De kerkhuisjes in Beveren-Leie Naar aanleiding van Allerheiligen en Allerziellen gingen we even grasduinen in onze archieven over de kerkhuisjes. Tijdens de erfgoedwandeling (13 april 2008) bevond de tiende halte zich op het Bevers kerkhof tevens de plaats waar de oude kerk en de kerkhuisjes stonden.
Eerste vermelding van een kerkhuisje in vakwerk in 1723. Het huisje zou circa 1790 herbouwd worden in baksteen door de toenmalige bewoner Jan Tijbergien; Jan-Baptist Pappin treedt op als geldschieter. In 1857 laat de kerkfabriek een Kapel ter ere van Onze-Lieve-Vrouw Onbevlekt bouwen tegen de "gevel van 't Kerkhuis". De bouw van de kapel zorgt voor de verfraaiing van de toegang tot het kerkhof en de kerk, doordat de kerkhuisjes achter de kapel uit het zicht verdwenen. De kerkhuisjes worden onder meer bewoond door grafdelvers, klokluiders en ophalers van stoelgeld. In 1920 wordt vóór de kerkhofkapel een acacia geplant als vrijheidsboom en wordt een arduinen monument geplaatst met de namen van de tijdens de Eerste Wereldoorlog gesneuvelde Beverse soldaten en de omgekomen burgerlijke slachtoffers (in 1970 overgeplaatst naar het Kerkplein). Bron Ibe
De kerk stond naar het oosten en het koor naar het westen gericht. Een uitzondering, want van bijna alle kerken is het koor naar het westen gericht. Blijkbaar zou dit gekomen zijn omdat men bij de bouw van de kerk in 1781 het onderdeel van de toren van de andere kerk heeft willen gebruiken en daardoor was het niet mogelijk om het koor naar het westen te richten. Daar waar de gebedsruimte nu staat, stonden vroeger de kerkhuisjes. Daar woonde indertijd Maurice Pauwels, t was de grootste man van Beveren (figuurlijk) wist de gids te vertellen, hij was grafdelver en haalde het stoelgeld op in de kerk. Met zijn karretje waarop een ladder bevestigd was moest hij ook slachtoffers van een ongeval ophalen om ze in het dodenhuisje dat zich achter het kerkhof bevind op te baren.
Over Maurice Pauwels (1979) Begin december vierden Maurice Pauwels en Celina Huyzentruyt de vijftigste verjaardag van hun huwelijk. Eigenlijk moest dat a1 een paar weken vroeger gebeurd zijn, maar Maurice wou mordikus eerst nog eens in een kliniek te Roeselare gaan onderduiken. Waarom we dit gouden jubileum vermelden in onze "heemkunde-blaadjes"? Tja, Zo heel moeilijk te raden is het niet. Maurice zelf is zo ongeveer een stuk Beverse folklore en samen met zijn "Sliena betrekt hij sinds zowat 45 jaar het kerkhuisje, een van de mooiste en best onderhouden oude gebouwtjes van ons dorp.
Maurice werd te Beveren geboren in 1907. Zijn vader was Alfons Pauwe1s. Alzeleven een felle vent geweest, die Fons. Hij had echter zo 1ang over het werk gebogen gestaan in Frankrijk en daarna hier in de streek, dat zijn lijf tenslotte naar de aarde gekromd stond en dat hij in zijn laatste jaren twee stokken nodig had om zich voetje voor voetje voort te slepen. Dit belette hem echter niet nog altijd de ervaren "soigneur" te zijn op het duivenhok van Raf Debaere. Ook Celina is een rasechte Beverse. Ze is hier in 1901 geboren als dochter van Felix Huyzentruyt. Van Felix "Maantjes" die in oktober 1918 om het 1even kwam bij de doorbraak van de Geallieerden. Dat "Maantjes" is geen lapnaam. Het is doodeenvoudig een vadersnaam. Felix was immers zoon van Romaan -van Maantje- Huyzentruyt
Maurice en Celina trouwden op 27 nobvember 1928. Een jaar of zes daarna kwamen ze in het kerkhuisje wonen. Toen was dat nog een tweewoonst. Ze betrokken het zuide1ijk gedeelte. Hun voorganger daar was Mentie Vandenbroucke. Mentie, die op triestige wijze aan zijn einde gekomen was. Niemand die dat ooit had kunnen denken van hem. Een man die handeling had van alles en daarbij nog de grootste "farceur" van het dorp. En 1iegen dat de molens draaiden ! Als je iets doorvertelde wat Mentie je voor de vaste waarheid toevertrouwd had, dan was je ver van je huis. Maar hij had tegenslag gehad in zijn gezin. Eerst zijn oudste zoontje dood en daarna, Anna Waegebaert, zijn vrouw. Dat heeft hem neergehaald. Samen met het huis, nam Maurice ook een paar van Menties stielen over. Hij werd putmaker op het kerkhof en ophaler van het stoelgeld in de kerk. Als "knechtebrakken" en later a1s "opkomerlingen", hadden we respekt voor de grote vuisten waarin we ons stoelgeld stoppen moesten. Bij Mentie hadden we onze "dikken" we1 eens kunnen verdonkermanen om er na de mis snoep voor te kopen. Bij Maurice Pauwels lukte dat echter nooit. Hij kende onze knepen. Had ze blijkbaar zelf toegepast in zijn kinderjaren. Zijn ervaren pensejagers niet de beste "garde-chassen"?
Tot na de Tweede Wereldoorlog, op een verblijf in Frankrijk na, heeft Maurice aan het vlas gewerkt. Natuurlijk, Wat kon een Bevernaar toen beter doen dan aan het vIas werken? In 1946 echter kwam hij "aan de gemeente". Voortaan was het zijn taak een wakend oog te houden op de Beverse wegen, graskanten, beken en rioleringen. Hij heeft dat werk gedaan met toewijding en kennis. Tot in het jaar 1971. Er is een tijd geweest dat je hem zowat overal kon tegenkomen in Beveren, met zijn alaamkarretje achter zijn fiets. Zijn opvolgers hebben nu een traktor met aanhangwagen, maar Maurice moest het met zijn karretje zien te rooien. Dat hij werkelijk rust nam toen hij een jaar of zes geleden met pensioen ging?
Och, hij was geen vent om te rusten. Zijn kerkhof, zie je, zijn kerkhof. Trouwens, als we in Beveren gemoedelijk spreken over iemand die al een poosje dood en begraven is, dan zeggen we : "Hij ligt al jaren aan Pauwels". Maar het stoelgeld ophalen deed hij niet meer. Vooral Celina begon het zich te ontzien. Zo ver telkens naar de nieuwe kerk en de karosserie van een mens verbetert er niet op met het vorderen der jaren.
Sinds jaar en dag staat Maurice als duivenmelker bekend. En niet als de eerste de beste! Hij heeft uitslagen gemaakt die er zijn mogen. Wie als duivenliefhebber zeggen kan dat hij " ras van Pauwels" op zijn kot heeft, is goed af. Tenminste, als hij er zelf ook een beetje verstand van heeft. Als Heemkundige Kring moeten we Maurice en Celina vooral dankbaar zijn voor de manier waarop ze het oude Beverse kerkhuis vertroetelen. Het is aan hun nooit aflatende zorg te danken dat dit hoekje bij het kerkhof zowat het schilderachtigste plekje van het dorp is. In hun huiskamer hangt een grote ingelijste kleurenprent van hun woning. Ze zijn er bijzonder trots op. En met alle reden! Maurice en Celina, gefeliciteerd en hou je taai ! We kunnen de trouwe wachters bij ons kerkhof nog lang niet missen. Maurice is overleden in 1983, zijn vrouw Celina in 1979 (Over Maurice Pauwels: uit Onder de Clocke Januari 1979) In de gebedsruimte op het Kerkhof kunt u een permanente tentoonstelling bekijken over de geschiedenis van deze site.
|