Voor ouders, hulpverleners, en leerkrachten, die zich zorgen maken over kinderen, met Hechtingsprobleem, Hechtingsproblemen, hechtingsstoornis, hechting, gehechtheid, ouders, babys, kinderen, pleegkinderen, stiefkinderen,jeugd, volwassenen, hulpverleners, onderwijs, jeugdzorg
1 In de meeste situaties opmerkelijk verstoorde en niet aan de ontwikkeling aangepaste sociale relatievormen, optredend voor het 5e jaar en duidelijk zichtbaar in: * een voortdurend mislukken om op een aan de leeftijd aangepaste wijze sociale interacties te stellen of erop te antwoorden, zoals duidelijk door overdreven geremde, overalerte of erg ambivalente en tegenstrijdige reacties; * een gebrek aan duidelijke bindingen, wat blijkt uit en onvermogen om in sociale relaties een onderscheid des persoons te maken, met een duidelijk onvermogen om op die verschillende personen passend te reageren.
2 De stoornis mag niet te wijten zijn aan een algemene ontwikkelingsstoornis zoals een mentale handicap, of een symptoom zijn van een pervasieve ontwikkelingsstoornis zoals het autisme.
3 Er moeten sporen zijn van een vroegkinderlijke verwaarlozing:
* voortdurende veronachtzaming van emotionele basisbehoeften (koestering, troost, aanmoediging van het kleine kind); * verwaarlozing van de fysieke basisbehoeften (verzorging, voeding); * herhaaldelijke wisseling van basisverzorgers, waardoor geen stabiele hechtingen mogelijk waren.
4 Men mag veronderstellen dat de verwaarlozing onder punt 3 verantwoordelijk is voor het gestoorde gedrag, dat ook volgde op die verwaarlozing.
⢠onder te verdelen in: * het geremde type * het ontremde type
De afkorting DSM-IV staat voor: -Diagnostic -Statistical -Manual (of mental disorders) -IV, vierde versie
Historische achtergrond De DSM is een publikatie van de American Psychiatric Association. De eerste versie verscheen in 1952; de tweede in 1968 en de derde versie in 1980. Van de derde versie kwam in 1987 een herziene versie uit: de DSM-III-R. Een vierde, huidige versie verscheen in 1994. In 2000 verscheen een text revision de DSM-IV TR. De doelstellingen van waaruit het handboek werd samen gesteld waren de volgende: -een diagnostisch model dat niet gebaseerd is op een (etiologisch) verklaringsmodel -eenduidige en betrouwbare diagnostische categorieën Het diagnostisch systeem is inmiddels internationaal aanvaard, ondanks de (terechte) kritiek die op een aantal punten mogelijk is.
De werkwijze De DSM-IV is een diagnostisch systeem waarbij patiënt op vijf assen beoordeeld wordt en op grond van deze beoordeling een code of een score op desbetreffende as krijgt. As I: Klinische syndromen en/of andere aandoeningen en problemen die een reden voor zorg kunnen zijn As II: Persoonlijkheidsstoornissen; Zwakzinnigheid; zwakbegaafdheid As III: Lichaamlijke ziekten of aandoeningen As IV: Psychosociale en omgevingsfactoren As V: Algemene beoordeling van functioneren Toelichtingen bij de assen. As I - klinische syndromen en/of andere aandoeningen en problemen die een reden voor zorg kunnen zijn. Deze bevat de classificatie van psychi(atri)sche stoornissen Het systeem werkt met: -insluitingscriteria -uitsluitingscriteria -in een aantal gevallen duur en/of beloop van de verschijnselen Tevens worden op As-I aandoeningen en problemen die een reden voor zorg kunnen zijn gecodeerd, behoudens zwakegaafdheid(As-II).
As II - Zwakzinnigheid, zwakbegaafdheid en persoonlijkheidsstoornissen Met persoonlijkheid bedoelen we een voor elke persoon kenmerkend ('karakter')patroon van interactie met de wereld en zichzelf (een soort ' levensstijl'). Gezien de uitgebreide variëteit aan persoonlijkheidstrekken en hun diverse accentueringen, mede gekleurd door socioculturele factoren, is het moeilijk hier een beperkende ordening aan te brengen en normaliteit van stoornis te scheiden. Vandaar dat deze as het meest ter discussie staat. Persoonlijkheidstrekken en afweermechanismen kunnen ook op deze as vermeld worden (geen code) As III - lichamelijke stoornissen en aandoeningen Deze as biedt de mogelijkheid een lichamelijke stoornis (ziekte, aandoening, handicap; gecodeerde volgens de ICD-9`CM indeling van somatische stoornissen) te vermelden wanneer deze belangrijk wordt geacht voor het gestoord functioneren en/of de behandeling van de patiënt. Het kan dan gaan om een aandoening (b.v. een neurologische ziekte) die oorzakelijk samenhangt met de psychische stoornis (b.v. dementie, vermeld op as I). In andere gevallen heeft de lichamelijke aandoening geen etiologische betekenis, maar wel een therapeutisch belang (b.v. suikerziekte bij een kind met een gedragsstoornis). As IV -Psychosociale en omgevingsfactoren Op de As-IV worden psychosociale en omgevingsfactoren vermeld, die van invloed zijn op de behandeling van een as I of as II-stoornis. Ook positieve gebeurtenissen (nieuwe baan, verhuizing e.d.),die een stress factor vormen die van invloed zijn op de behandeling van AS-I en/of As-II kunnen hier vermeld worden. As V - globale beoordeling van het functioneren. Men gebruikt hiervoor de GAF-schaal. Hier wordt het psychisch, maatschappelijk en beroepsmatig functioneren globaal beoordeeld volgens een hypothetisch continuum, gaande van geestelijke gezondheid (heeft men slechts alledaagse probleempjes, dan krijgt men een cijfer tussen 81 en 90) tot ernstige stoornis (een suïcidepoging met duidelijke bedoeling van zelfdoding wordt gecodeerd tussen 1 en 10). Men kijkt enerzijds naar hoe patient sociaal functioneert anderzijds naar zijn symptomatologie. De laagste score in een van beide is de GAF-score Naast een niveau van functioneren op het tijdstip van beoordeling moet men ook een schatting maken van het hoogste niveau in het afgelopen jaar. Ook hier kan men kritiek uiten op het gebruik van een schaalcodering. Toch is (de basisgedachte toe te juichen: het laat toe (samen met as IV) beoordeling in een ruimer kader en tijdsperspectief te plaatsen en rekening te houden met 'gezonde' aspecten in het psychosociaal functioneren. Zo krijgt een bepaalde stoornis op as I (b.v. een depressie) meer genuanceerde betekenis of vorm, wanneer men deze 'figuur' plaatst tegen de 'achtergrond' van het dagelijks leven in het afgelopen jaar assen IV en V).