Neem het stuk waar ze op moeten komen en breng met een dikke draad en maasnaald de draad in het stuk. Draad vastmaken. Dan trek je de naald door het stuk en tevens windt je de draad rond de naald een keer of 4 (knoopkessteek) trek dan de naald door de omwinding en hou de omwinding tegen zodat hij niet kan uitrekken. Trek de naald door en plaats de omwinding op de het stuk om een rozeke te vormen. De vormen steek je steeds in het rond zodanig dat er zich een bloemke kan vormen. De knoopkesteek ( de omwinding wordt steeds meerdere keren gadaan) eerst 4 omwindingen, dan 5 omwindingen, 6 omwindingen enz.... De draad dan vanachter vastmaken en er een groen blaadje of meerder van een grote kettingsteek bijmaken.
|