Er wordt veel gespeculeerd en geschreven over 9 juni 1924, de dag dat het volk zijn leiders mag kiezen. We stellen er ons veel van voor en rekenen op een Vlaamse overwinning. De democratie zal zegevieren en alle stemmen van de kiezers zullen goud waard zijn, vooral die van Vlaamsbelangers.
In werkelijkheid zou het weer eens anders kunnen uitdraaien, maar dat is een scenario waar we nu liever niet aan denken. De euforie na rooskleurige peilingen is te groot.
Het Vlaams Belang mag tot in de hemel scoren, dan nog bestaat de kans op een nieuwe staatsgreep door Vivaldi, een Waals-linkse constructie die met haken en ogen in elkaar hangt, een wankele regering die in de solden gekocht werd, ineengeknutseld op het drijfzand van een moerassige vlakte.
Partijen die op instorten staan en wild om zich heen slaan met stunten en miskleunen, zij zijn de zwakke schakels in ademnood die deel uitmaken van een verzameling Vivaldianen. Ook onverkozen losers van de vorige verkiezingen zitten in Vivaldi, maar bijzonder opvallend is de diverse samenstelling. Een vrouw hier, een transgender daar, een paar allochtonen, een homo, en als blikvanger een gepensioneerde ex-minister die geld verbrandde. Niemand werd gekwetst noch achtergesteld. Er werd gestreefd naar vrouwenquota, migrantenquota en genderquota bij het verdelen van de ministerposten.
Na 9 juni hoop ik dat er een scheidsrechter komt die beter naar het volk luistert dan De Croo, en zonder quota.
|