Onderzoekers van het Nucleair Technologisch Centrum in Diepenbeek
hebben een nieuwe methode ontwikkeld waarmee bedrijven de natuurlijke
radioactiviteit van grondstoffen en materialen kunnen meten. Dat is
nodig om tegen 2015 te voldoen aan een nieuwe Europese norm.
Het Nucleair Technologisch Centrum (NuTeC) van de XIOS Hogeschool
Limburg heeft de afgelopen twee jaar intensief onderzoek verricht naar
natuurlijk radioactief materiaal. Die zit in kleine hoeveelheden in
materialen en grondstoffen als graniet, beton, kunstmest, zand of
kaliumverbindingen.
Omdat de industriële verwerking hiervan kan
leiden tot verhoogde concentraties, en mogelijk zelfs tot gevaarlijke
situaties voor de volksgezondheid, wil Europa tegen 2015 nieuwe normen
opleggen. Het onderzoek in Diepenbeek helpt onze bedrijven om de
metingen te doen en informeert de Belgische instanties over een correcte
en werkbare vertaling van de Europese regels naar Belgische wetgeving.
"Met
ons NuTeC-NORM-project hebben we de Vlaamse bedrijven hier de afgelopen
twee jaar intensief op voorbereid", zegt Wouter Schroeyers, onderzoeker
bij NuTeC.
Goedkoper en eenvoudiger
"Onze
nieuwe meetmethode, die veel eenvoudiger en dus goedkoper is dan de
geldende testmodules, stelt bedrijven in staat om op een efficiënte
manier de (radio)activiteit van materialen, voornamelijk grondstoffen,
in een bedrijfsomgeving op te meten en die materialen te controleren met
het oog op de nieuwe Europese richtlijn." De nieuwe testapparartuur kan
bijvoorbeeld eenvoudig pallets of containers meten.
NuTeC zal
nu ook een vervolgproject uitvoeren om meer specifieke materialen uit de
bouwsector te meten op natuurlijke radioactiviteit (B-NORM-project).
(belga/mvl)
Zeeschildpadden weten niet alleen op welke breedtegraad ze zwemmen,
maar ook op welke lengtegraad. Dat leiden ze af van het magnetische veld
rond de aarde. Dat ontdekten Amerikaanse wetenschappers, zo schrijven
zij in het wetenschappelijke tijdschrift Current Biology.
Zeeschildpadden zwemmen duizenden kilometers en verdwalen nooit. Zodra
jonge schildpadjes uit het ei kruipen en het water bereiken, weten ze al
waar ze heen moeten zwemmen. Tot nog toe was niet precies bekend hoe de
dieren dat voor elkaar kregen.
Wetenschappers wisten wel dat de
zogeheten onechte karetschildpadden al wisten op welke breedtegraad ze
zwommen. Het bepalen van de lengtegraad werd echter moeilijker geacht.
Bij een test met jonge zeeschildpadden bleek echter dat de dieren ook
dit voor elkaar kregen: als het magnetisch veld veranderde, pasten de
schildpadden ook hun route aan. (anp/kve)
Wetenschappers zijn erin geslaagd een hoge resolutiefoto van de maan te maken.
Eigenlijk gaat het om een samenvoeging van 1.300 aparte foto's,
die in december 2010 over een periode van twee weken genomen werden door
de Lunar Reconnaissance Orbiter. In totaal goed voor 24.000 x 24.000
pixels, waarbij één pixel gelijkstaat aan een werkelijke lengte van één
meter.
Waar andere hoge resolutiefoto's slechts delen van de maan tonen,
toont deze foto de volledige kant die we vanaf de aarde kunnen zien.
Kliffen, kraters, bergen en dalen en andere details zijn duidelijk
waarneembaar.
De Brontomerus is het nieuwste lid van de dinosaurusfamilie
De Brontomerus is het nieuwste lid van de dinosaurusfamilie
Amerikaanse en Britse wetenschappers hebben een nieuwe dinosaurus
ontdekt, de Brontomerus. Hij moet beschikt hebben over geweldige
dijspieren, dankzij dewelke hij rivalen stevig kon stampen.
De dinosaurus werd gereconstrueerd op basis van beenderen die in de
jaren negentig werden ontdekt in een steengroeve in de Amerikaanse staat
Utah. "De beenderen zijn jaren blijven liggen in een museum totdat wij
ons erover bogen", zegt Mike Taylor van de University College London,
een van de auteurs van de studie.
Meest atletische
De
wetenschappers kwamen tot de conclusie dat de dinosaurus behoort tot de
familie van de sauropoden, plantenetende viervoeters die tot de
grootste dieren behoren die de wereld ooit bevolkten. De Brontomerus zou
de meest atletische geweest zijn van de sauropoden, waartoe ook onder
meer de Brachiosaurus en de Diplodocus behoren.
Stevige musculatuur
Volgens
de onderzoekers kon de dinosaurus dankzij zijn stevige musculatuur
stampen uitdelen aan rivalen bij gevechten om een vrouwtje of om zich te
verdedigen tegen roofdieren. (belga/odbs)
De overtuiging dat hard roepen in de bergen een lawine kan
veroorzaken, klopt niet. Dat hebben wetenschappers die sneeuw en lawines
bestuderen in het Zwitserse Davos, vastgesteld.
Al in de jaren dertig werd er geschreven over lawines die veroorzaakt
werden door roepende mensen. En ook bijvoorbeeld het stripalbum 'Kuifje
in Tibet' droeg bij tot de beeldvorming. Die verhalen zijn echter niet
correct, zo ontdekten de wetenschappers.
Ze onderzochten de
mogelijke invloed van verschillende geluidsbronnen op een onstabiele
sneeuwlaag. Daaruit blijkt dat de druk die wordt gecreëerd door de
trillingen van de menselijke stem lang niet hoog genoeg is om een lawine
te veroorzaken. Ook het geluid van een landende helikopter is
onvoldoende. De druk van de rotor of van het toestel wanneer het de
sneeuw raakt, zou de sneeuw dan weer wel in beweging kunnen brengen.
Jets door geluidsmuur
Lawines
zouden ook veroorzaakt kunnen worden door jets die boven de bergen de
geluidsmuur doorbreken. Dat geeft tot 900 meter lager voldoende druk. In
Zwitserland is er bij groot lawinegevaar overigens al een verbod op
supersonische vluchten boven de Alpen.
Uit eerder onderzoek was
al gebleken dat wandelaars en skiërs op hellingen door hun gewicht
voldoende druk ontwikkelen om een onstabiele sneeuwlaag in beweging te
brengen. (belga/odbs)
Melkweg telt 50 miljard planeten waarvan 500 miljoen "levensvatbare"
Melkweg telt 50 miljard planeten waarvan 500 miljoen "levensvatbare"
De Melkweg alleen al zou 50 miljard planeten tellen. Op minstens 500
miljoen daarvan is het niet te warm of te koud om leven - zoals wij dat
kennen - te herbergen.
Deze cijfers zijn het resultaat van een extrapolatie.
Wetenschappers van de Nasa hebben ruimtebeelden geanalyseerd die met de
Kepler-telescoop in het eerste jaar van zijn activiteit werden genomen.
Ze hebben voor de geobserveerde sterren de kans geraamd dat ze omgeven
zijn door planeten en dit resultaat toegepast op de hele Melkweg.
Minstens de helft van de sterren is omgeven door planeten. Een op de
200 planeten bevindt zich in een zone waarbinnen het ontstaan van leven
theoretisch mogelijk is. Volgens de Nasa vond Kepler bij een eerdere
analyse van meer 156.000 sterren 1.235 kandidaat-planeten, waarvan er 68
qua grootte op de aarde lijken.
Intussen stijgt ook de raming van het aantal sterren in de Melkweg.
Het zouden er niet minstens 100 miljard zijn maar eerder 300 miljard.
In 1992 werd de eerste planeet buiten ons Zonnestelsel - een
zogenaamde exoplaneet - ontdekt in een baan rond pulsar PSR B1257+12. in
1995 werd de eerste planeet in een baan om een ster gevonden. Voor deze
ontdekkingen waren wetenschappers het er grondig over oneens of er
überhaupt planeten buiten ons Zonnestelsel zouden bestaan. Nu zijn
concreet al meer dan 400 exoplaneten in meer dan 340 systemen
geobserveerd.