Mama blijft in goeden doen. Toen ik maandagnamiddag even binnenwipte bij haar, was het alsof ze nog nagenoot van haar verjaardagsfeestje. Dat kan natuurlijk niet, want mama is het feestje al lang vergeten. Maar het deed me plezier om haar zo behaaglijk, - een glimlach om haar mond -, in haar zetel te zien zitten. Dat is ooit anders geweest. Opstandig, huilerig omdat ze opgesloten zat in de zetel en niet begreep waarom. Steeds maar opnieuw proberend om het tafeltje, dat vóór haar op de zetel was bevestigd en haar van haar vrijheid beroofde, los te maken. Wat had ik toen telkens hartzeer als ik haar zo bezig zag. Nu komt er van mama geen verzet meer. Ze lijkt nu best tevreden in haar zetel en dat maakt het voor mij ook wat gemakkelijker.
Blij en opgewekt is ze ook woensdagnamiddag. Denise en ik wandelen, met mama tussen ons in, de gangen af. We houden wel een rustpauze, maar het stappen gaat weer goed vandaag. Na de wandeling fietst mama nog 10 minuten. En ze blijft goedgezind. We zoeken nadien de rust op van haar kamer. Daar valt het Denise en mij terug op hoe mama ook weer zin heeft om te praten. Dat het meeste wat ze zegt, voor ons niet te begrijpen is, daar stoort mama zich ook al niet meer aan. Ze jaagt er zich niet meer in op, het doet haar geen verdriet meer dat ze de woorden niet meer vindt. Als mama af en toe toch nog een korte verstaanbare zin of woordjes zegt, ben ik trots op haar. En mama blijft lachen, ze blijft tevreden.
Is ze nu eindelijk een stukje gelukkiger geworden, nu ze niet meer beseffen kan hoe erg ze er aan toe is, nu de mist in haar hoofd niet meer verdwijnt?
|