Heeft u nog geen Boom gekocht? Dan heeft u geluk. Hier kunt u iets lezen over de achtergronden van de Boom, de Boom in andere landen,
De Kerstboom is ook in de 21ste eeuw niet weg te denken uit de Nederlandse huiskamers. Toch is de Kerstboom lange tijd verguisd geweest als heidens symbool. De blijvend groene spar versierd met lampjes of kaarsjes, staat namelijk symbool voor de terugkeer van het licht in de lente en is een overblijfsel van de Germaanse Midwinterviering.
Een boom uitgezocht, naar huis gesleept, de kerstversiering uit de verste hoek op zolder geplukt, en eindelijk staat hij er dan: de Boom. Nu alleen nog de stekker in het stopcontact, en zie.... NIETS. In die hele slinger kerstboomlampjes zit er dus eentje los of is er eentje kapot. Wat een ellende. Met een beetje pech begeven plotsklaps alle lampjes het. Vraagt u zich ook wel eens af hoe dit mogelijk is? Wij vonden het antwoord in de Intermediair. Daar vertelde G.E. Wiersma uit Buitenpost:
Lampjesellende
"Een aantal jaren terug was Kerstboomverlichting zo ontworpen dat de (seriële) schakeling werd verbroken als er één lampje kapot ging. Alle lampjes gingen dan tegelijk uit. Tegenwoordig zijn de lampjes voorzien van een schakeling die ervoor zorgt dat de stroom niet verbroken wordt als één lampje stuk gaat. Wel neemt de spanning over de resterende lampjes toe, waardoor deze sneller kapot gaan. Wanneer verschillende lampjes defect raken, neemt de spanning over de resterende lampjes zover toe dat er een kettingreactie ontstaat waarbij alle lampjes snel achter elkaar doorbranden. Om dit te voorkomen is het verstandig defecte lampjes direct te vervangen."
De grootste 'Kerstboom' van ons land staat elk jaar in IJsselstein Hier wordt de TV-zendmast 'Gerbrandytoren' eens in de vijf jaar rond Kerstmis versierd met 121 lampjes. Aangezien de mast hoog is, is hij in de wijde omtrek te zien. Hij wordt in het Guinness book of Records vermeld als grootste verlichte zendmast van de Benelux. In 1999 kocht 45% van de Nederlandse huishoudens (ruim 3 miljoen) een kerstboom. Er worden steeds duurdere bomen gekocht, zoals blauwsparren en de Nordmann-spar. De gemiddelde prijs van een boom met kluit was toen 21 gulden, zeg maar 10 euro. De boom met kluit wint terrein. In 1999 had 64% van de verkochte bomen een kluit. Zeven procent van de verkopen betrof een kunstboom. 1,1 miljoen huishoudens had geen boom in huis. In de meeste gevallen ging het hier om eenpersoonshuishoudens. Ruim eenderde van de bomen werd bij een tuincentrum gekocht, 17% bij een handelaar op straat en 16% bij de kweker. (Deze informatie is afkomstig van het productschap Tuinbouw.) De geschiedenis van de Boom
Bij veel voor christelijke volken was de spar het symbool van groei en bloei en verjager van heksen en slechte geesten. Vroeger bond men sparrenboompjes hoog in de mast van een terugkerend schip, ten teken dat men met Kerst weer thuis hoopte te zijn. In de vijfde eeuw dook de spar op als Boom des Levens in mysteriespelen in Duitse kerken. Hij was behangen met appels (de zonde) en ouwel (de redding). Later werden de appels en ouwel vervangen door koekjes in allerlei vormen. In de negende eeuw verbood Karel de Grote het opzetten van een kerstboom en in de tiende eeuw deed paus Martinus II hetzelfde in Italië. Pas in de zeventiende eeuw dook de versierde spar weer in het openbaar op. De eerste versierde kerstboom was weer te bewonderen in Straatsburg. Pas in het begin van de negentiende eeuw zette deze traditie goed door in ons land. In India versiert men bananenbomen in plaats van sparren. Er worden mangobladeren gebruikt in plaats van hulst en olielampjes in plaats van kaarsen In Engeland en Amerika hangt men een mistletoe op in huis. De mistletoe (ook vogellijm of maretak genoemd) is het symbool van vriendschap. Een meisje dat per ongeluk (?) onder de mistletoe staat, mag door een jongen worden gekust. En vice versa natuurlijk.
In Oost-Europa vasten mensen de dag voor Kerstmis, zodat het kerstmaal extra goed smaakt. Men gaat aan tafel als de eerste ster aan de hemel verschijnt en er wordt bij het diner 1 stoel vrijgelaten voor het kerstkind. In Polen legt men stro op de vloer en op tafel als herinnering aan de stal van Bethlehem. Er wordt optalek (een plat brood waarin kerstfiguren zijn gedrukt) gegeten. Het brood gaat rond zodat iedereen een stukje af kan breken. Wie niet thuis is, krijgt een stukje opgestuurd.
In Brazilië worden geen echte, maar plastic kerstbomen in huis gezet. Men gaat naar de nachtmis, er wordt gegeten, gedronken en cadeautjes uitgepakt. Vervolgens wordt er tot de volgende dag twaalf uur knalvuurwerk afgestoken.
In Scandinavië speelt de geit een grote rol in de kerstviering. De geit zou boze geesten die rond de jaarwisseling te voorschijn komen, verdrijven. Men geeft elkaar geitjes van stro en kinderen verkleden zich als geit. De Germanen vierden rond 25 december midwinter- of joelfeesten. Feesten van dankbaarheid voor wat geweest was en hoop voor wat nog komen moest. Ze duurden 13 dagen en 12 nachten (van 24 december tot 6 januari) en sloten direct aan op de grote slachttijd. Er werd niet gewerkt, maar wel enorm veel gegeten, gedronken en lawaai gemaakt. Het lawaai was bedoeld om de geesten die tegen het einde van het jaar tevoorschijn komen te verjagen Er brandden voortdurend enorme vreugdevuren waarop brandoffers werden gebracht aan de goden, godinnen, schimmen en doden. Alles werd versierd met groenblijvende takken en twijgen, die gezien werden als symbool van vruchtbaarheid en verjager van heksen, geesten en ziekte. Niet alleen de Germanen kenden deze midwinterfeesten en symboliek, ook Romeinen, Egyptenaren en nog veel meer volken vierden in de winter dit 'feest van het licht.' Pas in 381 kwam het Christelijke element om de hoek kijken: men koos 25 december als geboortedag van Christus. Voor 381 werd alleen Zijn kruisiging, besnijdenis en wederopstanding herdacht en gevierd. Het heidense 'feest van het licht' versmolt vervolgens met het Christelijke 'feest van de vrede'. De kerk maakte op deze manier handig gebruik van de enorme populariteit van de joelfeesten om het Christendom verder te verspreiden.
|