Positief
taalgebruik
De Stad Gent heeft het woord allochtoon uit haar woordenlijst
geschrapt, omdat het een negatieve bijklank zou hebben. Voortaan wordt in Gent gesproken over bijvoorbeeld
Turkse of Marokkaanse Gentenaars, in
plaats van allochtonen.
In navolging van dit opmerkelijk initiatief, heb ikzelf
besloten mijn taalgebruik op te vijzelen, en woorden met een negatieve bijklank
uit mijn woordgebruik te weren. Hierna
enkele voorbeelden uit mijn nieuwe taalgebruik.
Na de vele bankschandalen en de super bonussen voor degenen
die het spaargeld van hun klanten hadden verloren met slecht te gokken op de
beurs, zeg ik niet meer: Ik ga naar de bank,
maar wel: ik ga naar het dobbelhuis;
Nadat ik in de krant heb gelezen dat een middagdutje zeer goed
is voor de geestelijke en lichamelijke gezondheid, en zelfs Alfred Einstein er
een grote voorstander van was, zeg ik niet meer tegen mijn vrouw: Ik ga een middagdutje doen, maar: ik ga een Einsteinslaapje doen;
Na de vele pedofielschandelen in de kerk rond priesters,
bisschoppen, paters, broeders van liefde en andere geestelijken, zeg ik niet
meer: Ik ga naar de Kerk, maar: ik
ga naar het Spruitjeshuis;
Paardenvlees in bereidingen met rundsvlees,
uitwerpselen van dieren in koekjes, restanten van vergiftigde maïs in de gehele
voedselketen, dodelijke bacteriën op groenten, enz., enz
. Inkopen doen wordt meer en meer een gok: ga ik er ziek van worden, of niet? Bijgevolg zeg ik niet meer: Ik
ga inkopen doen in de supermarkt,
maar: ik ga naar de superroulette;
Door de alsmaar hoger oplopende kosten door de vergrijzing,
krijgen woorden als bejaarden en gepensioneerden voor sommigen beetje
bij beetje een negatieve bijklank.
Daarom zeg ik niet meer: Die man gaat met pensioen, maar: die man wordt thuiswerker, en een bejaarde
noem ik nu voortaan een seniorknaap;
Lance Armstrong heeft bekend dat zijn zeven Tourzeges er kwamen
dankzij dopinggebruik. Sinds zijn openbare
biecht, hebben vele andere renners het gebruik van doping toegegeven. Het woord koers roept nu negatieve
gedachten op. Mij zul je niet meer horen
zeggen: Ik ga naar de koers kijken
op tv, maar: ik ga naar de speedrace
kijken op tv.
En tenslotte: een zin die ik tegenwoordig het minst graag
uitspreek, is de volgende: Ik heb eens gekeken, het is dringend tijd om mazout
in te doen. Van het woord mazout krijg
ik de koude rillingen, sinds de prijs ervan naar een onbetaalbare hoogte is gestegen. Wees positief, zeg niet meer: We gaan mazout indoen, maar wel: we gaan vloeigoud indoen. Klink heel wat chiquer, en het woord benadert
beter de werkelijkheid dan het stomme mazout.
Wie nog tips heeft om mijn taalgebruik positiever te maken,
mag het mij laten weten. Alle rooskleurige
ideeën zijn welkom.
|