Inhoud blog
  • Nieuw screeningsprogramma voor zwangere vrouwen
  • Hechtingsstoornis
  • Gehechtheid bij kinderen
  • Reactieve hechtingsstoornis
  • Infant Mental Health sociaal-emotionele problematiek bij risicobaby's
    Foto
    Foto
    Foto
    Zoeken in blog

    Zoeken met Google


    Foto
    forum

    Druk op onderstaande knop om te reageren in mijn forum

    Mailinglijst

    Geef je e-mail adres op en klik op onderstaande knop om je in te schrijven voor de mailinglist.


    Laatste commentaren
  • Zwaarlijvigheid (Claudine)
        op Iedereen Borderline?
  • Hechtingsprobleem

    Voor ouders, hulpverleners, en leerkrachten, die zich zorgen maken over kinderen, met Hechtingsprobleem, Hechtingsproblemen, hechtingsstoornis, hechting, gehechtheid, ouders, babys, kinderen, pleegkinderen, stiefkinderen,jeugd, volwassenen, hulpverleners, onderwijs, jeugdzorg
    29-10-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Iedereen Borderline?
    Iedereen ‘borderline’?      
    woensdag, 27 oktober 2010 07:09

    “De laatste twintig jaar zijn er opvallend meer mensen met borderline”, stelt psychiater Dirk De Wachter vast. Borderline is een persoonlijkheidsstoornis. Mensen met borderline hebben sterke wisselingen in stemmingen, gedachten en gedrag. Ze zijn enorm impulsief, denken vaak zwart-wit of reageren extreem. Relaties lopen moeilijk en wisselen sterk.

    Scheelt er iets met onze hersenen? “Nee, de wereld is in één generatie gewoon heel erg veranderd”, stelt De Wachter.

    De Wachter formuleert negen kenmerken van de mens anno 2010. Hij vergroot daarmee maatschappelijke trends uit. Welke zijn ook op jou van toepassing?

    O   Je vindt het leven soms zinloos en leeg

    Dirk De Wachter: “Hoe vinden we zin in ons bestaan? Die zin zit in relaties met mensen, met geliefden. Maar ook in zorgberoepen, in zinvol bezig zijn met mensen. De zorgsector en het onderwijs zijn niet ‘cool’. De reclamesector, de media, design en esthetiek wel. Vraag aan jonge mensen hoe de wereld is en ze antwoorden: fast, short, kicking and new. Al de rest is bo-o-o-oring.”

    O    Je handelt nogal eens impulsief

    Dirk De Wachter: “We leven op de top van onze driften. We hebben seks omdat we willen genieten of omdat we moeten genieten. Om te genieten hebben we middelen nodig: soft- en harddrugs, maar ook slaap- en kalmeermiddelen. We eten ongezond: zwaarlijvigheid is een enorm probleem. Ook geld geven we impulsief uit: meer en meer mensen vragen schuldbemiddeling of krijgen loonbeslag. We consumeren vóór het geld er is.”

    O   Je kunt je agressie niet altijd kwijt

    Dirk De Wachter: “Agressie heeft altijd bestaan. Oorlog kanaliseert de agressie in een maatschappij. Onze jongens gingen het geloof of de natie verdedigen in de loopgraven. Maar er zijn geen grote verhalen meer. Dus vindt die agressie via onaangepaste vormen zijn uitweg in onze maatschappij: hooliganisme, verkeersagressie, steeds driester wordende criminaliteit. Op tv vallen de doden bij bosjes. De doorsnee computerspelletjes bevatten een enorme dosis agressiviteit. Kunnen onze kinderen een onderscheid maken tussen zo’n spelletje en de realiteit?”

    O   Je bent een emotionele rollercoaster

    “Jongeren zitten de hele week tegen hun zin op school, en kijken uit naar de kicks in het weekend”

    Dirk De Wachter: “We surfen op de golven van onze emoties: ups en downs wisselen heel snel af. Wij kijken uit naar onze volgende citytrip, shortski, een avontuurlijke reis. En daarna volgt de down: werken. Jongeren zitten de hele week tegen hun zin op school, en kijken uit naar de kicks in het weekend. En dan sta je op de Mount Everest en krijg je een geweldige kick. Maar je moet terug naar beneden.”

    O   Hypes en trends beïnvloeden je

    Dirk De Wachter: “De media bepalen de werkelijkheid. Plots ontstaan er hypes. Maar ondertussen draait de werkelijke wereld verder. Mooi voorbeeld: de Witte Mars van tien jaar geleden. Een miljoen mensen op straat voor de hervorming van justitie. Maar justitie is de voorbije tien jaar heel weinig veranderd. Die uitvergrote hype is een zeepbel, de realiteit gaat gewoon verder en er gebeurt niets.”

    O   Je weet soms niet meer wie je bent

    Dirk De Wachter: “Wie ben ik? Waar kom ik vandaan? Wat is de zin van ons bestaan? Op die vragen hebben we geen antwoord. Generaties lang toonden de Kerk of onze ouders ons hoe te leven. Nu worden jonge mensen via televisie, computer en reclamecultuur geconfronteerd met massa’s modellen. En ouders weten het ook niet meer. De sekserollen vervagen. Koppels verdelen de huishoudelijke taken met veel enthousiasme. Dan komen er kinderen. En dan kiest toch weer de man voor de carrière. Nu zegt Weekend Knack hoe we moeten leven. Dat is onze norm geworden. Welk restaurant, welke auto, welk kapsel we moeten kiezen. ‘Ik ben hoe ik eruit zie’. Op Facebook, in games nemen jongeren een virtuele identiteit aan, doen zich voor als iemand anders. Zo dreigen ze het contact met de realiteit te verliezen.”

    O   Je bent bang om eenzaam te zijn

    “Maar als we oud en afhankelijk worden, zal Skype onze poep niet afkuisen”

    Dirk De Wachter: “De mens is bang om alleen te vallen. We denken dat we ons eigen leven kunnen vormgeven. We willen kiezen met wie we ons leven delen, of we kinderen willen, waar we werken, wonen, op vakantie gaan. Kortom: we willen onze goesting doen. De prijs van die vrijheid is de eenzaamheid, omdat de andere mensen ook hun goesting willen doen. De kans is dan ook zeer groot dat geliefden andere keuzes maken en dat we verlaten worden. Het gezin als hoeksteen van de maatschappij bestaat niet meer. Onze geliefden, onze ouders verlaten ons, onze kinderen gaan via Erasmus studeren in Rio, trouwen daar met een Braziliaan, en blijven via Skype met ons in contact. Maar als we oud en afhankelijk worden, zal Skype onze poep niet afkuisen. We blijven vereenzaamd achter.”

    O   Je hecht extreem veel belang aan hoe je eruitziet

    Dirk De Wachter: “We hechten enorm veel belang aan de lichaamscultuur, aan hoe we eruitzien: kapsel, kledij en versiering van ons lichaam. De tatoeage- en piercingcultuur bepaalt wie we zijn. We willen een extreme make-over bij de plastisch chirurg. Geluk lijkt af te hangen van de grootte van je cup, een rechte neus, perfecte schaamlippen. Maar de grens tussen jongeren die in hun armen snijden omdat ze zich slecht voelen en plastische ingrepen is erg dun. Ook over onze dood willen we zelf beslissen. We willen zelf bepalen: nu is het genoeg geweest.”

    O   Je relaties zijn intens, maar instabiel

    “We willen nú genieten, niet na de dood, want we weten niet of er nog iets komt”

    Dirk De Wachter: “Relaties werden tot honderd jaar geleden ‘geregeld’. Mensen beslisten daarover niet zelf. Er waren geen echtscheidingen en de relaties waren stabiel. Wij daarentegen worden verliefd en daarop bouwen we onze relaties. Maar die zijn per definitie instabiel. Gevolg: het gemiddelde huwelijk in België duurt 12,5 jaar, genoeg om kinderen op de wereld te zetten en dan voor ander en beter te gaan. In onze wegwerpcultuur consumeren wij relaties tot ze op zijn. We geven elkaar enkel ons jawoord in goede dagen. Partners die ziek worden, worden heel dikwijls verlaten. Mensen kunnen nog moeilijk leven met tekorten, met ernstige trauma’s. Maar kwetsuren zijn onvermijdelijk in ons bestaan. We willen nú genieten, niet na de dood, want we weten niet of er nog iets komt.”

    Voldoe je aan minstens vijf van de negen kenmerken? “Dan is de diagnose borderline”, zegt prof. Dirk De Wachter. Zijn we dan allemaal ziek en moet de wereld genezen worden?

    “We zijn allemaal ‘niet-patiënten’. Tot er iets gebeurt”

    Dirk De Wachter: “Al wie niet meedraait in ons gekmakende kapitalistische systeem, krijgt van onze samenleving een psychiatrisch label, zoals borderline. We zijn allemaal ‘niet-patiënten’. Tot er iets gebeurt. Sommige patiënten weten zich staande te houden ten koste van anderen. En die noemen we dan geen patiënten, maar wel: ‘geslaagd’. Als het succes stopt, als we ons werk, onze geliefde, onze gezondheid, onze kinderen verliezen, komen we in de miserie terecht en vallen we uit de boot.”

    Bron: klasse.be

    Iedereen ‘borderline’?      
    woensdag, 27 oktober 2010 07:09

    “De laatste twintig jaar zijn er opvallend meer mensen met borderline”, stelt psychiater Dirk De Wachter vast. Borderline is een persoonlijkheidsstoornis. Mensen met borderline hebben sterke wisselingen in stemmingen, gedachten en gedrag. Ze zijn enorm impulsief, denken vaak zwart-wit of reageren extreem. Relaties lopen moeilijk en wisselen sterk.

    Scheelt er iets met onze hersenen? “Nee, de wereld is in één generatie gewoon heel erg veranderd”, stelt De Wachter.

    De Wachter formuleert negen kenmerken van de mens anno 2010. Hij vergroot daarmee maatschappelijke trends uit. Welke zijn ook op jou van toepassing?

    O Je vindt het leven soms zinloos en leeg

    Dirk De Wachter: “Hoe vinden we zin in ons bestaan? Die zin zit in relaties met mensen, met geliefden. Maar ook in zorgberoepen, in zinvol bezig zijn met mensen. De zorgsector en het onderwijs zijn niet ‘cool’. De reclamesector, de media, design en esthetiek wel. Vraag aan jonge mensen hoe de wereld is en ze antwoorden: fast, short, kicking and new. Al de rest is bo-o-o-oring.”

    O Je handelt nogal eens impulsief

    Dirk De Wachter: “We leven op de top van onze driften. We hebben seks omdat we willen genieten of omdat we moeten genieten. Om te genieten hebben we middelen nodig: soft- en harddrugs, maar ook slaap- en kalmeermiddelen. We eten ongezond: zwaarlijvigheid is een enorm probleem. Ook geld geven we impulsief uit: meer en meer mensen vragen schuldbemiddeling of krijgen loonbeslag. We consumeren vóór het geld er is.”

    O Je kunt je agressie niet altijd kwijt

    Dirk De Wachter: “Agressie heeft altijd bestaan. Oorlog kanaliseert de agressie in een maatschappij. Onze jongens gingen het geloof of de natie verdedigen in de loopgraven. Maar er zijn geen grote verhalen meer. Dus vindt die agressie via onaangepaste vormen zijn uitweg in onze maatschappij: hooliganisme, verkeersagressie, steeds driester wordende criminaliteit. Op tv vallen de doden bij bosjes. De doorsnee computerspelletjes bevatten een enorme dosis agressiviteit. Kunnen onze kinderen een onderscheid maken tussen zo’n spelletje en de realiteit?”

    O Je bent een emotionele rollercoaster

    “Jongeren zitten de hele week tegen hun zin op school, en kijken uit naar de kicks in het weekend”

    Dirk De Wachter: “We surfen op de golven van onze emoties: ups en downs wisselen heel snel af. Wij kijken uit naar onze volgende citytrip, shortski, een avontuurlijke reis. En daarna volgt de down: werken. Jongeren zitten de hele week tegen hun zin op school, en kijken uit naar de kicks in het weekend. En dan sta je op de Mount Everest en krijg je een geweldige kick. Maar je moet terug naar beneden.”

    O Hypes en trends beïnvloeden je

    Dirk De Wachter: “De media bepalen de werkelijkheid. Plots ontstaan er hypes. Maar ondertussen draait de werkelijke wereld verder. Mooi voorbeeld: de Witte Mars van tien jaar geleden. Een miljoen mensen op straat voor de hervorming van justitie. Maar justitie is de voorbije tien jaar heel weinig veranderd. Die uitvergrote hype is een zeepbel, de realiteit gaat gewoon verder en er gebeurt niets.”

    O Je weet soms niet meer wie je bent

    Dirk De Wachter: “Wie ben ik? Waar kom ik vandaan? Wat is de zin van ons bestaan? Op die vragen hebben we geen antwoord. Generaties lang toonden de Kerk of onze ouders ons hoe te leven. Nu worden jonge mensen via televisie, computer en reclamecultuur geconfronteerd met massa’s modellen. En ouders weten het ook niet meer. De sekserollen vervagen. Koppels verdelen de huishoudelijke taken met veel enthousiasme. Dan komen er kinderen. En dan kiest toch weer de man voor de carrière. Nu zegt Weekend Knack hoe we moeten leven. Dat is onze norm geworden. Welk restaurant, welke auto, welk kapsel we moeten kiezen. ‘Ik ben hoe ik eruit zie’. Op Facebook, in games nemen jongeren een virtuele identiteit aan, doen zich voor als iemand anders. Zo dreigen ze het contact met de realiteit te verliezen.”

    O Je bent bang om eenzaam te zijn

    “Maar als we oud en afhankelijk worden, zal Skype onze poep niet afkuisen”

    Dirk De Wachter: “De mens is bang om alleen te vallen. We denken dat we ons eigen leven kunnen vormgeven. We willen kiezen met wie we ons leven delen, of we kinderen willen, waar we werken, wonen, op vakantie gaan. Kortom: we willen onze goesting doen. De prijs van die vrijheid is de eenzaamheid, omdat de andere mensen ook hun goesting willen doen. De kans is dan ook zeer groot dat geliefden andere keuzes maken en dat we verlaten worden. Het gezin als hoeksteen van de maatschappij bestaat niet meer. Onze geliefden, onze ouders verlaten ons, onze kinderen gaan via Erasmus studeren in Rio, trouwen daar met een Braziliaan, en blijven via Skype met ons in contact. Maar als we oud en afhankelijk worden, zal Skype onze poep niet afkuisen. We blijven vereenzaamd achter.”

    O Je hecht extreem veel belang aan hoe je eruitziet

    Dirk De Wachter: “We hechten enorm veel belang aan de lichaamscultuur, aan hoe we eruitzien: kapsel, kledij en versiering van ons lichaam. De tatoeage- en piercingcultuur bepaalt wie we zijn. We willen een extreme make-over bij de plastisch chirurg. Geluk lijkt af te hangen van de grootte van je cup, een rechte neus, perfecte schaamlippen. Maar de grens tussen jongeren die in hun armen snijden omdat ze zich slecht voelen en plastische ingrepen is erg dun. Ook over onze dood willen we zelf beslissen. We willen zelf bepalen: nu is het genoeg geweest.”

    O Je relaties zijn intens, maar instabiel

    “We willen nú genieten, niet na de dood, want we weten niet of er nog iets komt”

    Dirk De Wachter: “Relaties werden tot honderd jaar geleden ‘geregeld’. Mensen beslisten daarover niet zelf. Er waren geen echtscheidingen en de relaties waren stabiel. Wij daarentegen worden verliefd en daarop bouwen we onze relaties. Maar die zijn per definitie instabiel. Gevolg: het gemiddelde huwelijk in België duurt 12,5 jaar, genoeg om kinderen op de wereld te zetten en dan voor ander en beter te gaan. In onze wegwerpcultuur consumeren wij relaties tot ze op zijn. We geven elkaar enkel ons jawoord in goede dagen. Partners die ziek worden, worden heel dikwijls verlaten. Mensen kunnen nog moeilijk leven met tekorten, met ernstige trauma’s. Maar kwetsuren zijn onvermijdelijk in ons bestaan. We willen nú genieten, niet na de dood, want we weten niet of er nog iets komt.”

    Voldoe je aan minstens vijf van de negen kenmerken? “Dan is de diagnose borderline”, zegt prof. Dirk De Wachter. Zijn we dan allemaal ziek en moet de wereld genezen worden?

    “We zijn allemaal ‘niet-patiënten’. Tot er iets gebeurt”

    Dirk De Wachter: “Al wie niet meedraait in ons gekmakende kapitalistische systeem, krijgt van onze samenleving een psychiatrisch label, zoals borderline. We zijn allemaal ‘niet-patiënten’. Tot er iets gebeurt. Sommige patiënten weten zich staande te houden ten koste van anderen. En die noemen we dan geen patiënten, maar wel: ‘geslaagd’. Als het succes stopt, als we ons werk, onze geliefde, onze gezondheid, onze kinderen verliezen, komen we in de miserie terecht en vallen we uit de boot.”

    Bron: klasse.be  http://www.klasse.be/ouders/24113/iedereen-borderline/

    29-10-2010 om 21:44 geschreven door Webmaster

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    19-09-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Erasmus MC opent centrum psychiatrie en zwangerschap

    Erasmus MC opent centrum psychiatrie en zwangerschap

    Een op de tien vrouwen heeft tijdens de zwangerschap psychische hulp nodig. Psychische problemen van de moeder kunnen de ontwikkeling van de baby ongunstig beïnvloeden, maar worden tijdens de zwangerschap of kort na de bevalling vaak niet herkend. Zowel bij beroepskrachten als patiënten lijken psychische problemen rond de geboorte van een kind nog taboe, aldus het Erasmus MC.
    Meer informatie: www.lkpz.nl
    Bron: Erasmus Medisch Centrum
    Zie ook:
    02-06-2010 - Angst bij zwangere leidt tot gedragsprobleem kind Link
    18-05-2010 - Angstige moeder krijgt vaker kleine droeve baby Link
    04-05-2010 - Gedragsproblemen ontstaan al tijdens zwangerschap
    Link

    19-09-2010 om 14:05 geschreven door Webmaster

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    03-06-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Sluit de baby opvang

    Sluit de babyopvang

    Marilse Eerkens, 03-06-2010 14:2
    buiten_slapen_kinderdagverblijf_300
    Het wordt tijd dat er serieuze aandacht komt voor het probleem waar veel ouders mee worstelen: hoe kan ik mijn werk en het ouderschap zo combineren dat mijn kinderen daar niet het slachtoffer van worden?

    Recent onderzoek van orthopedagoog Esther Albers toont aan dat baby’s veel meer stress hebben in de crèche dan thuis – hou ze een jaar thuis, is haar advies. Acht jaar geleden wees hoogleraar Ontwikkelingspsychologie Marjan Riksen Walraven ook al op de kwetsbaarheid van het babybrein. Hoe lang moet het nog duren voor we maatregelen gaan nemen? De economie moet draaien, maar ten koste van wat?

    Agnes van Hoesel, de dagvoorzitter van het onlangs gehouden congres ‘Babyopvang kan beter’ windt er geen doekjes om. Jarenlang stelde ze ouders gerust die hun drie maanden oude (of jongere) baby aan haar kinderdagverblijf toevertrouwden: “voel je maar niet slecht, het is echt niet schadelijk voor je kind.” Nu ze zelf net oma is geworden durft ze dit niet tegen haar eigen dochter te zeggen. ‘Er is veel nieuwe kennis. Had ik dit maar eerder geweten.’

    Bewijs
    Toch is deze kennis niet nieuw. Het is eerder zo dat het bewijs steeds sterker wordt. Acht jaar geleden wees Marianne Riksen Walraven in haar inaugurele rede er al op dat er een duidelijk verband lijkt te bestaan tussen het aantal uren dat kinderen doorbrengen op de crèche en de kans dat ze op lange termijn te maken krijgen met sociaal-emotionele problemen. Dit verband lijkt des te sterker naarmate de kinderen op jongere leeftijd naar de crèche worden gebracht. Verder wees zij er toen al op dat baby’s voor hun ontwikkeling vastigheid en aandacht nodig hebben. Dus: veel één-op-één contact en de aanwezigheid van een sensitieve vaste leidster.

    Deze informatie viel helemaal niet in goede aarde. ‘Wilde Riksen Walraven vrouwen weer terug naar het aanrecht sturen?’ En daar bleef de discussie bij. (Dat mannen ook voor kinderen kunnen zorgen kwam in veel geëmancipeerde hoofden niet op.)

    Groei
    Ondertussen groeit het aantal kinderen dat gebruik maakt van babyopvang enorm. Nog steeds moet één leidster zorgen voor vier hele jonge kinderen. Nog steeds is er vanwege de vele parttimers en een hoog ziekteverzuimpercentage zelden sprake van een vaste leidster. En nog steeds ligt het accent op de fysieke verzorging en niet op ontwikkelingsstimulering – is het niet vanwege een gebrek aan kennis of sensitiviteit, dan is het wel vanwege een gebrek aan tijd.

    Nog steeds moet één leidster zorgen voor vier hele jonge kinderen

    De informatie voor ouders over deze ongunstige omstandigheden is gebrekkig. Het standaard commentaar is: voel je niet schuldig over de crèche, uit onderzoek blijkt dat een kind zich kan hechten aan meer dan één vaste verzorger. Dat is ook zo, maar dan hebben we het over één, hooguit twee verzorg(st)ers naast de vader en de moeder – en dat hebben de meeste crèches niet in de aanbieding. Bovendien is die hechting maar één van de vele aspecten waar je op moet letten, zoals nu weer duidelijk wordt.

    Ander veel gebezigd misverstand: ‘mijn kind heeft het heerlijk op de crèche, hij is zo rustig’. Maar nu blijkt uit onderzoek van Albers dat ook deze rustige kinderen verhoogde stresswaarden hebben. Het ene kind uit zijn gevoelens nou eenmaal anders dan het andere.

    Economen
    Maandagavond 31 mei is in de Rode Hoed gediscussieerd over de integratie van kinderopvang in het basisonderwijs. Alles wijst er op dat de kinderopvang er niet beter op gaat worden. Want wie zijn de belangrijkste deelnemers aan het debat? Drie hoogleraren economie, de jurist Ina Brouwer van de Taskforce kinderopvang, Pia Dijkstra van de Taskkforce ‘deeltijd plus’ en een aantal politici waaronder Sharon - ‘kinderopvang dat gun je ieder kind’- Dijksma. De ontwikkelingspsychologen en pedagogen schitteren weer eens door afwezigheid. Money rules!

    Het wordt tijd dat er serieuze aandacht komt voor het probleem waar veel ouders mee worstelen: hoe kan ik mijn werk en het ouderschap zo combineren dat mijn kinderen daar niet het slachtoffer van worden? Dat vraagt om een serieuze erkenning van dit onderwerp waar niemand zijn vingers aan wil branden – ‘babyopvang is een persoonlijke keuze’.

    En dat vraagt om het stimuleren van opvang die beter aansluit bij de ontwikkeling van jonge kinderen: oppas aan huis, kleinschalige opvang in een gastoudergezin of betere verlofregelingen voor ouders. Goede kans dat dit op de lange termijn meer vruchten afwerpt dan het mompelen van bezwerende mantra’s als ‘de kwaliteit van de kinderopvang moet omhoog’, het verlagen (!) van de gastouderbijdrage en verder alles bij het oude laten.

    Marilse Eerkens is psycholoog en vaste medewerker van het maandblad J/M ouders

    Sleutelwoorden bij dit artikel:

    babyopvang, marilse eerkens, creches

    03-06-2010 om 22:17 geschreven door Webmaster

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    16-05-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gehechtheid bij baby's
    Hoop

    Welke hoop en verwachting koestert de moeder als zij haar kind draagt!

    Eigen verhaal
    Ieder heeft zijn eigen verhaal
    Aanvaarden dat ons kind anders is, is geen sinecure.
    Na de zwangerschap en geboorte komt de hoop, als het maar gezond is.

    Na de geboorte
    Al snel na de geboorte komen de eerste signalen.
    De baby reageert anders dan je verwachtte.
    Daardoor ontstaat bij jou als moeder angst en onzekerheid dat je het niet goed doet. De huisarts maar ook op het consultatie bureau weet men vaak geen raad.

    Niemand gelooft moeder
    Je familie en omgeving begrijpt je niet
    Die gaat de schuld bij zichzelf zoeken.

    Muur van onbegrip
    Na de pijnlijke bewust wording van de 'handicap' van ons kind botsen we vaak op een muur van onbegrip en verwijten van familie, vrienden buren en de buitenwereld, zodat we het gevoel krijgen 'alleen' te staan met ons probleem.

    Problemen
    Wat soms tot woede en depressie kan leiden
    Er ontstaan nog meer problemen als er meer kinderen in het gezin zijn
    Je relatie komt onder druk te staan.
    Je sociale contacten worden minder, want je omgeving ziet een leuk kind zonder problemen en moeder probeert te vertellen hoe hij of zij zich thuis gedraagt.

    Problemen komen er ook met de oppas, hulpverlening, schoolkeuze enzovoort
    Hoe kun je een kind opvoeden die zich niet kan hechten.
    Geen inzicht heeft in eigen gedrag, dat alleen zwart of wit kan denken.
    Toch blijft het jouw kind. Jij hebt hem of haar gebaard.
    Je moet afstand van hem of haar nemen, een lat- relatie aangaan met je kind.
    Accepteren dat je je kind niet kan veranderen, dat je alleen je eigen opvattingen en houding kunt veranderen.

    Achterdocht
    Wanneer na een lang- soms jarenlang proces van vechten met ons zelf en ons kind, we de stap zetten naar de hulpverlening, botsen vele ouders op een nieuwe muur van 'professionele' achterdocht, indirecte (soms directe) beschuldiging en vooral (mijns inziens het pijnlijkste) het gebrek aan begrip, erkenning en waardering voor de ouderlijke inzet.
    Ieder probeert op zijn eigen manier de pijnlijke realiteit van ons kind te verwerken.

    De Knoop
    Bij “De Knoop” wordt die ervaringsdeskundigheid benut om andere ouders te helpen je neemt elkaar serieus, je hoeft niets uit te leggen, je kunt er terecht met je emoties, je vragen om informatie en hoe kan het anders?

    www.deknoop.org

    16-05-2010 om 18:41 geschreven door Webmaster

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    30-04-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Geen diagnoses meer voor probleemkinderen ouder dan 7

    Geen diagnoses meer voor probleemkinderen ouder dan 7

    De Centra voor Ontwikkelingsstoornissen (COS) moeten door een gebrek aan budget kinderen ouder dan zeven jaar weigeren voor onderzoek. "Dat is schrijnend, omdat veel gedrags- en leerproblemen pas in de lagere school tot uiting komen", luidt het maandag in Gazet van Antwerpen. Vlaams minister van Welzijn Jo Vandeurzen (CD&V) belooft een meerjarenplan.

    In Vlaanderen zijn er vier Centra voor Ontwikkelingsstoornissen: in Antwerpen, Gent, Leuven en Brussel. Zij onderzoeken duizenden baby's en jonge kinderen op mogelijke mentale, fysieke, gedrags- of leermoeilijkheden, waaronder ADHD en autisme.

    Enorme wachttijden
    De wachttijden voor kinderen ouder dan 24 maanden waren enkele jaren geleden opgelopen tot twee jaar. "Om daar iets aan te doen hebben de centra ervoor gekozen om zich te concentreren op de baby's en kleuters. Om daar de problemen vroeg te detecteren zodat snel met ondersteuning gestart kan worden", zegt Lieve Heene, de directrice van COS Antwerpen.

    Privémarkt
    Daardoor blijft een hele groep ouders met kinderen met moeilijkheden wel in de kou staan. Zij kunnen alleen op de privémarkt terecht, maar daar kosten multidisciplinaire onderzoeken minstens 750 euro, waar de ouderbijdrage bij een gesubsidieerd onderzoek door een COS maximaal 60 euro bedraagt.

    Uitbreiding
    Vlaams minister Vandeurzen zegt dat er vanaf 2011 een uitbreidingsoperatie moet starten. "Die zal zorgen voor meer capaciteit in de verschillende diagnosecentra", luidt het. (belga/kve)
    29/03/10 04u47

    30-04-2010 om 23:24 geschreven door Webmaster

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    04-04-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Waar kan ik terecht met wat ik zie mislopen?

    Waar kan ik terecht met wat ik zie mislopen? 

    Van op afstand ben ik getuige van hoe het in een gezin fout lijkt te lopen: de ouders voeren ofwel oorlog, ofwel leven ze naast elkaar. Ze blijven samen voor hun kinderen (10 en 12), maar die zijn de laatste tijd heel stil en teruggetrokken. Ze trekken hun haren uit, doen opnieuw in hun broek, weigeren te eten, vechten met elkaar en hebben vaak bang. De oudste moet bijvoorbeeld onder narcose voor een simpele tandverzorging. Ik denk dat dit gezin hulp nodig heeft, kan ik iets doen?

    Spreek de ouders aan op een positieve manier. Lukt dat niet, probeer het dan bij een buurman of huisarts

    Vaak zijn ouders op zoek naar de beste weg om hulp te krijgen voor zichzelf of hun gezin. In het algemeen is de huisarts de beste start. Die kan mee evalueren of je terecht moet bij hulpverlening die zich richt op de ouders als koppel, dan wel iemand die de kinderen onderzoekt of iemand die hulp brengt voor het héle gezin. Een andere insteek is het Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB), dat heeft heel wat ervaring met het netwerk van jeugd- en gezinshulpverlening in de regio, ook zij kunnen je helpen de weg te wijzen.

    Waar kom je nadien terecht? Voor de meeste organisaties is de hulpverlening vrijwillig en vertrouwelijk. De Centra voor Algemeen Welzijnswerk (CAW) hebben een lage drempel. Ze hebben ervaring met relatieproblemen zoals jij er een beschrijft. Zij hebben ook ervaring met crisisproblemen. Is het al duidelijk dat er nood is aan een specifieke vorm van therapie, dan kan verwezen worden naar een Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg (CGG). Maar nogmaals: voor de meeste diensten is het belangrijk dat ouders zich vrijwillig aanbieden. Dat wil zeggen dat mensen geacht worden er minimaal mee akkoord te gaan dat er een probleem is waarvoor ze graag advies, steun of hulp zouden krijgen.

    In jouw verhaal lijkt dit niet meteen het geval te zijn. Je maakt je zorgen over een ander gezin. Je vraag is een teken van goed burgerschap. Je zorgen durven te maken over kinderen die om welke reden dan ook niet de nodige emotionele of opvoedkundige zorg krijgen van hun ouders, is soms levensreddend. In ieder geval geeft het een kans aan die kinderen om de kwaliteit van hun leven tijdig een betere wending te geven. De eerste vraag is dan of je zelf een beetje huisarts kunt zijn voor hen, of je de ouders kunt aanspreken op een positieve manier en motiveren om zich te laten helpen. Dat loopt niet altijd vlot, een probleem in deze tijd is dat mensen veel minder openstaan om zich door anderen advies te laten geven voor wat niet goed loopt.

    Lukt dat niet, zoek dan of je een andere vertrouwenspersoon van dit gezin kent: een buurman, een huisarts. Je kunt hen informeren en vragen of zij iets kunnen doen voor de kinderen. Kan dat niet of heb je het gevoel dat je met je bezorgdheid niet echt goed onthaald wordt, dan kan je het steeds melden aan een Vertrouwenscentrum Kindermishandeling. Daar kan je eventueel ook anoniem terecht. Kies de weg waar je je zelf het beste bij voelt. Er is maar één ding dat je niet mag doen: stoppen met je zorgen te maken over deze kinderen. Als meer mensen jouw houding overnemen, zal het aantal dramatische krantenkoppen dalen.

    Voor adressen kijk op www.belgium.be/nl in de rubriek Familie --{gt} Koppel --{gt} Gezinsproblemen en op www.wvg.vlaanderen.be/welzijnengezondheid

    In 'De Opvoedingsdokter' gaat de bekende kinder- en jeugdpsychiater Peter Adriaenssens wekelijks in op een lezersvraag over opvoeden. Peter Adriaenssens is de auteur van verscheidene klassiekers over het opvoeden van kinderen.

    http://www.nieuwsblad.be/article/detail.aspx?articleid=GVJ27P2RM&kanaalid=1225

    04-04-2010 om 13:25 geschreven door Webmaster

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    30-03-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.'˜Eenduidige klachtbehandeling bureaus jeugdzorg wenselijk'
    Eenduidige klachtbehandeling bureaus jeugdzorg wenselijk’Er moet een eenduidige klachtbehandeling komen door de bureaus jeugdzorg. Nu bestaan er nog opmerkelijke verschillen tussen de diverse bureaus.
    ‘Goede klachtbehandeling is belangrijk voor het herstel van vertrouwen van de burger.’
    Dat stelt de Nationale ombudsman, Alex Brenninkmeijer in een persbericht. Hij heeft tezamen met drie Bureaus Jeugdzorg een gezamenlijke visie op goede, eerlijke en eenduidige klachtbehandeling ontwikkeld. Op grond van die visie hebben zij een handreiking opgesteld voor kwalitatieve klachtbehandeling. De Nationale ombudsman hoopt dat ook andere Bureaus Jeugdzorg met deze manier van klachtbehandeling aan de slag gaan.
     
    Opmerkelijke verschillen
    Op dit moment zijn er bij de klachtbehandeling opmerkelijke verschillen. De Nationale ombudsman vindt dat voor iemand die met Bureau Jeugdzorg te maken krijgt, de klachtbehandeling niet mag afhangen van de provincie waar hij woont.
     
    Verhaal achter klacht
    In de zomer van 2009 startte de Nationale ombudsman het project met Bureau Jeugdzorg Gelderland, Bureau Jeugdzorg NoordBrabant en Bureau Jeugdzorg ZuidHolland. Samen stelden zij een visie en uitgangspunten voor klachtbehandeling op. Hierin staat het verhaal achter de klacht centraal. Als een klacht bij een bureau jeugdzorg binnenkomt, neemt een medewerker persoonlijk contact op met de klager om het verhaal achter de klacht te achterhalen. Op basis van dit gesprek zoeken medewerker en klager een passende vorm van klachtbehandeling. Het belang van de klager en de aard van de klacht zijn hierbij leidend.
     
    Herstel van vertrouwen
    Goede klachtbehandeling is belangrijk voor het herstel van vertrouwen van de burger. Ook geven klachten goede aanleiding voor zelfreflectie die passend is voor professionals in de jeugdzorg. De Nationale ombudsman meldt in het persbericht erop te vertrouwen dat de bestuurders van alle bureaus jeugdzorg en de landelijk werkende instellingen, het Leger des Heils, de Stichting Gereformeerde Jeugdzorg en de William Schrikkergroep aan de hand van deze handreiking, ook aan de slag gaan met goede eerlijke en eenduidige klachtbehandeling.
     
    Bron?
    http://www.sozio.nl/eenduidige-klachtbehandeling-bureaus-jeugdzorg-wenselijk/1023573

    De Redactie, Geplaatst: 30 maart, 2010
    Relevante categorieën: hulpverlening, Bureau Jeugdzorg, jeugdzorg, Cliënt, Klachtbehandeling

    30-03-2010 om 16:45 geschreven door Webmaster

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    21-03-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Levenslang met jeugdzorg
     

    Levenslang met jeugdzorg
    door Anne Boer anneboer@destentor.nl. zaterdag 20 maart 2010 | 12:31 | Laatst bijgewerkt op: zaterdag 20 maart 2010 | 12:50

    Leen van der Hoek, op 5-jarige leeftijd uit huis geplaatst. Zag zijn ouders en zusje nooit meer terug. "Voor mij is het 63 jaar geleden, maar wat zijn we eigenlijk opgeschoten?"


    Een leven lang in de ban van jeugdzorg. Rond de tafel zitten drie mensen. Ze hebben hun eigen verhalen. Maar dat ene ding gemeen. Jeugdzorg is de rode draad in hun leven. Bart en Evelien hebben een zorgboerderij voor de opvang van onder meer kinderen en zelf drie pleegkinderen. Leen van der Hoek werd 63 jaar geleden uit huis geplaatst. Een aangrijpend verhaal over hun worstelingen.

    Zie ook:
    Verplaatsen slecht voor ontwikkeling kind
    Kind tussen moordenaars en verkrachters

    Leen van der Hoek (68) uit Lelystad staat er mee op en gaat er mee naar bed. Een leven lang jeugdzorg in z'n kop.

    Nr. 151. Het nummer dat hij van de kinderbescherming kreeg nadat hij op 5-jarige leeftijd uit huis werd gehaald. Getraumatiseerd door de ellende uit zijn kinderjaren.

    Hij zou er moeiteloos een boek over kunnen schrijven. Zover is hij nog niet. De eerste stap is al moeilijk genoeg en vooral emotioneel. Voor het eerst praat hij er openlijk over. Naar aanleiding van verhalen in deze krant. "Ik lees de verhalen over jeugdzorg werkelijk met tranen in de ogen. Voor mij is het 63 jaar geleden, maar wat zijn we eigenlijk opgeschoten?"

    Het begin is pijnlijk. In het dorp van zijn jeugd, Maasdijk, van na de oorlog gonst het van de geruchten. Zijn vader zou NSB-er zijn, terwijl zijn moeder juist uit een verzetsfamilie kwam. Het gezin raakt verscheurd. De ouders kunnen niet meer voor de twee kinderen zorgen. Leen en z'n zusje worden uit huis gehaald. Leen gaat naar een weeshuis; z'n zusje naar een pleeggezin.

    Leen ziet z'n ouders en z'n zusje nooit meer terug. De rest van de familie verdwijnt ook definitief uit beeld. Hij staat alleen op de wereld en moet zien te overleven in de mallemolen van tien pleeggezinnen, instellingen en tehuizen. Geen bezoek. Geen weekendverlof. Nooit visite op z'n verjaardag. Geen cadeautjes. Het grote niets. "Elke zondag stond ik te kijken. Komt er iemand op bezoek? Tegen beter weten in. Er kwam nooit iemand."

    Hij kan pijnlijk gedetailleerd uitleggen waarom die periode hem zo heeft geraakt en ook gevormd. "In het eerste pleeggezin kreeg ik te horen dat er iets niet in orde was met mij. Maar in het gezin ging het mis. Gebeurden allerlei rare dingen. Daar ben ik door de politie weggehaald en vervolgens onderzocht in een paedalogisch instituut in Amsterdam. Pas tientallen jaren later heb ik kunnen lezen wat de conclusie was. Er mankeerde niets aan mij. Mijn gedrag was normaal. Tot de dag dat ik dat las, heeft altijd het idee in mij gewoekerd dat er iets niet met mij in orde was. Kinderbescherming heeft het me nooit verteld. Je wordt daardoor onzeker, terwijl je zeker moet zijn om overeind te blijven."

    "In de tehuizen geldt het recht van de sterkste. Je gaat jezelf overstemmen om je te handhaven en belandt in een spiraal van opstandig gedrag en verzet tegen het gezag. Dan krijg je het stempel moeilijk opvoedbaar en zo beland je in een vicieuze cirkel. Je wordt hard. Ik had niets te verliezen. Straffen hielp niet. Wat moesten ze me afnemen. Het interesseerde me allemaal niets meer. Zelfs veertien dagen isoleercel niet."

    Leen moet wachten tot hij achttien jaar is om eindelijk te ontsnappen aan de wereld waarin hij gevangen zit. Hij doet dat letterlijk. Hij gaat de zee op. Weg. Helemaal weg. "Ik wist niets van het leven. Niets van geld, van vrouwen van liefde. Ik had nooit heimwee. Niets om naar terug te verlangen."

    De koopvaardij heeft hem gered, zegt hij terugblikkend. "Aan boord heerste discipline. En ik had voor het eerst een eigen hut, met eigen toilet en een eigen douche. Ik was de situatie met twintig jongens op een zaal gewend."

    Leen werkte op de passagiervaart (Holland-Amerikalijn) en wilde vaart. Verdiende de kost als scheepstimmerman. Ging de hele wereld over. Per reis kreeg hij een beoordeling voor bekwaamheid, ijver en gedrag. "Wat was ik trots op m'n eerste beoordeling. Voor het eerst kreeg ik te horen dat ik deugde. Dat ik goed was. Dat vergeet ik nooit meer."

    Terugblikken deed Leen niet meer. Hij verstopte de ellende uit zijn jeugd in hard werken, maar de pijn bleef. Als hij op 26-jarige leeftijd serieuze verkering en werk aan wal krijgt, gaat het mis. "Iedereen was aardig en lief voor me. Dat benauwde me vreselijk." Na twee maanden verbreekt hij halsoverkop de relatie en pakt z'n boeltje om terug te keren naar zee. Als snel krijgt hij spijt. Vijf dagen na vertrek vraagt hij zijn grote liefde via Radio Scheveningen ten huwelijk.

    Leen van der Hoek heeft een zwaar leven achter de rug. Ellende en geluk wisselen elkaar af. Hij trouwt. Krijgt twee kinderen. Scheidt. Dat hij zijn kinderen een fijne jeugd heeft kunnen geven en dat ze dat zelf ook zeggen, is zijn grootste geschenk.


    Op 57-jarige leeftijd stort zijn wereld weer in. De werkgever voor wie hij twintig jaar werkte, zet hem na een directiewisseling op straat. "Weer afgeschreven. Weer met lege handen, terwijl ik zo hard had geknokt om zover te komen. Werk had voor mij een heel andere waarde dan voor andere mensen. Ik was kapot. Ik kon het niet verwerken. Wilde niet meer leven, maar had niet de moed er zelf een einde aan te maken. Ik raakte aan de drank en belandde in een verslavingskliniek. Gelukkig hebben m'n kinderen me nooit laten vallen. Ik kreeg het advies te doen wat ik altijd had gedaan. Ga weer vechten. Doe waar je goed in bent." Dat leidde tot een rechtszaak tegen de werkgever die Leen glansrijk won.

    De laatste jaren gaat het goed, maar op de achtergrond is het nooit weg. Zo kon het gebeuren dat hij in tranen uitbarstte toen hij het verhaal 'Kind tussen moordenaars en verkrachters' in deze krant las. Dat verhaal, van de 12-jarige Ricardo die uit huis werd geplaatst en in een jeugdgevangenis belandde, is ook zijn verhaal. "Wat zijn we opgeschoten in al die jaren. Er blijkt weinig veranderd, terwijl we nu toch echt beter zouden moeten weten."

    De ellende blijkt bovendien nooit ver weg. Leen is kind aan huis bij Bart (55) en Evelien (54) in Lelystad. Als - op latere leeftijd - gediplomeerd goudsmid leert hij hun oudste zoon sieraden maken van edelstenen en -metalen. Bart en Evelien hebben vier kinderen (drie zonen en een dochter) en drie pleegkinderen, uit een gezin. Ze wonen met hun gezin bij een zorgboerderij, waar kinderen en volwassenen worden opgevangen. Evelien heeft de dagelijkse leiding over een heel team van medewerkers.

    Hoewel instellingen voor jeugdzorg elk jaar een honderdtal kinderen op de boerderij plaatsen, kon het toch gebeuren dat Bart en Evelien keihard in conflict kwamen met jeugdzorg over een van hun pleegkinderen.

    Na negen jaren dreigde het jochie van twaalf namelijk uit huis te worden gehaald. „Dat wilden we echt niet laten gebeuren. Dan zou hij van crisisopvang naar crisisopvang gaan en uiteindelijk in een tehuis belanden. We weten dat hij hulp nodig heeft. Hij heeft een hechtingsstoornis. Daarom vragen we ook al jaren om hulp, maar die kwam maar niet. Daar mag het kind toch niet de dupe van worden.”

    Het verzet van het echtpaar heeft succes. Hun klachten worden gegrond verklaard, maar de relatie met jeugdzorg verbetert daar niet mee. Eind vorig jaar komt het tot een uitbarsting. Hun pleegzoon wordt toch weggehaald. „Dat was echt een drama. Iedereen in tranen. Onze pleegzoon heeft heel veel gehuild. Terwijl we net een nieuw traject hadden ingezet en het echt de goede kant op ging.”

    Van 11 december tot 19 januari mag hij niet bij het pleeggezin komen. Volgens de rapporten van jeugdzorg is het kind beter af in een residentiële setting, een min of meer gesloten huis dus. Opnieuw tekent het echtpaar protest aan en opnieuw krijgen ze gelijk.

    Om herhaling te voorkomen, hebben ze een eigenkrachtconferentie bedongen. Om een sterk netwerk te creëren om het kind en te voorkomen dat hij weg moet.

    „We voelen ons niet meer veilig bij jeugdzorg. Ze onderzoeken niet. Ze overleggen niet, maar vinden wel heel veel. Als je leest hoe al die jaren pleegzorg en jeugdzorg bij ons opeens werden afgeschreven, gaat dat door merg en been. De hulpverlening schakelt je uit en dat gaat ten koste van het kind.”

    Leen heeft het van nabij zien gebeuren. „Te veel gestudeerd, te weinig praktijk”, is zijn analyse. „En wat niemand lijkt te beseffen is dat de schade vaak onherstelbaar is. Het kind wordt bang, wantrouwend. Zeker als het van hot naar her wordt gesleept. Ik heb het allemaal meegemaakt.”

    Evelien heeft daar ook de meeste moeite mee. „Onze pleegzoon heeft zeven jaar onder toezicht gestaan. Al die tijd bleef de onzekerheid. Mag ik blijven, ga ik terug naar mijn ouders, ga ik naar een ander pleeggezin. Dat vreet aan kinderen.”

    Nr. 151. Leen van der Hoek komt het nummer steeds weer tegen. Hij heeft nooit op nummer 151 willen wonen. Hij is niet de enige die nog steeds rondloopt met de erfenis van jeugdzorg. Eind vorig jaar was er een reünie van een van de kindertehuizen waar hij heeft gezeten, Nieuw Voordorp in Voorschoten. „Veel mensen hebben last van traumaproblemen. En dat zou toch eens te denken moeten geven, zodat we met meer verstand en begrip in deze tijd ingrijpende maatregelen nemen die werkelijk in het belang van het kind zijn.”

    Leen heeft het graf van zijn vader gevonden. Dat bezoekt hij af en toe. De tekst op de steen doet hem pijn. ‘Zijn leven was geven’. „Ik heb alleen niets van hem gehad.”

    De namen van Bart en Evelien zijn op hun verzoek gefingeerd. Ze willen daarmee voorkomen dat hun pleegzoon de dupe wordt van hun frustraties over instanties.

    www.destentor.nl/jeugdzorg
    Link

    21-03-2010 om 19:19 geschreven door Webmaster

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    20-03-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.In de DSM-V zullen psychiatrische stoornissen worden geschrapt en toegevoegd.

    Ziektes komen en gaan

    Geplaatst: 20 maart 2010 05:00, laatste wijziging: 19 maart 2010 18:44

    door Petra Noordhuis

    Prof.dr. Michiel W. Hengeveld: ,,Een ziektebeeld heeft weinig te maken met de patiënt.'' Hengeveld heeft de afgelopen negen jaar bij het Erasmus MC gewerkt als hoogleraar-afdelingshoofd psychiatrie. Hij is redacteur van het Leerboek Psychiatrie, auteur van vele wetenschappelijke artikelen en hoofdstukken en schrijver van onder meer Het psychiatrisch onderzoek en Psychiatertaal. |foto Dick Hogewoning

    Er komt een nieuwe versie van de DSM aan, het indelings-systeem voor psychiatrische stoornissen dat psychiaters in Amerika en Europa gebruiken.

    In de DSM-V zullen psychiatrische stoornissen worden geschrapt en toegevoegd. Dat stoornissen opkomen en verdwijnen is moeilijk te begrijpen en volgens psychiater Michiel W. Hengeveld is het ook niet waar. ,,De natuur laat zich niet afgrenzen.''

    Prof.dr. Michiel W. Hengeveld is kersvers emeritus hoogleraar psychiatrie van het Erasmus MC. In februari gaf hij zijn afscheidscollege over psychiatrische diagnostiek. Hij is nog volop bezig met psychiatrie, maar nu vanuit huis. In zijn studeerkamer, met boekenkasten die bijna tot aan het plafond reiken, bekijkt hij de conceptversie van de nieuwe DSM die momenteel op internet staat. ,,Hé, een nieuwe stoornis, mensen die geen spullen kunnen weggooien'', zegt hij.

    Er verdwijnen ook ziektes. Zo worden alle autismestoornissen straks op één hoop gegooid. Het onderscheid tussen klassiek autisme, Asperger en PDD-NOS komt te vervallen. Alle vormen van autisme heten straks 'autisme-spectrumstoornis'.

    nd Het volledige artikel kunt u lezen in het Nederlands Dagblad van zaterdag 20 maart 2010. Een los digitaal nummer kunt u hier kopen en lezen.

    20-03-2010 om 16:41 geschreven door Webmaster

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    17-03-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen. '˜De mismatch had niet groter kunnen zijn'

    vr 12 mrt 2010, 06:30 | 22 reacties

     ‘De mismatch had niet groter kunnen zijn’

    AMSTERDAM -  Door de aardbeving in Haïti is adoptie weer bijzonder actueel. Maar hoe goed de bedoelingen van adoptieouders ook zijn, het pakt niet altijd goed uit. Miranda van Dijk (44) werd als baby geadopteerd en heeft zich haar hele leven een vreemde eend in de bijt gevoeld.

      “Sinds het noodlot in Haïti toesloeg, worden de adoptiekinderen met vliegtuigladingen vol naar Nederland gebracht. Wonderlijk vind ik dat, want normaal gaat dat altijd zo moeizaam. Maar ik denk wel dat het belangrijk is dat deze kinderen zo snel mogelijk een veilige plek vinden in een liefdevol gezin. Ik lag zelf de eerste tien maanden van mijn leven in een kaal bedje in een Nederlandse kliniek voor ongehuwde moeders. De nonnen die mij verzorgden, mochten zich volgens het instellingsprotocol niet aan de kinderen hechten. Die tien maanden zonder aanraking, zonder liefde, zonder lach en zonder vertrouwde moedergeur, hebben mijn gevoel van veiligheid volledig ondermijnd.

      Ik heb jaren later tijdens een regressietherapie ontdekt, dat ik in dat bedje het gevoel heb gehad dat ik doodging. Afschuwelijk was het. Na tien maanden werd ik geadopteerd. Het klinkt zo mooi; breng een ontheemd kind samen met wensouders die vaak al jaren hunkeren naar een kindje en alles komt vanzelf goed. Maar dat sprookje pakte in mijn geval niet zo uit. Als kind bleek al dat ik niet dezelfde genen had als de mensen bij wie ik opgroeide. Ik was een extravert, creatief en erg gevoelig kind in een gezin met introverte, emotioneel geremde ouders die mij niet begrepen. De mismatch had niet groter kunnen zijn. Ik voelde mij een vreemde eend in de bijt. Pas op mijn elfde hoorde ik dat zij niet mijn echte ouders waren.

      Schande

      Mijn biologische moeder werd als jong meisje zwanger na een brute verkrachting. Ze had geen diploma’s en geen werk. Ze woonde nog bij haar ouders en had al een ander kind van wie de vader ook niet meer in beeld was. Het was onmogelijk voor haar om mij op te voeden. Maar abortus was geen optie, omdat de buurt daar schande van zou spreken. Dus ik groeide op in een ander gezin en zag mijn moeder niet meer.

      Mijn adoptieouders hadden een liefdeloos huwelijk. Er werd totaal niet gecommuniceerd tussen die twee, en er hingen constant spanningen in de lucht die onuitgesproken bleven. Er vielen zelfs dagenlange stiltes. Ik wist nooit precies wat er aan de hand was, maar voelde wel de spanning. Ik kan me ook niet herinneren ooit geknuffeld te zijn. Toch deden ze, denk ik, wel alles wat binnen hun vermogen lag om mij een goede jeugd te geven. Volgens hun normen dan. Ik ging naar school, zat op muziekles, had veel speelgoed en mooie kleren. Het ontbrak me aan niets. Ze gaven me ook wel complimentjes en zeiden dat ze trots op me waren. Maar altijd in woorden. Terwijl ik juist zo’n enorme behoefte had aan een aai over mijn bol of die alleszeggende knuffel.

      Lees het complete verhaal van Miranda in VROUW Magazine nummer 11.

      Ben jij geadopteerd en heb jij hetzelfde gevoel als Miranda? Of heb jij zelf kinderen geadopteerd en heb je het gevoel dat het niet klikt met jouw adoptiekinderen? Hoe ga je daar mee om? Praat met ons mee.

      http://www.telegraaf.nl/vrouw/psyche_relatie/6261272/__De_mismatch_had_niet_groter_kunnen_zijn__.html?p=25,1

      17-03-2010 om 20:29 geschreven door Webmaster

      0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
      >> Reageer (0)
      16-03-2010
      Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De borderlinestoornis: crises in hechten en onthechten
       

      De borderlinestoornis: crises in hechten en onthechten

      Dit boek gaat over de mogelijkheden en moeilijkheden bij de behandeling van patiënten met een ernstige vorm van borderlinestoornis. Het wordt aannemelijk gemaakt dat patiënten met een dergelijke stoornis niet alleen recht hebben op een adequate behandeling, maar ook dat zij daarvan kunnen profiteren. Aan de hand van talrijke praktijkvoorbeelden worden diverse aspecten belicht met als rode draad steeds de hechtingsproblematiek.

      Auteur E. van Meekeren
      Publicatiejaar 2001 (derde druk)
      ISBN 90 73637 43 0
      Prijs € 22,46
      Uitvoering paperback
      Omvang 162 pagina’s
      Verkrijgbaarheid tijdelijk niet leverbaar

      http://www.benecke.nl/uitgeverij_boeken_psychiatrie_boeken.htm#de borderlinestoornis

      16-03-2010 om 23:02 geschreven door Webmaster

      0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
      >> Reageer (0)
      Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jonge moeders betrekken woning De Sleutels
      Jonge moeders betrekken woning De Sleutels
      15-03-2010 10:54:46

      LEIDEN - In het kader van het project 'Woonruimte voor jonge moeders' van woningcorporatie De Sleutels en Cardea Jeugdzorg, betrekken deze week de eerste moeders een woning van de Sleutels in Leiden-Zuidwest.

      Het gaat om twee jonge moeders die onder begeleiding van Cardea toewerken naar volledige zelfstandigheid. Een prettige woonruimte biedt de (kwetsbare) jongeren de mogelijkheid om de stap naar zelfstandigheid te zetten. Door middel van trainingen, leerwerktrajecten en intensieve
      begeleiding van Cardea leren de jonge vrouwen goed voor zichzelf en hun baby te zorgen en een toekomst op te bouwen. De Sleutels draagt daar graag aan bij.

      In december 2009 zetten de Sleutels en Cardea hun handtekening onder een samenwerkingsovereenkomst. Hierbij gaven zij tevens het startsein voor het eerste
      gezamenlijk project: 'Woonruimte voor jonge moeders'.
      http://www.unityfm.nl/nieuws.php?id=10693

      16-03-2010 om 09:51 geschreven door Webmaster

      0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
      >> Reageer (0)
      14-03-2010
      Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Asperger Volgens mij is dit hechtingsstoornis?

      Volgens mij is dit hechtingsstoornis?

      Oorzaken asperger

      Oorzaak van het syndroom van Asperger
      Er is onderzoek gedaan naar autisme en aan autisme aanverwante stoornissen (waaronder het syndroom van Asperger). Uit die onderzoeken komt naar voren dat er aanwijzingen zijn dat erfelijkheid een rol speelt. Bij een kind met het syndroom van Asperger worden zintuiglijke prikkels op een andere wijze door de hersenen verwerkt. Asperger komt voor in verschillende gradaties. In sommige gevallen kan het syndroom van Asperger zoveel invloed hebben dat schooluitval onvermijdelijk is.
       
      Prognose
      Mensen met het syndroom van Asperger kunnen beter leren omgaan met hun beperkingen dan mensen met klassiek autisme. Op volwassen leeftijd begrijpen mensen met Asperger wat hun beperkingen zijn en kunnen ze hieraan werken. Het eenzijdig bezig zijn met hun interesses, kan op latere leeftijd zelfs leiden tot grote prestaties op één specifiek gebied. Op die manier kan een nadeel een groot voordeel worden. Kinderen met Asperger blijven moeite houden met het verwoorden van gevoelens en het aan andere uitleggen van wat ze bezighoudt. Hierdoor voelen ze zich vaak onbegrepen en ontstaat frustratie. Die frustratie kan zich uiten in enorm driftig gedrag

      Kenmerken
      Het syndroom van Asperger heeft de volgende kenmerken:
      • Gebrek aan sociale vaardigheden: kinderen met Asperger hebben moeite met het aangaan en onderhouden van sociale contacten, en hebben problemen met het begrijpen van sociale regels en non-verbale communicatie (gebaren en gezichtsuitdrukkingen).
      • Eenzijdige interesses: vaak houden mensen met Asperger zich op een gedetailleerde en obsessieve wijze bezig met eenzijdige interesses, en wijden daar ook urenlang over uit. Veelvoorkomende onderwerpen zijn de tweede wereldoorlog, dinosaurussen, dieren in het algemeen, sterrenkunde of het lezen van boeken.
      • Stressgevoelig: kleine veranderingen kunnen al grote paniek veroorzaken.
      • Slechte motoriek: zowel kinderen als volwassenen met Asperger bewegen vaak traag en houterig, hebben minder expressieve gelaatsuitdrukkingen en een wat vlakkere stem (monotoom).

        Problemen met de sociale interactie
        Kinderen met het syndroom van Asperger vinden het moeilijk om sociale situaties goed te begrijpen en snappen ook niet altijd de (ingewikkelde) regels van de sociale interactie. Omdat ze hier moeite mee hebben, hebben ze vaak ook weinig tot geen vriendjes en zijn vaak erg op zichzelf.
        De taal is goed ontwikkeld, maar het communiceren gaat niet altijd even goed. Kinderen met Asperger praten vaak ‘tegen’ de ander, in plaats van ‘met’. Dat kun je merken doordat ze praten over hun eigen interesses en er geen rekening mee kunnen houden of de ander het kan volgen of het interessant vindt.
        Kinderen met Asperger kunnen moeilijk praten met andere kinderen, omdat ze vaak op een volwassen manier praten. Andere kinderen kunnen dit niet goed volgen of vinden het raar. Ook kunnen ze hun lichaamshouding of gezichtsuitdrukking moeilijk aanpassen aan wat ze vertellen.
        Kinderen met het syndroom van Asperger merken het niet wanneer mensen tegen hen liegen of hen bedriegen. Hierdoor kan er gemakkelijk misbruik van hen gemaakt worden.
         
        Eenzijdige interesses en bezigheden:
        Kinderen met Asperger hebben niet veel verschillende interesses. Ze zijn vaak erg gefixeert op één bepaalde bezigheid. Ze kunnen er urenlang mee bezig zijn en willen er continu over praten tegen andere mensen. Hierbij komt ook weer naar voren dat ze grote verhalen houden zonder er rekening mee te houden of de luisteraar wel interesse in het verhaal heeft. Het kan ook voorkomen dat het kind weigert dingen buiten zijn interessegebied te leren.   
         
         
        Problemen met veranderingen
        Kinderen Asperger kunnen niet goed tegen veranderingen. De kinderen raken snel van slag als dingen niet gaan volgens hun starre denkbeelden. Door zelfs de kleinste verandering kunnen ze erg angstig, boos of bezorgd worden. Kinderen met Asperger vertonen vaak obsessieve routines en willen graag dat alles hetzelfde blijft.
         
        Problemen met de motoriek
        Kinderen met Asperger zijn lichamelijk onhandig. Ze bewegen vaak traag en houterig. Ook de fijne motoriek (hand-oogcoördinatie) kan verminderd zijn, waardoor de kinderen problemen kunnen hebben met onder andere het schrijven. Daarnaast hebben de kinderen minder expressieve gelaatsuitdrukkingen en een wat monotomere stem.
         
        Cognitieve problemen
        Kinderen met het syndroom van Asperger hebben meestal een gemiddeld tot bovengemiddelde intelligentie. Ze hebben met name een erg goed geheugen. Ook hebben ze een zeer grote woordenschat en een geleerde manier van spreken. Het komt echter geregeld voor dat kinderen met Asperger niet begrijpen waarover ze het hebben. Het kan zijn dat de kinderen dan enkel gelezen werk of anderen aan het napraten zijn. Kenmerkend voor kinderen met het Syndroom van Asperger is dat ze alles letterlijk nemen van wat gezegd wordt.

        Daarnaast hebben kinderen met het syndroom van Asperger vaak concentratieproblemen. Door de vele interne prikkels (zoals bijvoorbeeld de drang om telkens op te willen staan) kunnen ze zich niet concentreren of hun werkzaamheden organiseren. Ze kunnen niet goed hun aandacht richten op wat relevant is.

      14-03-2010 om 17:43 geschreven door Webmaster

      0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (8 Stemmen)
      >> Reageer (0)
      12-03-2010
      Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Overbeschermende ouders beschadigen de kinderhersenen

      "Overbeschermende ouders beschadigen de kinderhersenen"

      Ouders die hun kinderen te veel afschermen, nemen meer weg dan enkel hun vrijheid en ondernemingszin. Ook hun hersenen groeien trager, en dan vooral het gebied gelinkt aan mentale stoornissen. Dit zou betekenen dat deze kinderen meer kans hebben op psychiatrische stoornissen. Ook verwaarlozing door de vader heeft hetzelfde effect. Australische wetenschappers nuanceren de verbanden.

      Het verband is aan het licht gekomen na Japans onderzoek bij 50 twintigers. Kosuke Narita nam hersenscans en vroeg de jongeren naar de relatie met hun ouders volgens het 'parental bonding instrument', een internationaal erkende manier om de relatie tussen ouder en kind te meten, zo schrijft New Scientist. Wie een lage socio-economische status had of ouders die niet gestudeerd hadden, werd evenwel uitgesloten.

      Prefrontale cortex
      Twintigers met overbeschermende ouders hadden minder grijze materie in de prefrontale cortex dan twintiger met een gezonde relatie. Wie verwaarloosd werd door zijn vader had ook minder grijze cellen, verwaarlozing door de moeder had geen effect. Wie mentaal ziek is, vertoont vaak afwijkingen in de prefrontale cortex.

      Cortisol en dopamine
      Het Japanse team vermoedt dat overdreven blootstelling aan het stresshormoon cortisol, door verwaarlozing of te veel aandacht, en een verminderde productie van dopamine, door slechte opvoeding, resulteert in minder grijze massa.

      Blijvend effect?
      Toch moeten de resultaten genuanceerd worden. De Australiër Anthony Harris vindt de studie erg belangrijk om duidelijk te maken dat opvoeding wel degelijk een lange termijneffect kan hebben op de kinderen. "Maar", zo waarschuwt hij, "dat betekent niet dat de 'schade' aan de hersenen blijvend is. Mensen zijn heel soepel en kunnen van veel herstellen.

      Aangeboren?
      Zijn collega-wetenschapper, Stephen Wood, nuanceert dat niet elke psychiatrische stoornis is terug te brengen tot de ouders en de relatie tussen ouders en kinderen. "We kunnen niet weten hoeveel van de onderzochte Japanners geboren is van een afwijking in de grijze massa. Misschien is dat wel de reden dat ze niet goed opschieten met hun ouders in plaats van andersom."

      Uitsluiting
      Wood stelt zich ook vragen bij het uitsluiten van personen met een lage socio-economische status en ouders die geen diploma hebben. "Dat zijn twee factoren die bijdragen tot een slechte prestatie op cognitieve testen. Het verband dat ze vonden is misschien echt, maar waarom concentreren ze zich enkel op de ouders als er veel belangrijkere factoren zijn?" (edp)
      11/03/10 17u30

      12-03-2010 om 21:17 geschreven door Webmaster

      0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
      >> Reageer (0)
      13-02-2010
      Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Jeugdzorg ligt onder vuur Schriftelijke vragen van Aasted-Madsen (CDA)
      Jeugdzorg ligt onder vuur. De parlementaire werkgroep is met een onderzoek gestart. Eindelijk komt er aandacht voor alle kinderen, die vaak onterecht uit huis zijn geplaatst. Hierover heeft Ine Aasted-Madsen onderstaande vragen gesteld. Vele ouders wachten in spanning het antwoord van de minister af. Zullen hun kinderen weer naar huis mogen?

      Schriftelijk vragen van het lid Aasted-Madsen – van Stiphout(CDA) aan de minister van Jeugd en Gezin:

      1. Heeft u kennisgenomen van de uitzending “Das je goed recht” van SBS6 op 31 januari 2010?

      2. Naar aanleiding van deze uitzending zijn zo’n 1000 reacties binnengekomen van ouders die aangeven dat ook hun kind(eren) op basis over onjuistheden en onvolledigheden in de rapportage van BJZ en/of de Raad voor de Kinderbescherming uithuis zijn geplaatst. Wie draagt zorg voor waarheidsvinding alvorens vergaande maatregelen als een ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing worden uitgesproken?

      3. In de beantwoording van schriftelijke vragen over een escalatie tussen pleegouders en Bureau Jeugdzorg (2009Z24418) geeft u aan dat u niet ingaat op individuele casuïstiek, datzelfde horen we van de Inspectie Jeugdzorg. Wie houdt zich in Nederland wel bezig met individuele casuïstiek binnen de Jeugdzorg, als men het functioneren van de Jeugdzorg aan de orde wil stellen?

      4. Bij welke onafhankelijke partij kunnen deze ouders terecht om een dossier tegen het licht te laten houden, eventueel aanvullende informatie te laten vergaren en opnieuw te laten beoordelen met een bindend advies?

      5. Bent u bereid onafhankelijk onderzoek te laten doen naar deze individuele casuïstiek, waar ouders en kinderen mogelijk op basis van onjuistheden en onvolledigheden van elkaar gescheiden zijn?

      6. Hoe gaat u voorkomen dat in de toekomst zaken als feit in rapportages worden opgenomen, zonder dat daarbij waarheidsvinding heeft plaatsgevonden?

      7. Wilt u deze vragen binnen de gestelde termijn van 3 weken beantwoorden op deze website?


      zie ook www.hechtingsstoornis.com

      13-02-2010 om 19:13 geschreven door Webmaster

      0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (2 Stemmen)
      >> Reageer (0)
      05-02-2010
      Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.500ste baby aangemeld voor babymassage in Lucas

      Onlangs werd op locatie Lucas van de Ommelander Ziekenhuis Groep de 500st baby aangemeld voor advies, begeleiding en babymassage.

      Persbericht Delfzijl / Winschoten, januari 2010

      De gebeurtenis ging niet ongemerkt voorbij. Baby Jonathan en zijn moeder ontvingen op 25 januari jl. bloemen uit handen van kinderarts mevrouw Leonie Pierik.
      Wanneer na de geboorte een baby steeds meer huilt, niet goed slaapt, onrustig is of bijvoorbeeld veel last heeft van darmkrampjes, weten ouders vaak niet meer wat ze moeten doen. Ouders krijgen veel adviezen en gaan van alles proberen om een oplossing te zoeken. Al deze verschillende adviezen geven vaak een averechts resultaat.
      Daarom worden op locatie Lucas sinds 2001 ouders individueel begeleid om babymassage te stimuleren. Ook krijgen zij adviezen op maat. Ouders worden voor begeleiding via de kinderarts doorverwezen.

      Gesprekken

      In een eerste gesprek met de ouders worden de bestaande problemen besproken. Aan de hand hiervan krijgen ouders adviezen en achtergrondinformatie over deze adviezen, zodat zij goed op de hoogte zijn van de effecten hiervan op hun baby. Zo krijgen ouders bijvoorbeeld informatie over huilen, troosten, slapen, regelmaat en lichaamstaal van hun baby. In het tweede gesprek wordt het verloop verder begeleid. Ook wordt dan de positieve uitwerking van babymassage besproken en dat het een uitstekende manier is om intensief contact met de baby te hebben. Babymassage geeft ontspanning, betere slaap, goede groei en het stimuleert de hechting tussen ouder en kind. Ouders worden op deze manier zelfverzekerder in de zorg voor hun baby.
      Wel is het belangrijk dat de ouder positief tegenover het masseren staat, anders levert het niet de gewenste resultaten op. Er wordt altijd in overleg met de ouder(s) aan babymassage begonnen.

      Couveusebaby’s

      Ook prematuren (te vroeg geboren baby’s) en zieke pasgeborenen kunnen veel baat hebben bij babymassage. Er kan sprake zijn van een verstoorde hechting tussen ouder en kind door de noodzakelijke opname in het ziekenhuis. Hier kan babymassage beide weer dichter bij elkaar brengen. Ook de ontwikkeling van deze baby’s wordt door de babymassage positief beïnvloed. Niet alleen het omgaan met hun baby wordt met de ouders van couveuse-kinderen besproken, ook datgene waarop ze kunnen rekenen bij thuiskomst van hun baby. 

      Tien jaar geleden begonnen

      Circa tien jaar geleden was de heer Elias de eerste kinderarts die een baby doorverwees voor babymassage naar kinderverpleegkundige mevrouw Greetje Teuben. Babymassage gaf bij deze baby goede resultaten. Hierna volgden al snel meer baby’s voor massage. Nu is de begeleiding en advisering niet meer weg te denken uit het ziekenhuis. Sinds twee jaar begeleidt en adviseert ook collega kinderverpleegkundige mevrouw Elles Dijkman de ouders. Mevrouw Dijkman is, evenals mevrouw Teuben ook docent Shantala babymassage (Shantala is ritmische ontspanningsmassage).
      Het blijkt dat de behoefte aan deze gespecialiseerde zorg steeds groter wordt. Daarom worden deze activiteiten binnenkort ook uitgebreid naar de locatie Delfzicht!

      http://www.stlucasziekenhuis.nl/index.php?id=760

      05-02-2010 om 15:34 geschreven door Webmaster

      0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (2 Stemmen)
      >> Reageer (1)
      04-02-2010
      Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Project 'Allemaal opvoeders' online

      Project 'Allemaal opvoeders' online

      Op deze website vindt u voortaan informatie over het project 'Allemaal opvoeders'. Dat we allemaal opvoeders zijn wil zeggen dat iedereen medeverantwoordelijk is voor het opvoeden van kinderen in de omgeving. Ouders hebben behoefte aan steun bij de opvoeding. Dat kan in formele en informele netwerken in de buurt, rond de school en langs de zijlijn van het sportveld. Zo ontstaat er een positief opvoedklimaat, waar kinderen en jongeren profijt van hebben.

      Versterking van opvoednetwerken

      De verantwoordelijkheid voor de opvoeding is de laatste decennia steeds meer een geïsoleerde gezinsverantwoordelijkheid geworden, waardoor ouders overbelast kunnen raken. Uit onderzoek blijkt dat ouders meer behoefte hebben aan informele steun bij de opvoeding. In wijken met meer sociale samenhang blijken risico's in de opvoeding, waaronder kindermishandeling, af te nemen. Versterking van informele netwerken verhoogt de pedagogische en sociale kwaliteit van de woonomgeving. Als laagdrempelige voorziening voor ouders, kinderen en jongeren kan het Centrum voor Jeugd en Gezin die versterking in gang zetten.

      Twaalf proefgemeenten

      De komende twee jaar verkennen twaalf gemeenten in proefprojecten de 'pedagogische civil society': de formele en informele netwerken rond gezinnen. De proefgemeenten worden daarbij ondersteund door het Nederlands Jeugdinstituut en de Universiteit Utrecht. Het doel van het project is het versterken van de informele sociale steun en te onderzoeken hoe dat kan gebeuren via de Centra voor Jeugd en Gezin. Op de website van het Nederlands Jeugdinstituut vinden gemeenten en beroepskrachten in de jeugdsector informatie over het project Allemaal opvoeders: over de achtergrond en betekenis van gezinsnetwerken en hoe die versterkt kunnen worden. Daarnaast zijn er voorbeelden van succesvolle en inspirerende activiteiten in binnen- en buitenland.

      Vrijwillige inzet

      Het project 'Allemaal opvoeders' is onderdeel van het programma 'Vrijwillige inzet voor en door jeugd en gezin'. Dit programma wordt, in opdracht van het ministerie voor Jeugd en Gezin, uitgevoerd door ZonMw. Het programma richt zich op het versterken van formele en informele steun voor gezinnen.

      http://www.nji.nl/eCache/DEF/1/17/229.html

      04-02-2010 om 22:15 geschreven door Webmaster

      0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
      >> Reageer (0)
      14-12-2009
      Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.'œHechtingspatronen welke in de vroege kindertijd gevormd worden, blijken tot op volwassen leeftijd van doorslaggevende betekenis in intieme relaties.'
       
      “Hechtingspatronen welke in de vroege kindertijd gevormd worden, blijken tot op volwassen leeftijd van doorslaggevende betekenis in intieme relaties.”
      (Rien Verdult , ontwikkelingspsycholoog)                    

      Susan Johnson (1994) gelooft dat “hechting een lens is om de volwassen liefde door te bekijken”. De theorie van de hechting is volgens haar voor een groot deel wat er mis gaat in relaties en wat je er aan kunt doen. Ze vindt dat onze behoeften in volwassen relaties vergelijkbaar zijn met die in onze kindertijd. Het verband dat Love Me legde (in een van haar opmerkingen op deze site ) tussen hechtingsproblematiek en een midlifecrisis , lijkt dan grond te hebben. Vandaar dat ik het natuurlijk niet kon laten dit verband uit te zoeken . De woorden van Susan Johnson lijken de opmerking van Love Me te bevestigen. Dat maakt mij meer nieuwsgierig naar een mogelijk verband tussen hechtingsgedrag en een midlifecrisis.

      Laat het duidelijk zijn dat ik hier duidelijk spreek van mogelijk…als ik iets heb geleerd in midlifecrisis, is dat niets “zwart-wit” is. Dit artikel is dus niet bedoeld om te zeggen dat iedere persoon in midlifecrisis een hechtingsproblematiek heeft. Het gaat mij te ver dit te stellen , toch wil ik jullie meenemen in de mogelijke verbanden tussen het kind en de volwassene (in verwarring), om dit te doen is het allereerst van belang te weten wat hechtingsgedrag is.

      Wat is hechtingsgedrag?
      (John Bowlby 1963)

      Hechtingsgedrag is het gedrag dat kinderen en volwassenen laten zien als ze gescheiden worden van hun bron van veiligheid. Hechtingspatronen bestaan uit niet-bewuste innerlijke processen, die bepalen hoe je over jezelf en anderen denkt. Dit is belangrijk voor ieders ontwikkeling. Het is dan belangrijk te weten wat de “desky’s” (deskundigen) over hechting en de patronen, te zeggen hebben.

      Er zijn verschillende ideeën over hechting

      Enerzijds zeggen ze dat hechting een vrij constant beeld is die van generatie op generatie wordt overgedragen. Waarmee ze bedoelen dat een eenmaal aangeleerde stijl zal betekenisvol is voor de rest van je leven. Met andere woorden jouw manier van omgaan met jezelf (wanneer je gescheiden word van je veiligheid) wordt mede bepaald door wat je als kind hebt ervaren en deze manier gaat over van ouders op kind.
      Anderzijds zijn er deskundigen die hechting zien als een proces. Het idee is dan dat je een andere hechtingstijl kan hebben al naargelang de betrokken persoon (je kan veilig gehecht zijn naar je moeder toe, en gedesorganiseerd gehecht naar je vader, enz). Deze mensen zien de mens als een flexibel wezen dat zich goed kan aanpassen en vaardigheden ontwikkeld via veranderingsprocessen. Waarmee dus eigenlijk gezegd word dat een oorspronkelijke hechting niet alles bepalend hoeft te zijn. Wanneer je zo denkt kan je zeggen dat onveilig hechtingsgedrag een (adequate) aanpassing is van een kind aan de situatie. Het is een gedrag dat aangepast is aan het gevoel van gevaar.

      Wanneer je dit legt op koppels betekent dit dat als een partner jaloers en wantrouwig reageert, dit wel eens een adequate reactie zou kunnen zijn bvb wanneer vreemd de partner vreemd gaat. Het onveilig hechtingsgedrag kan dan een gepaste strategie zijn. Dan is het mogelijk dat iedereen in staat is om verschillende hechtingspatronen te ontwikkelen naar gelang omstandigheden en de relatie met onze hechtingsfiguren. Waardoor je zou kunnen stellen: het verleden ligt wel vast, maar de betekenis ervan wordt telkens herschreven.                                             

      Hechtingspatronen
      (Cassidy, 1999).

      1) In het veilige hechtingspatroon zoekt het kind, in geval van nood, steun en troost bij de ouder. Robert Karen, kinderarts klinisch psycholoog en schrijver van “Becoming Attached”, geeft in zijn artikel aan dat het waarschijnlijk is dat kinderen die veilig gehecht zijn als volwassenen in staat zijn hun partners lief te hebben en hen open en met vertrouwen tegemoet te treden. Ze kunnen zich afhankelijk opstellen en anderen van hen afhankelijk laten zijn, zonder dat ze zich er ongemakkelijk bij voelen. Ze beschikken over een hele reeks aan gevoelens en herinneringen, zowel positieve als negatieve.

      2) Angstig-vermijdend gehechte kinderen zoeken geen troost en steun bij de moeder, maar blijven zich bij gevaar richten op de omgeving. Bij volwassenen staat dan een sterke gereserveerdheid en afstandelijkheid centraal. Zij ontkennen de effecten van vroegere ervaringen en ze hebben een slecht geheugen voor persoonlijke ervaringen. Ze hebben de neiging om ouders te idealiseren; zij leggen de nadruk op persoonlijk kracht; hun gevoelens houden ze veelal op afstand en ze benadrukken emotionele onafhankelijkheid.

      3) Angstig-ambivalent gehechte kinderen reageren heel sterk op scheiding en dreiging en ze zoeken wel contact met hun hechtingsfiguur, maar zijn boos en moeilijk te troosten. Ze klampen zich enerzijds vast aan hun moeder,maar anderzijds weren ze haar ook teleurgesteld af. Deze kinderen ontwikkelen zich vaak tot gepreoccupeerde(jaloers en wantrouwige) volwassenen. In intieme relaties hebben ze de neiging de partner te verstikken in een versmeltende relatie. Zij overwaarderen hun vroegere hechtingservaringen, komen moeilijk los van hun ouders, waarop ze nog steeds boos kunnen zijn of die ze nog steeds willen behagen. Hun vertrouwen in de eigen mogelijkheden is beperkt; ze zijn hyperalert voor tekenen van steun, acceptatie, goedkeuring, dan wel afwijzing.

      4) De vierde groep is de gedesorganiseerde hechting. Hierbij is het kind niet in staat om op scheiding of dreiging adequaat te reageren. Er is sprake van een ineenstorting van de gedrag om met stress om te gaan. Deze kinderen vertonen vaak een chaotisch gedrag. Ze lijken overspoeld te worden door emoties die ze niet kunnen hanteren. Ze wisselen voortdurend van strategie, waardoor hun gedrag vaak doelloos en tegenstrijdig lijkt. De gedesoriënteerde volwassenen vertonen een ongeloof in de realiteit van vroegere gebeurtenissen; bij hen kunnen tijdelijke bewustzijnsveranderingen worden waargenomen en lijkt het vermogen tot logisch redeneren verstoord; ze raken in verwarring als het thema van verlies en scheiding wordt aangeraakt; (deze groep kan worden geassocieerd met borderline problematiek)                       

      Hechtingsproblemen kunnen belangrijke gevolgen hebben voor de relatie.

      Verlatingsangst en bindingsangst.
      Verlatingsangst is, zoals het woord al zegt, de angst om door iemand die belangrijk voor je is te worden verlaten. Bindingsangst is de angst om jezelf emotioneel aan iemand te binden. Verlatingsangst en bindingsangst lijken dus het tegenovergestelde van elkaar maar zijn in feite twee kanten van dezelfde medaille.
      Angst voor intimiteit.
      Om een intieme relatie aan te gaan moet er sprake zijn van vertrouwen. Je toont de ander je gevoelens en gaat ervan uit dat de ander daar geen misbruik van maakt. Dat klinkt simpel, maar dat is het in de praktijk voor velen niet; uit angst voor kwetsing verberg je voor anderen je gevoelens en verlangens.

      Belangrijkste gevolgen van hechtingsproblemen

      Onredelijke jaloezie
      Jaloezie ontstaat omdat gedacht word dat een ander van de partner meer aandacht en liefde krijgt dan zijzelf. En de grootste behoefte is juist die liefde en aandacht. Die aandacht verschaft zekerheid en een gevoel van eigenwaarde die ze van zichzelf nog niet hebben.

      Overspel ;
      Zo probeer je intimiteit te vermijden en dat geldt zowel voor diegenen met bindingsangst als diegenen met verlatingsangst, de eersten doen het om intimiteit te vermijden, en de laatsten om gezien hun onzekerheid zelfbevestiging te gaan zoeken.

      Seksuele problemen (hechtingsproblemen hebben te maken met emotionaliteit,seksualiteit ook)

      Emotionele verwijdering

      Communicatievalkuilen; 
      Communicatievalkuilen kunnen zijn:  het geven van een negatieve uitleg aan gebeurtenissen en het overal zien van afwijzingen (beide valkuilen komen voort uit het negatieve zelfbeeld of negatieve beeld van anderen dat de betrokkenen hebben). Een  patroon van aandringen en terugtrekken, een patroon van aantrekken en afstoten.

      Onderzoek wijst op de mogelijkheid dat de persoon die een bepaalde gehechtheidstijl geleerd heeft in relatie tot de ouders, dezelfde stijl zal hanteren tegenover de partner. Je neemt als het ware je in je jeugd aangeleerde hechtingsstijl mee in je latere relatie. Studies wijzen dan ook op een negatieve wisselwerking tussen je tevredenheid in je relatie en onveilige gehechtheidstijlen. Tevens blijkt dat negatieve gevolgen van de onveilige stijl van de ene partner kunnen worden gecompenseerd door de veilige stijl van de andere partner.

      Dit kan dit betekenen dat het mogelijk is dat een onveilige hechtingsstijl je ontevreden maakt over je relatie maar het kan ook betekenen dat in een relatie veilige gehechtheid groeit door de stijl van je partner en door tijdsduur van je relatie. In het laaste geval maak je dan samen een ontwikkeling in intimiteit door.                               

      De Ontwikkeling van Intimiteit van 35 tot 45 jaar
      ( M.Delfos 1994)

      " In deze fase staat de mens voor de taak om echte intimiteit tot stand te brengen. Dit houdt in, het tot stand brengen van verweving van elkaars grenzen en tegelijkertijd het respecteren van elkaars eigenheid. De ontdekkingen uit de vorige fase moeten nu omgezet worden in concreet gedrag. Hierbij wordt er een groot appèl gedaan op de mate van tolerantie en mate van eigenheid van de partners. Er treedt een verschuiving op van lichamelijke intimiteit naar emotionele intimiteit. In deze fase zal een balans tussen seksualiteit en intimiteit tot stand gebracht moeten worden. Deze kan leiden tot een echte intimiteit. De beoordeling van de mate van intimiteit, waarbij de balans tussen seksualiteit en intimiteit van het grootste belang is, zal bepalend zijn voor je gevoel over de relatie. De voortgang van de relatie zal hier in sterke mate afhankelijk van zijn".

      Maar wat betekent dat nou als je onveilig gehecht bent?
      Hechtingsstijlen kunnen negatief getoond worden onder invloed van bvb een latere, langdurige relatie met een iemand die een ander gehechtheidpatroon heeft waardoor eigen hechtingstijl negatief getoond wordt. Tevens kan invloed van situaties waarin er een plotselinge impact, meestal traumatisch van aard voor de persoon, een onverwachte negatieve reactie teweeg brengen. Martine Delfos zegt hierover: "Jung spreekt dan van een midlife crisis in deze periode".

      De balans tussen seksualiteit en intimiteit kan dan moeizaam of niet worden bereikt ....en hoe komt dat?
      Uit angst voor intimiteit? Voor verlating? Voor intieme binding? Voor verlies van sexualiteit? voor ouder worden?
      Speelt een van deze vragen bij jou of jullie een rol?

      Wanneer je zo ernaar kijkt zou kunnen dat (enige mate) van hechtingsproblematiek een basis kan zijn voor een midlifecrisis in later leven. Mocht je herkenning hebben, weet dan dat je niet alleen bent en dat hulp hierbij kan zoeken waardoor je denken en doen kunnen veranderen zodat je weer rust plezier en verlangen kan ervaren zonder gespannen gevoel. Ga naar je huisarts en bespreek je gevoelens hij kan je naar de juiste persoon door verwijzen.                                     

       “Veilige hechting is een bron van leven; onveilige hechting leidt tot overleven”
                                          (Rien Verdult ,ontwikkelingspsycholoog)                   


      http://www.midlife-info.nl/index.php?option=com_content&view=article&id=102:hechting&catid=44:ennea&Itemid=81

      14-12-2009 om 23:10 geschreven door Webmaster

      0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
      >> Reageer (0)
      09-12-2009
      Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Pleegzorg voor chimpansees werkt

       

      In een uniek experiment in het Yerkes National Primate Research Center in Atlanta hebben de Leidse pedagogen prof.dr. Rien van IJzendoorn en prof.dr. Marian Bakermans-Kranenburg en collega’s van de Universiteit van Portsmouth aangetoond dat jonge chimpansees veel profijt hebben van vier uur per dag persoonlijke aandacht van een menselijke verzorger. Ze raken veiliger gehecht aan de verzorger en ze ontwikkelen hun cognitieve vermogens beter. De onderzoekers verwachten hetzelfde effect bij kinderen.

      Een artikel met deze onderzoeksresultaten verschijnt op de website van het blad Developmental Psychobiology.

      Verwaarlozing

      Bij het onderzoek waren 46 chimpanseebaby’s betrokken waar de moeders niet voor konden zorgen. In het Yerkes primatencentrum in Atlanta (USA) worden baby chimpansees bij hun moeder weggehaald als ze door verwaarlozing of fysieke mishandeling dreigen te overlijden. Een deel van de pasgeboren chimpansees kreeg de gebruikelijke verzorging door oppassers die hen eten gaven en de hokken schoonmaakten, maar zonder persoonlijke aandacht. De jonge aapjes groeiden op in een groep met lotgenoten. Een willekeurige groep andere aapjes kreeg daarnaast in het eerste levensjaar vier uur per dag, vijf dagen per week extra zorg en aandacht van hun persoonlijke verzorger.

      IQ-test

      Met negen maanden werden de aapjes getest op hun cognitieve ontwikkeling. Dat gebeurde op dezelfde wijze als gebruikelijk is bij baby’s, met spelletjes en puzzels die ook in IQ-tests voor kinderen worden gebruikt. Ook werd de kwaliteit van gehechtheid aan de menselijke verzorgers gemeten, eveneens op dezelfde wijze als dat bij baby’s gebeurt. Dit was nog niet eerder gedaan bij primaten, maar gaf verrassend overeenkomstige gedragspatronen tijdens de procedure te zien.

      Meer vertrouwen

      Wat bleek na een klein jaar van responsieve, persoonlijke aandacht in vergelijking met de gebruikelijke afstandelijke opvang? De jonge chimpansees waren minder angstig gehecht aan hun verzorger. Ze hadden ook minder behoefte aan een surrogaat zoals een dekentje of een doek als vervanger voor de verzorger in zijn afwezigheid. De jonge chimpansees in de verrijkte sociale omgeving met meer persoonlijke aandacht hadden meer vertrouwen in hun verzorger en raakten minder in paniek als ze een poosje alleen moesten achterblijven in een vreemde omgeving of met een onbekende persoon. Ook was er een gunstige invloed op de cognitieve ontwikkeling. De persoonlijk verzorgde aapjes presteerden veel beter op de cognitieve test dan hun soortgenootjes die zonder extra één op één contact werden opgevangen.

      Omgeving belangrijk

      De onderzoekers concluderen dat ontwikkeling sterk beïnvloed wordt door de omgeving, zelfs bij primaten. Gehechtheid en cognitieve ontwikkeling kunnen enorm verbeteren als er persoonlijke, responsieve aandacht is. Ook de tienduizenden jonge (mensen-)kinderen die overal ter wereld moeten opgroeien in tehuizen zouden van zulke extra aandacht kunnen profiteren, zo verwachten de Leidse onderzoekers.

      Internaten en weeshuizen

      Jonge kinderen in internaten en weeshuizen moeten het zonder die persoonlijke aandacht stellen. Ze lijden onder structurele verwaarlozing van de meest basale menselijke behoefte aan veiligheid en bescherming in tijden van spanning en angst. De enorme inhaalslag van adoptie- en pleegkinderen na plaatsing in een gezin moet waarschijnlijk aan die noodzaak van persoonlijke aandacht worden toegeschreven. Als opvang in internaten of weeshuizen toch onvermijdelijk is, zoals in tal van Oost-Europese en Afrikaanse landen, dan kan en moet dus de kwaliteit van die opvang drastisch verbeteren, zo betogen de onderzoekers. Meer stabiele, persoonlijke aandacht is hiervoor een cruciaal ingrediënt, zo laat het experiment met de jonge chimpansees zien.

      Marinus H. van IJzendoorn, Kim A. Bard, Marian J. Bakermans-Kranenburg, & Krisztina Ivan (2008). Enhancement of Attachment and Cognitive Development of Young Nursery-Reared Chimpanzees in Responsive versus Standard Care. Developmental Psychobiology December 2008

      http://www.studereninleiden.nl/actueel/bericht/pleegzorg-voor-chimpansees-werkt/

      09-12-2009 om 20:54 geschreven door Webmaster

      0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
      >> Reageer (0)
      02-12-2009
      Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen."Ik kan niet volgen"
      HelpLeerproblemen 
      «Onze Leendert heeft het niet gemakkelijk. Hij moet hard en lang werken om te kunnen wat zijn klasgenoten kunnen.Hij loopt altijd op de tippen van zijn tenen. In de klas is hij meestal als laatste klaar. Soms mag hij wat langer doorwerken van de leerkracht. Maar veel lost dat niet op. 's Avonds doen we niets anders dan samen oefenen. Als ik dan zie welke fouten hij vandaag in de klas maakte, begrijp ik het niet meer.'Ik ben de domste van de klas', zuchtte hij.» (Kurt, vader)

      Naar schatting één kind op vijf heeft leerproblemen op school.

      LEERPROBLEMEN: «Wij zijn niet dom»

      • Wat? Kinderen met leerproblemen hebben het moeilijk met schoolse vaardigheden: lezen, schrijven, rekenen, een vreemde taal leren
      • Waarom? Leerproblemen kunnen het gevolg zijn van:
        • omstandigheden: weinig aandacht thuis, onvoldoende uitleg in de klas, gezinsproblemen
        • een verkeerde werkhouding: kind leert uit het hoofd en heeft geen inzicht, steekt uren in lijntjes en kleuren maar werkt weinig oefeningen af
        • emotionele problemen: faalangst, gebrek aan zelfvertrouwen, demotivatie
        • begaafdheid: het niveau en tempo op school ligt te hoog, het kind zit in de verkeerde school of studierichting
        • leerstoornissen zoals dyslexie (hardnekkige lees- en schrijfproblemen) of dyscalculie (hardnekkige rekenproblemen). Wie leerstoornissen heeft, is niet dom of achterlijk. Hij of zij leert alleen anders.
      • Gevolgen? Kinderen die met leren geen succes ervaren, reageren vaak heel verschillend: ze gaan zich aanstellen, de clown uithangen, verliezen hun zelfvertrouwen («Ik kan niks»), worden opstandig, agressief of trekken zich terug... Leerkrachten en ouders begrijpen hen vlug verkeerd. «Ze kunnen wel maar willen niet», zeggen ze dan.

      U VERMOEDT EEN PROBLEEM? Niemand is schuldig

      • Wat denkt, voelt, doet uw kind?
        • Huiswerk maken en lessen leren worden een hel. Uw kind probeert aan elke taak te ontsnappen en gaat niet graag meer naar school.
        • Het kind voelt zich schuldig omdat het niet meer voldoet aan de verwachtingen van zijn leerkrachten, ouders, grootouders.
        • Het verliest het geloof in zichzelf: «Ik kan niks».
        • Het wordt agressief, gaat zichzelf afsluiten, klaagt van buikpijn, weent voor het minste
      • Wat denkt, voelt, doet u?
        • U probeert te helpen en gaat overbeklemtonen: bent streng, moedigt extra aan, oefent samen, geeft tips.
        • U bent ongerust en angstig voor de toekomst: «Hoe moet dat aflopen?»
        • Misschien raakt u geïrriteerd en boos: op uzelf, uw partner, de andere kinderen, de leerkracht, de hele wereld.
        • U voelt zich schuldig: «Wat heb ik verkeerd gedaan?», «Ik ben niet geduldig genoeg»
        • U vergelijkt met andere kinderen van het gezin of van de klas en geraakt ontgoocheld.
        • Er komen spanningen in het gezin: elke ouder reageert soms anders op het probleem.

      HOE BEKIJKT DE SCHOOL HET PROBLEEM? Al gezien?

      1. Stap naar de school. Soms aarzelen leerkrachten om ouders te contacteren of schamen ouders zich («Het komt wel goed») en gaat kostbare tijd verloren. Soms schatten de school en de ouders het kind heel verschillend in.
      2. Bespreek het probleem:
        • Het probleem is niet ernstig. Wat extra aandacht en hulp op school en een betere aanpak thuis lost al veel op.
        • Het probleem is ernstig en sleept aan. Ga samen met de leerkracht op zoek naar mogelijke oorzaken. Scheelt er wat met de werkhouding van het kind? Zijn er emotionele problemen? Is het niveau van de school of studierichting te hoog? Misschien heeft het kind één of andere leerstoornis (5 à 10% van de schoolbevolking heeft dyslexie, 2 tot 6% heeft hardnekkige rekenproblemen of dyscalculie)?

      Beschuldig niemand: niet de leerkracht, niet het kind, niet uzelf

      U ZOEKT HULP: Niemand kan toveren

      1. Leerkrachten zijn het best geplaatst om over leerproblemen van kinderen te praten. Op school hebben de verschillende leerkrachten van uw kind, de taakleerkracht in de basisschool, de CLB-medewerker, directeur, klasleraar ieder hun eigen deskundigheid, hun eigen inbreng. Ook ouders zijn deskundig. U kent uw kind. Probeer samen te overleggen. Heel wat scholen volgen leerlingen op een systematische wijze op met een leerlingvolgsysteem. Dat betekent dat ze kinderen met leer- of andere problemen vlug signaleren. Wat loopt er fout? En waarom? Ze stellen een diagnose vast en komen in overleg met de ouders en het kind tot een handelingsplan.
      2. Stel samen een handelingsplan op:
        • Wat kan de school doen, wie doet het en wanneer? (Extra oefeningen, hulpmiddeltjes in de klas, hulp van de taakleerkracht, bijles)
        • Wat kunnen de ouders thuis doen? (Wat kan het gezin nog aan?)
        • Welke extra hulp zoeken we buiten de school? (Het Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB), logopedist, kinderarts, Centrum voor Geestelijke Gezondheidszorg) Overleg en samenwerking met ouders en school is ook hier nodig.
        • Wanneer zien we elkaar terug? (Hoe loopt het plan, moeten we niet bijsturen?)
      3. Zorg dat het actieplan ook duidelijk is voor uw kind. Laat hem of haar regelmatig mee beslissen. Geef uw kind het gevoel dat de situatie onder controle is.
      4. Hou de communicatie met de school open: blijf praten en blijf luisteren (wat zijn de vorderingen, hoe reageert het kind op de aanpak, hoe voelt het zich erbij, groeit zijn zelfvertrouwen?).
      5. Verwacht geen wonderen van welke behandeling dan ook. Als leerproblemen het gevolg zijn van ernstige leerstoornissen (dyslexie of dyscalculie bijvoorbeeld) kan je dat niet zomaar oplossen. Je kan het kind wel een aantal middelen aanbieden waarmee het zichzelf kan behelpen.
      6. Hou alle verslagen en attesten bij, vraag de school of het CLB een verslag te maken over de eindsituatie. Leg die ook voor als het kind naar een ander jaar of andere school gaat.

      LEERPROBLEMEN BEHEERSEN UW GEZIN: 5 tips

      1. Zorg dat uw extra-hulp niet tot spanningen leidt. Word geen leerkracht, maar blijf op de eerste plaats ouder. Maak het rustig en veilig thuis. Dat komt ten goede aan alle kinderen (met of zonder leerproblemen). Zorg thuis voor evenwicht tussen ontspanning en inspanning.
      2. Leerproblemen mogen het gezin niet overheersen. Maak tijd voor het probleem, maar stel tegelijkertijd grenzen aan je beschikbaarheid.
      3. Praat met de andere gezinsleden over de leerproblemen en de gevolgen. Praat niet altijd óver het kind, maar ook mét uw kind. Geef het vertrouwen. Maak het niet wijs dat een leerprobleem zonder inspanning verdwijnt.
      4.  Zoek steun bij andere ouders van kinderen met leermoeilijkheden.
      5. Stimuleer uw kind in wat het goed kan: turnen, muziek maken, voetballen Leven is meer dan schoolleren alleen.

      Leestips leermoeilijkheden

      Dankzij Villa Kakelbont - Nationaal Centrum voor Jeugdliteratuur vzw - Meistraat 2 - 2000 Antwerpen - tel: 03/202.83.58 - site www.villakakelbont.be

      1. Juut / Karen Hesse, Averbode, 1999
        9+
        Juut is negen en de middelste van een gezin met vijf dochters. Ze heeft het niet gemakkelijk: haar familie heeft het niet breed, en zijzelf is dyslectisch. Toch is ze in haar element als ze bezig is met de dingen die ze kan. Een toegankelijk en prettig verhaal.
      2.  Een prijs voor de hanenpootkampioen / Anne Fine, Fontein, 1997
        10+
        In zijn nieuwe school leert Stijn Joop kennen. Joop heeft het moeilijk met taal en rekenen. Stijn verzint allerlei trucjes om Joop te helpen, maar op sommige vlakken heeft Joop helemaal geen hulp nodig, integendeel… 
      3. Slimoor / Luc van Tolhuyzen, Davidsfonds/Infodok, 1998
        10+
        Felix voelt zich een domoor, vergeleken bij zijn slimme broer Gil. Dat hij dyslectisch is en naar een speciale school moet - die hij al op voorhand verafschuwt - versterkt dat gevoel nog. Maar het loopt anders dan verwacht…
      4.  Joey slikte zijn sleutel in / Jack Gantos, Lannoo, 1999
        13+
        Joey is een hyperactieve jongen, en dat maakt het voor hem bijzonder moeilijk om zich te concentreren. Een sympathiek boek, dat begrip wekt voor wiebelkinderen. Het vervolg, Joey gaat uit de bocht, verschijnt binnenkort.

      Dit is de vijfde bijdrage van De Eerste Lijn. Ongeveer één op vier kinderen heeft leerproblemen, maar eigenlijk zit elk kind wel eens met een probleem. Deze bijdrage kan u misschien helpen. Hou ze bij. Op pagina 7 vindt u een lijstje met interessante lectuur. Meer over leerproblemen kan u vinden op de internetsite van Klasse: www.klasse.be/archieven en in de bibliotheek bij het SISO-nummer 464 (Leerstoornissen). Zin in een boek? Een tip: «Als leren pijn doet» van W. Hellinckx en P. Ghesquière - Garant - 795fr.

      Deze tekst kwam tot stand in samenwerking met leerlingen, ouders, leerkrachten, het CLB en andere specialisten.

      http://www.klasse.be/ouders/help/43

      02-12-2009 om 19:34 geschreven door Webmaster

      0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
      >> Reageer (0)


      Archief per week
    • 18/07-24/07 2011
    • 27/06-03/07 2011
    • 06/06-12/06 2011
    • 30/05-05/06 2011
    • 11/04-17/04 2011
    • 04/04-10/04 2011
    • 28/03-03/04 2011
    • 22/11-28/11 2010
    • 15/11-21/11 2010
    • 08/11-14/11 2010
    • 25/10-31/10 2010
    • 13/09-19/09 2010
    • 31/05-06/06 2010
    • 10/05-16/05 2010
    • 26/04-02/05 2010
    • 29/03-04/04 2010
    • 15/03-21/03 2010
    • 08/03-14/03 2010
    • 08/02-14/02 2010
    • 01/02-07/02 2010
    • 14/12-20/12 2009
    • 07/12-13/12 2009
    • 30/11-06/12 2009
    • 23/11-29/11 2009
    • 19/10-25/10 2009
    • 29/06-05/07 2009
    • 18/05-24/05 2009
    • 11/05-17/05 2009
    • 27/04-03/05 2009
    • 02/02-08/02 2009
    • 19/01-25/01 2009
    • 05/01-11/01 2009
    • 15/12-21/12 2008
    • 08/12-14/12 2008
    • 01/12-07/12 2008
    • 24/11-30/11 2008
    • 10/11-16/11 2008
    • 03/11-09/11 2008
    • 27/10-02/11 2008
    • 01/09-07/09 2008
    • 14/07-20/07 2008
    • 07/07-13/07 2008
    • 23/06-29/06 2008
    • 16/06-22/06 2008
    • 02/06-08/06 2008
    • 26/05-01/06 2008
    • 19/05-25/05 2008
    • 12/05-18/05 2008
    • 05/05-11/05 2008
    • 28/04-04/05 2008
    • 21/04-27/04 2008
    • 14/04-20/04 2008
    • 07/04-13/04 2008
    • 31/03-06/04 2008
    • 24/03-30/03 2008
    • 17/03-23/03 2008
    • 10/03-16/03 2008
    • 03/03-09/03 2008

      Foto


      Foto


      Foto

      Willekeurig SeniorenNet Blogs
      hildeinselimiye
      blog.seniorennet.be/hildein
      Een interessant adres?

      Mijn favorieten
    • seniorennet.be
    • Hechtingsprobleem (Forum)
    • Hechting (Forum)
    • Hechtingsproblemen (Startpagina)

    • Een interessant adres?

      Dropbox

      Druk op onderstaande knop om je bestand naar mij te verzenden.


      Beoordeel dit blog
        Zeer goed
        Goed
        Voldoende
        Nog wat bijwerken
        Nog veel werk aan
       


      Blog tegen de regels? Meld het ons!
      Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!