Ik kom terug op het verband tussen ras en intelligentie. De fameuze aangever was de 'andersgeracieerde' Wouter Van Bellingen die een week geleden de overheid opriep om racisme af te leren bij de mensen. Wouter Van Bellingen van het Minderhedenforum wil dat de overheid maatregelen neemt om racisme uit onze samenleving te bannen. "Andersgeracieerd', ik weet niet of het woord bestaat, maar ik vind het een geschikt woord. Klinkt goed. Ik ga het blijven gebruiken!
Dus de andersgeracieerde Wouter Van Bellingen, een nievanhierder, wil dat WIJ ons aangeleerd racisme gaan omtoveren in verdraagzaamheid en begrip voor onze andersgetinte medemensen, en ondertussen onszelf verloochenen. Ik denk dat hij dat wilt, onze zelfverloochening, ten gunste van het zwarte ras, zijn ras.
'Racisme' is weer actueel. Knappe koppen breken nu hun hoofd over hoe racisme aangeleerd wordt en over hoe racisme weer afgeleerd kan worden. Racisme afleren! Nu moet ik toch even nadenken en pal staan... Zeg eens Wouter, racisme afleren, dat gaat zomaar niet. Is dat niet een verwoede poging om minderheden en slecht functionerenden in onze samenleving toch een beetje te laten meetellen?
Ik heb ooit leren fietsen, met vallen en opstaan, maar fietsen zal ik nooit afleren, nooit verleren, en ik zal er ook nooit in slagen om het te verleren. Aangeleerde handelingen, aangeleerde gedragingen, kan je niet zomaar afleren. Al die verworvenheden hebben een plekje gekregen in onze hersenen en zitten gebakken in onze hele fysiek. Iets wat aangeleerd is, leer je niet zomaar af. Dus Wouter, aangeleerd racisme raak je niet meer afgeleerd!
Onze vrees voor 'racisme' maakt ons kwetsbaar en daarom worden we in een hoek gedreven van waaruit we andere uitspraken doen dan die we bedoelen. We zijn angstig voor racisme, en zo komt het dat figuren als Wouter Van Bellingen aan een machtspositie geraken.
Angst voor racisme is onze ondergang.
Wetenschappelijk racisme bestond vroeger niet, maar als wetenschappers nu een gevoelige snaar aanraken, worden hun vaststellingen al vlug 'racistisch' genoemd. Hun onderzoekingen over ras en intelligentie konden vorige eeuw ongestoord hun gang gaan. Toen ze vrijuit schreven over inferieure en superieure rassen.
In het begin van de vorige eeuw werden aangeboren intellectuele verschillen tussen verschillende rassen algemeen aangenomen. "Negers en indianen scoren lager dan blanken"... "Het Noordse ras is superieur"... "Zwarten hebben minder intellectuele capaciteit"... "Europeanen zijn superieur qua intellect"... "De intelligentie van blanken is groter dan die van zwarten", enz...
Maar midden jaren 90 kregen schrijvers die beweerden dat "zwarten minder intelligent zijn dan blanken" de stempel van 'wetenschappelijke racisten' opgeplakt.
De rassentheorie dat zwarten van nature minder intelligent zijn dan blanken blijft toch de kop op steken, de theorie krijgt nog steeds een platform in de vakbladen. De media zwijgen.
Vier wetenschappers, met als aanvoerder RICHARD LYNN, discussiëren in vakbladen rustig voort over ras en IQ. Zij vinden dat onderzoek naar rassenverschillen in IQ serieus moet genomen worden, en blijven bij hun vastgestelde intelligentieverschillen tussen volkeren.
Cordon sanitaire... ook bij wetenschappers.
|