Alle lichtjes en de kaarsen gaan flonkerend aan Buiten sneeuwt het, bij een mooie volle maan. Het gevoel dat ons met Kerst altijd zal bevangen, is dat wij er iedere keer samen weer naar verlangen.
Kerst is het mooiste in mijn leven. Kerst is wat ik je wil geven. Kerst is voor groot en klein. Ze willen allemaal een vriendje zijn. Kerst is voor jou, Omdat ik zoveel van je hou.
De druk en chaos is er weer voor kerstmis heerst die aparte sfeer Dennengeur overal waar je bent kaarsengeur ook voor iedereen bekent waarvan je nog net dat lichtpuntje ziet het licht waar iedereen van geniet´ Licht van warmte en verdraagzaamheid licht die vele ook verblijdt ieder jaar vieren we het weer en ieders keer willen we meer wat willen we nog meer wensen dan geluk en gezondheid voor alle mensen Vrede willen ze overal door vrede te creeeren raken we van wal wanneer gaan we eens begrijpen dat vrede ook moet rijpen Hierin iedereen aan mee moet doen of is het toch een visioen onderscheid zal er altijd zijn voor de een groot voor de ander klein Daarom wil ik met niemand ruilen en me ook nergens voor verschuilen Ik heb eigenlijk geen wens maar hoop het zelfde voor ieder mens Misschien word het ooit nog eens zo fijn dat we allemaal hetzelfde zijn En kerstmis vieren met waardering en respect dan is voor mij kerstmis meer dan perfect
Kerst komt heel dicht aan ons deurtje kloppen Een tijd van kaarslicht en van dennengeur Van pakjes onder de boom en goede voornemens Ik stuur iedereen alvast de beste wensen
Een legende over waarom we engelenhaar in de kerstboom doen
Een grijze spin liep over de vloer van de herberg. "Oh," gilde de dochter van de herbergier. "Maak dat je wegkomt, lelijk mormel."
"Zou ik werkelijk lelijk zijn?" vroeg de spin zich af, toen hij tegen de muur opklom. "Hoe het ook zij, mijn web is prachtig." Hij spon een mooi groot web en zocht er een goed plaatsje in om de nacht door te brengen.
Maar de volgende morgen, o hemeltje lief, de herbergierster kwam er aan met haar bezem. "Wat! Een spinnenweb in mijn schone kamer!" riep ze. Ze veegde het prachtige web naar beneden en verjoeg de spin. "Daar ga je," zei ze en joeg hem met haar bezem weg. "Ik kan spinnen met hun lelijke harige lichamen en afschuwelijke lange poten niet uitstaan."
"Niemand mag me," jammerde de arme spin, toen hij wegging naar de herbergstal en hij begon een web te spinnen van de ene balk naar de andere. Daar viel niemand hem lastig. De dieren onder hem waren hem eigenlijk dankbaar, omdat hij de vliegen ving, die hen bij warm weer plaagden.
"Nu maak ik me tenminste nuttig," zei de spin. "Als ik nu ook maar mooi was," voegde hij er met een zucht aan toe. Maar omdat dat nu eenmaal niet kon, begon hij het fijnste web te spinnen, dat ooit door een spin gemaakt werd.
Hij werkte er al sinds lang aan, toen er op een nacht grote drukte in de stal onder hem heerste stemmen en het flikkeren van lichten. Hij kon niet ontdekken wat er gebeurde, maar 's morgens keek hij naar beneden en daar zag hij in een van de kribben een teer kindje, waarover zich een mooie jonge vrouw boog, terwijl een oudere man met een vriendelijk gezicht toekeek.
De baby begon te huilen. "Hij heeft het koud," zei zijn moeder. "Ik heb al het stro, dat ik kon vinden over hem heen gelegd, maar het is niet genoeg."
Dit was de grote kans voor de grijze spin. Met zijn schitterend web, dat zo zijachtig zacht was als distelpluis en zo warm als wol, kwam hij van de balk naar omlaag en hij legde het aan de voeten van de moeder. Zij pakte het op, legde het over haar baby en stopte het warmpjes om hem heen. Hij hield op met huilen en viel tevreden in slaap.
Toen zei Maria, de moeder, tot de kleine grijze spin, die daar trots bij stond: "Grijze spin, welke beloning wil je hebben voor je heerlijk geschenk aan mijn zoon?"
"Oh, alstublieft," zei de spin, terwijl hij zijn voorpoten ineensloeg, "als ik toch alleen maar mooi zou mogen worden!"
"Dat kan ik niet doen," antwoordde Maria, "je moet zo blijven, als de Heer je geschapen heeft. Maar ik zal maken dat de mensen blij zijn je te zien. Als iemand 's avonds een spin ontdekt, zal hij zeggen: 'Aha, dat betekent geluk.'"
En daarom beschouwt men het tot op deze dag als een teken van geluk, wanneer men 's avonds een spin ziet. En tot op de dag van vandaag hangen wij tevens op kerstavond lange gouddraden en zilveren 'engelenhaar' in de kerstboom ter herinnering aan de kleine grijze spin en het geschenk, dat hij aan het Christuskind heeft gegeven.
De Kerstman is weer in het land. Die lieve man heeft iets voor jullie in zijn hand. Het is niet zo groot maar ook niet al te klein. De Kerstman hoopt dat jullie er blij mee zullen zijn.
ik stuur deze kerstkaart met fijne wensen naar heel bijzondere mensen wensen met bergen van geluk een goede gezondheid veel gezelligheid een heel jaar aan een stuk
Een kerstbal is een ornament dat in de kerstboom wordt gehangen.
In een kerstboom hangen vaak tientallen kerstballen. Kerstballen zijn oorspronkelijk van geblazen glas, maar worden, vanwege de breekbaarheid, ook van kunststof gemaakt.Met name de rage om kerstverlichting en bomen in de tuin te plaatsen heeft hiermee te maken.
De oorspronkelijke kerstbal is van glas en aan de binnenzijde voorzien van een laagje metaal (meestal zilver). Meestal is een kerstbal dan ook spiegelend. De oorsprong van de kerstbal lijkt de heksenbal te zijn, die vroeger in huis aan de lamp hingen of in de tuin in de borders lag. Doordat men geloofde dat heksen geen spiegelbeeld hadden, kon men via de spiegelende bal makkelijk een heks herkennen als die zich in huis bevond. De zilveren ballen in de tuin hadden voornamelijk een decoratief doel.
De oorsprong van de bal als versiering in de kerstboom heeft te maken met de opkomst van de glasblazerij in Oost-Europa. Men ging toen steeds vaker glazen ballen gebruiken in plaats van vergulde noten, rode appeltjes en koek. Voordat de kerstbal in de negentiende eeuw bij rijke mensen in de kerstboom kwam, werd de kerstboom versierd met papieren slingers en geknipte papieren figuren.De piek was onbekend. Meestal werd de boom bekroond met een ster. De oudste kerstballen hebben een glazen oogje.
Het zetten van een kerstboom was vóór de negentiende eeuw bij ons een zeldzaamheid. Het gebruik is eigenlijk Duits en waarschijnlijk via middenstanders ...
Ho ho ho... heb je 't gehoord vannacht dat was beslist de Kerstman die kerstcadeautjes bracht ik heb maar niet gekeken en deed of ik sliep want stel je toch eens voor dat hij me zag gluren dan ging hij er beslist vandoor..
Een boom vol lichtjes... en blije kindergezichtjes. Een dak met sneeuw zo wit een kindje dat op een slede zit... Een huis vol met leuke verhalen die de sfeer van Kerst bepalen...
Stuivend door de sneeuw in een arrenslee over wijde velden hoe heerlijk is het rijden in een arrenslee dus zing gezellig mee rinkelbel, rinkelbel... rinkel vrolijk mee hoe heerlijk is het rijden in een arrenslee