materiaal : 50 gr wol en breinaalden nr 3
werkwijze: voorpand ( alle stukken worden aaneen gebreid ) zet met garen en breinaalden 18 steken op en brei een boord 4 nld recht.(ribbel) ; Bij de volgende rechte naald (5e) zet je bij de middenste 2 steken , 2 steken bij zodat je er 20 hebt dan een averechte naald bij de volgende naald zet je weeral 2 steken in het midden bij. Dan weeral een averechte naald en nadien bij je 8 nld tricot tot de mouwen. Dan zet je voor de mouwen 10 steken bij aan weerszijde dus bij het begin en einde van de naalden. Dan brei je 10 nld met alle steken zodanig dat er mouwen komen en in het midden van de 11e naald zet je 4 steken af voor de halsopening. bij de volgende naald zet je 2 stk bij op aan de halsopening en je breit dan weeral 10 nld (het andere stuk en de mouw laat je effen rusten) als je deze 10 nld gebreid hebt zet je de 10 bijgemaakte steken van de mouw af en laat de overige steken rusten zo brei je ook de andere mouw en halsopening. Als ze lang genoeg zijn dan brei je beide stukken weeral aan elkaar ook de andere steken die stonden te rusten; ongeveer 12 nld. nadien een boord van recht breien en de steken allen afzetten.
De naden aaneen maken en aan de hals 16 steken opnemen en een 4tal priemen recht breien ook deze steken qfzetten en een kantje tegen naaien.
Aan de onderboord kan men er franjes aanmaken en de draden van de franjes splitsen.
Rokje : 40 steken opzetten met garen en nld 3 dan 20 nld in boordsteek breien en naad afzetten en naad sluiten en een elastiek in de taille doen (boordsteek breien is 1 steek recht, 1 steek averecht)
|