Edgard poetste de hele camper! Ik zocht ondertussen alle campings die we in Portugal zullen aandoen op zodat we door de gps niet kunnen misleid worden.
Het weer is iets minder goed, dwz er is meer wind, en hangen wat witte wolkjes en vannacht heeft het zelfs wat geregend! Haha
Drie machines was waren na een half uur buiten hangen droog… waar doen ze beter?
Wij klagen niet!
Morgen nog gas tanken, al is die nog bijna vol! De LPG is heel zuinig, zeker sinds we geen verwarming meer nodig hebben.
In Portugal kan je er niet zo makkelijk aan geraken, hoorden we.
Nog even langs Leclerc, om inkopen te doen en te tanken;
Spanje is spotgoedkoop voor ons; 's middags kan je een lunch krijgen voor 10 €! drie gangen met drank inbegrepen! Hoe doen ze het?!
En daarna op naar Portugal. We vonden een camping in een natuurpark, bij Nederlanders; dat helpt de eerste dag als je aan een land moet wennen; je kan dan raad en tips vragen over de gewoonten. En we kunnen donderdag binnen het uur bij de anderen in Gouveia zijn.
Tot de volgende, maar niet schrikken als het in de volgende weken wat duurt voor we weer contact kunnen nemen want we weten niet of de internetverbinding overal even vlot zal zijn als in Spanje.
Al sinds gisteren trekken we door de wijnstreek van Midden- Spanje; een heel groot gebied, maar er staan niet zoveel kastelen in als in Frankrijk. En die er wel staan, zijn toch een beetje kleiner dan daar.
De amandelbomen staan in bloei en de olijven worden hier pas in de winter geoogst...
Toen we Aïnsa bezochten en we langs de rivier reden, zagen we een rietveld, aangelegd om het water te zuiveren alvorens het in de rivier duikt! Het deed ons plezier om dat te zien want bv van sorteren hebben ze hier nog niet al te veel kaas gegeten! Glas en plastiek vaak al wel, maar papier en karton apart ophalen is er nog niet bij. En dat terwijl je bij ons bij papier Michel containers en containers ziet gevuld worden door mensen die niet willen wachten op de ophaling. Maar ze zijn op de goede weg!
We zijn vandaag in Salamanca, de oudste (13e eeuw) universiteitsstad van Spanje.
We zitten nog in de streek Castilla y Leon, die in de middeleeuwen nog rivalen van mekaar (Castilla en Léon) waren maar sinds de 13e eeuw verenigd zijn.
De universiteit is het pronkstuk van Spaanse renaissancistische architectuur. De stad telt twee kathedralen! De nieuwe (16e- 18e eeuw) is in verschillende stijlen opgetrokken; ze vervangt de oude niet, maar is ernaast gebouwd.
In de oude, romaanse kerk, kom je via de nieuwe.
En het is die romaanse, die mijn hart stal; de nieuwe is mooi, groot, rijkelijk, al wat je wil, maar de oude is zo harmonisch, zo warm en intiem bijna…
Net toen wij de nieuwe met al haar pracht en praal (heel barok en met drie orgels aub!) verlieten hoorde ik in de oude een vrouw een Ave Maria zingen, begeleid door een harmonium. Ze klonk zo zuiver, dat ik erdoor ontroerd werd; bleek dat ze een repetitie hielden voor een huwelijk dat om 18u zou voltrokken worden.
Wij liepen met ons twee gewoon over de rode loper naar voor… net echt! En de organist speelde alle mooie klassieke werken die je kan dromen bij zo'n entrée… (maar hij moest nog wel wat oefenen!!!).
De muurschilderingen waren weer blootgelegd, en ok, de koepel van de nieuwe kathedraal is overdonderend mooi, maar voor mijn part is de oudste de mooiste.
Ze herbergt het oudste orgel van Spanje, maar het is niet meer in gebruik…
We zagen het koppel aankomen, met een Bentley aub! Geen gewoon volk! En ja, ze was betoverend mooi in haar champagnekleurig kleed met geborduurde bandjes en diep uitgesneden rug… Spaans ten top.
Maar vóór dat bezoek deed ik ook iets speciaals! Ik ging naar de kapper in Salamanca! Haha! En niet bij zomaar een kapper (al merkte ik dat pas toen Edgard me er later die avond op wees)! Bij Jean Louis David! Het resultaat kunnen jullie op de foto zien. Ik was in elk geval nog nooit zo tevreden na een kappersbeurt..;
maar ik moest er wel angsten voor doorstaan want toen ik uitlegde wat ik wilde zag ik haar een tondeuse nemen! Ik riep in al het Spaans dat ik ken dat er maar een kort stukje af mocht; geen probleem, zei de hoogzwangere vrouw, en ze begon eraan.
Meteen zag ik dat ze haar stiel kende, maar het is een aparte manier om te knippen: kam erin en met de tondeuse over de kam!
We praatten wat over haar zwangerschap en zij ontdooide ook. Vrouwen vinden mekaar als ze het over vrouwenzaken hebben, he?!
Na het bezoek aan de kathedraal hebben we nog wat rondgeslenterd en vonden we al de andere bezienswaardigheden en nog veel meer, gewoon door onze neus te volgen want ons plan van de stad bleek niks waard te zijn. Alleen de universiteit ging aan ons voorbij, maar we hadden het wel gehad om 19.30u;
De bus zette ons keurig weer af aan het hotel, dat bij onze camping hoort (of is het omgekeerd? Ze dragen dezelfde naam en doen gouden zaken! Heel professioneel, ontvangst in verschillende talen, alles erop en eraan).
Weer een camping met een gouden randje! In Santa Martha de Tormes! Een aanrader!
Nog iets leuks: dit is een streek waar heel veel ooievaars nestelen! Al van in Tordevillas zien we hen op bijna alle kerktorens! En ze hebben jongen! Soms hangt het nest op een plek waar je zeeziek van wordt als je ernaar kijkt, maar soms zitten ze ook gewoon in korven die langs de weg zijn gezet, speciaal voor hen. Mooi om te zien!
We hadden onze les geleerd, dus ik bracht 'El Burgo de Osma' in als tussenstop op weg naar Tordevillas… en ja, op de kaart stond wel een weg die moest uitkomen op de baan die we wilden nemen, maar dat was niet juist gerekend! De TomTom stuurde ons weer lekker de brousse in en via 'un camino rural' geraakten we op het juiste pad! Maar 'rural' was het wel! Nog een geluk dat het geasfalteerd was en we slechts één tegenligger hadden! Maar we kwamen door dorpen die niet op de kaart stonden!!! mooi was het wel.
El Burgo de Osma was een voltreffer; we vonden een rustige parkeerplek buiten de drukte en zaten op 5 min in de Calle Mayor; dat is altijd het beste dat er in een stad of dorp te vinden is;
We bezochten de gotische kathedraal met annex klooster. Ze is voltooid in 1232, in gotische stijl, met toevoegingen in renaissancestijl en heeft een grote baroktoren.
Veel polychrome beelden en kazuifels en andere toebehoren waren in glazen kasten tentoongesteld, onder heel specifieke omstandigheden: het licht ging automatisch aan als je een zaal betrad, je mocht er geen foto's nemen (flash af was niet genoeg en er stonden camera's!) en de luchtvochtigheid werd nauwlettend bijgestuurd.
Er waren ook manuscripten en Codices te zien. De moeite om even halt te houden.
Dan op naar Tordevillas; een heel ander verhaal: mooi opgeklopt in de boeken, maar eigenlijk niet zo bijzonder; de Ebro vloeit hier wel en daardoor deed het binnenkomen van de stad ons denken aan Albi maar hier waren alleen de vele kerken en kloosters bewaard gebleven; de rest, zelfs de Plaza Mayor is bijna verloederd; vele panden staan te huur en zijn dus gesloten; spijtig.
De camping 'El Astra' heeft drie soorten plaatsen: normaal, comfort en comfort plus. We zagen dat bij de twee laatste gras de ondergrond vormde, dus dat was snel beslist; toen we ook nog zagen dat je elektriciteit én watertoevoer én afvoer aan de camperplek hebt, gingen we door de knieën voor comfort plus; dat doen we dus nooit meer, tenzij het echt een meerwaarde biedt; een mens moet leren, natuurlijk.
We hebben eens goed gelachen: de elektriciteit is ok, maar waarom we 10 A nodig hebben, zien we nu niet meer in; 6 A had best gekund omdat we geen boiler samen met verwarming meer nodig hebben: het is ondertussen tussen de 25° en 30° warm!
Dan maar genieten van het vullen van de watertank! Haha! Onze aansluiting past niet op die kleine kranen hier!!! Gardena is toch goed?!
We namen een foto om er later nog eens te kunnen mee lachen: Edgard die met volle macht de darm moet duwen tegen de kraan om toch maar 15 l bij te kunnen tanken…
Ah, maar er is wel afvoer van het vuil water!! ja, dag! Die aansluiting zit dus wel aan een heel verkeerde kant! en onze darm is niet lang genoeg!
We zullen morgen wel lozen aan de lozingsplaats! Dag Comfort Plus!
We hebben weer veel geleerd.
Ook over de geschiedenis van Spanje hebben we ondertussen veel geleerd; het Iberisch schiereiland werd het eerst bevolkt rond 800 000 v C, als we ons boek mogen geloven.
Sinds de 11e eeuw v C werd het achtereenvolgens gekoloniseerd door de Phoeniciërs, de Grieken en de Carthagers. De Romeinen kwamen in 218 v C en vochten met de Carthagers de 2e Punische oorlog uit.; ze stichtten wel steden met aquaducten, tempels en theaters.
Bij de val van het Romeinse rijk in de 5e eeuw na Chr was het aan de Visigoten maar zij waren slechter georganiseerd en werden verdreven door de Moren die uit Noord- Afrika kwamen. Zij blonken uit in wiskunde, geografie, astronomie en dichtkunst. Cordoba was in die tijd de belangrijkste stad van Europa!
Vanaf de 11e eeuw begonnen de Christelijke koninkrijken uit het noorden aan een militaire verovering van 'Al Andalus'.
Pas in de 15e eeuw werd Spanje verenigd door het huwelijk van Ferdinand uit Aragon en Isabella van Castilië. Daarna werd Granada op de Moren heroverd; dat was hun laatste bolwerk..
Columbus wees de weg naar de rijkdommen van de Nieuwe Wereld (Zuid- Amerika) maar die werden door de Habsburgers, die toen Spanje regeerden, uitgegeven aan talloze oorlogen. Napoleon kwam ook nog langs en al het verval daarna leidde tot een dictatuur in de jaren twintig en een republiek in de jaren dertig, maar die werd dan weer omvergeworpen door de Spaanse Burgeroorlog.
Na de dood van Franco in 1975 werd Spanje een constitutionele monarchie.
Nu snappen we die Moorse invloeden beter.
In het klooster van Santa Clara zijn mooie zuilengangen te zien in Moorse stijl maar er zijn natuurlijk veel meer gebouwen die door de Moren zijn achtergelaten.
Dit is het einde van de les… we gaan nu lekker eten (Edgard kookt vandaag!). Groetjes.
Vanmorgen lieten we Alquézar achter ons; er waren nog meer wandelingen te doen, maar we wilden toch verder richting Portugal; we hadden in het ACSI boek een mooie camping gevonden in Abejar, aan een meer en ook aan de rand van een natuurpark…
(dat zou later een beetje anders uitpakken).
Toen we op weg naar Huesca even op een autoweg kwamen voelden we hoe we op die korte tijd in de natuur al vervreemd waren van het 'gewone' leven: van de wereld van de snelheid, waar je tankstelles vindt langs de weg waar junk food verstrekt wordt en waar je toch stopt als je met de auto bent want je moet toch iets eten…
Onze wereld was er één geworden van stilte, op de natuurgeluiden na. Soms zacht de radio of een cd, maar veel stilte; we waren precies een beetje wereldvreemd geworden!
De streek van Huesca is bekend om zijn wind, en niet zo'n klein beetje! Het is een echt tochtgat! Grote windmolenparken, natuurlijk; ze zouden zot zijn als ze alleen de last van de wind zouden ondergaan! Windsnelheden van 100 km/u zijn geen aardigheid. Die wind droogt het land natuurlijk uit dus zagen we ook veel sproei-installaties in werking; we kregen zelfs regelmatig een gratis douchke.
De gps hadden we ingesteld op 'korte route' omdat we via Tudela wilden, maar kort is kort voor die gps dus stuurde hij ons langs de meest onmogelijke wegen en wegeltjes, door smalle straatjes in onooglijke dorpjes; we volgden hem/ haar natuurlijk niet altijd maar omdat we geen gedetailleerde kaart hadden soms wel en zo belandden we in de 'sierra de luna'! 14 km langs een weg die we normaal niet zouden nemen; maar we hadden maar één bestelwagen en één fietser als tegenliggers, dus dat viel mee. Volgende keer tussenliggende plaatsen inbrengen; dat hebben we geleerd.
Op weg naar Tudela kwamen we een paar herders met hun kaalgeschoren schapen en hun honden tegen; hele velden die als rode vlekken in het landschap lagen: klaprozen, allemaal! Prachtig!
Tussen Tarazona en Soria wordt veel aan landbouw gedaan maar de velden zijn niet zo gigantisch als bij ons; ze moeten ook heel veel moeite doen om de grond vrij van keien te krijgen; een job om niet te benijden!
Ondertussen zijn we de streek Castille y Léon binnen gereden; Soria hebben we niet bezocht omdat het eigenlijk een moderne stad is met nog een paar achtergebleven oude gebouwen; daar vinden we niks aan.
De veelbelovende camping blijkt ook geen succes te zijn: dat er geen 'percelas' zijn, is geen probleem, maar het is een hele toer om de camper een beetje horizontaal te krijgen; wij kwamen hier als eersten en konden dus kiezen, maar achter ons hebben ze meer moeite moeten doen; tot daar; dat is geen ramp, maar de toegang tot het meer is er niet; dat is één; de winkel is niet open (normaal zouden we daar niet op rekenen, maar vandaag juist wel), behalve in het weekend; we zitten blijkbaar aan de verkeerde kant van Abejar om het natuurpark te kunnen verkennen, en dus besloten we, na een uitputtende fietstocht naar Abejar om morgen te verkassen; niets houdt ons tegen; het gras kan groener…
We kregen een aantal tips van een Nederlands koppel over mooie plekken en die gaan we goed gebruiken!
Vraagt en ge zult krijgen… dus vroegen we aan de receptie voor een 'langere en heel mooie wandeling' en we hebben ze gekregen ook. Zowel langer als mooi!
Aan de Ermita de San Anton moesten we weer het pad naar beneden nemen; dat kenden we al van gisteren, in de andere richting; we moesten zigzaggend naar beneden want die helling is serieus!
Zo kwamen we vrij snel aan de Pont de Fuentebaños: een brug, stokoud, die deze naam kreeg omdat zich daar blijkbaar een bron bevindt waaruit water ontspringt dat het hele jaar door dezelfde temperatuur heeft; daardoor voelt het water op die plaats in de winter 'warm' aan; (zal je met een korrel zout moeten nemen want die Rio Vere komt uit de bergen en is dus niet echt warm, zelfs al giet je er kokend water bij, maar kom, dat stond erbij als uitleg).
Ik vermoed dat Fuente een verbastering of Aranees is voor Puente en baños betekent bad, dus zullen ze op dat 'punt' in de oudheid wel gebaad hebben.
Vlak daarna mochten we de lengte van onze stokken weer inkorten want na een afdaling tot aan een rivier, komt in de bergen meestal weer een stijging; daar maken ze hier geen uitzondering op.
Een oeroud pad naar boven deed me mijmeren over al diegenen die ons daar waren voorgegaan in al die jaren.
Het was de hele dag nodig om goed bij de les te blijven want sommige afdalingen waren zo pittig dat je helemaal in het hier en nu moest zijn om te zien waar je je stokken en waar je je voeten zette; we konden het ons niet permitteren om even onaandachtig te zijn. Een les in Zen!
Boven kwamen we uit in Asque; eigenlijk ging het ons niet zozeer om dat dorp maar om de twee bruggen in de canyon; heel het dorp was weer in een diepe slaap verzonken, zoals we hier wel meer meemaakten. Alleen Alquézar en Ainsa maakten daar een uitzondering op tot hiertoe. Daar bruist het van het leven door de stroom van toeristen; daar is ook het één en ander te zien. Maar Asque lieten we mooi verder slapen.
We lazen op de borden die over de 'camino naturale' gingen dat er een stuk kwam waar geen fietsers op mochten; we vroegen ons af hoe die op de vorige stukken wel hadden gereden, maar soit, als de gemeente vond dat ze het volgende stuk niet door mochten, dan moest er wel iets heel speciaals komen; en dat was ook zo!
Een serieuze afdaling, zonder bescherming in de bochten, een stuk door een rivierbedding die wel eens ondoorwaadbaar kan worden (na een serieus onweer hogerop) en een beklimming om 'U' tegen te zeggen!
Maar voor ons was het één en al genieten; voorzichtig, dat kon niet anders, maar eigenlijk puur genieten.
Als we zelf hoog zaten scheerden de lammergieren over onze kop en we mochten er één zelfs in zijn nest zien landen: een hol in de rots, boven het water, maar op een serieuze hoogte.
De Ponte de Villacantal was een huzarenstukje uit de 16e eeuw! Een prachtig bouwwerk waaraan de architecten een kluif gehad hebben. Iemand zat daar aan de oever te schilderen, en ik kan me voorstellen dat hij niet de eerste, en ook niet de laatste zal zijn; dat kader zal menig kunstenaar wel inspireren…
Weer naar boven dus en toen we helemaal boven waren hadden we de keuze om nog verder te gaan of een doorsteek te maken naar Alquézar; die keuze was snel gemaakt maar die doorsteek had nog een verrassing in petto!
We hadden gisteren vanop een terrasje met panoramisch zicht mensen zien sukkelen; eerst gingen ze de linker kant op, dan de rechter…
Ik dacht toen dat ze op een wildpad zaten en dat ze niet verder konden; Edgard dacht dat de vrouw bang was; we waren het erover eens dat ze vast geen aangepast schoeisel aan hadden (terwijl we hen amper konden onderscheiden, maar ja, ne mens fantaseert toch).
Nu stonden we zelf op dat pad, dat eigenlijk geen pad was maar meer een morene of een rivierbedding geweest, die steil naar beneden gaat.
We moesten op een moment echt op ons achterwerk want 'aangepast schoeisel', stokken, geen angst of wat dan ook kon niet helpen om over die hindernis te komen.
Maar we kwamen goed beneden en wilden onszelf nog belonen met een 'café y un postre' (dessertje), maar toen hoorden we het achter ons rommelen en de dreigende lucht dreef ons naar huis; op onweer in de bergen zijn we niet zo gesteld en onze was stond buiten, haha!
Nog efkes op de gaspedaal geduwd en huppekee, recht naar de camping.
De regen kwam echter niet en het onweer evenmin.
We hadden gelezen dat het gebied van de Guara een heel zacht klimaat heeft zodat het zowel in de winter als in de zomer aangenaam toeven is; dat blijkt dus ook zo te zijn. De donkere wolken die deze middag al dreigend boven de bergen hingen, zijn blijkbaar veranderd van gedacht en een andere kant op gedreven want wij liepen de hele dag lekker in de zon en op dit moment hangt de was nog te drogen buiten terwijl het in de verte stevig lijkt te onweren!
In de dorpen en langs de banen zagen we machtige rozenstruiken; dit is de eerste streek die we bezoeken waar zoveel rozen bloeien; het is ook een wijnstreek! Een plek om terug naartoe te komen! Hier kan je het hele jaar door komen (daarom is deze camping dus ook open!).
Als uitsmijter een legende die op één van de borden onderweg stond: toen de Moren en de Christenen hier nog druk oorlog voerden, zaten de Moren lekker in het Castillo van Alquézar; een oninneembare burcht.
De soldaten waren meer dronken dan nuchter en ze vreeën meer met de jonge maagden van het dorp dan met hun eigen vrouw.
Volgens de legende trokken ze naar het hoogste altaar (van de Iglesia Collegiata) en bedreven ze ook daar de liefde… en zo konden de Christenen gemakkelijk Alquézar terugwinnen van de Moren.
Dit wordt misschien wel de meest spectaculaire dag van onze vakantie; eentje die op ons netvlies gebrand staat; eentje om op ons sterfbed te zeggen: 'dankjewel dat we dat mochten meemaken!'
Het begon al vanmorgen toen we afscheid moesten nemen van de eigenares van de camping Boltaña: ze had de tranen in de ogen, en zij niet alleen! Met een krop in de keel hebben we 'hasta pronto' gezegd en dat is niet gelogen: als het kan komen we daar zo snel mogelijk terug…
We reden langs Aïnsa en de A 138 richting Barbastro; een lange weg langs de Cinca, de machtige rivier die we gisteren ook volgden en waar twee dammen op gebouwd zijn. Daardoor is een dorp onder water gezet; de eigenares (ken haar naam niet… spijtig) had gezegd dat we op een moment de kerktoren nog zouden zien van het verdronken dorp; met de kano zou je zelfs door de klokkentoren kunnen varen, maar het waterpeil is blijkbaar zodanig hoog op dit moment dat we zelfs jonge bomen onder water zagen staan… Spanje is ook niet gespaard gebleven van regenval!
Er zat een gezonde spanning in ons lijf omdat we niet zeker wisten of we de weg naar Alquézar zouden kunnen doen met de camper; de lieve vrouw had ons gezegd dat we het via deze route wel zouden kunnen, maar het is een witte weg op de kaart, en we waren er toch niet zo gerust in; ik liet het aan Edgard over of hij die weg wilde doen of niet. We zouden echt wel een andere plek vinden om te slapen als deze niet kon, maar het gebied is natuurlijk heel aantrekkelijk: parque national de Guara! Een aanrader, zei iedereen…
Toen we vanuit Balbastro de A 1232 op reden, dachten we allebei: dit is prima! Een tweebaansvak met vangrails en een scheiding in het midden; meer moet dat niet zijn! We hebben al hachelijker wegen gevolgd! (bv toen we in die gorge terecht kwamen). En ook daar rijden er vrachtwagens … dus is het misschien wel wat hoogheidswaanzin van ons om te denken dat wij daar niet door kunnen, haha.
Vlotjes dus op onze bestemming geraakt: camping Alquézar; ze maken het zich hier niet moeilijk; gewoon camping voor de naam van het dorp en klaar is Cees.
Aanvankelijk leek de receptionist iets minder hartelijk dan onze lieve vrouw (wat niet moeilijk zou zijn), maar toen ik hem vertelde dat zij ons zijn camping had aangeraden, klaarde hij helemaal op en was het ijs gebroken; we kregen een plek toegewezen maar toen bleek dat we ons karretje niet horizontaal gezet kregen, zelfs niet op het hoogste niveau van de oprijblokken, en ik de eigenaar vroeg of we een andere plek mochten nemen, zei hij: 'ga gerust staan waar jullie willen, en kom me zeggen welke plek het geworden is'. Zo makkelijk zijn ze hier; het is natuurlijk geen hoogseizoen, maar misschien zijn ze ook gewoon blij met al die toeristen?!
We kregen van hem meteen een kaartje mee met uitleg over Alquézar en de 'lugar obligado' (dus verplicht te bezoeken) en zijn raad hebben we ook gevolgd; en wat een zegen!
Alquézar is een Moors dorp dat veel aandacht trekt door zijn spectaculaire ligging boven op een rots; het grootste monument is de 16e eeuwse Castillo y Iglesia Collegiata. We hebben het niet bezocht omdat het gesloten was wegens 'siësta'- tijd, en die is hier behoorlijk lang, maar we weten wel dat naast de kerk nog een kapel is gebouwd (na de herovering van Alquézar op de Moren).
Het dorpje is oud en mooi, heel mooi.
Het viel ons nog maar eens op hoe oud en nieuw hier probleemloos in elkaar overvloeien; je moet veel moeite doen om te zien welke gebouwen nieuw zijn en welke stokoud; de pittoreske straatjes en pleintjes zijn een lust om te zien en toch trokken de lammergieren ons alweer de natuur in: de ruta de las Pasarelas was een pittig maar goed begaanbaar pad met heel veel trappen, dieper en dieper de canyon in, richting rio Vero…
We dachten dat we het beste al gehad hadden, toen we aan de Cueva de Picamartillos kwamen, maar niets was minder waar!
Aan onze rechterkant zagen we een pad 'hangen' tegen de rotsen… gemaakt in staal, heel solide dus, hangend boven de rivier! Edgard wilde er wel een stukje van doen, maar nog voor we eraan begonnen waren we verkocht…
Ik heb nog nooit, zelfs niet in Nieuw- Zeeland, zoiets gezien, laat staan gedaan!
Het was grandioos!
Het water raasde onder ons door de kloof en wij liepen trap op, trap af, soms een hele tijd op hetzelfde niveau plakkend tegen de rotswand, door die betoverende canyon!
Alsof het nog niet goed genoeg was kwamen we onderweg nog een waterval tegen! Nog meer geraas en gedonder en nog meer ontroering en dankbaarheid dat wij dit alles mochten meemaken. We hebben dit geluk met meerdere zoenen bezegeld!
Na de mirador del Vero zijn we dan weer richting bewoonde wereld gegaan en op de camping beland…
Dankjewel, Edgard! Ik ben het Leven dankbaar dat ik jou mocht ontmoeten en met jou deze passie kan delen; we hopen dat we nog lang gezond mogen blijven en dit blijven doen.
Zowel voor Edgard als voor mij is Spanje een ontdekking; we hebben nog maar een stukje Catalonië (Val d'Aran) en Aragon gezien maar het heeft ons hart gestolen! Heel anders dan het dorre zuiden, al is de Alpujarra ook heel mooi; heel anders dan de Pyreneeën, is dit stukje Oost- Spanje. Nooit ver van de besneeuwde bergen, glooiend, groen, lieflijk, aangenaam, en met super lieve mensen.
We hebben zelfs besloten om Noorwegen te schrappen van onze verlanglijst om te kunnen terugkeren naar dit land, volgend jaar.
De camper doet het prima! Verbruik blijft onder de 10l/ 100 km; eerder tussen 8-9 l! Zelfs in de bergen! Dankzij het goed chauffeurke ook, wellicht!
De camping is weer helemaal anders maar ook super mooi aangelegd; deze keer in terrasvorm (tenten bovenaan natuurlijk, zoals in Menton, Harry), met allées genoemd naar de canyons hier in de buurt…
De aanplanting is zowel oud als nieuw: ooit was dit een 'olijfgaard' (bestaat dat woord?) met hier en daar hoge cipressen ertussen; overal tussendoor staan bloemen, haagjes, struiken; een oase van groen!
Ook hier weer bungalows en vaste caravans (verhuurbaar of voor het personeel?). Het hele jaar door geopend (wellicht door het gematigd klimaat van de Sierra de la Guara) en voorzien van alles: supermercado, restaurant, uitleendienst van klimmaterialen en van duikpakken… en zelfs een tankstation!
De stilte is hier overdonderend; niemand roept (op een baby na en ook die is alweer stil), iedereen is vriendelijk maar gereserveerd: geen schending van de privacy; een oase van rust… weeral!
16 mei van Boltaña naar Sieste (wandeling) en naar Ainsa (fiets)
Een wolkeloze hemel vanmorgen, zo mooi…
We zijn er meteen goed ingevlogen: rechts van de ingang van de camping ligt een steil weggetje dat naar Sieste leidt… Wauw, wat een mooi dorp!!!
Op elk huis, elk gebouw, staan schouwen met heel aparte torentjes erbovenop.
We namen foto's van fauna en flora; prachtige kleuren, overal.
Omdat we al na een uurtje boven waren zijn we verder gewandeld op een pad door de Valle de San Martin; we ontmoetten daar een Nepalees, die de vlaggetjes op mijn rugzak herkende. Leuk was dat, ook voor hem, denk ik.
Toen zagen we een afslag naar Boltaña, dus zijn we maar de hele berg rond gelopen; het was ondertussen middag en warm, maar wij liepen door het bos en hadden geen last van de zon, alleen lust door de speling van de schaduwen.
We hebben onze picknick dan maar op de camping opgegeten en zijn daarna vertrokken naar Ainsa;
Langs de Ria Ara!
Geen echt fietspad, omdat het eigenlijk gemaakt is met keien die door de rivier zijn meegenomen, maar we hadden het nooit willen missen.
Op meerdere plaatsen stond uitleg over de dieren, het landschap, de bomen en planten…
Wat hebben we genoten!
En de rivier zelf is onbeschrijflijk mooi. De gletsjerkleur die ze in het begin heeft, wordt in Ainsa omgevormd tot appel-blauw-zee-groen… we waanden ons aan de Middellandse zee!
Ainsa is de middeleeuwse hoofdstad van het koninkrijk Sobrarbe; de Plaza Mayor is een weids, met keien geplaveid plein. Aan één kant staan arcaden van bruin zandsteen; aan de andere kant staat de toren van de Iglesia de Santa Maria (12e eeuw) en het kasteel.
We zijn even op de wal gelopen en het overzicht van de omgeving was weer betoverend.
De andere mensen op de camping vonden de weg langs de rivier bijna onberijdbaar, maar wij kunnen blijkbaar tegen een stootje meer; alleen het fruit in onze zak had de hobbels niet verdragen, dus namen we de grote baan om terug te komen. We waren op een kwartiertje thuis…
We besloten om deze mooie streek morgen toch vaarwel te zeggen; we horen dat Alquezar zo mooi is, maar we weten niet of de weg ernaartoe voor onze camper geschikt is… we zien morgen wel waar we belanden;
Vanavond trakteert Edgard met een etentje… (met 1 glas vino de la casa!); dus tot de volgende keer…