EEN ULTIEME & AVONTUURLIJKE IS VAN BELGIE NAAR GAMBIA ik, Tiny van adventure2care nodigt u van harte uit om een wandeling op mijn blog te maken en hoopt dat u met veel plezier mijn ervaringen leest.
Een berichtje in het gastenboek wordt erg op prijs gesteld.
09-12-2005
de kids en het hoofd van de school met Kebba en Osman
Als ik al vroeg naar beneden ga vind ik Lian in de keuken bezig met broodjes smeren.
We hebben als toeristen n.l. een reisje met lunch besteld, daar dit aan zon vriendenprijsje is besluit ik dat ze het wel verdiend heeft dat ik haar help.
We gaan eerst naar het dorp waar Saikou onze gids en de nieuwe en trotse eigenaar van de Defender woont.
Omdat Saikou zijn rijbewijs nog niet heeft rijdt Menno vandaag nog, we vertrekken naar Banjul om met de veerboot de Gambiarivier over te steken, net als we de poort inrijden zien we de boot vertrekken, jammer dat wordt dus ruim 1 uur wachten.
Arme Willem is weer ziek geworden en wordt in een taxi gezet en huiswaarts gestuurd.
Nou ik wacht hier liever 1 uur dan 5 minuten bij mijn tandarts, de tijd vliegt om, iedereen maakt een praatje met elkaar. Verkopers van cds, sieraden enz. proberen hun slag te slaan bij de toeristen.
Ik sla Kebba gade die de tijd benut om kopers voor de auto te vinden, hij komt met een geïnteresseerde aan en we raken in gesprek.
De man verteld dat we net 4 mannen gemist hebben zij hebben de kustroute gereden vanuit Zeist naar Gambia, hun autos heeft hij verkocht voor een schoolproject.
Ik had al van ze gehoord en vertel dat ik voor een gedeelte voor het ziekenhuis van dezelfde stichting rij.
Onmiddellijk pakt hij zijn telefoon en belt naar Nederland, hij krijgt Franka, voorzitter van de stichting Hand to Hand aan de lijn praat even met haar en geeft dan de telefoon door aan mij.
Dan laat hij mij nog kennismaken met enkele andere personen die eveneens op de boot wachten, een van hen blijkt Dr. Dollmann te zijn, de Duitse arts die het ziekenhuis steunt. Tja, zo blijkt maar weer hoe klein de wereld is.
In de verte zien we de veerboot terugkomen, nu de Defender geen dak meer heb je van hieruit een ruim overzicht, de overvolle boot legt aan en dan lijkt het of iedereen tegelijk de boot wilt verlaten, het is een drukte van jewelste.
Vrachtwagens, bussen, autos, ezels karren, handkarretjes, brommers en fietsen, fleurig geklede vrouwen met van alles en nog wat op hun hoofd, mannen en kinderen, ongelofelijk wat er allemaal op 1 boot past.
Als wij de boot oprijden kijk ik weer mijn ogen uit, het is een prachtig gezicht deze bedrijvigheid.
Op de boot ontdekt Lian dat ze alle autopapieren vergeten heeft, wat nu te doen het erop wagen of terugkeren, we besluiten het erop te wagen.
Aan de overkant van de rivier verlaten we de boot en krijgen we een flink stuk piste.
In de Defender is nu nog maar een provisorisch kussen gemaakt, de echte moeten nog komen. We voelen het dus goed die bulten en gaten in de weg.
Om het met de woorden van de Gambiaan te zeggen its a real Gambian expierience
Kinderen komen uit het dorp gerend zodra ze ons zien en rennen vaak enorme stukken achter de auto aan, dit zijn echte kleine kampioenen, wat een tempo en dat in deze hitte.
Saikou gooit naar de kleinsten onder hen af en toe wat tennisballen die Lian uit Nederland heeft meegebracht.
Plotseling is er een politiepost, of we even de autopapieren willen laten zien. Tja nu heb je de poppen aan het dansen, Menno legt heel bescheiden de situatie uit maar de beambte is meedogenloos en wilt dat we teruggaan.
Rustig blijven staan en afwachten is het advies van Saikou en Kebba als Gambianen weten zij wat mogelijk is, enkele andere beambten komen langs en zeggen dat het wel goed komt ze lopen naar de meedogenloze beambte toe, deze zien we duidelijk nee gebaren. Na een poosje rustig afgewacht te hebben roept hij Menno bij zich, deze krijgt nog gauw het advies bovenal rustig en vriendelijk te blijven. Na korte tijd komt hij met een glimlach op zijn gezicht teruggewandeld naar de auto, ja hoor we kunnen weer verder. In Albredasteken we met een klein visserbootje de Gambiarivier over naar het, strategischgelegen James Island waar de vele slaven verbleven nadat ze gevangen waren genomen. In de ruines kun je nog zien hoe de mensen bij elkaar gepropt werden de gids verteld over de folteringen en verkrachtingen en over duizenden slaven die stierven aan allerlei ziektes nog voor ze per schip naar overzee vervoerd werden. We zien nog de ruimte waar Kunta Kinteh met handen en voeten aan de muur vastgeketend gevangen werd gehouden. Het was een heel indrukwekkend en aangrijpend bezoek, tijdens de terugvaart was het dan ook opvallend stil in het bootje. Terug in Albreda, drinken we wat in het restaurantje en gaan dan op weg naar het museum, dit blijkt gesloten te zijn omdat de beheerder naar een begrafenis in zijn dorp was. Er worden nog enkele houtsnijwerken gekocht van de plaatselijke bewoners/kunstenaar. We passeren de olifantboom, die inderdaad opvallend veel op een olifanten hoofd lijkt en vertrekken dan weer via dezelfde piste terug naar Banjul voor de veerboot die natuurlijk weer net vertrokken was. Als een van de eerste rijden we de poort in en stellen we ons op in een van derijen, ook nu weer komen er verkopers op ons af en ook een schoenpoetser die Menno zijn boots als nieuw laat uitzien. Het is al schemerig als we in de verte de veerboot zien komen. De boot wordt ingeladen en als wij aan de beurt zijn komt iemand ons vertellen dat hij vol is en we op de volgende boot moeten wachten,dat wil zeggen ruim 2 uur. Meteen beginnen we met zn allen te protesteren, we waren hier een van de eerste,jullie hebben de ene rij laten voorgaan, dit is niet eerlijk. Zonder auto kunnen we er nog op en Magreet en ik besluiten dit te doen en dan in Banjul een taxi naar ons guesthouse te nemen. Als we op de boot zijn zien we dat er nogdruk overlegd tussen degene die de inscheping regelen, ons protest heeft schijnbaar gewerkt, autos brommers en mensen worden verschoven en de Defender rijdt de boot op, half op de klep weliswaar, maar dat schijnt niemand te deren. Enkele mensen en een geit nemen de gelegenheid te baat en springen ook nog snel op de boot. Het is al laat als we in het guesthouse arriveren, tijd voor ons om het dak op te gaan om te zzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzzz
Samen met Kebba sorteren we grofweg enkele dingen, dit is voor de basisschool, dit voor de kleuterschool, dit voor het ziekenhuis.
De doos met speelgoed wordt nu naar buiten gebracht en aan de vele kinderen die de toubak komen bekijken uitgedeeld.
Vooral de bellenblaas is een succes, maar de voetbal valt ook in goede aarde.
Het is een chaos van jewelste iedereen wilt vooraan staan, Kebba spreekt ze ernstig toe en ze gaan braaf in de rij staan. Kebbas moeder staat er ook bij en neemt een teddybeer en nog iets in ontvangst, is dit voor haar kleinkind of vindt ze het zelf mooi???
Leuk om de kinderen zo blij te zien.
Na de kinderen komt de doos met cadeautjes voor de volwassenen aan de buurt, iedereen krijgt 2 mokken en 1 pakje thee, ook nu zijn er veel anderen uit het dorp aanwezig.
Dan brengen we de spullen voor het ziekenhuis naar Binta, de zus van Kebba die in een andere compound in hetzelfde dorp woont. Binta werkte eerst in het ziekenhuis in Farafenni maar gaat nu samen met haar echtgenoot in het ziekenhuis in Serekunda werken,dit ziekenhuis opent einde november haar deuren.
Ik heb besloten om niet naar het ziekenhuis in Farafenni te rijden, omdat :
1e het geld al aan de stichting Hand to Hand in Nederland is overgemaakt
2ede spullen die ik nog voor het ziekenhuis heb bestaat maar uit een kleine doos en een rollator,
3ede weg erheen erg slechts moet zijn en ik mijn auto dit niet wil aandoen
4eik ben nu wel even aan wat rust toe
Na een gezellige kennismaking spreken we af dat wij een dag voor de familie gaan koken en dat Binta ons komt helpen.
Terug naar de compound van Kebba, men staat erop dat ik mijn vuile kleding achterlaat om te wassen, ik zeg dat hoeft echt niet, maar ze dringen zo aan dat ik instem, schijnbaar wilt men graag iets terug doen en het zou ook niet goed zijn ze die kans te ontnemen, denk ik.
Na de hele familie goedendag gezegd te hebben gaan we terug naar Sene-Gambia en nemen onze intrek in het
Kadjendo Guesthous dankt zijn naam aan Kadjendo een traditioneel gereedschap van de Diola boeren in The Gambia
Het guesthouse wordt gerund doorLamin Badjieeen Gambiaan die getrouwd is met Els,uit België.
Lian, Jos en Menno zijn hier gisteren al ingetrokken en we treffen hun aan de maaltijd, gelukkig is er nog genoeg en kunnen we meteen aan tafel, heerlijk!!
Toen ik de binnenplaats inreed zag ik de Defender van Lian staan met een kale kop, ze hebben hem vandaag van zijn dak beroofd en banken erin geplaatst, het ziet er wel goed, een prima toeristenwagen. Morgenochtend gaan we hem uitproberen, dan gaat een gedeelkte van onze groep ermee naar James eiland, het eiland waar men vroeger de gevangen slaven onderbracht totdat ze verscheept werden.
We nemen een 3 persoons slaapkamer, Kebba blijft ook hier, Magreet en ik besluiten op het dakterras te slapen en brengen vast ons matras en muskietennet erheen, Kebba vind het te koud en wilt op de kamer slapen.
Vanavond gaat de groep naar de Disco in Serrekunda, Jos heeft geen zin en blijf hier, ik heb ook niet veel zin hierin maar laat me overhalen omdat er live Afrikaanse muziek zou zijn.
Helaas er wordt alleen moderne muziek gedraaid en de DJ gaat niet op ons verzoek voor Afrikaanse muziek in. Op de dansvloer wordt gedanst, meestal door alleen maar mannen, hen gade te slaan geef nog wat vertier. Om 24.00 uur willen sommige nog ergens anders na toe, Magreet, Wil, Kebba en ik besluiten een taxi te nemen en lekker ons bed in te kruipen.
Als ik wakker word en over de borstwering van het dak kijk, word ik meteen gespot door de kinderen uit de buurt, toubak, toubak ( blanke, blanke)klinkt het uit de vele kindermondjes.
Om 9 uur staan we weer bij het kantoor voor de tickets, nee degene die erover gaat komt pas vanmiddag of we even om 12.30 uur willen terugkomen.
We gaannaar"the garden" waar ik degene ontmoet die de wagen van Wil helpt te verkopen, ik informeer bij hem naar de mogelijkheden maar zeg dat ik eerst met Kebba wil overleggen en hem de kans wil geven om een commissie te verdienen.
Tijdens ons gesprek zie ik een jongeman met een Feyenoord shirt aan langs lopen, even later blijkt het Kebba te zijn, gelukkig draagt hij geen Ajax shirt, dat zou mijn zoon Jeroen, een groot Feyenoord fan is zeker niet op prijs gesteld hebben.
Kebba is een vriendelijke en behulpzame jongen die speciaal voor mij vrij van zijn werk genomen heeft, we drinken samen wat, ik ga nog tanken en dan is het weer tijd om terug naar het kantoor te gaan om te informeren over de tickets.
Gelukkig degene die we moeten hebben is er nu, hij kijkt in zijn computer en ..niets, geen ticket, geen reservatie.
potverdikkeme dat is toch om wild van te worden!!
We reserveren vast voor 15 november, nu we in de computer staan gaan we op weg naar Marcel, de weg is een echte piste, we verdwalen in de wirwar vanstoffige straatjes, vragen aan verschillende mensen, maar niemand schijnt Marcel te kennen. Op een gegeven moment ligt er een grote waterplas die de hele weg in beslag neemt, eromheen gaat niet, dan maar erdoorheen. We worden gadegeslagen door een aantal mannen die buiten zitten, ze maken een gebaar van "kom maar."
Dit blijkt een verkeerde inschatting te zijn onder het water ligt schijnbaar een diep spoor, de auto hangt gevaarlijk scheef, ik vlieg compleet op Magreets schoot en zij isongeveer 40 cm verwijderd van een gratis modderbad.
Onze harten kloppen in de keel, voorzichtig schuif ik naar het uiterste puntje van de bestuurderskant, Kebba doet op de achterbank hetzelfde, dan trek ik langzaam op en even later kunnen we op vaste bodemopgelucht ademhalen.
Van de spanning beginnen we allen te schaterlachen.
Na nog wat verder zoeken en navragen, hebben we het huis eindelijk gevonden, we delen Marcel de situatie mede en latenhet hem verder opknappen.
Dan gaan we op weg naar de compound van Kebba in Tujering, We worden verwelkomt door zijn moeder, vader, vaders 2e vrouw, zussen en broers en nog veel meer personen. De een na de ander komt de compound binnenlopen, veel kinderen maar ook volwassenen. Heel gezellig, het lijktwel allemaal familie. Er wordt een zetel gehaald voor Magreet en mij, de anderen zitten op houten krukjes of op de stoep. Een jongetje wordt de sinaasappelboom ingestuurd en even later hebben we verse sinaasappelen en meloen voor ons staan, Ik voel me wat onwennig bij deze speciale behandeling.
Kebba laat mezijn woongedeelte zien, ik ga door een golfplaten deur en kom in een klein donker woonkamertje er staat een oud bankstel en een salontafeltje. In de hoek staat een gasbrandertje, een luxe zo blijkt later, aan de muur hangt een poster van Bob Marley en natuurlijk foto's van Dikkie.
Een doek wordt opzij geschoven en ik betreed zijn slaapkamer, daar staat een bed en een kast via een ander golfplaten deur beland ik in zijn tuintje, Kebba heeft er 2 bananenbomen geplant, die nu ongeveer 2 meter hoog zijn, in de hoek staat een kippenhok. Ik bewonder alles en ik zie hem glunderen van trots.
Ik heb met Kebba overlegd en besloten om alles hier van mijn auto af te laden en in zijn slaapkamer op te slaan.
Osman, Kebba's broer haalt allesvan en uit de auto, hij wordt geholpen door vele kinderhandjes, even later zijn ze druk allen druk bezig met het poetsen van de auto.
Om 7 uur wordt er op de deur geklopt, tjeee verslapen we hadden gepland om 7uur te vertrekken, gelukkig zijn we niet de enigste die zich verslapen hebben, nog een snel ontbijtje de was afhalen en in plastic zakken doen, deze is nog natter dan toen hij opgehangen werd, die luchtvochtigheid hier, vreselijk!!.
Bijna iedereen zit onder de bulten, de veroorzakers vielen van het rieten dak in bed, ofwel zaten ze in het beddegoed, ik heb gelukkig een dekbed overtrek van thuis mee genomen en slaap hierin waardoor ik grotensdeels pukkelloos ben.
Na dik 1 uur zijn we dan zover we kunnen vertrekken richting Gambia, we hebben een flink stuk piste, goede en slechte weg wisselen zich af. Hoe dichter we bij de grens komen, hoe vriendelijker de bevolking is, er wordt heel wat gezwaaid.
Het is 12 uur als we bij de grens arriveren, de kilometerteller verteld dat ik 9800 km gereden heb. Het is er een drukte van jewelste, veel mensen, allemaal vriendelijk en goedlachs, heerlijkis het ook om weer eens met jan en alleman te kunnen praten. Eindelijk een niet Franssprekende bevolking. Willem heeft weer iets bedacht, hij beloofd de kinderen die om de auto hangen dat hij 100 CEF geeft aan de 1e de beste die hem een kikker kan laten zien, ze stuiven weg en even later is er een terug met een vette kikker of pad? Hij wordt betaald en wij worden eveneens bestookt met kikkers, schijnbaar denken ze nu dat alle toeristen willen betalen om kikkers te zien.
☻Bedankt willem!!
De formaliteiten lopen allemaal soepel, de beambte vraagt hoelang we willen blijven, iedereen zegt 2 weken, ik weet nog steeds niet of ik wel een ticket heb en vraag voor de zekerheid 1 maand, hij kijkt me lachend aan en schrijft bij ons allemaal 3 weken in het paspoort.
Hij loopt met ons mee naar een ander kantoortje waar een andere beambte zit die de inschrijving van de auto regelt, terwijl die beambte met de anderen in de groep bezig is vraag ik aan de beambte van de paspoorten of ik naar het toilet kan, zeker zegt hij en pakt een sleutel en vraagt of ik hem volg. Lian gaat ook mee, terwijl we erheen gaan loopt hij te flirten met Lian, deze leert hem dit vlug af door hem wijs te maken dat ze gehuwd is, terwijl ik op het toilet ben hoor ik Lian roepen: "Tiny hij wilt nu wel met jou"
Zodra ik van het toilet af benzeg dat ik wel zijn moeder kan zijn, o zegt hij dat is ook goed dan ben je mijn nu mijn "Auntie"
Niks Auntie, daarnet heb je me een verblijf van 3 weken gegeven, terwijl ik 1 maand vroeg, ja maar dat kan ik veranderen zegt hij, zeg maar wat je wilt 1 maand of ½ jaar?
Ik bedank en zeg dat 3 weken genoeg zijn, als we klaar zijn met de formaliteiten en wegrijden hoor ik hem nog roepen: "dag Auntie"
Wij rijden naar Kololi op een asfaltweg die deze naam echt niet verdient, hier en daar ligt er tussen de gaten asfalt , de gemiddelde snelheid bedraagt 5 km p/u. dit duur zo'n 15 km dan wordt het iets beter. S'middags om 3 uur arriveren we in Sene-Gambia, het is hier erg toeristisch. Regelmatig krijg je de vraag waar kom je vandaan, als je dan Holland zegt hoor je steevast: "alles goed, warm hé, welkom in The Gambia."
We gaan naar de bank om geld te wisselen, eten nog samen wat in "the garden" en spreken af hier vanavond weer samen te eten.
Lian, Jos en Menno gaan naar de Gambiaanse familie voor wie ze de Defender hebben meegebracht.
Marcel en Wouter gaan naar hun huis.
Willem en Arjan, gaan Sene-Gambia ontdekken.
Magreet en ik gaan naar het reisbureau om te vragen naar onze tickets, op het kantoor zit een man die ons verteld dat degene die we moeten hebben al weg is en adviseert ons morgen om 9 uur terug te komen dan is hij zeker hier.
Buiten komen we een man tegen die interesse toont in mijn auto, ik vertel hem dat hij te koop is, ik zou hem goed als toeristenauto kunnen gebruiken zegt hij maar ik heb geen geld, ik weet wel iemand ervoor. Ik beloof hem een commissie als hij een koper vindt en vertel hem dat ik morgen om 9 uur hier ben.
Ik bel Kebba ( zie verslag 13-08-2005) en maak een afspraak om elkaar morgen te ontmoeten.
S'avonds weer terug in The Garden, en met de groep samen lekker gegeten, Wil die over 3 dagen al weer terugvliegt is druk doende zijn auto te verkopen en wordt af en toe van tafel geroepen omdat iemand naar de wagen wilt kijken. Het is een gezellige drukte, live muziek en gelegenheid om te dansen, we blijven tot 23.uur dan gaan Willem, Arjan, Magreet en ik mee naar Marcels huis en kamperen er op het dak.
Ook al ben ik nu in The Gambia het is nog niet afgelopen, dus beste mensen vergeet niet om morgen terug te komen
Om 8 uur gaan we op weg en genieten van de 32 km lange piste door het park naar de uitgang, dan rijden we wederom richting Tambacounda, hier tanken we alvorens af te slaan richting Kolda, het is oppassen want ze bedriegen je waar je bijstaat. Al eerder had ik de indruk opgelicht te zijn bij het tanken hier, ik heb het toen maar zo gelaten omdat ik niet goed opgelet had,nu was ik meer op mijn hoede, na het tanken betaalde ik de bediende, die niet oplette en de tank flink liet overlopen. Hij betaalde me 7000 CEF terug, in mijn berekening moest ik 13500 CEF terugkrijgen. Er volgt een discussie, de rekenmachine wordt erbij gehaald en ja hoor hij is overtuigd en ik krijg de rest van het bedrag uitbetaald.
De weg naar Kolda is erger dan een piste, het is slalommen van links naar rechts om zoveel mogelijk de gaten te vermijden, als de situatie het toelaat rijden we naast de weg of met een wiel op de weg en 1 ernaast. Je kunt je niet permitteren om eens om je heen te kijken, want dat bekoop je met een flinke klap van de auto. Op deze manier vordert het maar langzaam en arriveren we pas om 16 uur in hotel Moiya in Kolda.
Na ingecheckt te hebben worden de spullen uit de autos geladen en uitgezocht om daarna weer terug bij de oorspronkelijke eigenaar in de auto geladen te worden.
Ik ben na deze vermoeiende rit blij met de hulp die ik krijg, 3 mannen uit het hotel geven de dozen aan Jos die boven op de auto zit en deze op de imperiaal laadt en vastbind. Ikzelf laad de spullen in die in de auto moeten. De mannen worden bedankt en ik geef ze elk een bureaulegger en wat pennen, ze bewonderen het van alle kanten waaruit ik opmaak dat ze er tevreden mee zijn.
In de binnenplaats van het hotel staan enkele schattige huisjes met rieten daken, een ervan is het onderkomen van Magreet en mij, de ventilator heeft maar een kort snoertje en kan maar naast 1 bed staan, ik loop naar een bediende om een verlengkabel te vragen, hij spreekt geen Engels en begrijp me niet dus loods ik hem mee naar de T.V. waaraan een verlengkabel zit, hij snapt het en even later kunnen we de ventilator in het midden zetten zodat de verkoeling eerlijk verdeeld is. Magreet spot een kakkerlak, och ja een kakkerlak denk ik en kan me al bijna meer voorstellen dat ik de 1e keer dat ik ze zag uit angst snachts het licht heb aangelaten. Ik neem een douche en doe een wasje, hang dit op de tussen de huisjes gespannen wasdraad en ga dan naar het dakterras waar Jos en Arjan al zijn en bestel een lekker koud pilsje.
We worden geroepen als het eten klaar is en gaan naar het restaurant, op het menu staat: frites, steak en komkommersalade met gemengd fruit toe.
Vandaag eindigt de ramadan voor degene die zich op Mekka oriënteren, voor degene die zich op de maan oriënteren eindigt het morgen. Een gedeelte van onze groep gaat naar de stad om mee te vieren.
Ik blijf hier, het wordt morgen weer vroeg vertrekken en ik wil uitgerust achter het stuur kruipen. Het is erg benauwd en de slaap wil maar niet komen, de groep komt na enkele uurtjes terug,het feest viel tegen en er was niet veel te beleven.
6.00 uur opgestaan, de rest van de groep is nog in diepe rust, het plan was om7.00 uur op safari te vertrekken. Omdat de gids, Wil en Magreet in mijn auto meegaan maak ik alvast de achterbank vrij.
Als ik hiermee klaar ben zijn de anderen ook wakker en wordt er koffie gemaakt en brood gesmeerd.
Op en in mijn auto zitten een aantal apen, leuk denk ik totdat ik ze met mijn spullen zie verdwijnen, vlug dus de ramen afgesloten.
Ze verplaatsen hun aandacht naar ons ontbijt, hierdoor ontwaakt bij de mannen het oerinstinct, zij zullen toch zeker niet hun voedsel laten wegkapen, met oerkreten en rare sprongen jagen ze de meute weg, sommige achtervolgen ze zelfs tot in de boom.
Helaas hebben ze geen ogen in hun achterhoofd en zijn enkele hun te slim af en pikken ons brood. Gelukkig hebben we nog een beetje kunnen redden, en hoeven we geen honger te lijden.
Iets te laat vertrekken we op safari, als eerste spotten we een waterbok gevolg door antilopen, kwartels, parelhoenders, bavianen, reigers, zwijnen, krokodil, eekhoorn, schildpad en een calao dit is een grote zwarte vogel met een vleugelbreedte van 1 meter.
Halverwege de trip stoppen we bij een grote afrastering, hierin bevindt zich een luipaard. Deze is door iemand als welp uit Nieuw Guinee meegenomen en uiteindelijk hier beland. Elke 2 dagen wordt er een geit naar binnen gelaten om het luipaard te leren voor zichzelf te zorgen. De bedoeling is om hem terug in de natuur uit te zetten.
We boffen dat de gids bij ons in de auto zit, veel dieren zien we op of naast de weg, en ze verdwijnenweer tussen de struiken zodra we dichterbij komen, jammer voor degene die achter ons rijden.
Bij de grote drinkplaatsen waar normaal veel dieren te zien zijn is het nu stil, geen dier te bekennen, volgens de gids omdat het nog te vroeg in het seizoen is en er nog vele kleine waterplassen zijn.
Rond 12 uur zijn we terug in het kampement en Lian en Jos beginnen meteen Vlaamsefrites te maken, we hebben nog wat uien, 1 komkommer en 1 potje wortelen, genoeg om een lekkere salade te maken. Als vooraf openen we enkele blikken soep.
Depottenkijkers zijn er weer, en hoewel we ze goed in de gaten houden weet er eentje toch nog een ui te bemachtigen.
Om het eten te laten zakken, zoek ik een rustig plekje in de schaduw op en ga wat lezen, na 1 uurtje heb ik hier genoeg van en ga wat wandelen. Ik zie Jos met zijn verrekijker in het observatiehutje zitten en besluit hem niet te storen maar het pad naar beneden te volgen, ik kom uit bij de rivier, er liggen 2 bootjes en in een ervan ga ik zitten en luister naar de oerwoudgeluiden.
Trossen gele vlinders zitten op de grond, het is hier lekker koel, de apen wennen snel aan me en wagen zich al dichterbij, een moeder met haar kleintje aan de buik geklemd, bekijkt de boel van een afstand.
Plotseling wordt de rust verstoord er komt iemand aan met een jerrycan in zijn hand, hij klimt in de boot en valt bijna in het water. Ik besluit om terug te gaan en nog een half uurtje te gaan lezen.
Om 17.uur vertrekken we met de boot over de Gambia rivier, al vlug begint de boot tegen te sputteren en valt uit, het kost veel moeite om hem weer aan de praat te krijgen en te houden. We zien krokodillen, nijlpaarden en verschillende vogels waaronder de prachtige ijsvogels.
Na terugkomst begint Magreet met het eten, geholpen door Willem, ik geniet achteraf op de borstwering van het hotel van de rust, het mooie uitzicht en een lekker glaasje wijn. De apen passeren me en lopen richting parkeerplaats waar Magreet geholpen door Willem met het eten bezig is. Ze hebben vast het eten weer geroken en gaan op de loer liggen om wat te jatten.
Ik ben alweer vroeg wakker, heb mijn spulletjes ingepakt en in de auto geladen, de anderen zijn boodschappen doen en heb ik een mooie gelegenheid om bij het genot van een bakje Nescafé mijn notities bij te werken.
Om 11.00 uur is iedereen klaar om weer op weg te gaan, we passeren leuke dorpjes met rieten daken. Ik moet nog een noodstop maken om een aanrijding met een overstekende koe te vermijden.
Na ongeveer 70 km stoppen we bij een politie post en worden meteen weer door een massa kinderen en enkele volwassenen omringt.
Een iemand komt naar me toe, hij spreekt Engels en verteld dat hij voor leraar studeert, omdat ik niet weer alle grijpgrage kinderhandjes om me heen wil spreek ik met hem af dat ik hem een zak pennen geef en hij deze na vertrek aan de kinderen uitdeelt.
Hij belooft dit te doen, als we vertrekken en ik in mijn achteruitkijk spiegel het tafereel gade sla betwijfel ik toch wel sterk of de kinderen een pen zullen ontvangen.
Na een korte rit stoppen we bij het kampement Dar-Salam van hieruit gaan we naar het natuurpark Niokolo Koba.
We hebben nog niet ontbeten dus bestellen we een omelet, het kan even duren zegt men want de eieren moeten nog in een dorp ± 10km hiervandaan gehaald worden.
Geduld hebben we tijdens de reis wel geleerd, dus no problem.
De mannen gebruiken de tijd om de jerrycans met water te vullen,dit is nodig omdat het kampement in het natuurpark park nog gesloten is.
Na 1 uur vernemen we dat er geen eieren zijn, we kunnen wel vlees krijgen en terwijl we hierop wachten lopen we naar het dichtstbijzijnde dorp, even buiten het dorp staat een waterpomp, enkele kinderen demonstreren ons even hoe het werkt. Een kind speelt met een oud fietsenwiel, anderen gooien flessen water leeg op elkaar en enkele vrouwen stampen graan in een grote kom.
Als we terugkomen, is de maaltijd nog niet klaar en gaan we luieren, een boek lezen en/ of een oogje dichtknijpen.
Tegen 14.00 uur is het dan zover, ons ontbijt is een brunch geworden, als we dit lekker opgepeuzeld hebben vertrekken we, we rijden het kampement uit, de straat op, de bocht om en we rijden door de poort van het park.
Werkelijk prachtig, je rijdt echt op smalle paden door de bush-bush, dit is al meteen safari en ik neem dan ook de tijd om rustig te rijden.
Snel rijden kan volgens mij ook niet in deze piste, er zijn nog regelmatig grote diepe sporen en waterplassen in de weg, het regenseizoen is nog maar kort afgelopen. Ook wil ik in de buurt van Wil blijven, met zijn Peugeot loopt hij kans er niet door te komen en dan heeft hij hulp nodig. Ik heb respect voor de rijkunst van Wil, want ook nu weer weet hij dit moeilijke parcours in zijn eentje te klaren
Om beurten wordt er in de imperial boven op mijn auto geklommen of zit men in de autoband boven op de motorkap van de Defender, een prachtig uitzicht heb je van hier.
Om half vijf arriveren we bij het hotel Sementi, buiten ons is er geen mens, het vakantie seizoen is nog niet begonnen heerlijk!!!
De machos onder zetten hun tent op dicht bij de bush- bush, ik verkies mijn tent op te zetten dichter bij het hotel en weer anderen zetten hun tent op de veranda van de 1e verdieping
Wederom hebben we 1 kamer waar we het toilet en de douche kunnen gebruiken, er zit alleen geen water in de kraan
Geen probleem er komt een grote teil met water te staan en een halve plastic fles, als verlichting is er een stompje kaars.
Dat wordt dus wassen op zijn Afrikaans, nat maken, inzepen en afspoelen, dit gaat best hoor, lekker primitief.Het toilet is een andere zaak, daar heb je toch wel wat meer water voor nodig, en wordt door de meeste dan ook de voorkeur gegeven aan de bush-bush.
Terwijl Lian pannenkoeken met banaan bakt, de jongens luidruchtig een balletje aan het trappen zijn ga ik op onderzoek uit en vind een uitkijkpost met een ruime blik op de Gambiarivier, via een wankel loopbruggetje ga ik erheen, het is hier prachtig en terwijl ik uitkijk of er dieren komen drinken geniet ik van de rust. Af en toe hoor ik een luide plons (nijlpaard? krokodil?)
Zeven grote witte vogels vliegen mooi naast elkaar over het water om even later om de bocht te verdwijnen.
Een aap klimt naast de uitkijkpost uit de boom en loop via het loopbruggetje naar het hotel.
Het wordt al donker en ik ga kijken of de pannenkoeken al klaar zijn, dit is inderdaad het geval en op het parkeerterrein bij het licht van een op zonne-energie gedreven lantaarnpaal laten we het ons goed smaken.
We vertrekken om half 8 en gaan even verder bij een lokaal kraampje langs de weg ontbijten, je krijgt er koffie en een broodje met omelet, leuk om hier op het bankje te zitten en de mensen gade te slaan. Na het ontbijt wandelen we nog wat rond en bekijken enkele winkeltjes, als ik er een met petjes tegenkom ga ik op zoek naar een petje met Mali erop, Dutch, die deze bijnaam aan zijn geboorteland dankt en die tijdens mijn reis voor mijn kat en huis zorgt, verzameld deze. Ik wil hem graag uit elk land dat ik aandoe een petje meebrengen, in Marokko heb ik er een gevonden, in Mauritanië helaas niet en hier vind ik er alleen een met Kenia erop, nou ja ook al ga ik dan niet naar Kenia toch deze maar gekocht. Veel bijzonders is er niet te vinden in de winkeltjes en even later zijn we dan ook op weg naar Tambacounda in Senegal en arriveren bij de grens om half elf, deze keer gaat het snel en staan we na ruim 2½ uur weer buitenWe kopen wat fruit bij fleurig geklede dames met een grote fruitschaal op het hoofd, als Willem de dames zover krijgt om een schaal op zijn hoofd te zetten, weten we zeker dat hij weer helemaal de oude is.
Vandaag hebben Magreet en ik met Marcel en Wouter afgesproken om eventueel alleen te rijden zodat we af en toe kunnen stoppen om fotos te maken, de afstand naar Tambacounda is nu nog maar ongeveer 200km, dat moet de dames toch kunnen lukken.
Marcel maakt zich nog ongerust omdat we geen krik in de auto hebben maar er van uit gaande dat de bevolking net zo vriendelijk en behulpzaam is als in Mauritanië en Mali, kunnen we hen overtuigen dat we best in staat zijn om hulp te vragen.
We krijgen het adres van het hotel waar we zullen overnachten en gaan dan alleen op weg.
Het is een goede maar eentonige asfaltweg met alleen de eerste 25 km zo nu en dan een gat van een metertje of 2.
Als we een dorpje langs de weg zien, rijden we hier even in, er is een markt dus parkeren we de auto en lopen de markt op
Tijdens de gehele rit van Marokko tot hier hebben we leuk contact gehad met de bevolking en verwachten dit hier ook.
Wat een teleurstelling, de mensen zijn over het algemeen onvriendelijk en meer in zichzelf gekeerd, een gesprek is niet mogelijk.
Als we geen aanstalten maken om te kopen worden de vrouwen boos, we voelen ons niet prettig en ondanks het feit dat de markt er wel gezellig uitziet besluiten we al vlug om terug naar de auto te gaan en verder te rijden naar Tambacounda alwaar we zonder moeite het hotel vinden.
Terwijl ik me ga douchen en een wasje doe gaat Magreet de stad in en komt terug met een afspraak voor een etentje, ze had afgesproken alleen mee te gaan indien ik haar vergezelde. Eigenlijk was ik van plan geweest om de avond te gebruiken om een internetcafé te zoeken en wat op het blog te zetten.
Ik verander mijn plan en speel vanavond dus chaperonne.
Als de date van Magreet om 19.00 uur verschijnt, gaan we als eerste naar zijn compound om kennis te maken met zijn familie, hij woont er met zijn moeder, zus en nog meer mensen waarvan het ons niet duidelijk is wat de relatie is.
We worden bij zijn zus binnengenodigd en krijgen een beker water aangeboden, dit lijkt ons niet uit een fles te komen maar we willen niet onbeleefd zijn en wagen het er maar op in de hoop dat we tijdens de reis genoeg weerstand opgebouwd hebben. Zijn zus een mooie en nog jonge vrouw heeft 4 kinderen, ze verteld ons met 14jaar uitgehuwelijkt te zijn aan een oudere man waarvan ze nu gescheiden is.
Als we de beker water op hebben vertrekken we naar een restaurantje voor een Senegalese maaltijd en een malt biertje.
Het is er erg donker in het restaurant en de muziek staat erg luid, een goed gesprek is er niet te voeren, het eten smaakt wel goed ondanks het feit dat ik zo nu en dan een kakkerlak tegen de wand zie kruipen.
Als ik op een gegeven moment die beestjes in mijn haar voel springen vind ik het tijd om te vertrekken, en vragen we de rekening.
De date van Magreet ( wiens naam ik vergeten ben) krijgt nog ruzie omdat er met het wisselgeld gesjoemeld is, ik vind het wel goed en wil weg.
We stappen in zijn auto en hij brengt ons terug naar het hotel, dit duurt erg lang, in mijn ogen veel langer dan de heenweg, ik wordt een beetje angstig als ik Willem en Arjan langs de weg zie lopen denk ik gelukkig we zijn er bijna maar nee hoor we rijden nog een hele tijd, als ik dan nog eens Willen en Arjan zie vind ik het goed geweest en zegt in het engels dat ik wil dat hij de kortste weg terug naar het hotel neemt, schijnbaar verstaat hij genoeg Engels want opgelucht kan ik even later uitstappen en ga ik in mijn auto enkele pennen halen voor de kinderen in zijn compound.
Als ik zigzaggend tussen de kakkerlakken door de trap oploop naar mijn kamer neem ik me vast voor zo iets nooit meer te doen.
Op de kamer is er gelukkig geen kakkerlak te bekennen, ik kruip mijn bed in, in slaap komen lukt niet erg het is veel te warm, verlangend denk ik terug aan de nachten in de natuur.
We vertrekken om 7.40 uur naar Kayes, het is een mooie route, we passeren vele kleine dorpje met prachtige namen. De bevolking ziet er kleurrijk uit en is zeer vriendelijk.
De piste is soms moeilijk maar de Strange Rover doet het prima.
Er wordt goed doorgereden en mijn fotos maak ik zoals bijna de hele reis onder het rijden. Dit valt niet mee in deze piste bovendien zie ik vanwege het zonlicht niets op het schermpje.
Mocht het me lukken om ooit nog eens zon reis te maken zal ik zeker zorgen dat het in een langzamer tempo gaat, het is werkelijk zonde om langs zoveel mooie plekken te vliegen.
We komen op een weg in aanbouw en het rijden gaat een stuk gemakkelijker, vanwege de stofwolken zorg je er wel beter voor om niet te dicht op de voorganger te zitten . Dan komen we bij een stuk waar aan de weg gewerkt wordt, er ligt rood grind (gravel)en dit ziet er nat uit, her en der staan en/of werken zware machines en vrachtwagens.
Ik zie er eentje de weg nat spuiten, een ander met een grote worm woelt een stuk om en wer een ander schuift de grond weg. Deze keer is er geen omleiding door een naast de weg gelegen spoor vol met kuilen. Nee, het verkeer moet gewoon tussen de kolossen door.
Het is een drukte van jewelste, iedereen loopt heen en weer, gebaart en roept instructies
Ik rij als laatste van de groep en heb mooi de gelegenheid om hun pogingen gade te slaan.
Ik zie nog net dat de bus naast de weg voortgetrokken wordt door een joekel van een machine, deze gaat overal doorheen. Later blijkt de uitlaat weg te zijn, deze wordt weer gevonden en met een ijzerdraad vast gemaakt. Ik zie de Defender van links naar rechts tussen de machines door manoeuvreren, hij mist het busje op een haartje na en staat even later triomfantelijk aan de overkant.
De Patrol zit ergens in het midden vast.
Wouter komt aangerend en gebaart naar rechts, een van de werklui loopt te roepen en te zwaaien en gebaart naar links, Wil in de Peugeot besluit naar Wouter te luisteren en gaat naar rechts, halverwege zit hij vast in de berm, een wormmachine rijdt rakelings langs hem en het lijkt alsof hij gaat omvallen, uit angst om ingeblikt te worden vlucht Wil door het portierraam naar buiten.
Ik besluit om alle goed bedoelde aanwijzingen te negeren en mijn eigen weg te gaan, ik maak vaart en manoeuvreer door het midden langs machines, vrachtwagens, en vastgelopen autos. Bijna halverwege zie ik van de andere kant een busje op me af komen, er is maar plek voor een auto, zal ik stoppen of stopt hij??
Ik blijk de grootste angsthaas van ons tweeën te zijn en stop, het busje schiet langs mij heen dan probeer ik het in de lage gear en . joepie het lukt, na enkel seconden sta ik naast de Defender te pronken, een geweldig gevoel!!!
Nadat iedereen bevrijdt is gaat het verder, stukken piste en stukken weg in aanmaak wisselen zich af.
Ik stop even om enkele fotos te maken bij een was/zwemplaats, geef de kinderen wat snoep en een pen, de vrouwen denken in eerste instantie dat het een eyeliner is en willen ook een pen, hun uitgelegd dat het is om te schrijven en geven hen ook een. Dit alles gebeurt in gebarentaal, want ze spreken enkel hun lokale taal.
We komen rond 18.00 uur aan in Kayes, deze stad ziet blauw van de smog. Langzaam achter een ezelkarretje rijden we over en smalle brug de stad in, in het water liggen bootjes die eruit zien als gondels.
Dan stoppen we bij een van de vele vervallen koloniaans huizen, Magreet maakt hier een foto van, pas later zien we dat ervoor een container met de tekst POLITIE staan.
Gelukkig schijnen de politieagenten die ervoor staan dit niet gezien te hebben, het is n.l is ten strengste verboden van politie en andere regeringsambtenaren en/of gebouwen fotos te maken.
Mij leek het beter om maar een foto van deze koe voor het koloniaans huis te schieten.
We rijden verder naar een hotel iets buiten de stad gelukkig is de smog hier een stuk minder. Er is nog 1 kamer vrij en hiervan kunnen we de douche en het toilet gebruiken, om de volgorde van gebruik wordt geloot, ik trek nummer 8, omdat ik altijd vroeger dan Magreet in mijn bed lig ruil ik met haar en ben dan als nr.2 aan de beurt. Lekker kan ik nog voor het eten douchen.
Onze tenten zetten we op in het terrein, bestellen eten, aardappelen met ei en salade en als toetje een banaan, hierbij een koud malt pilsje, heerlijk!!
Om kwart naar 7 vertrekken we naar Nioro in Mali, Willem is gelukkig weer wat opgeknapt, wel nog wat stil maar hij kan weer lachen. Om half elf passeren we de grens dit gaat snel en zonder problemen, in het 1e stadje wisselen geld om in CEF.
Meteen zijn er massas kinderen om ons heen, eentje pakt meteen mijn hand vast en laat me voorlopig niet meer lost. Het is een leuk ventje met in zijn vrije hand een lei.
Na samen met mijn boy nog wat kraampjes langs de weg bekeken te hebbenstuur ik hem weg en gaan we op zoek naar de ambtenaar die ons een stempel in het paspoort moet zetten.
Men jaagt zich hier niet, geen kans dat hier iemand een burn-out krijg.
Geen haan die er om kraait als Lian en Menno even gaan winkelen voor ons middagmaal dat we op het terrein van het gebouw gebruiken.
Er mogen 2 personen tegelijk naar binnen, de beambte registreert alles schriftelijk in een boek, als de 1eklaar is het tijd voor zijn gebed en heeft hij pauze.dan ben ik aan de beurt, als alles geregistreerd is ga ik samen met Magreet naar de markt om op zoek naar paprika, Wil gaat n.l. vanavond couscous maken en wilt hier paprika bij gebruiken.
Terwijl we de auto langs de weg parkeren stopt er een grote wagen naast ons, het is de burgemeester die ons namens de gemeente verwelkomt.
Wel op de hele markt is geen paprika te vinden, ik koop wel wat pepertjes lijkt me ook lekker bij de couscous en een verse meloen en sinaasappelen voor het dessert.
Als we terug rijden komen de anderen net van het terrein afrijden, we draaien en volgen hun naar de verzekeringsmaatschappij waar we de autoverzekering afsluiten. Wel hier gaat het op meer automatisch, de gegevens worden door 1 persoon schriftelijk vastgelegd en een ander typt onze papieren netjes met 1 vinger uit op een antieke machine.
Om half zes zijn we dan eindelijk met alles in orde en rijden we 5 km verder om buiten de stad onze tent op te slaan. Sinds de problemen met mijn auto zit ik alleen nog maar zelf achter het stuur, dit is toch wel erg vermoeiend en ik ben nu zo kapot moe dat ik meteen mijn tent in kruip om te rusten.
Ik word geroepen als de couscous klaar is, het is een harde klont met saus, de saus is lekker en maakt het geheel nog een beetje eetbaar, ach Wil ik zou het zelf niet beter hebben gedaan. Samen met Magreet maak ik een fruitsalade, we babbelen nog wat bij het genot van een glaasje wijn uit het land van Pacootje en dan kruip ik weer lekker onder het laken.
Wie kan mij helpen? Heeft u thuis nog iets liggen dat u kunt missen ? Ik heb nog voldoende ruimte over om wat van onze overvloed naar The Gambia te brengen.
Voor mijn reis ben ik nog op zoek naar enkele jerycans, spanriemen,potkrik,roofrack, onderdelen van motor (diesel)RR 2500TD bj.'90
Voor de Gambiaanse mannen (laat ze maar werken die mannen) oud handgereedschap.
Voor de Gambiaanse vrouwen iets om zich eens lekker te verwennen, zeep. shampoo's, parfum e.d.
Voor de kinderen: rugzakjes, schriften, pennen en ander schrijfmateriaal, wat om te spelen is natuurlijk ook heel fijn, maar dan liever geen knuffels maar ballen, geen elektrisch speelgoed maar blokken, ballonnen, bellenblaas enz.
Voor het ziekenhuiste veel om op te noemen, van bedpannnen tot chirurgisch materiaal, van computers tot generators, op verzoek stuur ik u graag een lijst toe.