeken. Voor zijn eerste mandolines en gitaren, die uitkwamen in 1894, gebruikte hij ideeën uit de vioolbouw, en ook nieuwe ideeën.
Omdat er meer vraag was dan hij had verwacht, was Orville genoodzaakt een bedrijf op te starten dat zijn instrumenten zou maken. Zo ontstond op 11 oktober 1902 "Gibson Mandolin - Guitar Co., Ltd". In 1919, een jaar na de dood van Orville, kwam Lloyd Loar, mandolinist en akoestisch ingenieur, voor Gibson werken. Hij verfijnde de originele ontwerpen van Orville en bracht de eerste gefrette instrumenten met f-gaten uit: de F-5-mandoline en de L-5-gitaar.
In 1924 ontwierp Loar een prototype voor een elektrische bas, maar omdat dit ontwerp niet werd aanvaard door het management van Gibson, nam hij nog datzelfde jaar ontslag.
In de catalogus van 1937 stond er voor het eerst een elektrische gitaar, de ES-150 (Electric Spanish).
Les Paul-model
Gitarist Les Paul experimenteerde in de werkplaats van Epiphone om een nieuwe massieve gitaar te ontwerpen. Toen hij iets had klopte hij met zijn ontwerp bij Gibson aan, die zijn ontwerp in eerste instantie verwierp als iets waardeloos. In 1950 kwam Gibson echter terug op haar besluit en Les Paul en Gibson sloten een contract. Na zo'n 60 prototypen werd in 1952 de eerste Gibson Les Paul in productie genomen. In het begin wou Gibson zijn naam niet vermelden op de gitaren, maar Gibson kwam op die beslissing terug en de nieuwe gitaar werd een succes.
Les Paul wilde zijn gitaren een lange klankduur (sustain) meegeven en daarom waren de gitaren relatief zwaar en gemaakt van mahoniehout.
Les Paul Junior - Dit is een Gibson Les Paul met maar één pick-up namelijk de brug pick-up. Hij is onder andere bekend geworden door Billie Joe Armstrong.
Melody maker- gelijkaardig aan de junior maar dan aan een zeer lage prijs. Voorheen model met twee pick-ups maar momenteel geproduceerd met een pick-up. Onder andere bespeelt door Joan Jett.
ES-modellen (Electric Spanish, thin-line semi-akoestische gitaren) - onder meer bekend geworden door B.B.King en vele andere bluesartiesten: ES 325, ES 330, ES 335, ES 340, ES 345, ES 347, ES 355, ES 369, etc. Van dit model bestond ook een basuitvoering, de EB-2.
SG - onder meer bekend geworden als de gitaar van Angus Young (AC/DC), Frank Zappa, Pete Townshend, Robby Krieger en Jack Black (deze gitaar is ook te zien in de film School of Rock). Dit model is ook als basgitaar gemaakt (de EB-0 en EB-3) en genoot eind jaren zestig enige populariteit (o.a. Jack Bruce van de Cream en Andy Fraser van Free). Begin 21e eeuw is er van dit model bas een re-issue uitgebracht onder de naam SG Bass. De SG werd geïntroduceerd in 1960 als vervolg van de Les Paul-serie, maar na enkele jaren verdween de aanduiding Les Paul van deze gitaren. De bekendste modellen zijn de SG Standard, de SG Special en de SG Custom.
EDS 1275 - eigenlijk een SG-model met twee halzen, de ene met zes snaren, de ander met 12 snaren, bekend geworden door Jimmy Page die deze gitaar gebruikte bij live optredens voor Stairway to Heaven
Explorer: een gitaar waarvan de body lijkt op een soort Z-vorm, deze serie werd samen met de Flying V in de future klasse gedaan. Deze gitaar is bekend geworden dankzij Metallica zanger James Hetfield die deze na zijn Flying V in gebruik nam. Geïntroduceerd in 1958.
Flying V - een gitaar waarvan de body een V-vorm heeft. Kortstondig populair bij diverse hardrockbands, onder meer bij UFO, Michael Schenker, James Hetfield, Kirk Hammett, en Jack Black (ook deze gitaar is te zien in de film "School of Rock"). Geïntroduceerd in 1958.
Hele series elektrische gitaren met een dikke, holle klankkast: de zogeheten hollow body gitaren, die m.n. populair zijn onder jazzgitaristen. Voorbeelden zijn de Citation, de Johnny Smith, de Byrdland, de ES-175(bespeeld door Shifty-Foo Fighters) en de ES-295.
Firebird - Heeft qua uiterlijk een beetje weg van de Explorer, maar heeft wat rondere vormen. Bekende gitaristen die op een Firebird spelen/speelden zijn o.a. Johnny Winter en Paul Stanley van (Kiss)en natuurlijk Dave Grohl. Er is ook een basgitaar versie van de Firebird, maar dan onder de naam "Thunderbird". Bekende Thunderbird bassisten zijn Tom Hamilton van Aerosmith, en Pete Way van UFO. Geïntroduceerd in 1963.
Een minder bekend model is de RD-serie, geproduceerd van 1977-1979. Een kruising tussen Les Paul, X-plorer en Firebird modellen. De gitaar-elektronica van de RD Artist werd ontwikkeld in samenwerking met Moog en later ook in andere types gebruikt (Les Paul Artist, Es 335 Artist). Later is er nog een re-issue serie uitgebracht.
Robot Guitar - De eerste zelfstemmende gitaar, ook het onthouden van bepaalde stemming is mogelijk. Gitaar wordt in beperkte oplage gemaakt.
The Paul - Ook een minder bekend model is de "The Paul". De "The Paul" is een soort van eikenhouten versie van de Les Paul en krijgt daarom ook wel flauwe bijnamen zoals: De Beukenboom en De Walnoot.
Epiphone
In 1957 nam Gibson de firma Epiphone uit New York over (hoewel de productie rond die tijd na een arbeidsconflict inmiddels plaatsvond in Philadelphia). Geleidelijk werd de productie van Epiphone gitaren door Gibson naar Kalamazoo verplaatst, zodat er tussen de Gibson en Epiphone gitaren uit de jaren '60 nauwelijks verschil is. Zo heeft de Epiphone Casino (bekend van o.a. The Beatles) dezelfde specificaties als de Gibson ES 330. Alleen aan de specifieke, smalle Epiphone kop was de Casino te herkennen. Eén van de typische Epiphone onderdelen die Gibson in zijn eigen instrumenten integreerde is de mini-humbucker. Dit gitaarelement -dat oorspronkelijk op Epiphone gitaren als de Broadway en de Riviera zat- werd later gebruikt voor o.a. de Gibson Les Paul Deluxe (1969-heden) en de Gibson SG Special (jaren '70). Vanaf 1971 is de productie van Epiphone naar Azië overgebracht. Aanvankelijk Japan, later Korea en tenslotte China en Indonesië. Sinds begin jaren '90 van de vorige eeuw werden met name kopieën van Gibson gitaren onder de naam Epiphone verkocht. Incidenteel zijn er in de V.S. en Japan gefabriceerde Epiphones op de markt gebracht. Voorbeelden zijn de Amerikaanse Epiphone Spirit en Special in de jaren '80 en de Japanse Elitist versies van de Casino.
Overige instrumenten
Naast gitaren en mandolines heeft Gibson ook luiten, mandola's en violen gebouwd. Na de Eerste Wereldoorlog legde men zich, omwille van de gewijzigde vraag naar muziek, toe op de bouw van banjo's. In de jaren '60, '70 en '80 werden versterkers op de markt gebracht onder de naam Gibson.
Rhythm-and-blues (ook bekend als R&B of RnB) is een muziekgenre met invloeden uit jazz, gospel en blues, oorspronkelijk ontstaan bij de Afro-Amerikaanse artiesten. De term werd in 1947 ingevoerd door Jerry Wexler van Billboard magazine. Het moest de plaats van race music (rassenmuziek) innemen, een term die beledigend opgevat werd door de zwarte gemeenschap in de Verenigde Staten.
Geschiedenis
RnB was een van de voorgangers van rock-'n-roll. Het bevatte sterke invloeden uit de jazz, jumpblues en gospel, maar beïnvloedde op zijn beurt ook de jazz. RnB, blues en gospel werden gecombineerd met bebop om hardbop te maken.
De meeste Rnb-muzikanten waren jazzmuzikanten en vele muzikanten op Charlie Mingus' bekende jazz-opnames waren RnB-professionals. Lionel Hamptonsbigband van het begin van de jaren 40 legde de basis voor vele beboplegendes van de jaren 50.
De periode jaren 50 was het begin van de klassieke RnB. De bekende Chuck Berry was een van deze RnB-gitaristen. Overlappend met andere genres als jazz en rock-'n-roll ontwikkelde RnB regionale specialisaties. Een sterke stroming langs de "blues-kant" kwam van New Orleans en was gebaseerd op een vloeiend piano-spel, gelanceerd door Professor Longhair. Tegen het einde van de jaren 50 scoorde Fats Domino met "Blueberry Hill" en "Ain't That a Shame". Andere artiesten die een Louisiana-touch gaven aan RnB waren o.a. Clarence Henry, Frankie Ford, Irma Thomas, The Neville Brothers en Dr. John.
Aan het begin van de jaren 60 nam RnB meer en meer invloeden over van gospel met artiesten zoals Ray Charles, Sam Cooke, James Brown en Aretha Franklin, en kreeg het de naam soul. Barry Pearson schreef dat dit een naam was die door de zwarte gemeenschap aan de muziekindustrie opgelegd werd. Hoe dan ook, een goede 10 jaar later had de RnB een ware comeback. In de loop van de jaren zestig steeg het aantal blanken dat het label RnB op hun muziek kleefden (en soms ook blue-eyed soul, terwijl het eerder naar de rock-'n-roll neigde), zoals The Yardbirds, The Rolling Stones, The Pretty Things, The Small Faces, The Animals, The Spencer Davis Group en The Who.
Breck studeerde machinebouw. Na het einde van zijn studies werd hij ontdekt als zanger. In 1972 had hij zijn eerste hit met Überall auf der Welt, waarvan de melodie gebaseerd was op een lied van het slavenkoor uit Nabucco van Giuseppe Verdi. Het bezorgde Freddy Breck meteen zijn eerste gouden plaat. Daarna zouden nog meer hits volgen die gebaseerd waren op bekende klassieke melodieën.
In april 1974 bereikte hij met een Engelstalige single een notering in de Britse hitparade. So in love with you behaalde er de 44ste plaats.
Vanaf de jaren '80 begon hij zich meer toe te leggen op het componeren van liedjes voor andere zangers. In die periode trad hij in het gezelschap van Dennie Christian, Mieke en later ook Micha Marah tevens op in Vlaanderen en Nederland en zong daarbij in het Nederlands. Vanaf 1990 legde hij zich weer meer toe op het (solo) zingen, maar hij zou zijn eerdere succes nooit meer evenaren.
In 1998 richtte hij samen met zijn vrouw Astrid de platenfirma Sun Day Records op en zong hij met haar als het duo Astrid & Freddy Breck.
Eind 2008 overleed Freddy Breck omringd door zijn familie op 66-jarige leeftijd in zijn huis aan de Beierse Tegernsee aan longkanker.
Aimee Anne Duffy (Nefyn, 23 juni1984) is een Welshe zangeres en songwriter. Haar stem wordt vaak vergeleken met die van Dusty Springfield en Amy Winehouse. Met haar soulnummers wordt ze getipt als een groot doorbrekend talent in 2008.
Biografie
Duffy werd in 1984 geboren in het stadje Nefyn. Haar ouders scheidden toen ze tien jaar oud was en ze verhuisde met onder andere haar moeder en tweelingzus naar een andere stad. Toen Duffy vijftien jaar was, zong ze in verschillende lokale bands. In 2003 deed ze mee aan Wawffactor, een alternatieve versie van Idols en eindigde als tweede. Na die deelname was ze een graag geziene artiest in de lokale jazz- en bluescafés. Een platencontract volgde en haar doorbraak was in november een feit, toen ze mocht optreden in de BBC2-show Later with Jools Holland.
Sinds maart 2008 ligt haar debuutalbum Rockferry in de winkels. Daar staat onder andere de eerste single Mercy op. De single was Megahit op de radiozender 3FM en bereikte de nummer 1 positie in de Nederlandse Top 40. Ook wordt deze single gebruikt in het voetbalspel FIFA 09.
In mei 2008 werd de tweede single Warwick Avenue uitgebracht. De derde single was Rain On Your Parade, gevolgd door de vierde single van het album: Stepping Stone.
Lavigne werd opgevoed door conservatieve ouders. Ze groeide op met het zingen van countrymuziek en in een kerkkoor en leerde zichzelf gitaar spelen. Toen ze 16 jaar oud was tekende ze een platencontract bij Arista Records, onderdeel van BMG. Ze verhuisde naar New York City om aan een album te werken.
Haar pogingen om met behulp van anderen nummers te schrijven die aan haar wensen voldeden mislukten. Daarom ging ze naar Los Angeles om te schrijven met hulp van Cliff Magness en een schrijversteam, The Matrix genaamd, dat eerder al nummers had geschreven voor Sheena Easton en Christina Aguilera.
Op 4 juni2002 bracht ze haar eerste album Let Go uit. Binnen zes maanden haalde ze met de verkoop van het album een viervoudig platina. Van het album verschenen "Complicated", "Sk8er Boi", "I'm With You" en "Losing Grip" op single. Van het album Let Go werden wereldwijd 15 miljoen exemplaren verkocht. Het album vertoonde poprock, alternative en grunge invloeden. Ruim een maand na de release verkreeg Let Go midden augustus in de Verenigde Staten de platina status. Daarmee is het het op vier na beste verkochte album in 2003. In december 2003 is het ruim 6.6 miljoen keer verkocht in de Verenigde Staten en ruim 16 miljoen keer wereldwijd.
Under My Skin
Op 25 mei2004 verscheen haar tweede album Under My Skin, grotendeels geschreven in samenwerking met de Canadese zangeres Chantal Kreviazuk. Daarnaast zijn een paar tracks geschreven door Ben Moody (oprichter Evanescence), Butch Walker van Marvellous 3, haar voormalige leadgitarist Evan Taubenfield en haar voormalige drummer Matt Brann. Kreviazuk's echtgenoot, Raine Maida (voorman van Our Lady Peace) co-produceerde het album samen met Butch Walker en Don Gilmore.
Deze cd bevatte meer rocknummers dan haar eerste album met poppunk en zachte post-grunge geluiden. Het debuteerde in dertien landen op één. Er verschenen vier singles van dit album: leadsingle "Don't Tell Me", "My Happy Ending", "Nobody's Home" en "He Wasn't". Op dit album stond ook het nummer "Slipped Away" ter herinnering aan haar overleden opa.
Lavigne ging, ter promotie van het album, in 21 steden touren in de Verenigde Staten en Canada. Elke optreden van deze "Live and by Surprise" tour bestond uit een paar korte live-akoestische nummers van het album. Ze werd vergezeld door haar gitarist Evan Taubenfield. De optredens werden binnen 48 uur voor het begin van het concert bekendgemaakt. De toer was erg populair en succesvol als promotiemiddel. Selecties van deze toer staan op haar EPAvril Lavigne Live Acoustic.
The Best Damn Thing
.
Avril Lavigne maakte op 2 december 2004 bekend dat ze in maart 2005, na het afronden van haar Japanse tour, de studio zou gaan voor opnamen voor haar derde album. Een groot deel van de nummers hiervoor had ze al geschreven tijdens de Europese tour in de herfst van 2004. Een ander deel had ze al op haar antwoordapparaat ingezongen.
Lavigne heeft een contract bij modellenbureau Ford Models en stond model voor de make-uplijn van Chanel van herfst 2006. Ze heeft een filmrol in de misdaadfilm The Flock en een rol als serveerster in The Fastfood Nation gespeeld. Ook heeft ze de stem van Heather, een buidelrat in de animatiefilm Over the Hedge, ingesproken. Ook heeft ze het nummer Keep Holding On voor de film Eragon ingezongen. Deze staat op haar album The Best Damn Thing. Lavigne's derde album, The Best Damn Thing, verscheen midden april. De eerste single daarvan was "Girlfriend". Avril beschrijft haar album als ondeugend, up-tempo, fris, maar vooral één met een eigen stijl. Lavigne, die in het begin van haar carrière zich afzette tegen alles en iedereen, begint nu wat rustiger te worden; ze heeft haar stropdassen ingeruild voor haute couture-jurkjes van Gucci en is naast zangeres nu ook actrice.
Lavigne verkocht in totaal rond de 30 miljoen albums wereldwijd waarvan bijna 10 miljoen in de Verenigde Staten. Haar tweede single van The Best Damn Thing was "When You're Gone", een rockballad. Het derde nummer was "Hot" en kwam uit op 5 oktober2007. De videoclip hiervan is 8 september 2007 opgenomen in New York City. Op 4 maart 2008 ging haar 'Best Damn Tour' van start. Ze begon haar tour in de Verenigde Staten en ging daarna naar Europa en Azië. Ze stond op 20 juni2008 in de Heineken Music Hall in Amsterdam. Op 9 september kwam de dvd The Best Damn Tour uit, met daarop een concert geregistreerd in Toronto, Canada.Parfum
Sinds eind 2009 heeft Lavigne een parfum, Black Star. Het geurtje ruikt naar bloemen en fruit. In juni 2010 kwam er een nieuw geurtje uit: Forbidden Rose.
Abbey Dawn
Sinds 2008 heeft Avril heeft een eigen kledinglijn, Abbey Dawn. Die heeft ze zelf opgestart en ze verzint de ontwerpen zelf. Abbey Dawn is een onderdeel van Kohl's. De naam Abbey Dawn komt van haar opa die haar vroeger zo noemde. Eerst waren er alleen in Amerika en in Tokio (Japan) Kohl's-winkels. Maar sinds een tijdje is er in Nederland een webshop. Lavigne heeft ook een Alice in Wonderland-collectie.
John en zijn broer Tom Fogerty vormden een bandje in El Cerrito, Californië, aan het eind van de vijftiger jaren, als Tommy Fogerty and the Blue Velvets. De naam werd, door toedoen van de platenmaatschappij die hen wilde contracteren (Fantasy), veranderd in The Golliwogs in 1964.
In 1968 bracht de band hun eerste album uit onder de naam Creedence Clearwater Revival. Deze naam had de band in 1967 aangenomen. Hierop stonden onder andere covers waaronder Susie Q en I Put A Spell On You, dat hun eerste hits werden. Nadien volgde vele hitsingles waaronder Proud Mary, Fortunate Son, Up Around The Bend, Green River, Down On The Corner, Travelin' Band, Lookin' Out My Back Door, Bad Moon Rising, en Who'll Stop The Rain.
Door spanning onderling vertrok Tom na het zesde album Pendulum. De andere bandleden wilden meer invloed in de composities en uitvoering, aangezien John de bepalende factor was. Dit experiment duurde één album, Mardi Gras, en de groep ging in 1973 uit elkaar.
Solo
John Fogerty bracht nadien enkele soloalbums uit. In 1973 brengt hij Blue Ridge Rangers uit met country-covers, waarbij hij alle instrumenten zelf bespeelt. In 1975 brengt hij John Fogerty uit waar onder andere Rocking All Over The World op staat, dat later een grote hit zal worden voor Status Quo. Ondertussen ruziet Fogerty met Fantasy Records over de royalty's van zijn CCR-songs. In 1985 komt Centerfield uit. Dit wordt een succes in de VS. Op dit album staat het nummer The Old Man Down The Road. De oud-collega's van CCR klagen Fogerty aan omdat dit nummer teveel zou lijken op Run Through The Jungle van CCR. Fogerty wint het proces door de songs voor te spelen in de rechtszaal. Hierbij weet hij de rechter ervan te overtuigen dat het wel degelijk een andere song is. Maar de mogelijkheid op een eventuele reünie is voor altijd verkeken, zoals Fogerty in interviews benadrukt. Dit wordt versterkt door het overlijden van Tom Fogerty in 1990. Een jaar later komt het teleurstellende Eye Of The Zombie uit. In 1993 wordt Creedence Clearwater Revival in de Rock and Roll Hall Of Fame opgenomen. Fogerty weigert met zijn oud-collega's op te treden tijdens deze huldiging en speelt enkele CCR-nummers samen met Bruce Springsteen. Pas in 1997 komt Fogerty met een nieuw album, Blue Moon Swamp en wordt bekroond met een Grammy Award. In 1998 komt het live-album Premonition uit waarbij hij onder andere weer zijn oude CCR-songs ten gehore brengt. In 2004 wordt het album Deja Vu (All Over Again) uitgebracht. Inmiddels zijn Fogerty en Fantasy Records weer verzoend met elkaar, wat Fogerty weer de gelegenheid geeft zijn oude repertoire op te pakken. De reden is dat Fantasy is verkocht en het nieuwe management de zaak met Fogerty schikt. In 2006 wordt onder het label van Fantasy een verzamelalbum uitgebracht van CCR-songs en songs van Fogerty zelf, genoemd "The Long Road Home". Fogerty heeft in september 2007 een nieuw studio-album uitgebracht en gaat weer op wereldtournee. Dit nieuwe album heet "Revival". Als onderdeel van de "Revival Tour" trad Fogerty op 20 juni 2008 op in Ahoy Rotterdam.Op 2 september 2009 komt er een nieuw album uit. Het is een vervolg van de "blue ridge rangers" uit 1973 en heeft als titel 'Blue ridge rangers rides again'. Het betreft hier wederom covers uit de country en western scene van o.a John Denver & Ricky Nelson. Ook staat hier een eigen cover op 'Change in the weather' van het album 'Eye of the zombie' uit 1986.
John de Songwriter
In songs als Who'll Stop The Rain, Have You Ever Seen The Rain en Fortunate Son levert Fogerty kritiek op de Vietnamoorlog. Vandaar dat deze muziek prominent aanwezig is in de populaire tv-serie Tour of Duty. Met het album Deja Vu (All Over Again) levert Fogerty kritiek op de Irak-oorlog en wijst op de vergelijking (Deja Vu) met de Vietnamoorlog.
Veel liederen gaan over het diepe zuiden van Amerika. Fogerty kende dit deel van zijn land alleen uit verhalen, die hij als kind gretig tot zich nam, aangezien hij in een voorstad van San Francisco is geboren en getogen. Het mysterieuze van het moerasland inspireerde hem tot songs als Walking On The Water, Green River, Born On The Bayou, Bad Moon Rising en It Came Out Of The Sky. Fogerty zingt hierom met een aangedikt 'Southern' accent en draagt vaak een houthakkersblouse.
Er gaan geruchten dat met Proud Marymari(y)huanna bedoeld wordt. Fogerty zelf verklaart dat het verhaal draait om een stoomboot en dat hij vaak woorden en teksten achter elkaar zet omdat ze lekker klinken en niet altijd een verhaal te vertellen hebben. Zo is Willy and the Poor Boys, de naam van een CCR-album én een zin in het refrein van Down On The Corner, gebaseerd op Winnie de Poeh. Hieruit blijkt dus dat Fogerty niet altijd zijn teksten voor een onderliggende boodschap gebruikt.
Ik ben Rudy, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Rud.
Ik ben een man en woon in Wetteren () en mijn beroep is gepensioneerd.
Ik ben geboren op 13/07/1952 en ben nu dus 72 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Humor en mooie meiden..... .