Inhoud blog
  • Oost-Europa herontdekt.
  • Oost-Europa herontdekt.
  • Sächsische Schweiz (D)
  • Foto's: Sächsische Schweiz
  • Tsjechië
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Oost-Europa herontdekt

    02-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Slowakije

    Slowakije

    Ik volgde de nationale baan 66 richting Banska Bystrica. Maar de aanwijssignalisatie met deze stad was gewijzigd in Zvolen. Ik geraakte 10 km van deze stad per abuis op de autosnelweg. En dat zal de politie ook geweten hebben! Halverwege stond het volledige korps mij op te wachten, maar niet voor een fijne babbel. De man in charge vroeg mijn paspoort en toen kwam de aap uit de mouw.

    Straf

    “Vignet?. Njet vignet? Straf.” (straf is Slavisch voor boete). De agent vroeg, even de politionele instructievoorschriften vergeten (of was hij verstrooid), naar oud sovjetgebruik het even te regelen voor 5000 Kronen. We raakten in een verhitte discussie: “Ik ben per abuis op deze weg terechtgekomen.” “Moet het allemaal niet weten. Dat zeggen ze allemaal. Beter uitkijken.” Zonder dat de man Engels of wat dan ook sprak en ik geen Slowaaks, verstonden we elkaar wonderwel heel goed. De straf zakte naar 2000 Kr. En omdat ik niet zoveel bij kas had gaf ik hem een blik in de inhoud van mijn portefeuille: 1000 Kronen. Het geld verwisselde van eigenaar en ik mocht beschikken. Vuistregel: nooit veel geld in uw geldtas houden. De rest veilig wegbergen. Wel had ik hem mijn bankkaart getoond en voorgesteld even mee te rijden naar de volgende stad. We konden dan een ‘bankomat’ (geldautomaat) opzoeken. “Dat zie je van hier….,” en dat had ik geweten!

    Dat was tien jaar geleden. Ik was via een omweg op weg naar Hongarije waar Eliane me met het vliegtuig achterna reisde en met Jamie, ons kleinkind, zou vervoegen voor de schoolvakantie. Daarna keerde ik op mijn sokken terug naar België.

    Wat is er nu veranderd? De politie is verdwenen sinds het land toegetreden is tot de EU en niet meer voor eigen rekening werkt. De politie, uw vriend. Toch was het vorige systeem een doeltreffender afschrikmiddel voor de wegpiraten en kon er nog menselijk gediscuteerd en wat gearrangeerd worden. Sinds 2009 is ook de euro als betaalmiddel in voege.

    De Tatra’s

    We reden nu parallel met de grens van Polen. Was dit in Tsjechië het Reuzengebergte, noemt het hier de Hoge- en Kleine Tatra. Aan de Poolse kant is Zakopan het bekendste skioord. De Tatra’s zijn de Slowaakse attracties bij uitstek voor winter- en zomerse bergsport. De Hoge Tatra (Vysoké Tatry) wordt geflankeerd door de Westerse Tatra (Zopadné Tatry) en de kleine Tatra (Belianské Tatry). De 25 hoogste pieken zijn meer dan 2.500 m. De hoogste is de Gerlachovskystit (2.654 m). De Hoge Tatra maakt deel uit van het eerste in 1949 gestichte Slowaakse nationaal park en is grensoverschrijdend met het Poolse nationaal park: Tatra skipark Narodawy, waar de hoogste piek 1.829 meter meet.

    Protestantse bouwvoorschriften

    We reden naar Poprad en vervolgen onze reis naar het noordoosten. Enkele kilometers buiten de stadsrand ligt een prachtig dorp: Spissky Sobota. Ook het op 15 km verder gelegen Kezmarok is vermaard. Het goed bewaarde historisch centrum staat onder monumentenzorg. Het protestantse kerkje uit 1717 werd, overeenstemmend met de strenge protestantse bouwvoorschriften van die tijd, volledig opgetrokken uit houtmaterialen. In de kerk is dan ook geen enkele spijker verwerkt en ontbreekt de stenen fundering. De stenen buitenmuur is van latere datum.

    We betaalden elk 3 euro entree. Een vrouw kon ons enkel in het Duits te woord staan maar overhandigde toch een Engelstalig plakkaat met de nodige uitleg. Slowaken hebben vermoedelijk een broertje dood aan buitenlandse talen. Het is voor een reiziger niet weggelegd om zich met een woordje Engels, Frans of wat dan ook verstaanbaar te maken.

    Wat ook opviel is dat de stad dicht bevolkt was met Roma. Tussen haakjes Roma is het meervoud van Rom. Ook al eens als Rroma geschreven. Je kunt beter spreken van het Romavolk. De taal is het romanes of romani. Enfin, we dachten even dat we ergens in India waren terechtgekomen.

    We reden van hieruit verder langsheen de N18 naar Presov en sloegen dan de weg in naar het Tatra gebergte. Voordien waren we de enorme ruïnes van Spissky salas gepasseerd, de Centraal Europese grootste burcht die ook opgenomen werd in de Unesco lijst.

    Het historische centrum van Bardejov (33.500 inw., Unesco) heeft nog enkele torens die verwijzen naar de middeleeuwse omwalling. We vonden een geschikte overnachtingplek aan de polikliniek, vijf minuten lopen naar het grote marktplein waarop het stadshuis van 1505 – 1511 staat (www.tik.bardejov).

    De voornaamste grot in de streek, die hier bekend staat als de ‘Slovak Kars’, is de DomicaJaskyna. Het Baradla-Domica netwerk van grotten is het grootste stalactietensysteem in Europa met een totaal van 25 km gangen (7 km op Slowaakse bodem). Er is in deze streek ook een ijsgrot te bezoeken.

    We hadden ons reisplan (voor zover we al een plan hadden) gewijzigd en sneden een stukje doorheen Polen af naar Oekraïne. De grensovergang is hier nabij de stad Przemysl. Dit drie landenpunt staat bekend om haar wondermooie houten Roetheense kerkjes. Een gekende Amerikaan van Roetheense afkomst is Andy Warhol.

    02-02-2014 om 09:07 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Foto's Slowakije

    02-02-2014 om 09:01 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    01-02-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Polen, Oekraïne en Moldavië (RO)

    De grens: PL/UA

    Vijf landstalen later, in Polen, waren we niet ver meer van de grens. Omdat ik voor geen geld ter wereld ‘s nachts in Oekraïne wilde rijden, overnachtten we 10 km voor de grensovergang op de parking van de hypersupermarkt van Tesco - zeven dagen open in de week en wel 24 uur per dag - zo hadden we ook de tijd om onze Oekraïense taal wat op te frissen, voornamelijk dat cyrillisch alfabet. Ik mompel wel een mondjevol Russisch, genoeg om in een pjivo (biertje) of kava (koffie) te bestellen. Het Oekraïens scheelt toch nog altijd zoiets als het Duits en het Nederlands

    De eerste hindernis die nu genomen moest worden was Fort Europa heelhuids uitkomen. Volgens de Poolse grenscontrole te oordelen kom je er gemakkelijker in dan uit. Alle papieren werden voor controle opgevraagd. Het interieur van de auto vluchtig doorzocht, om te zien dat er niemand meer inzat. Uitstappen voor de paspoortcontrole om zich te vergewissen of de paspoortfoto’s wel degelijk overeen stemde met de eigenaar ervan.

    De Oekraïense controle was andere koek. Nazinderende sovjetmentaliteit en -bureaucratie als in de goede oude tijd toen iedereen nog werk had en de winkelrekken leeg. Nu zijn staatsambtenaren toch ook nog ondermaats vergoed naar West-Europese normen maar, zijn de winkelrekken goed gevuld. Zet je schrap, want dat verhaal wordt hier niet in enkele woorden uit de doeken gedaan:

    Aan de grens stond een kilometers lange filesliert van vracht- en bestelwagens geduldig hun beurt af te wachten. Op de rijstrook uiterst links reden persoonswagen en omdat ik mijn camionette ook als een tot omgebouwde personenwagen - zonder vracht - beschouwde sloot ik me daarbij aan. We kwamen aan een splitsing en een gebruikelijk plakkaat – als in de luchthavens - voor EU-onderdanen, volgde ik een in Polen geregistreerd voertuig.

    Het eerste bedrijf dat nu opgevoerd werd was een pipo in camouflagedress die kwam informeren met hoeveel personen we in het voertuig zaten en het ijverig op een papiertje noteerde: twee, het mij overhandigde en meteen ook teken gaf tien meter verder achter de wachtende Pool aan te schuiven.

    Als het onze toer was mochten we enkele meters verder tot een op de grond geschilderde witte lijn. Een andere geüniformeerde kwam nu het papiertje opeisen en overtuigde zich dat er inderdaad twee personen in het voertuig zaten. Klopt: nog altijd twee dus en hij verdween. De volgende vroeg onze paspoorten en ‘document-machine’, en verdween ook. Een tijd later kwam hij terug, ik mocht uitstappen en mijn documenten gaan ophalen. By the way: ‘machine’ is Slavisch voor auto.

    Vier stappen verder waren het douaniers. De auto verplaatsen tot daar, paspoorten en document-machine. Een boos manspersoon maakte me duidelijk in het Oekraïens dat ik op de verkeerde lijn zat en helemaal achteraan de vrachtwagens had moeten volgen en, niet de personenwagen. Ik vertelde hem in het Vlaams dat dit geen vrachtwagen was en ik ook geen vracht vervoerde, maar dat het wel een machine-caravan was. Hij wierp er een blik binnenin en wist eigenlijk meteen geen raad. Terugsturen helemaal naar achteraan in de filechaos was onmogelijk.

    Ik werd naar de zijkant verwezen voor een nadere grondige controle (als straf?) en moest daarna helemaal achteruit manoeuvreren tot op de goede ‘vrachtlijn’ en wel knal tot tegen een op zijn beurt wachtend Oekraïense vrachtwagen. Voor de wagencontroles deden ze hier vermoedelijk geen extra stappen te ver!

    Uitstappen, schuifdeur en achterdeuren openen onder de boze blikken van de truckers die hier vermoedelijk al een halve dag stonden aan te schuiven. Omdat we nu al meer dan een week met de hond in de wagen leefden en, door de voortdurende regen geen kans hadden gezien binnenin wat orde op zaken te stellen, vertoonde onze mobiele woning nu ook echt niet een uitnodiging tot een theevisite. Sloeber, die Eliane vasthield om niet uit de auto te springen, deed er vermoedelijk ook aan dat de man dacht een gevaarlijke waakhond voor zich te hebben. Hij zag wijselijk af van verder onderzoek.

    De volgende stap was nu de dierenarts, een vrouw, die duidelijk tegen haar goesting uit haar kot moest komen om de hond op gezondheid te controleren. Ook zij zag, na een blik op Sloeber geworpen hebben, het niet meer zitten. De papieren van de hond zouden volgens haar wel in orde zijn. Wel moest er nu voor haar moeite één euro betaald worden! Niet zomaar cash. Ik had wel duidelijk gemaakt dat ik over euromuntjes beschikte. Het hielp niet. Ik moest iemand naar het hoofdgebouw volgen. In een wisselkantoor kon ik 10 euro omwisselen in de officiële pasmunt en kreeg de tegenwaarde van 9 euro in Hryvnya, de Oekraïense munt, terug. Als laatste hindernis moest vermoedelijk de Bank van Oekraïne er ook nog wat aan overhouden.

    Terug naar onze machine-caravan. Deze maal moest ik binnenin het bureautje van de dierenarts voor het ondertekenen van een document en kreeg al mijn papieren terug en nog wat papieren er bovenop.

    Afgelopen met plagerijen? Vergeet het! De laatste hindernis was nog eens aanschuiven tot een ‘Stop’-bord en, waag het geen centimeter verder, waar de laatste ambtenaar van het controlerende Kozakkenkoor zat. Deze ijverige man moest een van de papierkes hebben waarop de nodige rode stempels stonden dat alle voorwaarden tot binnenkomst in het Beloofde Land volgens de geldende regels waren volbracht. De controles hadden iets minder dan één uur in beslag genomen. Ondertussen was er geen vinger uitgestoken naar de kilometers lange file wachtende vrachtwagens.

    Oekraïne / Ykpaïha

    Oekraïne betekent ‘grensland’. Het is het steppeland waaruit feitelijk de Russische beschaving ontstond. In de huidige hoofdstad ontstond eertijds een Slavisch rijk, dat zich qua cultuur en godsdienst inspireerde op het Byzantijnse rijk.

    Wat was er nu veranderd sinds ons laatste bezoek? Niet veel. Wel waren er nu vrouwelijk bedienden aangeworven die een mondje Engels spraken. Alle gegevens en nog wat vragen waren toevertrouwd aan computers van elke gouvernementele dienst. Twee afgestempelde papierkes moesten bijgehouden worden met al onze gegevens en afgegeven worden wanneer we het land verlieten. Zo wist, althans de computer: of we het land al of niet uit waren.

    We reden naar Lviv (Lemberg), het hart van Europa – de ziel van Oekraïne.

    De hoofdbaan M11 naar Lviv had duidelijk een lik asfalt gekregen (Wereld Cup Voetbal 2012) De talrijke gaten in het wegdek waren opgelapt.

    Lviv of lwow?

    10 kilometers verder liet de wegpolitie ons al stoppen. Ik hield de speciale portefeuille met 10 Hryvnya afkoopsom al klaar. Het gekende liedje: paspoorten, rijbewijs en document-machine. Hij vroeg ons ook waarheen we moesten.

    “Lewow?” vroeg hij.

    “Ja”, antwoordde ik “Lewoef.”

    “Woef?” vroeg de man en ik knikte overtuigd: “ja, ja, woef, woef.”

    Het bleek in orde, we mochten verder en hadden 10 hryvnya uitgespaard, woef!

    Lviv is Oekraïens, Lwow is Pools kan ook, Russisch. Raar maar waar: niemand had ons gevraagd naar onze autoverzekeringpapieren. 

    Het Oekraïense wegennet

    Oksana scheurde met haar Volkswagen als een kampioen slalomskiester, de talrijke gaten in het wegdek vermijdend, op de linkerkant van de weg waar het asfalt nog wat stand had weten te houden. Een tegenligger kwam op ons toegesneld in frontale aanvaringkoers. Oksana snokte aan het stuur en beiden auto’s miste elkaar op enkele meters na. Vervolgens vloog de laagvlieger de oprit van een benzinestation op om er langs de andere kant weer af te donderen op de tot op de draad versleten rijweg.

    “Weer enkele meters vlakke weg zonder gaten gewonnen,” grinnikte ze. We hadden net haar man en broer afgezet aan het treinstation. Haar man werkt in de kolenmijn van Chervonograd (letterlijk ‘rode stad’), vijf kilometer te voet en dan nog twee autobussen verder. Samen goed voor 2,5 uur onderweg en een loon van omgerekend 500 euro in de maand. Vet betaald, want Anyja, de zuster van Oksana, verdient voor haar vijfdaagse bureauweek 100 euro/maand. Hoor ik daar iemand klagen in het verre België?

    We waren nu al twee dagen in Sokal, een provinciestadje 70 km ten noorden van Lviv, op bezoek bij vrienden. De weg vanuit Lviv was een marteling geweest. Behalve de hoofdwegen zijn de wegwijzers eentalig in cyrillische schrift. Maar dat zou voor ons niet het probleem zijn. Het was het gemis aan de wegaanduiding dat me hoofdbrekens bezorgde. Meermaals had ik de weg moeten vragen in een van de talrijke benzinestations langsheen de weg. Diesel was duidelijk geen probleem aan de wildgroei van deze bevoorradingsposten te zien. De wegen een marteling. Zlata Ognevich had ons liggen met haar lokroep. Het voelde nu als de sirenenzang op Rijnse rots Lorelei die de schippers naar de rots lokte tot schipbreuk. Ik had gezworen Oekraïne nooit meer aan te doen, toen op onze laatste reis een wakkere douanier ons 20 euro’s aftroggelde om de uitreis in onze paspoorten te laten afstempelen. Deze vierde reis in dat ontwikkelingsland was niet Zlata, maar op uitnodiging van mijn boezemvriendin, de bloed mooie Oksana geweest.

    De chauffeurs waggelden met hun voertuig over de weg als hadden ze een wedstrijd gorilka (Oekraïense wodka) zuipen achter de kiezen. Deze bestond erin - zoals op de kermis met de botsauto’s – over te weg te laveren zonder elkaar te raken. Als extra moeilijkheidsgraad liepen er dan nog, wegens het gemis aan trottoirs: mensen, vrouwen met kinderwagen, fietsers en ‘fyra’s’ op de rijweg. Een fyra is een typische houten wagen met versleten autobanden voortgetrokken door paard(en).

    De gaten in het wegdek waren gevuld met regenwater waardoor de diepte moeilijk in te schatten was. Droog was het duidelijker dat ze tot 10 tot 20 cm en meer diep waren. De gaten werden samengehouden door slierten asfalt als de mazen van een slordig gebreid vissersnet. Het water in de putten scheen van een oneindige modderige diepte, als de spiegel van eeuwigheid, zonder bodem. Eenmaal de putten uitgedroogd, ontbloot het versleten asfalt de originele oppervlakte van wat eens de eeuwige steppe was.

     Dat Oksana zo slordig reed was “omdat ik hier alle gaten ken!” Volgens mij een povere uitleg. Zelf hadden we de 30 kilometer tellende nationale weg (R15) vanaf de autobaan (M09) tot Sokal in een recordtijd van traagheid geklaard in twee uur schudden (zegge en leze 2 uur). Dat wil zeggen aan een gemiddelde van 15km/h. Toch was het maximum dat Oksana eruit haalde maar schijn. Niet meer dan maximum 40 km/h. Het snelheidgevoel werd veroorzaakt door het brut optrekken en remmen met de wagen. En daar was een reden voor, lees verder.

    Roger, onze scheepskok van weleer, filosoof en expert in handelswetenschappen, doceerde me dat een land voor zijn economie als hoofdvereiste over de nodige infrastructuur en goede wegen moest beschikken. Oekraïne, eens de graanzolder van Europa, laat me wenen. Volgens Oksana was de schatkist leeg omdat al het geld verspild werd voor de Wereldvoetbal. Enkel Kyiv (Kiev), de hoofdstad was er beter van geworden. De rest van het land kon stikken.

     Oksana minderde vaart om een ‘marshrutska’ voorrang te verlenen. Marshrutska’s zijn minibusjes ingericht voor passagiertransport. Met de chauffeur meegerekend, tien zitplaatsen. Met wat trekken, sleuren en duwen kunnen er best twintig reizigers meereizen. Een enkel kost 2,50 hryvnya (0,25 eurocent).

    Aan een orthodox kerkje sloeg Oksana drie kruisjes - doet iedereen hier. Zelfs de passagiers doen het op de tram en autobussen bij het voorbijrijden van een orthodoxe kerk - ze draaide een zijstraat in, terug thuis. De straat bestond uit een verharde slijkerge zandweg vol waterplassen. De huizen waren van baksteen met daken van gegolfde eternietplaten. Geen rijtjeshuizen, maar los van elkaar staande plattelandswoningen met nog een redelijke lap grond er rond.

    Je kunt het met wat fantasie een villawijk noemen aan de rand van de stad. Het zijn halve boerderijtjes waar iedereen een moestuintje, scharrelkippen, zelfs een geit of een koe bezit. Paard en boerenkarren behoren hier tot het dagelijks leven. De uitwerpsels van de dieren worden als mest voor de tuintjeslandbouw van de straat geschept. In de tuinen staan er weinig bloemen maar wel nuttige groenten voor de keuken. Gepensioneerden reizen gratis met het openbaar vervoer. Het teveel wordt dan aangeboden in de straten van de stad. Er bestaan ook in de steden wettelijk dagelijkse markten, al of niet overdekt.

    Elektriciteit en gas zijn in de huizen aanwezig. Water uit een regenput wordt door twee families gedeeld. Het water wordt voor consumptie altijd eerst gefilterd.

    In de begintijd van ons bezoek in de streek bestond er een soort van GSM-systeem per twee huizen. Als de vrouw van de buur de lijn te lang bezet hield werd een kind de deur uitgejaagd om beleefd te vragen: ‘het gesprek wat te korten omdat mama een dringende boodschap de ether moest inzenden.’

    Dagelijks beleefden we hier een eigenaardig schouwspel. Een man, soms een vrouw, kwam langs met een koe. Vanuit de opritten sloot zich een andere koe aan. Enkele huizen verder nog een, soms een geit. Ze gingen naar het einde van een doodlopende straat waar de steppe begon, de weiden dus. In de namiddag (om te melken) en s ’avonds kwam de persoon met de dieren terug. De dieren wisten precies waar ze huisden en stapten een voor een, zonder daartoe aangespoord te worden, hun domein binnen naar de stal.

    Oksana legde de motor stil. Ik stapte uit. Haar moeder kwam het huis uitgelopen en opende de koffer. Een rolstoel werd eruit genomen. Oksana is rolstoelpatiënte. Ik ken haar van haar zestiende. Toen ze 6 was is ze onder een tractor terecht gekomen, haar benen onherstelbaar geplet en voor het ganse leven getekend. De bediening van de VW-wagen gebeurt met een handsysteem. Vandaar dat schokken. Zonder de auto is ze verloren want dan kan ze het huis, wegens de slechte staat van de wegen, niet uit. Oksana is getrouwd en moeder van twee schattige dochters.

     

    Dwars door Oekraïne

    We waren acht dagen in Sokal. Oksana woont 7 kilometer van het centrum. Door de slechte staat van de weg zouden we het maar tweemaal bezoeken. In dit land is een 4x4 te licht. Je hebt hier een tank nodig. We kenden dit gezellig mooi landelijk stadje van vorige bezoeken. Maar nu was het niet meer om aan te zien. De tweede helse tocht erheen was naar de werkplek waar Oksana de boekhouding deed. In het beste geval zullen we het maar een beschutte werkplaats noemen voor onze minder ontwikkelde medemens. Het was een zelf bedruipend mini onderneming. Ze doen handwerkjes en maken o.a. kaarsen van bijenwas, versierd met pareltjes, aaneengeregen op fijne koperen draden van afgedankte tv-toestanden. Hergebruik van materialen is ook een kunst in dit land.

    Met de vijf vrouwen die hier gratis vrijwilligerswerk verrichten trachtte ik een gesprek aan te knopen over het lot van Joelia Timosjenko, de voormalige eerste minister en symbool van de ‘Oranje Revolutie’(2004). Ze werd tot zeven jaar opsluiting veroordeeld wegens vermeende sjoemelen bij gascontracten met Rusland. Het enige dat ik uit de vrouwen kon puren was dat de tegenwoordige Oekraïense president, Victor Janoekovitsj: ‘bang was van vrouwen!’. Nou moe! Spreken over politiek lag hier vermoedelijk gevoelig en was not done.

    ‘Er bestaat geen wet die Timosjenko toelaat om naar het buitenland te vertrekken, maar als het parlement er een stemt, dan zal ik die ondertekenen’, zo liet Janoekovitsj weten aan het persagentschap Reuter.

    Daarmee zou zijn zieke en belangrijkste rivaal van hem voor verzorging overgebracht kunnen worden naar een Duits ziekenhuis. De kwestie Timosjenko is erg belangrijk in het aanhalen van de banden tussen de Europese Unie en Oekraïne.

    De strijd om de macht is nog lang niet bezegeld. Het westen van het land wil aansluiting met de EU, het oosten met Rusland. Poetin hanteert de troefkaart: de gastoevoerkraan met een goedkoper Russisch prijskaartje.

    Het was niet Stalin die Europa verdeelde in oost en west. Het waren de kerken die hier in de middeleeuwen (1054) al een scheidingslijn hadden getrokken. Denken we maar aan de orthodoxe/katholieke kerken, het cyrillisch geschrift, de juliaanse- en gregoriaanse kalender en het Slavisch volk tout court.

    Danswedstrijd

    Op het ogenblik van ons bezoek aan Sokal was er een danswedstrijd aan de gang. Vooraleer men in de schouwburg verdween werd er een optocht met de fanfare georganiseerd naar het standbeeld van Taras Shevchenko. Je zou het kunnen vergelijken dat bij alle culturele gebeurtenissen in Vlaanderen een plechtigheid en bloemlegging aan een beeld van Hendrik Conscience zou plaats vinden. Hij was tenslotte ook de man die zijn volk leerde lezen.

    De onstuimige Oekraïense volksdansen, als de ‘gopak’, hebben een zeer zuidelijk temperament. De kleurige danskledij van de meisjes, soms getooid met een bloemkroon, sierlijke linten en elegante rode laarsjes, zijn symbolisch. Bij de regionaal zeer verschillende volksdansen, waarin de mannen dikwijls ware acrobatische prestaties moeten leveren, geeft de harmonica de ‘bandoera’, een groot snaarinstrument, de voornaamste begeleiding.

    Brody

    Na het ontroerende afscheid, waarvoor ik geen woorden heb, was onze volgende bestemming een plaatsje dat Brody heet. Korste weg erheen zou je normaal nemen als van A naar B. Niet in Oekraïne. Volgens onze inlichtingen waren de wegen erheen bar slecht en onberijdbaar. Het werd terug hobbelend en rammelend over de kapotte hoofdweg (R15) naar C: Lviv en dan pas de hoofdweg (M06) richting Kiev, naar B. Honderd kilometer omrijden. Langsheen deze versleten rijksweg ligt er een nationaal park, een militaire kazerne en de drukke koolmijnstad Chervonograd, met zijn trein- en busstation en het onvermijdelijke grote en druk bevolkte rommelig marktplein als aanhangsel. Als op de heenreis vochten de chauffeurs voor een stuk nog niet vergane glorie in het asfalt, praalgravenomlijsting van een gestorven beschaving en erfgenamen van een verzonken wereld.

     

    Landbouw

    In Brody leven Andreij en Loeba. Het paar staat garant voor een landbouwcoöperatieve dat de Bruggeling Jef Sneppe van Werkgroep Oekraïne vzw opzette (*). Jef leerde me dat een project maar drie jaar mocht geholpen en gefinancierd worden, daarna moest het zelfbedruipend worden. “Je moet dat volk wat pousseren,” zei hij, “anders gebeurt er niets en blijven ze van je afhankelijk.” Deze landbouwcoöperatie was duidelijk een Belgisch succes. Het is een bloeiende landbouwonderneming geworden.

    We besloten Oekraïne als gezien te beschouwen. Na een korte aarzeling tussen Polen en, Roemenië werd besloten voor deze laatste. Alleen de hoofdwegen zouden we nemen en geen centimeter ernaast. Het werd de M19 naar Ternopil en Chernivtsi.

    (*) Om de hulpgoederen per vrachtwagen naar Oekraïne te betalen worden door de VZW rommelmarkten en brokaten beurzen opgericht. In Roeselare een weekend in november en in Brugge een weekend in december ( www.pallieterkaart.be/oekrainewerkgroepvzw.)

     Wat was er nu veranderd? De nieuwe vergulde kerkkoepels van de orthodoxe kerken waren oogverblindend als de zonnestralen erop afketsten. Daar zat duidelijk de rijkdom. Toeristisch aantrekkingspunt nummer één. Staat op alle toerismereclamefolders als onmisbaar vermeld. Maar als je tien orthodoxe kerken hebt gezien en bezocht verlang je niet meer naar de elfde! Volgens Andreij waren deze gebedshuizen toch broodnodig om de mensen af te houden van alcoholisme en drugs (!).

    Als reisinformant voor Reiswijzer (www.reiswijzer.be) geef ik altijd de raad om voor een bezoek aan Oekraïne, het vliegtuig naar de hoofdstad Kiev te nemen. Daar heb je dan het ganse land in het opgepoetste centrum op loopafstand. Voornaamste attractie is het unieke Kyif-Pecherska Lavra (het Hollenklooster).

    Wat was er nog veranderd: afgesloten en bewaakte parkings. We overnachten voor de laatste maal in Oekraïne op een open TIR-parking langsheen de weg in Oryshkivtsi, samen met een Turkse-, Griekse-, en een Russische trucker die ook sliepen in hun vrachtwagen. Aan de overkant was een benzinestation en een hotel waar tot laat in de nacht een trouwfeest aan de gang was. Ik mocht er gratis WiFi internetten.

    Ook de benzinestations hebben geen afgeschermde caissières en tot de tanden bewaakte body guards meer nodig. Je stapt gewoon de winkel binnen en betaald, liefst cash! Toch allemaal tekenen dat het land vrij veiliger is geworden. The criminality goes West.

    De supermarkten hebben nog wel bewakers in dienst, maar de inhoud van je winkelkarretje wordt niet meer streng gecontroleerd aan de hand van het kasticket. Dit: dat het allemaal klopte met de producten erin betaald.

    De ‘highway’ M19, in iets tragere staat van ontbinding, loopt dwars door steden en dorpen. Door het gemis aan wegwijzers en grote blauwe plakkaten waar de witte letters onleesbaar of verdwenen waren, werd het vragen naar de goede richting. Op een gegeven moment kwamen we aan een grote rotonde. In het midden was een benzinestation met parking. Om te tanken moest je als in een tornado met het verkeer meetoeren op de driebaansweg. Het middelpunt op zoeken, het oog van de storm, linksaf en tanken. Terug afrijden in de verkeerstroom en proberen om zonder kleerscheuren op de middelste en vervolgens op de buitenste rijstrook te geraken. Enkele rondjes met het verkeer meerijden en op goed geluk afslaan in wat je vermoedde de M19 te zijn. Tussen haakjes: normale diesel kostte omgerekend 1,00 euro, speciale Russische 10 eurocent meer.

    De uitreis aan de grensovergang gebeurde door de controles in bureaucratische sovjetplagerij langer dan de inreis. Ongelooflijk hoeveel mensen onze paspoorten en ‘document-machine’ moesten hebben. De controlerende beambte struikelde hier werkelijk over elkaar heen. Streng maar rechtvaardig: ik reed bv één meter te ver en moest één meter achteruit.

    Omdat we een Europees reispas hadden was de Roemeense grenscontrole in Siret menselijker. We moesten ons ook een ‘vignette’ (www.roviniete.ro) aanschaffen. Dat was andere koek. De dame in een kiosk moest daarvoor mijn paspoort en autopapieren hebben, begon verwoed alles in een computer in te typen. Twijfelde of mijn familienaam wel Baeyens al-dan-niet Erik was. Rekende vervolgen 3 euro aan voor de moeite en schreef het allemaal nog eens over in een schrift (met een pen). Toverde vervolgens nog wat papier uit de printer en overhandigde me een exemplaar met de nodige afstempeling. Geen sticker dus. Omdat ze geen enkele vreemd taal sprak moest ik een douanebeambte lastig vallen met de vraag: voor hoelang dat document geldig was. Zeven dagen. En als ik langer in Roemenië bleef? Ik bleef minimaal toch één maand. Verlenging aanvragen in een benzinestation, was het laconieke antwoord.

    We bolden de Europese Unie binnen en dat was te merken en voelbaar aan de goede staat van de autoweg!

    Moldavië

    Wat Is het verschil tussen Moldavië en Moldova? Het eerste ligt in het zuidelijk gedeelte van de Bucovina (het beukenwoud), in Roemenië dus. Het tweede is de Republica Moldova, overwegend bevolkt met Roemenen, zo ook de taal en plaatsnamen en de door Russen gecontroleerde regio Transdnietre, dat zich wil afscheuren. De rivier Prut vormt de grens met Roemenië.

    Moldavië ligt aan de oostelijke hellingen van de Karpaten en is bij de toerist beter bekend voor zijn talrijke Orthodoxe manastirea (kloosters). Het is de streek tussen Suceava en Targu Neamt. Wij bezochten drie kloosters: Mina, een mannenklooster waar juist de mis aan de gang was en de in rode tunieken uitgedoste misdienaren zich een bult trokken aan reusachtige kerkklokken. Deze stonden buiten het kerkgebouw in open lucht opgesteld, simpel opgehangen aan houten balken. Twee nonnenkloosters kwamen vervolgens aan de beurt: Agapia en Voronet. In tegenstelling tot onze contreien is God hier bijlange nog niet dood en is het kerkleven nog in volle bloei, nieuwe typische orthodoxe drietorenkerken met zinken koepels zie je dan ook als paddenstoelen uit het landschap oprijzen. De orthodoxe kloosters worden druk bevolkt met nonnetjes. Talrijke jonge meisjes (novicen) voelen zich sterk aangetrokken om dienst te doen als de ’Bruid van God’.

    In Vadu Moldavie, staat een prachtig - typisch voor de streek - klein houten kerkje. Geen toeristengedoe maar dorpsgevoel. Het was H.Mis en samen met een sliert dorpelingen stapte Eliane naar binnen. Na de mis maakte ze kennis met de gelovigen en ook met de pastoor. Ze mocht meteen ook alle fresco’s binnenin de kerk fotograferen. We werden ook door Mina Mihaela, een dorpsvrouw, uitgenodigd om te overnachten op haar erf. Ze zou voor verse melk zorgen. Gastvrij, jawel, maar traditioneel doen we dat niet. We overnachtten aan de kerk, in de stofferige zijstaart die St. Principala (hoofdstraat) heet. Daarmee hadden we ook geen verplichtingen.

     Even een dergelijk boerendorp beschrijven.

    De huizen – bouwstijl, zoals overal in dit deel van Europa - staan langsheen de hoofdbaan in lintbouw. De grootste buitenmaatse potsierlijke villa’s zijn van de Roma, met overdreven veel kunstig afgewerkte zinken daken, -goten en -hekkens en nog wat tierelantijntjes. Volgens de Roemenen (smalend) in gebruik om hun paarden te stallen. De hoofdbaan is dan meestal de enige weg van het dorp die over een verharde asfaltbedekking beschikt. Zijstraten zijn zanderige wegen die plomp ergens in het veld verloren lopen. De huizen langsheen de hoofdbaan zijn van de weg afgescheiden door een gracht. Soms gebetonneerd. Als je met de wagen daarin sukkelt ben je nog niet jarig! Toegang tot de huizen is een betonnen dekplaat over de gracht. Deze asfaltstraten dienen dan ook als trottoir, fietspad, speelruimte voor de jeugd, babbelplek voor de vrouwen, rijweg voor de door paarden getrokken boerenkarren, haastige chauffeurs en zwaar wegverkeer dat er overheen daverd. Met ware doodsverachting wijken de dorpelingen voor geen vin. Een kruising van de Lippenslaan en de E40 dus. Er zijn geen pleintjes, ook niet aan de kerken. De inwoners rijden gewoon van de straat over de betonnen plaat, via een dubbel ijzeren hek, het erf op. Ernaast is een klein poortje voor de voetgangers.

    Bij onze binnenkomst in Roemenië was er aan de grenspost een poster met grote letters ‘Stop Corruptie,’ en verder, dat als je een politieman omkocht je ook strafbaar bent. Flauw. Voor een keer dat je wat kon regelen. Het is vermoedelijk ook hier het privilege van de grote fraudeurs die het op een akkoordje met de fiscus kunnen arrangeren. In het oude systeem pikte de kleine man ook een graantje mee. Dat dit ‘niet meer voor eigen rekening werken ‘ invloed heeft op het rijgedrag van de Roemenen maak je dan ook dagelijks mee….

    Terug naar ons dorpskerkje. Dat we in Oekraïne geen autoschade hadden opgelopen zou een mirakel geweest zijn. Een deurslot was gesneuveld, kon niet meer dicht en dus ook niet op slot. Ook het ander portier gaf er de brui aan. Omdat we niet wilden dat bij het rijden de deuren zouden open waaiden, en voor de veiligheid bij het overnachten, bonden we de twee deuren vast met een wasdraad, die we altijd in de auto mee hadden.

    Nina Mihaela had raad. Ze diepte meteen een mobieltje uit haar tas en begon een levendig gesprek met een persoon, vermoedelijk iemand van een autoservice (herstelgarage). Ze noteerde ijverig het adres. Vandaag kon niet meer, was zondag, morgen, vragen naar mijnheer x van Bogdan Servis (een herstelplaats) vijf kilometer verder in Iasi (spreek uit: Jasie). Iasi is de hoofdplaats van de regio, dicht tegen de Moldovische grens. Als detail wist mevrouw Mihaela er nog aan toe te voegen dat we ‘Italianaen en Engleza’ spraken! Dat Italiaans omdat Eliane zich veelvuldig verstaanbaar maakte met behulp van het nodige handengezwaai, zoals de Italianen doen om hun woorden met gebarenkracht te verduidelijken.

     Zoutmijnen

    Andere toeristisch minder bezochte trekpleisters in de streek zijn de zoutmijnen, de Bicazkloof (Cheile Bicazului) en het 3000 hectaren grote kunstmatig verkregen Bicazmeer (1950). Doorheen de kloof slingert een 5 km lange weg door 300 m hoge krijtrotsen. Het nauwste gedeelte heet ‘de hals van de hel’.

    De streek is gepekeld. Sovata is het hart van het grootste zoutwingebied van Europa. De ondergrondse mijnexploitatie begon in de middeleeuwen. Met de nieuwe technieken werd grootschalig het zout dieper en dieper uit de grond gedolven. Daardoor ontstonden grote kathedraalachtige ruimten. Ons huis kan er in zijn geheel in weggestopt worden. In 1960 begon de ondergrondse behandeling van ziektes van de luchtwegen zoals bij astmapatiënten. Als bezoeker word je met een bus een donkere nauwe tunnel in gekatapulteerd en meer dan een kilometer verder in moeders aardschoot gelost (N138 Praid). Dan moet je nog te voet langs zeventig meter diepe brede houten trap de mijn in. Daar ontvouwt zich voor je ogen een onbeschrijflijk spektakel. De reusachtige ruimten boden een surrealistische aanblik. Honderden mensen bevonden zich in zalen waar aan tafels gegeten en gedronken werd. In een speeltuin schommelden kinderen met schommels. Biljarttafels, koffiebar, internetcafé, zorgden voor ontspanning voor de patiënten die hier dagelijks vier uur moesten verblijven. Ook werd de onmisbare orthodoxe kapel voor spirituele zielszuivering niet vergeten.

    In een andere zoutmijn, de Salina Slanic Prahova in de Karpaten, die we enkele jaren geleden bezochten, was er zelfs een mini-voetbalveld. Een lift bracht ons toen 200 meter ondergronds.

    01-02-2014 om 17:37 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Foto's: Oekraïne

    01-02-2014 om 17:16 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Foto's: Moldova en Roemenië

     

    %%%Foto6%%%



    01-02-2014 om 16:10 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Republiek Moldova

    Republica Moldova

    Nadat het portierslot in Iasi hersteld was, zetten we koers naar dat wat voor velen onderons nog een minder bekend gebied was. De Europese songfestivals daargelaten was het een witte vlek op de kaart. De grensovergang in Sculeni bracht weerom eens papierwerk aan de winkel. Ik ben altijd tevreden hoeveel volk ik in beweging kan krijgen. Een beetje de plaatselijke werkloosheid oplossen. Buiten onze officiële documenten kwam er nog een velletje bij van de dierenarts voor Sloeber (onkosten één euro en veel schrijfwerk) en nog een afgestempeld papierke van geldomwisseling, dat 10% aan de schatkist van Moldova opleverde. Voor de eerste maal werden ook onze autoverzekeringpapieren gevraagd.

    Enkele als militair uitgedoste heren stonden te discussiëren. Beiden droegen naar Russisch gebruik een schotelantennekepie. De ene met wat meer sterren, vermoedelijk de baas, torste een grotere kepie als om te demonstreren dat hij meer hersens onder het hoofddeksel had dan zijn ondergeschikte.

    Toen ik informeerde voor een vignet bleek dit niet nodig. Na anderhalf uur mensenplagen mochten we doorrijden.

    Onze bestemming was de hoofdstad Chisinau (spreek uit: kish-i-now, 750.000 inw.) We zochten het centrum maar dat werd nergens aangegeven. Zo sukkelden we het hectische stadverkeer weer uit naar een baan die richting Odesa in Oekraïne aanwees. Ik zocht een TIR-parking voor overnachting, maar ook dat bleek niet zo vanzelfsprekend.

    Uiteindelijk klampte ik iemand aan met de vraag, ja, eigenlijk naar wat. De man was snugger genoeg om te snappen dat we voor de nacht onderdak zochten en deed teken hem te volgen, hij stapte in zijn auto en wij volgden hem terug richting stad. Hij sloeg van de baan af en dook in, wat we een achterbuurt zouden noemen. Smalle stofferige gore smerige nauwe straatjes met huizen, eenmaal rechts dan links en rechtdoor een lichte helling op, stopte vervolgens voor een grote lila geschilderde hoekmuur zonder vensters. Wij ook. Hij stapte uit en sprak met iemand daarbinnen door middel van een parlofoon (en vermoedelijk ook een camera) Een reusachtig rolluik van binnenin bediend, werd opgehesen. Toch niet ver genoeg om er onderdoor te kunnen rijden. Het leek hier wel, met wat fantasie op een federale versterkte burcht waar een loopbrug dito ijzeren hek toegang verschafte tot het domein. De vriendelijke man had zijn werk volbracht, schudde me de hand en verdween in een stofwolk. De burcht was een hotel. Op het binnenhof stonden personenauto’s beschut tegen de felle zomerzon onder een afdak. Een monumentale trap leidde omhoog waar een dame me stond op te wachten. De vrouw van middelbare leeftijd, dik geschminkt met knalrode lippen, zoals een Amerikaanse barmeid, deed teken dat ik haar moest volgen en bracht me vervolgens binnen haar domein: de receptie. Het mens sprak noch Amerikaans noch wat dan ook. Het werd weer ‘leg het maar eens uit’. Ze wilde me perse een hotelkamer aansmeren. Ik trachte haar uit te leggen dat we in de ‘machine’ op haar terrein wilden overnachten. Uiteindelijk snapte ze het maar rekende daarvoor toch de ronde som van 20 euro aan. Ik bood tien waar ze geen vrede mee nam. Ik besloot (opgelucht) de aftocht te blazen en verliet het versterkte hotel. Het leek hier ten slotte toch op een gevangenis en vrije vogels zoals we zijn…...

    Het werd zoals menige keer overnachten op straat. Ditmaal op een kleine parking, waar een winkeltje autobenodigdheden verkocht. We vroegen toelating van de eigenaar, het mocht. Toch zouden we ook nog een politiecontrole moeten doorstaan. Ze kunnen het niet laten. De geüniformeerde gebood me te volgen naar zijn wagen met de nodige papieren. Wat ik dan braaf gedwongen ook deed. Plotseling draaide hij zich om: “Ouest votre nom…?”

    “Je m’appelle Erik. Vous parler bien le Français,” antwoordde ik als complement. Hij lachte, gaf mijn papieren terug en deed teken dat het in orde was. Ik mocht er overnachten. Wat een woordje eigen kweek Frans toch allemaal kan doen!

    We besloten voor dag en dauw Chisinau te verlaten. Er was nergens een toerismebureau te bespeuren en van mijn oude Lonely Planet werd ik ook niet veel wijzer. Het werd weer enkele malen de goede richting vragen, nu naar Hincesti.

    De straten waren opgelapt, geen gaten. Toch met bibberende schokken als we eroverheen rolden. Sommige delen waren prima in orde, vers geasfalteerd dek. Aan andere wegen werd gewerkt. Een legertje werklieden rond een met hout gestookt asfaltketeltje werkte met schoppen de gaten dicht. Doorheen de dorpen lag het wegdek er maar zus-en-zo bij. Slecht onderhouden maar toch propere straten. Nergens zwerfvuil.

     Straatvegers

    In Hincesti, een stadje met een kolossaal partizanenbeeld op een heuvel (1941-45) was een ploeg aan het werk. Een klein vrachtwagentje met chauffeur reed langzaam langsheen de stoep. Drie borstelmannen veegden het zwerfvuil op de schop van drie schopmannen die de inhoud vervolgens met een sierlijke zwaai in de vrachtbak swierden. ‘De heerlijke tijd van toen, wanneer iedereen nog werk had,’ was hier bijlange nog niet voorbij.

    We hadden het idee opgevat helemaal naar het zuidelijkste punt van het land op te stomen. Jaren geleden hadden we hier wat meegemaakt. Mijn bedoeling was deze potsierlijke kafkaiaanse grenscontroles als folklorische erfgoed eens voor het nageslacht te doen herbeleven, vooraleer ook dat verdween.

    In 2006 hadden we de Krim bezocht en reden via Odesa naar de Oekraïense kant van de Donaudelta, een biosfeer reservaat dat zonder geldige toelating niet te betreden is. Nadat de stroom haar weg door Europa heeft volbracht, stort ze haar inhoud hier in de Zwarte Zee uit. Na Galati splitst ze zich in drie armen. De meest oostelijk, de Chilastroom, is tevens de grens van Roemenië met Oekraïne.

    Deze streek stond vroeger bekend als Basarabia en strekt zich uit tot aan de Zwarte Zee. In de loop van de geschiedenis veranderde ze al eens van eigenaar tussen Turken, Roemenen en het Russische tsarenrijk. Nu behoort het toe aan Oekraïne. 

     De laatste grenspost

    Moldova juni 2013: Vanuit Chisinau reden we naar het meest zuidelijkste punt van het land doorheen de steden Hincesti, Leova, Cahul en Vulcanesti om de grenspost naar Reni, een dorpje op een drielandenpunt in Oekraïne, aan te fietsen. De straten waren mooi afgezoomd met notenbomen, soms ook kastanjebomen. Op de velden rijpte het koren. Het was ook de streek van de Moldovische zuidelijke wijngaarden. De meest bekende zijn de noordelijke met kilometers lange ondergrondse wijnkelders. Vanuit Vulcanesti lag er voor ons een pijlrechte weg van wel meer dan 20 kilometer naar ons einddoel Reni. Reni ligt op 8 kilometer van Galati in Roemenië.

    Odesa, Oekraïne de zomer van 2006: de Oekraïense kant van de Donaudelta had al langer onze nieuwsgierigheid gewekt. De baan erheen vanuit Odesa, kruiste twee keer het grondgebied van de republiek Moldova. Probleem was dat we toen voor dat land geen visa hadden (nu afgeschaft). Deze trip was eigenlijk ook niet gepland en we veronderstelden aan de grens wel een transitvisum te kunnen kopen. Op de Brugse Reismarkt (www.wegwijzer.be) had men mij aangeraden dat land niet links te laten liggen. We zouden er ‘ons rot lachen,’ verzekerde me de informant van dienst, die verondersteld werd het land als zijn broekzak te kennen. Het werd niet rot maar groen lachen! Omdat we twijfelden werd op een TIR-parking inlichtingen ingewonnen bij de truckers. Deze hadden ons aangeraden de sluipweg langs de Zwarte Zee te nemen om zo voor alle zekerheid de vervelende grensposten te omzeilen.

    Venetië van de Oekraïne

    We reden richting Izmail en bezochten Vilkove, een vissersplaatsje en het hoofdkwartier van de Oekraïense sectie van het DonauBio-sfeerReservaat. Vanuit Vilkove verspreidt de stroom zich hier in waaiervorm in ontelbare riviertjes naar zee. Het leverde het plaatsje de bijnaam ‘Venetië van de Oekraïne’ op. Overnacht werd ergens in de omgeving van Izmail om ’s anderdaags fris en gezond de grens met Roemenië over te steken. We volgden zo goed als mogelijk de meest oostelijke rivierarm stroomopwaarts, grenzend aan Roemenië.

    In Reni maakte de Oekraïense douane geen probleem maar had bedenkingen omdat in onze paspoorten geen Moldovische visa voorkwam. Hoezo Moldova? Daar moesten we toch niet heen – naar Roemenië, ja. Nu werd het pas groen lachen. Het bleek dat de weg naar Roemenië hier een eindje door de republiek Moldova liep. Het transvisum was te verkrijgen op de ambassade in Kiev! Nu ook net niet om de hoek. Geen pardon: rechtsomkeer.

    Er zat niets anders op dan de lange ‘sluipweg’ terug naar Odesa te nemen. En van daaruit een ‘omtrekkende beweging’ te maken langs de grenzen van het voor ons nu ongastvrije land. Meer dan duizend kilometer omrijden naar Galati, dat we aan de overkant van de rivier op een boogscheut hadden zien liggen.

    Moldova, de lente van 2013: Wat was nu mijn plan. Als voormalig postoverste van de paspoortcontroles in Zeebrugge aan de veerboten op Engeland (onderdeel van de zeevaartpolitie, nu afgeschaft), was ik toch nieuwsgierig naar de werkwijze van onze collega’s in dit deel van Europa. Beroepsmisvorming? We zouden Oekraïne binnenrijden om wat verder langsheen de andere post er terug uit te bonjouren om nog eens via Moldova de grens met Roemenië te kruisen. Ik verkneukelde mij er al op wat een gezever dat allemaal zou meebrengen. Binnen, buiten. Binnen, buiten, enz. Als je toch met alles in orde bent kan je eens lachen met dat kafkaiaanse gedoe. Slecht karakter maar het liep anders af.

    De Moldovische grenspost was bemand met vier man. Op een stomme vraag: “Waarheen?” antwoordde ik per ongeluk: “Roemenië”.

    “Maar jongen toch!” De brave man maakte me diets dat we ons misreden hadden. Alle vier de beambten kwamen er nu aan te pas om ons met handen, tanden en voeten uit te leggen waarheen we moesten rijden. Vriendelijke knapen die Moldoviërs. Vermoedelijk waren we die dag hun eerste klanten en, ook hun laatste. Negen kilometer terug, dan linksaf had ik begrepen. Maar zo eenvoudig bleek het niet. Er werd op een blaadje papier uitgetekend hoe het verder moest. Het werd 40-50 km omrijden naar Giurgiulesti, de grenspost in kwestie. Gelukkig dat de man het uitgetekend had. De ‘vama’ (grenspost) stond nergens aangeduid en het was uiteindelijk nog een vrouwelijke douane die ons wegwijs maakte: het dorp inrijden en aan het monument rechtsaf.

    De laatste Moldovische grenspost zou ons nog voor een verrassing zorgen. De documenten werden opgehaald door een beambte en werden afgeleverd aan een klein klapvenstertje dat daarna hermetisch werd afgesloten voor de buitenwereld. Ik had geen idee wat daar binnen gebeurde. Mijn papierwinkel bleek na een half uur intense studie toch in orde.

    Het venstertje klapte open. “Erik,” werd er geroepen door de controlerende ambtenaar, van welk departement was onduidelijk. De man vroeg: ‘vignette’. Hoezo ‘vignette’. Hij begon in het Moldovaans een litanie af te steken. De man, was van het genre (politiek benoemde) dat de mensen afsnauwt om hun gezag met wat kracht te willen opvijzelen.

    Binnen in het kantoortje zag ik twee geüniformeerden met grote belangstelling voor een computermonitor gebogen. Ik antwoordde hem er geen nodig te hebben. Ze hadden me toch doorgelaten, of niets soms? De man werd kwaad, voor zover hij het al niet was. Ik terug naar onze wagen en weer met de Roemeense ‘roviniete’, en de rood afgestempelde papieren van de Moldovische dierenarts en de bank, en deponeerde het zootje voor zijn de neus. Toonde me meteen ook kwaad, helpt altijd een beetje. Maar beet op mijn lippen om het niet uit te proesten. De man staarde als een koe, die op een klamme zondagsmorgen een stoomtrein zag voorbijtjoeken, op de documenten. Er werd een vrouw bijgehaald – zoals ze het in Antwerpen zeggen: goed voorzien van poten en oren - die veronderstelde Engels of Frans te spreken. Niet dus. Ze haalde er nog een vierde collega bij.

    “Vignette Moldova?” Ik ontkende met klem en blafte in het West-Vlaams zonder ondertiteling, dat ik er geen nodig had. Basta! En nu gij.

    Binnenin geraakten de beambten in paniek. Het raampje werd dichtgeklapt. Ondertussen hadden zich achter onze auto vrachtwagen aangesloten. De uitgestapte truckers, paspoorten ter hand, hadden zich rond mij geschaard. Hilariteit. Het raampje klapte open. De vrouw en zijn collega’s hadden zich afgewend. Het was hun zaak niet. Trek je plan. Er werd een andere man bij gehaald. Vermoedelijk een meerdere. Het raampje klapte terug dicht. Nog meer hilariteit bij de Oost-Europese truckers.

    In Zeebrugge zouden ze zeggen bij de inschepingscontrole, als de paspoorten in orde en de personen niet geseind stonden: “Laat ze maar ‘gletzen’. Alles wat we kwijt zijn moeten we geen eten geven!”

    Uiteindelijk klapte het raampje terug open. Achter mij hielden de truckers de adem in en wachtten op het inslaan van de bliksem. Niet de bliksem sloeg in. Ik keek in de onzekere paniekerige bedroefde ogen van een ambtenaar die ook maar zijn werk deed. Wel wat te grondig. Het begon vermoedelijk in de grotten van zijn hersens te dagen dat er weinig anders opzat dan zich gewonnen te geven. Een zweem van compassie en een tikkeltje van schuld overmande mij ten opzichte van deze collega. Ik kreeg mijn papieren terug en mocht beschikken. Onder het handengeklap van de truckers startte ik onze ‘machine-caravan’ en verdween uit het land “waar je je eens rot kon lachen!”

     

     

     

     

    01-02-2014 om 16:07 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.¨Roemenië

     

    Roemenië

     

    Marea Neagra (noord)

    Zwerven is een werkwoord. En als zwervers werkmensen zijnde hadden we ook recht op vakantie. Onze keus viel op de Roemeense ‘Litoral’ (kust). Zoals West-Vlaanderen de kustprovincie van de Belgische Noordzee is, is de provincie Noord-Dobruja (Dobrogea) dat van de Roemeense Zwarte Zeekust.

    Laten we even de kust afwandelen van noord naar zuid. De Donaudelta, is een splitsing van de hoofdrivier in drie armen, waarvan is de noordelijkste, de Chilia-arm (Bratul Chilia), die zoals we hebben gezien, de grens uitmaakt met Oekraïne. Het is ook de grootste die het meeste water (5 à 6000 m3/sec) naar zee loost. Tussen beide oeverstaten is er al menigmaal ruzie geweest omdat de Oekraïeners deze rivierarm willen uitbaggeren en verdiepen ten voordele van de zeescheepvaart. Het Oekraïense gedeelte dreigt dan ook een soort Hollandse Maasvlakte te worden.

    Vanuit Galati namen we de veerboot (26,50 lei) naar de rechteroever. Zo werd de weg 50 km korter via de baan over Braila (met toch nog een veerboot over de Donau) naar Tulcea. We reden vervolgens op een dijk aangelegd door een overstromingsgebied van de rivier.

    Tulcea, de poort tot de Donaudelta, is de binnenhaven van waaruit je via de middelste arm – de Bratul Sulina, een boot kan boeken naar Sulina. Een vakantieoord, enkel te bereiken per schip.

    Langsheen deze arm zijn er nederzettingen, bewoond door vissers, nazaten van de Lipoveniërs. Dat zijn mensen die hier tweehonderd jaar geleden vanuit hun Russische stek zijn overgewaaid. Ze mogen niet roken, maar het drinken van alcoholische drank is wel toegestaan. Het dragen van een baard zou verplicht zijn.

    De enige hotel/camping (Pelican) ligt in Murighiol, op de rechteroever van de derde arm: de BratulSfantu-Gheorghe. Routeplanner: N 45°2’27”, E 29°9’23”.

     Donaudelta

    In totaal is de oppervlakte van de Donaudelta, met de lagunes Razelm en Sinou (88.000 ha) meegerekend, 434.000 ha (4340 km2)

    De Donauarmen zijn voortdurend sterk onderhevig aan verzanding. De rivier brengt jaarlijks gemiddeld 70.700.000 ton aanslibbingsmateriaal in de delta. Elke Donau-arm verplaatst zoveel mogelijk rommel van de rivier en zet dit af aan de monding. De Sulina-arm bijvoorbeeld voert elk jaar 5.800.000 ton met zich mee. De Sfintu-Gheorghe-arm 16.500.000 ton en de Chilia-arm 48.400.000 ton. Daarmee zouden iets meer dan 7 miljoen wagens van elk tien ton en niet minder dan 98.000 goederentreinen van elk 80 wagons gevuld kunnen worden ( Bron: Eugen Paninghiant in het Nederlands vertaald door Gerard Crone ISBN 90 6029 0453.)

     Babadag

    De hoofdroute die we nu vanuit Tulcea volgden was de kustweg (E87) die helemaal doorloopt tot aan de Bulgaarse grens. Deze route loopt doorheen het plaatsje Babadag. Het stadje ligt aan het zuidwesten van het Babadag- en het Razimmeer. De place to be voor bird-watchers, voornamelijk de pelikanen trekken hier de aandacht. Babadag is Turks en heeft twee moskeeën, waarvan de Al-Gazi-Pasha uit de 17de eeuw de oudste is van Roemenië.

    De kust tussen de delta en Navodari heeft verder weinig toeristisch te bieden. Enkele moeilijk bereikbare stranden bestaan uit een dik tapijt van miljarden schelpen (Corbu plaja) en Istria, de resten van een verzande oude Griekse haven. De belangrijkste rijkdom, wat betreft de fauna van de delta, in economisch opzicht was de vis. Zo schijnt deze visrijkdom van de Itros (Grieks voor de tegenwoordige Donau) een van de redenen te zijn geweest waarom de Grieken uit Klein-Azië in het jaar 636 v. Chr. de vesting Historia (Istria) hier hadden gesticht. De ontblote ruïnes zijn nu bewoond door zwermen wilde honden.

    De drie nutteloze megawerken van het Ceausescu regime

    Het gedeelte dat nu volgt is een smalle landtong tussen Navodari tot aan Mamaia. Zo iets als toen Oostende en Westende ontstonden op een zandbank dat later volledig verzandde met het vastenland. Hier heeft het aanslibben zich nog niet volledig voltrokken en is er een binnenzee overgebleven.

    Vanuit Navodari reden we over de bruggen van het Donau-Zwarte Zeekanaal ook het Doodskanaal genoemd. Aan dit project werd door 30.000 werklieden negen jaar gewerkt. 300.000 m3 grond werd met de hand uitgegraven.

    Dit gedeelde moest het sluitstuk worden van Charlemagne’s gedachtegoed hoe hij eeuwen geleden het plan ontwierp de Noordzee te verbinden met de Zwarte Zee. In die tijd begon men inderdaad de Main, een zijrivier van de Rijn, met een vaargeul uit te diepen naar de Donau. Pas eeuwen later, in 1992, werd dit project met succes afgewerkt en kwam het verbindingsvaarwater tussen Main en Donau, klaar in Duitsland.

    Omdat men niet wilde tornen aan de Delta zelf, werd het sovjetplan uitgewerkt aan de zuidkant van de havenstad Navodari.

    Met de Roemeense bouw kwamen duizenden werklieden om het leven tussen 1949 en 1953. Hierdoor ontstond de bijnaam ‘canalmortii’. Een 180.000-tal politieke dwangarbeiders werden hiervoor ingezet. 40.000 zouden bij deze slavenarbeid bezwijken. Het werk werd in 1953 stilgelegd. Pas na grondig onderzoek en studie werden de werken in 1975 hervat. In 1992 werd het kanaal, indertijd als een prestatie van Nicolae Ceausescu, het genie van de Karpaten, afgewerkt.

    De bouw van ‘het volkshuis’ (nu het parlement) in Boekarest en de Transfagaras, een 90 km lange kronkelweg doorheen de Fagarasbergketen (Karpaten), werd met dit kanaal de era van de kostelijkste projecten van de communisten afgesloten. Deze drie nutteloze werken van grootheidswaanzin kregen wel hun nut als rariteit voor het toerisme. Het Volkshuis, naast het Pentagon in Amerika, het grootste functionele gebouw ter wereld en de Transfagaras, wellicht de mooiste autoroute ooit aangelegd doorheen een bergketen, zijn dan toch uniek in hun soort.

    Foto: DonHoeiophaling, Veerboot op de Donau, haven van Tulca en Roemeens strand

    01-02-2014 om 12:31 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Foto's: Doanudelta en Roemeens strand

    01-02-2014 om 12:20 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mamia-Nord

    Mamaia -Nord

    Als het heel stil is en de zee kalm gebeurt het wel eens dat je een zwakke smekende stem over het water “mamaia” hoort roepen. Deze roep om hulp komt van een Roemeense schone die door Turkse zeerovers werd gekaapt en op haar moeder roept, zo vertelt de saga.

    Een aardig optisch gevoel was: als ik ’s morgenvroeg op het strand uitkeek naar de horizon, de rode bol van de ontwakende zon opkwam aan mijn linkerzijde, waar hij verondersteld werd eigenlijk onder te gaan. Ik was dan ook niet aan het Noordzeestrand maar keek 180° gedraaid uit over de Zwarte Zee naar het zuiden. Als je geen andere ankerpunten hebt dan water, lucht en de kim, al of niet met een schip, lijkt alles hetzelfde. De zon steeg dan ook van hieruit gezien oost uit over de grote plas, aan mijn linkerzijde dus.

    Het beloofde weer een snikhete dag te worden. Het brandende zand zou niet door mijn tere voeten te betreden zijn zonder croc’s.Dra zou de verhitte strandvloergeplaveid wordenmet naakte lichamen die zich het tere bleke vlees zouden laten verbranden tot een gezond ogend bruin kleurtje.

    De brandende zon zou dan t’s avonds laat in de verte, in het westen neerstrijken en met als avondstralen uitstervende vlammen als een reusachtige rode bol verzwolgen worden door de zee. Je verwacht tevergeefs nog een stomende dampwolk te zien opstijgen. Die komt er niet. Enkel de wolken zouden er ons nog een tijdje aan herinneren met een schakering van hun mooie kleurenpracht. De avondkoelte keerde weer over het strand en tussen de bomen. De zandvlakte werd verlaten op enkele late slenterde wandelaars langsheen de waterlijn na.

    Genoeg gemijmerd. Wat we nog nodig hebben aan de Vlaamse kust zijn nachtstrandbars. Deze etablissementen laten je de ganse nacht meegenieten van het lawaai. Kampeertenten, hotelbedden en appartementen daveren dan gezellig mee op het ritme van de zware bassen. De West-Europeanen worden er ’s morgens wakker (voor zo ver er van slapen iets terecht kwam) met een kater. De Roemenen weten beter: oordopjes. Is in Finland de stilte van de taiga een verkoopsargument. Roemenië betekent lawaai.

    Ook gedurende de dag bleef het strandgedaver voor ergernis zorgen. Op de camping hadden we een restaurantterras met een vijf man sterk orkest dat live optrad. Prachtige genietbare muziek uit den oude doos! Het leek wel een onevenwichtig gevecht met de ongenietbare stranddisco’s die het monotoon geluid met de wind meevoerde als de klank van afgedankte wasmachines die men tegen beter weten nog in gebruik had. Een kakofonie als op de meifoor, waar ook al tal van ongenietbare klanken door hun luid gedram de concurrentie een hak trachten te zetten.

    Los hiervan hadden we het best naar onze zin. Deze camping (www.holiday.ro, van de groep www.gpm.ro) ontdekten we op onze eerste reis. Nu waren we vaste gasten. Deze camping, in Mamaia-Nord, ligt direct aan zee. Het strand bestaat uit een mengeling van schelpen en zand en kleurt wit. Het zeewater is 25°C. Het strand glijdt zachtjes af naar zee waar je na vijftig meter nog als volwassen tot heuphoogte rechtop in het water staat. Ideaal met kleine kinderen.

    Bovenop een driemeter hoge stranduitkijkpost duidt een roodgele vlag aan dat er strandbewaking is in de zona (plaja, ‘supravegheata’) door de salvamar (salvamont voor de bergen). Een aparte extra gele vlag betekent ‘antetiepericoli!’ oppassen geblazen dus, wilde zee. Rood: ‘interzisinotul!’ is dan weer zwemmen verboden. Ik zag geen blauwe vlaggen die aangaven dat het water zuiver is. Douche nemen na badkuur is de boodschap.

    Op het strand lagen de zonnekloppers schaamteloos nietsdoend te bruinen. Een eigenaardigheid is hier aan de Zwarte Zee hoe sommigen zich in een houding weten te kronkelen om minder aan de zon bloot lichaamsvlees te laten braden. Probeer zelf maar eens uit om de geschoren oksels onder de armen van een gezond chocokleurtje te voorzien.

    Op zee was natuurlijk meer te beleven. Kitesurfers en lawaaierige waterscooters. Er hing ook wat in de azuurlauwe lucht: wat denk je van een gele zetel hangende aan een overmaatse parachute, waarop drie personen hadden plaats genomen en door een motorboot werden voortgetrokken? Of een persoon die twee meter boven het water op twee waterzuilen wandelt (aquafly)?

    Enkele jaren geleden was Mamaia-Nord nog door een duingebied met bosjes van het heel drukke toeristische Mamaia, het Britse Black Pool van Roemenië, gescheiden. De bosjes zijn gerooid en de gaten volgestouwd met hotels en appartementen. Gelukkig niet in een aaneengesloten betonmuur zoals aan de Vlaamse kust, maar wel met ruimten en groen eromheen. De bouwstijlen van de nieuwe buildings zijn ook genietbaarder door hun originele architecturale bouw en kleurenpalet, met respect voor de natuur.

    Ook de zonverzadigde duinen met zandrimpelingen, door de wind gevlochten, werden plat gewalst voor strandanimatie. De bar Le GaGa met een eigen zwembad op het strand is hier wel de max. Je houdt het niet voor waar.

    De camping zelf ligt in een wild olijvenbos. De bomen hebben grillige vormen veroorzaakt door stormwinden en moesten ondersteund worden door houten blokken. Zodoende groeiden ze toch schots en scheef omhoog en zorgden voor een schaduwrijk bladerdak. De camping wordt in de zomer bewoond door 95 % Roemenen, meestal gezellig ouderwets in tenten zoals bij ons in de jaren ’50 - ’60. Wel met de onontbeerlijke TV en schotelantenne geplaatst aan de tentopening. Ook caravans, tweedehands gekocht in Nederland en Duitsland, stonden op het terrein. De landsticker D en NL verraadden hun originele oorsprong. De weinig andere nationaliteiten die we hier aantroffen waren voornamelijk: Oost-Europeanen, Duitsers, fietsende Fransen en enkele Nederlanders met motorhomes. Ook Roemenen maken tegenwoordig veel gebruik van de camper. Als je geen tent of wat dan ook hebt zijn de talrijke te huren chalets op de camping een oplossing.

    De kookles

    Schuin achter ons parkeerde op een dag een Mercedes bestelwagentje met Duitse nummerplaat. Een man stapte uit, gekleed in wit gestreken overhemd met geknoopte lange mouwen, blauwe das, grijze pet, jeansbroek en begon de ganse inhoud eruit te halen. Wat erin bleef was een eenmansbed. De inhoud: tafeltje, groot geel terraszonnescherm en keukenbenodigdheden vonden een plaats naast en op het dak van de auto. Vervolgens toverde hij er nog uit een tuinzetel, vijfliter fles water, campinggasvuur, nog wat keuken- en tafelbenodigdheden en een fiets uit.

    We zouden meemaken dat hij bij dag en dauw met de fiets naar de vroegmarkt in Constanta trok en beladen met zakken verse eetwaren terug kwam. De rest van de dag besteedde hij aan het bereiden van eten. Wilfred (68), zo heette de man, had er een dagtaak aan: “geleerd in een kookcursus met 14 vrouwen,” wist hij ons te vertellen. Naar eigen zeggen was zijn vrouw een dokter in een Duits ziekenhuis. Zelf was hij op doorreis naar Turkije. Wat opviel was zijn eigenaardige schelle lach als van een wolf die tekeer gaat tegen een volle maan. Niet dat er veel te lachen viel, maar hij lachte onverwachts, altijd een tijd voor of na het ogenblik dat iedereen lachte.

    We kregen van Wilfred dagelijks kookles en staken heel wat op van de plaatselijke ingrediënten. Bv hoe je met het teveel aan overrijpe wegwerpvruchten van de markt goedkoop confituur kon brouwen.

    Zwerfhonden

    Een minpuntje waren de talrijke zwerfhonden, continu op zoek naar eten, niet gevaarlijk, eerder schuw en sommigen aaibaar. Roemenië heeft een ernstig zwerfhondenprobleem. Men spreekt van meer dan 2 miljoen loslopende honden. Een eerdere poging tot reductie van het ongemak werd door de voormalige Franse filmdiva Brigitte Bardot, sexpoes op retour, met wereldwijde protestacties van dierenorganisaties in 2001 verhinderd. Het probleem werd uit het regeringsakkoord geschrapt en kwam sindsdien niet meer aan bod.

    Op de camping was er wel een klein voedingswinkeltje voor het aller noodzakelijkste. Voor supermarkten (Lidl, Kaufland en Penny) moet je wel naar Navodari, zeven km noordelijk. Of zuid naar Constanta (350.000 inw.) Daarheen moet je door Mamaia waar vroeger voor iedere doortocht péage betaald moest worden (nu afgeschaft).

    Nog een pluspunt dat ik wil aanhalen was de netheid van het complex: toiletdames staan continu garant voor de drie blokken tellende douches en sanitaire voorzieningen. De vuilnisbakken worden constant door twee werklieden opgehaald en er is doorlopend toezicht van bewakers van een surveillancefirma op het terrein. Zowel aan de straattoegang als aan de strandpoort was er toezicht dat onbekenden het terrein betreden. De kampeerders dragen als herkenning een geel bandje om de pols.

    Pocketboekjes

    Het was ook hier op de camping dat ik de naoorlogse pocketboekjes herontdekte. In onze bibliotheek hadden we een sterke toevloed van tweedehands boekskes ontvangen die blijkbaar niemand nog kon charmeren. In een moment van nostalgie had ik een stapel van het oud papier weten te redden. Een twintigtal paste precies in een oude schoendoos (18X1,5 cm). Twee dozen volgepropt met pockets vonden plaats in een verloren hoek van de camper. Het bleek al rap dat ze handiger en lichter in de hand lagen dan de 23x15 cm paperbacks. Ook de goede kwaliteit van het vakmanschappelijk inbinden verraste me. Je kon ze gewoon openplooien zonder dat er bladzijden van de rug losscheurden en in het rond gingen dwarrelden.

    Deze boekjes van o.a. de Zwarte Beertjes, Poema thrillers, Bruna (James Bond), enz. waren meestal vertalingen uit het Engels.

    In de meeste Oost-Europese landen is er geen Nederlandse-, Franse- of Engelstalige lectuur, -krant of wat dan ook in andere talen dan de plaatselijke vocabularia te verkrijgen. Door onze langdurende zwerftocht in de vreemde werden dan ook gelezen boeken uitgewisseld met Nederlanders of Vlamingen. Tot mijn afgrijzen was ook deze wereld veranderd: tablets. Wel nuttig speelgoed, maar toch. Als ik er aan denk krijg ik al nekkramp. Het verhaal moet je voelen in de tinteling van de vingers, in het papier de geur van het bos en de inkt opsnuiven, in bed lezen en er mee zalig in de armen van Morpheus ontspannen in slaap vallen.

    Marea Neagra (zuid)

    Genietend van de verfrissende zeebries waren we 45 dagen blijven kamperen. Het binnenland van Roemenië was niet te harden door de hoge temperaturen. Later zullen we vernemen dat gans Europa zuchtte onder de hoge temperatuur. Op een haar na de warmste zomer sinds de waarnemingen van het Belgische Koninklijk Meteorologisch Instituut (KMI, Ukkel).

    Maar er is een tijd van komen en een tijd van gaan. De schoolvakantie duurt hier van eind juni tot half september. Marie en Ana, twee dertienjarige meisjes die met de tent van hun ouders naast ons stonden, wisten te vertellen dat ze in de school een jaar Frans onderricht kregen om te vergeten en vier jaar Engels om te onthouden! Stelling die ik kan bijtreden: moedertaal en Engels redden de wereld van een babylonische spraakverwarring. Roemenen die de vakantie doorbrachten in Frankrijk waren verwonderd dat de Franse jeugd zo goed met het Engels overweg kon (!).

    We namen afscheid van onze vrienden en de vijf campingmuzikanten van de ‘Studio 4-band’. Samen met ons zetten ze een punt achter hun verblijf op de camping en vertrokken naar de westkust van Amerika. Ze zouden aanmonsteren op het cruiseschip ‘Radiance Of The Seas’ van de rederij ‘Royal Caribbean Cy’ en de passagiers entertainen tussen Alaska en de Hawaï eilanden.

    Petite fleur

    We waren stom weg in contact gekomen met de saxofonist Tahase Necjlai met te vertellen dat zijn instrument een Belgische uitvinding was. Wist hij veel. “Ja, van Dinant, in de French speaking part of Belgium”. En of hij al gehoord had van Sidney Beschet? In de jaren vijftig van de vorige eeuw maakte ik kennis Beschet in ‘my home town: Knocke-sur-Mer, you know’. Zijn bekendste lied was: ‘Petite fleur’, dat ik sindsdien nooit meer mocht aanhoren (Beschet stierf in 1959).

    ” ‘k Ga dat voor jou spelen,” beloofde hij mij. Voor mij een raadsel hoe ze een door God vergeten lied zonder partituur zouden spelen. En warempel, voor ons alleen speelde de vijf muziekanten tellende band, zomaar uit het hoofd, foutloos ‘Petite fleur’. Tournee générale! Het kostte me vijf wodka’s aan de totale som van 15 lei (3 euro).


     Terug en route

    In Constanta werden we uitgewuifd door ouderen, die met een sleutelbos stonden te rammelen: ‘Cazare’ (kamer), gepensioneerden die wat wilden bijverdienen met een kamer aan de bezoekers te verhuren.

    Techiorghiolmeer

    Verder de E87 volgende vanuit Constanta naar het zuiden (de Bulgaarse grens) ligt de badstad Eforie nord en meer landinwaarts het Techiorghiolmeer. Dit meer is ‘s werelds bekendste kuuroord vanwege zijn zwarte modder, een middel tegen reumatische aandoeningen. Met deze heilzame blubber moet je de gewrichten op het naakte lijf insmeren, in de zon laten drogen en dan met zeewater terug afspoelen. Het water van het Techiorghiol is viermaal zouter dan dat van de zee en ligt twee meter onder het zeeniveau. Ook in sommige hotels kan je (een geprijsde) ‘baia de namo’ of ‘baiatermale’ volgen met deze black stuf.

    Voor de specialisten onder ons: de totale minerale samenstelling is 52 g/l (het zeewater heeft een concentratie van 15,5 g/l NaCI) en bestaat verder uit Mg2+Br-,I,SO42. Techiorghiol is afgeleid van het Turkse ‘takir’, wat zout betekent.

     Neptun-Olimp

    Voor de revolutie van 1989 was Neptun-Olimp, 6 km ten zuiden van Costinesti, de exclusieve badplaats van de Roemeense Communistische Partij. Ceausescu had er zijn eigen luxe (koninklijke) villa.

    Jupiter, Aurora, Venus en Saturn

    Deze resem naar hemellichamen vernoemde badplaatsen worden druk bezocht door de Roemenen. Ze stralen dan ook een vrolijke volkse Blankenbergse sfeer uit.

    Mangalia

    De oude Griekse stad Callatis heet tegenwoordig Mangalia (45.000 inw.) Het is de tweede voornaamste zeehaven van Roemenië en het herbergt ook de oorlogsvloot.

    Doi Mai en Vama Veche

    Doi Mai betekent 2 mei. Vama Veche ‘de oude grens’, (spreek uit: vama vekké). Als je de grens naar Roemenië dwarst moet je maar eens aan de douane van dienst verklaren dat je naar Vama Veche gaat. Je bent op slag zijn beste maat.

    01-02-2014 om 11:41 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Foto's: Mamia-Nord

    01-02-2014 om 11:31 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Republiek Vama Veche

    Republiek Vama Veche

    Vama Veche staat dan ook bekend als een anarchistische vrijplaats waar je doet waar je goesting in hebt, als je maar iedereen respecteert. Ondanks dat een groot bord duidelijk stelt dat er op het strand niet gekampeerd mag worden staat het overvol met honderden kleine tentjes. In een naturistenkamp MOET je naakt rondlopen. Buiten dit kamp MOET je (op het strand) met een minimum aan textiel gekleed zijn. Topless met string en de onontbeerlijke mobieltje in de linkerhand, is dit dan: “het glas halfvol of halfleeg?”

    In Vama Veche MOET je niets, je MAG. Als je wilt mag je met een boerka in zee duiken (gezien in Mamaia van drie moslima’s, hoofddoek incluis). In de USA sprak destijds een rechter vier studentinnen vrij die poedelnaakt joggingrondjes liepen op de campus. “Mannen vertonen hun geslachtsdelen aan de buitenkant, vrouwen aan de binnenkant,” besloot hij. Met andere worden: er was dan ook geen kloten aan te zien! Mansvolk is een ander verhaal: Getolereerd of shocking? Een man die wat in de broek heeft, kan dan ook straffeloos met trots zijn familiejuwelen aan de dames vertonen, zonder een hysterische gilpartij tot gevolg…

    De plaats wordt dan ook druk bezocht door de jeugd, meestal hoog opgeleiden en universiteitsstudenten. Op onze eerste reis doorheen Roemenië reden we richting Bulgarije. Deze landen waren toen nog niet toegetreden tot de EU. De avond viel en we wilde niet ’s nachts de grens oversteken wegens al dat geplaag met paspoort- en andere papiergezever. Eens moesten we 5 euro betalen om onze banden te ontsmetten in een ondiepe betonnen waterplas waarin geen vloeistof in stond. Poerdroog.

    Twee kilometer voor de grenspost sloegen we dan ook linksaf naar het strand van Vama Veche, een onbekend plaatsje, met de gedachte: na een goede nachtrust zien we wel verder. We bleven er meer dan een maand aan het strand. Bezoek aan Bulgarije werd verdaagd naar een volgend keer (1*)

    Toen had Vama Veche meer weg van een soort wildwest decor. Het oorspronkelijke vissersdorp werd gesticht en bewoond door Lipoveniërs. Het is pas nadat de nederzetting voorzien werd van elektriciteit dat er schot in kwam. Ruwweg met planken en aangespoeld wrakhout werden ‘saloons’ aaneen genageld. Drankautomaten in dranktenten zorgden voor verfrissingen. Weldra schoten ook winkeltjes als paddenstoelen uit de grond om hun koopwaar aan te bieden en nog wat later verschenen de eerste eethuizen en de luidruchtige discobars aan- en op het strand. Daarmee mocht je ook de rust vergeten. Deze zorgden voor de nodige decibellen en als ze er in de vroege uurtjes genoeg van kregen, namen de strandbars het lawaai over. Op het ogenblik heeft men ook de snelbouw met beton ontdekt en strijken de onvermijdelijk projectontwikkelaars in het oude vissersdorp neer.

    Het mooie zandstrand wordt regelmatig gekuist met een reusachtige opkuismachine. Vroeg in de morgen was een ploeg Romvrouwen druk in de weer met zwarte vuilniszakken om de rondslingerden rotzooi op te ruimen. Gedurende de dag worden de baders scherp in het oog gehouden door de Salvamar strandbrigade.

    Voetnoot (1*): boek; Zwerven in de Balkan.

    Vama Veche, 11 jaar later

    De eerste vernieuwing die we zagen was dat er langs de weg tussen Doi Mai tot Vama Veche een fiets- en wandelpad was aangelegd (het eerste in Roemenië?) Ook Vama Veche was sterk veranderd. Sinds hier het rockfestivals Stufrock worden gehouden, waaronder met onze Vlaamse d’DEUS, werd het plaatsje beter bekend dan gewild. Het trok de aandacht van de Sea Side maffia. Deze hebben volgens Mircea, onze zegsman (let op zijn naam: MIR is Russisch voor vrede en in het totaal betekent mijn naam in het Indisch Chilipeper) Zo controleert de maffia de ganse Roemeense kust. De ‘oude grenspost’ telt nu 12 hotels en er wordt druk doorgewerkt om de vrije plekken ook met toeristische korte zomerverblijven vol te stouwen.

    We hadden meegemaakt hoe hotel Laguna gebouwd werd als een vesting in de woestijn en later mooi werd afgewerkt met exotisch beschilderingen en met mozaïeken tegels versierd (www.corsarulvamaveche.ro.) Binnenin het ‘fort’ was er nu een gezellige vierkante patio met swimming-pool. Maar nu staat het gebouw verloren en ingesloten tussen de wildgroei van gebouwen, met zijn entree in een smerig smal stofferige zandweg, eigenlijk een steegje. Doet me meteen terug denken aan ons verblijf in Chisinau, republiek Moldova.

    De laatste vrijheid

    De grensovergang was nu vrij van de ‘Politia de la Frontiera’ controles en andere paspoortsnuffelaars. Het wandel- en fietspad, nu aangelegd langsheen het strand, was helemaal doorgetrokken naar Bulgarije.

     De straten waren nog niet geplaveid, ook niet de hoofd- en winkelstraat naar het strand. Het zou me sterk verbazen als dat wel eens zou gebeuren. Zijstraten zijn in Roemenië meestal gravel. Deze zandwegen zorgen voor het nodig opwaaiende stof. Carwassers hebben hier dan ook de handen vol. Het plaatsje wordt nog druk bezocht door hippies, rockers en ander langharig werkschuw tuig, maar de vreemde luis, de toerist, eist nu ook zijn plaats op. Volgens Mircea, na mijn vraag hoe dat zit met die gemengde gekleed/naaktloperij: ‘zijn Roemenen een open- en respectvol volk dat elke vorm van samenleving tolereert,’ verklaart hij, “maar toch hebben de nudisten er een hekel aan om als een bezienswaardigheid door vreemdelingen aangegaapt te worden. Ook zijn nu grote stranddelen verhuurd aan stranduitbaters. Toegang is privé en de strandzetels moeten - zoals bij jullie aan de Vlaamse kust - betaald worden.” Het tentendorp is praktisch verdwenen en de kampeerders verplaatsten zich naar de aardklippen (4 à 5 m hoog) tot tegen de Bulgaarse grens.“Zo is het ook met de naaktlopers vergaan,” vervolgt Mircea (23), in onberispelijk Engels, unief student theologie en geschiedenis, ”de commercie heeft de laatste vrijheid in het hoofd verdrongen. Ook zij zoeken nu hun heil aan het strand aan de klippen.”

    We polsten Mircea naar wat hij dacht van de Roemeense aansluiting bij de EU. Een koehandel, vond hij en verduidelijkte: “Het voordeel is voor de noordelijke landen. Een groot afzetgebied voor zijn producten. We worden geregeerd door multinationals. Kijk maar naar de supermarkten. Bijvoorbeeld onze melk werd afgekeurd en zuivelproducten worden vanuit het noorden ingevoerd. Als tegenprestatie mogen wij dan goedkopere werkkrachten leveren.” Mircea had de gave sneller te kunnen antwoorden dan wij onze vraag konden formuleren.

    Als aanvulling wil ik hierbij nog aanvullen dat de arbeidsmigratie naar West-Europa veel ellende veroorzaakt bij de gezinnen. In tegenstelling tot de Roma die het hele gezin meenemen laten de Roemenen hun kinderen achter. Volgens de berekeningen van Alexandru Gulei, maatschappelijk werker van Alternative Sociale, moeten minstens 350 duizend Roemeense kinderen het zonder één van beide ouders stellen; 126 duizend van hen zouden er zelfs helemaal alleen voorstaan. Het vertrek van hun ouders laat dan ook catastrofale sporen na. Ook zijn echtscheidingen talrijk.

    Er stonden tentjes op het nauwe strand en bovenop de klip was het nokvol met caravans. Naaktlopers en kampeerders waren hier nog de laatste ‘frontiers’. Het was er vrij en kostte niets. Wel waren er nog de permanente controles van de politie en de ‘jandarmeria’.

    Wij vroegen de gendarmes hoe de teloorgang van dat mystieke vrije gevoel van ‘free way of thinking in the mind’ geschiedde. Ze antwoorden ons kort, vreugdeloos en bondig: “money, the power of the money.”

    Wij overnachtten, ook bovenop de klippen (wegens plaatsgebrek met zicht op zee) op een nabijgelegen bouwwerf van een toekomstig hotel. Het werk gebeurde hier nog zonder kranen en het cement voor de metsers, ouderwets in een betonmolen gemaakt, met emmertjes naar bovengetrokken door twee man aan een lange koord door middel van een takel, slavenarbeid. Ze hadden er een heuse dagtaak aan. 10 à 12 man telden we die aan het werk waren per bouwwerf. Als de misbaksels afgewerkt - liefst zo goedkoop mogelijk, ergens ontworpen op de architectentekentafel met behulp van een computer voor de vakantieganger, zonder rekening te houden met de Roemeense bouwkunst - zal de vrouwelijke toerist hier later op het strand topless gekleed in een niemendalletje en het onmisbare mobieltje voor een selfie in de linkerhand, zonder schaamte ‘vrij’ kunnen zonnen. Nog eens: is het glas nu half leeg of half vol?

    01-02-2014 om 11:07 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Foto's Vama Veche

    01-02-2014 om 11:03 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Transfagaras (RO)

    De Transfagaras

    Deze bergpas (7c) loopt van Pitesti, Curtea de Arges, Vidraru en Cartisara (DN1) over 90 km door het Fagarasgebergte (Karpaten), met de hoogste bergen van Roemenië (Moloveanu, 2544 m.) Het is enkel toegankelijk voor verkeer van juni tot september. Een gedeelte is het hele jaar door berijdbaar vanuit het noorden door de Baleavallei tot Lacul Balea, waar een ‘telecabina’ vanuit het noorden tot Capra Chalet, 1520 m, toeristen en bergbeklimmers naar 2.040 m hoogte tilt.

    Het verkeer kruipt aan de top verder door één kilometer lange tunnel. Op een hoogte van 2.000 m dondert een reusachtige waterval, de Capra Cascada, naar de vallei. Lager loopt de weg evenwijdig aan het Vidrarustuwmeer en moet je over een imposante afdamming. Daarna volgt een nauwe bergkloof met op het einde de middeleeuwse Poenarivesting dat de toegang eeuwen bewaakte. Vlad Tepes (Dracula) zou hier verbleven hebben. Na 25 km kom je Curtea de Arges.

    Ceausescu

    De Transfagaras werd in vier en half jaar gebouwd door het leger. Van maart 1970 tot 20 september 1974. Naar aanleiding van de Sovjetinvasie in Tsjecho-Slowakije in 1968 besloot Ceausescu een strategische militaire weg aan te leggen om zo snel als mogelijk zijn troepen van de ene zijde van de Karpaten naar de andere kant te kunnen verplaatsen. Het werk koste een fortuin en tientallen soldaten stierven gedurende de werkzaamheden. Op 20 september opende de dictator die weg, die tot zijn val 1989 naar hem werd vernoemd.

    De weg heeft geen economische waarde en is vrij van zwaar vrachtverkeer. Deze ongelooflijke en indrukwekkende ‘highway across the hill’ is er enkel nog voor de toerist. Volgens ons, met de Trollenveien in Noorwegen, de mooiste bergpas van Europa.

    In 2004 deden we er twee dagen over. Overnachten, komende vanuit richting Curtea de Arges, op de parking van het Paltinuklooster (Argesului). Ook op de top is er de mogelijkheid om met de zwerfauto op een parking te overnachten. De talrijke tentjes aan het Salvamont gebouw (reddingsdienst) getuigen van een ruime belangstelling voor het bergtoerisme (www.belea-tourism.ro.)

    2013

    Dit jaar was het voor ons de derde maal dat we deze weg namen. We ontvluchten de Zwarte Zeekust waar de hoge temperatuur enkel leefbaar was door de koelte van de zeebries. Vanuit Vama Veche reden we in een non-stop door naar Curtea de Arges (650 km). De temperatuur was er ’s avonds nog 32 graden. In de auto 38°C.

    Het klooster Argesului is een prachtig en uniek architecturaal bouwwerk. Het trekt massa’s gelovigen en toeristen. We bezochten het en overnachtten terug op de parking aan het klooster. ’s Anderdaags begonnen we met de beklimming van de rotswand.

    Op de top zouden we twee dagen blijven om te recupereren van de hitte. De daar heersende bergkoelte was: dag 22°C – nacht 13°C (parking 20 lei/ 24 uur,).

    De zaterdag was het op de parking een chaos. De parkwachters lieten iedereen toe (10 lei) en trokken er zich niets van aan dat het al stampvol was. De mensen zochten de bergen op omdat het in de steden te heet was.

     De zondag begon onze definitieve tocht richting België. De afstand naar de Hongaarse grens was nog 350 km. De weg E68/A7 liep doorheen snelheidafremmende dorpen met kilometers lange lintbebouwing en steden (Sebiu en Arad). Na Arad konden we vignetjes kopen in de talrijke standjes langsheen de route voor alle Balkanlanden, Hongarije en Oostenrijk incluis (Roemenië handhaafde de grenscontrole want het land behoorde nog niet tot de Shengenzone en bood dus geen vrije doorgang. De vrachtwagens stonden hier dan ook nog kilometers aan te schuiven.)

    Hongarije

    Tot Mako, ook door lintbebouwing (40 km/h) en daarna op volle bak stoomden we over de A5 naar Boedapest, ring M0 en M7. We zochten vervolgens via de nationale baan 84 het plaatsje Sarvar op (www.sarvar.hu.) Op dit moment had hier de 33ste International vijf daagse ‘Folklore Festival’ plaats met deelname van negen landen.

    Foto's Handel op de bergtop en het Argesului.

    01-02-2014 om 10:24 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Foto's Tansfagaras

    01-02-2014 om 10:16 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Foto Transfagaras
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    %%%FOTO1%%%

    01-02-2014 om 09:56 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hongaarse fürdös

    De Hongaarse fürdö

    Fürdö betekend Hongaars voor een spa, een kuuroord dus. Naast het hotel beschikt dit kuuroord over een vier sterren thermale camping. Het heeft, zoals op vele plaatsen in Hongarije, een enorm gemengd badencomplex dat door kookheet roestig water verwarmd wordt. Dit water stijgt gratis uit de aardbodem op na aardolieproefboringen. De roestkleur wordt veroorzaakt door ijzeroxide. Hongarije heeft geen zeekust. Wel het druk bezochte Balatonmeer. De Fürdö ’s zijn dan een prachtig alternatief voor dit land met zijn zomerse oververhitte poesta’s (www.sarvarfurdo.hu; www.thermalcamping.com)

    Foto’s: Het dak van de fürdö van Mako en de binnen- en buitenheilbaden van Sarvar.

    De rest van de reis doorheen Oostenrijk en Duitsland was; ‘autobahnromantik’.

    De la revedere, dos wiedaniya

    Erik en Eliane

    01-02-2014 om 09:34 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hongaarse fürdö's



    01-02-2014 om 09:32 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    31-01-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Oost-Europa herontdekt

    Een hondsverhaal.

    Erik maakt blogs. Bazinnetje doet het en Malika doet het, zeg…, mag ik ook soms eens? Mag het? Echt?

    Charlottje

    Op reis gaan met baasjes is leuk, er wordt veel gewandeld en ik mag veel buiten liggen. Tot daar is alles OK. Vervelens is, wanneer een andere hond mij voorbij loop, ik altijd moet blaffen, niet alleen om de aandacht te trekken van de ladydogs, maar ook om op onze zaken te letten, want met die zwerfhonden weet je maar nooit. Je maaltijd is zo verorberd als ze de kans krijgen.

    Nu en dan kan ik een sok van het baasje te pakken krijgen, soms een dagblad of plastieken zak die ik in reepjes trek om mijn eetpot toe te dekken. Ik moet toch met iets bezig zijn en mijn voorraad in veiligheid stellen voor al die macho’s die hier voorbij slenteren. Ik mag er niet aan denken of mijn nekhaar staat recht…

    Gelukkig zijn we hier op een goede camping beland, veel schaduw onder de bomen. Voor mijn baasje te veel loslopende honden van klein tot groot en alles wat er tussen zit. Tussen ons gezegd en gezwegen. Er zitten curieuze modellen tussen. Voor mij soms schoon ‘volk’. Nu en dan wordt er wat geneusd. Wel met de honden aan een leiband, want met mijn vampierverleden heb ik toch bijna bloed geproefd van een kleine zeer agressieve rat: roshaar, 30 cm lang, 12 cm hoog. Het is van het kleine grut dat je het moet hebben, zeker om vijf uur ‘s morgens. Gelukkig was mijn bazinnetje vlug genoeg om erger te voorkomen.

       als we in de namiddag eens aan het wandelen waren kwam er van achter een tent een bruin geval aangelopen en lied zich met volle overgave pardoes op haar rug vallen, juist voor mijn poten… ik had geen tijd om er eens rustig bij na te denken. Ik werd naar de wagen gesleurd. Baasje boos roepende: “ik wil geen vlooien in mijn bed!” Nu zit ik hier binnen opgesloten met de deur open op een kiertje. ’s Anderendaags van het zelfde laken een broek. Dat jonge grietje kon het niet laten. Ze had waarschijnlijk een boontje voor mij. Vier maal daags kwam ze me zo vrolijk opzoeken met resultaat dat ik terug binnen vloog, mijn buitenwereldje werd nog kleiner. Wat nu? Dat kon zo niet blijven duren. Zonder iets te zeggen had mijn bazinnetje bij de eerste boodschap in de supermarkt op zoek geweest naar een middel tegen teken en vlooien.

    Bij mijn eerste weerzien met lady Charlotte – ik heb haar zo genoemd voor haar lange slanke ‘café-con-laitsje’ kleurige poten, korte vacht en zeer donkerbruine muil die me deed denken aan lekkere zwarte chocolade was ze is heel lief en maar likjes geven, wat een heerlijk gevoel!

    Baasje was niet tevreden dat de vlooienbak terug was. Wel had hij al enkele malen de hond zonder morren toegelaten zodat het bazinnetje enkele grote teken uit haar kop kon peuteren.

    Bazinnetje zei niets terwijl ik voor de zoveelste keer binnen opgesloten zat, haalde ze een pakje en een schaar uit haar zak. Charlotte, die er zich niets van aantrok dat ik binnen zat en rustig voor de deur op haar rug bleef liggen, kreeg een krachtig anti-insectenmiddel op haar huid gewreven en om het af te werken een snoepje bovenop.

    De volgende dag, de zelfde routine alsof ze maar een uur weg was geweest. Na een grondige inspectie werden geen sporen van teken noch vlooien meer aangetroffen. Sinds die dag mag het jonge ding mij bezoeken.Ze komt nog steeds uit het niets al huilende: ‘Ik heb je zo gemist. Ik heb je al jaren niet meer gezien!” om te eindigen met de Franse cancan show grandécar, plat op haar buik met haar poten op de grond uitgestrekt om zo vlak voor mijn neus te belanden. Wouw, wat een zicht! Ik krijg van haar grote tong een natte wasbeurt. Wat ze het liefst heeft is dat bazinnetje onder haar kin en op haar borst wrijft. Dan ligt ze warempel te kreunen van de deugd.

    Spijtig dat ze zo lange poten heeft, want ze stond mij wel aan. Maar ze moet wel uit mijn eetpot blijven. Niet te familiair worden, lady.

    Sloeber, zomer 2013

     

    31-01-2014 om 16:49 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Oost-Europa herontdekt
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    %%%FOTO1%%%

    31-01-2014 om 16:47 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Oost-Europa herontdekt

    Weldra nieuwe blog: Oost-Europa herontdekt

    De camper mijn huis, de wereld mijn thuis

    In hun camperreisverslag Oost-Europa herontdekt bezoeken de auteurs vroeger bezochte locaties en becommentariëren de veranderingen. Het werd een aangenaam weerzien met vrienden, wrevel tot hilariteit met vervelende grenscontroles, problemen met vignetten, de tot op het bot versleten Oekraïense wegen, het ongewenste Romavolk en getolereerde strandnaaktloperij, woede over de corrupte regeerders van het Nieuwe Europa (euro’s si, Europa no!) de ontwapenende glimlach van een kind, de eerbied voor de welzijnswerkers, een lange winter, een te hete zomer en het vrije camperleven met regels, die moeten gerespecteerd worden

    Deze gepubliseerde teksten en foto's zijn de laatste bladzijden van het gehele verhaal. Ik moet wel van onder naar boven werken. Hopelijk eind volgende week is het verhaal al. Verontschuldigd, Erik

    31-01-2014 om 16:46 geschreven door Erik F. Baeyens

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 27/01-02/02 2014

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!