WELKOM
Foto
Inhoud blog
  • Dagboek 1933
  • Ingelepeld
  • De reis van onze genen
  • De opgewekte nihilist
  • De meeste mensen deugen
  • De goedheidsparadox
  • De eenzame eeuw
  • De gouden draad
  • De geschiedenis van de slavernij
  • Werk. Een geschiedenis van de bezige mens
  • De mens
  • Grote verwachtingen
  • Wat bomen ons vertellen
  • De barbaren
  • Eeuwen van duisternis
  • Terug naar de feiten
  • Focus AAN/UIT
  • De mythe van de moederliefde
  • Het bestverkochte boek ooit
  • Het menselijk getij
  • 250 jaar over misdaden en straffen. Cesare Beccaria
  • De waarde van alles
  • De opkomst en ondergang van de dinosauriërs
  • Katoen. De opkomst van de moderne wereldeconomie
  • De zijderoutes
    Zoeken in blog

    Categorieën
    Voor u gelezen
    over mens en maatschappij
    13-02-2004
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Huilen is menselijk
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    VINGERHOETS, A, & A. BERGSMA, Huilen is menselijk. De psychologie van tranen. A’pen, Standaard/Het Spectrum, 2003, 223 pp. – ISBN 90 712 0624 6


    Een vlot leesbaar boek over huilen, een tot nog toe bijna onontgonnen onderzoeksgebied in de psychologie. Tranen zijn er de uiting van dat de gebeurtenissen iemand teveel worden, een teken van onmacht. Huilen begrijpen we intuïtief volkomen, maar tegelijk is het moeilijk om te komen tot een sluitende verklaring van het verschijnsel.


    In dit boek worden de recente wetenschappelijke inzichten omtrent huilen op een rij gezet. De auteurs zijn resp. hoogleraar klinische psychologie aan de universiteit van Tilburg en internationaal bekend onderzoeker op het gebied van huilen, en psycholoog en wetenschapsjournalist.

    Een leuk boekje, met allerlei wetenswaardigheden. Vooral interessant vond ik het hoofdstuk  over de rol van huilen in de levensloop van de mens.

    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    04-02-2004
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De man. Het zwakke geslacht.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    JONES, S. De man. Het zwakke geslacht. A’dam, Anthos, 2003, 310 pp. – ISBN 90 414 0665 4


    Dit boek vertelt het verhaal van de speurtocht naar de aard van het man-zijn. Het gaat over de biologische basis van mannelijkheid, niet alleen bij de mens, maar in het hele dierenrijk.

    Zoals de titel suggereert: volgens de auteur is de man (mens en dier) het zwakke geslacht, in tegenstelling tot de vroeger wijd verspreide idee van de gereduceerde vrouw. Deze stelling wordt overvloedig geïllustreerd met een enorme variëteit aan gegevens uit de biologie en uit de genetica.

    In het laatste hoofdstuk van het werk wordt ook aandacht besteed aan het belang van sociaal-economische omstandigheden voor de mannelijke levensloop (levensverwachting, ziektes, vruchtbaarheid, …).


    Een uitgebreide bronnenlijst en register sluiten het werk af.

    Veel gegevens, ik had graag meer samenhang gezien en de verwerking in een theoretisch concept. Bovendien is niet altijd duidelijk hoe de besproken gegevens de stelling van de auteur ondersteunen.


    Jones is echter voorzichtig: veel geobserveerde gegevens kan men tot nog toe niet verklaren.

    Het boek leest redelijk vlot. De auteur gaat echter, zoals hij zelf zegt, uit van enige (biologische) basiskennis.

    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    29-01-2004
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Waarom doet mijn puber zo vreemd
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    STRAUCH, B., Waarom doet mijn puber zo vreemd? Het brein van de tiener. A’dam, Forum, 2003, 248 pp. – ISBN 90 225 3581 9


    Puberteit en adolescentie zijn in alle tijden en samenlevingen een min of meer turbulente periode. Tot voor kort dacht men dat de achtergronden hiervan hoofdzakelijk van psychosociale aard waren. De relatie van de puber met zijn ouders en opvoeders was de hoofdfactor bij de verklaring van het verloop van deze leeftijdsfase. Men ging er immers van uit dat de ontwikkeling van de hersenen voltooid was tegen de puberteit. Onderzoek van de laatste 10 jaren heeft echter aangetoond dat dit helemaal niet zo is. De structuur en het functioneren van de hersenen veranderen nog tot in het begin van de volwassenheid.


    Dit boek gaat over die veranderingen, en wat zij betekenen voor het gedrag van pubers en adolescenten. Tegendraadsheid, impulsiviteit, het opzoeken van gevaarlijke situaties, veranderd slaapgedrag, en ander soms irritant pubergedrag, blijken niet zozeer te wortelen in de ouder-kindrelatie, maar in belangrijke ontwikkelingen in de hersenen.


    De auteur geeft een overzicht van het onderzoek naar de hersenen van pubers en adolescenten van de afgelopen 10 jaar. Op een inzichtelijke wijze wordt verband gelegd tussen de veranderingen in de hersenen en het gedrag van pubers en adolescenten. Zij gaat ook in op de consequenties voor de omgang met jongeren die voortvloeien uit deze benadering.

    Immers, wanneer men inziet dat gedragsveranderingen in de puberteit worden gestuurd door processen in de hersenen, dan gaat men daar anders tegenover staan. De relatie tussen een puber en zijn opvoeders hoeft dan niet meteen vertroebeld te worden door onrealistische verwachtingen. Meer inzicht in de normale hersenontwikkeling van jongeren kan ook leiden tot beter begrip van een problematische ontwikkeling, en preventie en behandeling ervan.


    Het boek is vlot leesbaar, al maakt enige voorkennis over structuur en functioneren van de hersenen het betoog wel makkelijker te volgen. Als je de typisch Amerikaanse schrijfstijl (o.a. de niet altijd relevante anekdotes) kan relativeren is het best te smaken. Wetenschappelijke bevindingen worden mooi geïllustreerd aan de hand van voorbeelden uit het dagelijkse leven van en met een jongere. Het is soms hinderlijk dat de termen puberteit en adolescentie door elkaar worden gebruikt. Ik denk dat dit o.a. aan de vertaling ligt, omdat deze termen in verschillende taalgebieden anders gebruikt worden.


    Gezien dit werk gaat over een relatief nieuwe benadering van deze leeftijdsfase, is het zeker een aanrader voor wie al dan niet professioneel met jongeren te maken heeft.

    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    22-01-2004
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Naar de gewone kleuterschool

    De TANDEM, Naar de gewone kleuterschool. Praktische suggesties voor integratie en inclusie. Leuven, Garant, 2002, 99 pp. – ISBN 90 441 1239 2


    Dit boek is het derde deel van een drieluik (Naar de gewone kleuterschool). Dit deel brengt suggesties bijeen voor de dagelijkse praktijk van gewoon kleuteronderwijs op maat van een kleuter met een verstandelijke handicap of algemene ontwikkelingsachterstand.


    Het boekje bevat 4 hoofdstukken. In het eerste hoofdstuk wordt bondig omschreven wat onder een verstandelijke handicap of ontwikkelingsachterstand kan worden begrepen. In een volgend hoofdstuk komen suggesties en aanwijzingen aan de orde voor het aanbieden van opdrachten of activiteiten aan de kleuter in het algemeen. Een derde hoofdstuk biedt een analyse van wat men op verschillende ontwikkelingsdomeinen van de kleuter kan verwachten en hoe men hem daarbij het best benadert. In het vierde en laatste hoofdstuk tenslotte wordt stilgestaan bij de kracht van de samenwerking tussen school, ouders en hulpverleners.


    Voor mij was vooral het derde hoofdstuk leerrijk, zowel voor het schema zelf als voor de inhoudelijke bespreking.

    Het boekje is zeer inzichtelijk opgesteld, en leest heel vlot. Er is zo weinig mogelijk gebruik gemaakt van vakterminologie.

    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    18-01-2004
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Petrus tot Constantijn
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    TROUILLEZ, P, Van Petrus tot Constantijn. De eerste christenen. Leuven, Davidsfonds, 2002, 374 pp. – ISBN 90 5826 186 7


    De geschiedenis van het christendom in de eerste eeuwen van onze jaartelling, vooraleer het christendom een staatsgodsdienst werd: het toont aan dat de macht van Rome in die eerste eeuwen niet evident was. Geeft ook achtergrond over de strijd tegen de ketterijen. De auteur is ervan overtuigd dat de huidige Kerk uit deze geschiedenis belangrijke lessen kan trekken voor de toekomst. Vlot leesbaar voor een “leek” in deze materie.

    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    05-01-2004
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Beelden van de sjamaan
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    NECKEBROUCK, V., Beelden van de sjamaan. Een inleiding tot de studie van het sjamanisme. Leuven, Davidsfonds, 2003, 269 pp. – ISBN 90 5826 210 3


    Het is niet de bedoeling van dit boek om het sjamanisme diepgaand te behandelen. Het boek is bedoeld als een gids die de lezer toelaat kennis te nemen van de belangrijkste vragen die in de loop van de tijd over het sjamanisme zijn gesteld en van de verschillende modellen van antwoord die op die vragen zijn gegeven.

    In elk hoofdstuk(je) bespreekt de auteur een eigenschap (‘beeld’) die vaak aan sjamanen wordt toegekend, waarin hij de waarschijnlijkheid van deze eigenschap toetst aan verschillende criteria. Vooral deze kritische beschouwingen zijn interessant, meer dan de inhoud zelf.

    Tenslotte probeert hij zelf in een synthese het beeld van de sjamaan te verduidelijken.


    Volgens de auteur zelf zal hij zich voor zijn moeite meer dan beloond voelen als de lezer na de lezing van het boek het gevoel heeft min of meer te weten waar de termen sjamaan en sjamanisme op slaan en zodoende wat kritischer kan omgaan met de literatuur over dit onderwerp.


    Het is inderdaad een inleidend boek. Het gehalte van de hoofdstukken is erg uiteenlopend, zowel wat kwantiteit als kwaliteit betreft. Bepaalde invalshoeken zijn ook boeiender dan andere. De biologische grondslag voor het sjamanisme is de meest originele benadering die ik er heb gelezen.


    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    22-12-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Als kinderen agressief zijn

    STEIN, A., Als kinderen agressief zijn. Hoe kunnen wij ze begrijpen en helpen. Tielt, Lannoo, 1966, 155 pp. – ISBN 90 209 2842 2


    Een eenvoudig en genuanceerd boek over agressie van kinderen in de gewone opvoedingssituatie. Interessant is de eenvoudige Agressi-test, die inzicht kan geven in de leefwereld van een kind en de achtergronden van zijn agressie. Vooral praktisch gericht.

    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    15-12-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De opkomst van het intellect

    CALVIN, W.H., De opkomst van het intellect. Een reis naar de ijstijd. A’dam, Bert Bakker, 1994, 308 pp. – ISBN 90 351 1354 3


    Tijdens de ijstijden werd het plotseling kouder op de aarde, en tegelijkertijd verviervoudigde de hersenomvang van de mens. Bovendien werden er voor het eerst werktuigen gemaakt. De auteur vraagt zich af of er misschien een samenhang is tussen deze unieke gebeurtenissen.


    W. Calvin is als neurobioloog verbonden aan de Universiteit van Washington.Hij onderzoekt de hypothese dat de klimatologische omstandigheden van de ijstijden van invloed zijn geweest op de hersencapaciteit van de mens.


    Deze hypothese wordt in het boek onderzocht vanuit zeer verschillende invalshoeken. Er wordt een beeld geschetst van het leven in de ijstijden en de ontwikkeling van werp- en jaagtechnieken. Calvin legt ook verband met het feit de puberteit de afgelopen honderd jaar steeds vroeger is ingetreden, en nog vele andere merkwaardige feiten.


    Deze beschouwingen over de evolutie van de menselijke geest worden met literair getinte observaties gecombineerd. Het is een boeiend en veelzijdig boek.

    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    05-12-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De eerste indruk

    VONK, R., De eerste indruk. Bekijken en bekeken worden. A’dam, Uitg. Boom, 1999 (2e dr.), 159 pp. – ISBN 905352 380 4


    Een boekje over sociale perceptie. Op een vlotte en zeer leesbare manier behandelt de auteur 2 onderwerpen: hoe vormen wij ons een indruk over anderen en hoe proberen wij de indruk die anderen van ons krijgen te beïnvloeden.

    Heel veel inzichten en processen uit de sociale psychologie worden op een eenvoudige wijze uitgelegd, en met veel voorbeelden geïllustreerd.

    Thema’s die o.a. aan de orde komen: stereotypering, macht en afhankelijkheid, zelfpresentatie.

    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    28-11-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Elementaire principes van oorlogspropaganda
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    MORELLI, A, Elementaire principes van oorlogspropaganda. Berchem, EPO, 2003, 127 pp. – ISBN 90 6445 301 2


    De historica en professor aan de ULB presenteert in dit dunne boekje 10 principes waarmee oorlogspropaganda wordt gevoerd. Deze worden gefundeerd en geïllustreerd door middel van gebeurtenissen en uitlatingen van prominente politici in de 2 wereldoorlogen, de oorlog in Vietnam, de eerste Golfoorlog en in het voormalige Joegoslavië.


    Deze conflicten worden niet inhoudelijk geanalyseerd. De auteur probeert als buitenstaander het mechanisme te verhelderen waarmee de strijdende partijen proberen de publieke opinie te beïnvloeden in hun eigen belang.


    Het boeiende aan dit boek is dat de meeste van deze principes niet alleen herkenbaar zijn in oorlogsomstandigheden, maar ook in de dagelijkse conflicten tussen personen en groepen.

    De 10 principes zijn dan ook, misschien in ietwat gewijzigde vorm, een nuttig instrument in de analyse van conflicten allerhande.


    Het boek is zeer vlot te lezen. Er wordt weinig specialistische voorkennis verondersteld, en het is geschreven in een heldere taal. Een aanrader! 
     

    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    18-11-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Alias Paulus
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    VOSKUILEN, T., Alias Paulus. De grondlegger van het christendom als geheim agent van Rome. A’dam, Ambo, 2002, 542 pp. – ISBN 90 263 1781 6


    Met de stelling van dit boek heeft de auteur zijn doctorstitel behaald aan de universiteit van Groningen. De auteur oppert de mogelijkheid dat zeer doortrapte motieven ten grondslag hebben gelegen aan de teksten van het Nieuwe Testament.

    De motieven van de schrijvers van het NT zijn al jarenlang het onderwerp van verhitte discussies. Over de herkomst van deze teksten is zeer weinig bekend. De historische werkelijkheid wordt er in verschillende opzichten anders voorgesteld dan die werkelijk was.


    Een van de weinige zaken waarover historici en theologen het eens zijn is dat Jezus door het Romeinse leger werd gekruisigd omdat men hem als een staatsgevaar beschouwde, en niet om de Joden een plezier te doen. Het is echter onduidelijk wat er voor en na de kruisiging gebeurde.

    Het hedendaagse christendom is echter voor een groot deel gebaseerd op de brieven van de apostel Paulus en het verslag van de Handelingen van de apostelen. Niemand weet echter met zekerheid wie dit alles heeft geschreven en wanneer.


    Op basis van deze gegevens, en de inhoud van deze teksten, poneert de auteur een originele theorie. Het is mogelijk dat Paulus, die oorspronkelijk Saul heette, een geheim agent was in dienst van Rome. Hij zou deze teksten hebben geschreven of laten schrijven om de opstandige joden ertoe te brengen het Romeins gezag te erkennen en te steunen. De joodse gebieden waren immers voor Rome een haard van verzet en opstanden.


    Voor deze gewaagde these baseert de auteur zich op onderzoek van historische bronnen uit en m.b.t. de eerste eeuwen n.C. De theorie wordt hierbij slechts als mogelijkheid naar voor geschoven. Maar de onderbouwing lijkt zeer stevig te zijn, en gesteund door eminente historici. Wat ook het waarheidsgehalte van de stelling mag zijn, het is zowel naar inhoud als vorm een origineel en boeiend boek.


    Het eerste deel is de weergave van een talkshow, die de inleiding is van een film, met als thema het laatste evangelie. In de talkshow wordt de ontwerper van bovenstaande theorie geconfronteerd met een theoloog, die de gangbare opvattingen aangedaan is en deze verdedigt. Op deze wijze worden de theorie en de bezwaren daartegen op een zeer onderhoudende manier gepresenteerd. Dit deel is zeer aangenaam en vlot om te lezen, ook door de regelmatige humoristische tussenkomsten van de moderator.

    Het tweede deel geeft het scenario weer van de film zelf, die gebaseerd is op de theorie van Voskuilen. Dit deel heeft me minder aangesproken, althans niet de laatste passages ervan. Maar misschien is de wartaal van de gevangene Jeshua in Rome gewild. Het zou een demonstratie kunnen zijn van de onsamenhangende en tegenstrijdige boodschappen van Paulus aan de eerste christenen.


    Na het filmscenario zijn de brieven van Paulus aan de Korinthiërs opgenomen, waarbij de passages worden aangeduid die ‘verdacht’ zijn en de theorie van de auteur illustreren,.

    Het hele boek is voorzien van uitgebreide noten.


    Zeker het eerste deel is echt de moeite waard om te lezen, alleen al om de originaliteit van de theorie en de grondigheid en spitsvondigheid waarmee de auteur zijn theorie uiteenzet en fundeert.

    Zie ook: http://www.groene.nl/2002/0214/rz_paulus.html

    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    02-11-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De vergissing van Descartes
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    DAMASIO, A., De vergissing van Descartes. Gevoel, verstand en het menselijk brein. A’dam, Wereldbibliotheek, 2003 (4e dr.), 319 pp. – ISBN 90 284 1829 6


    Damasio is hoogleraar neurologie aan de Universiteit van Iowa, en wordt momenteel beschouwd als de belangrijkste onderzoeker op neurologisch gebied. In dit boek zet hij zich af tegen de eeuwenoude opvatting dat lichaam en geest twee verschillende, van elkaar gescheiden aspecten van de mens zouden zijn. Lichaam en geest zijn onlosmakelijk verbonden, en het eerste is de voorwaarde voor het tweede. Vandaar de titel: de vergissing van Descartes.


    Niemand twijfelt er aan dat emoties het denken beïnvloeden. We krijgen vaak de wijze raad om emotie en gevoel verstandig te doseren en redelijk te blijven. Dit heeft tot gevolg dat we emoties meestal als overbodige geestelijke bagage zien, als een natuurlijk gegeven dat ongevraagd ons rationele denken begeleidt en soms verstoort. Emoties en gevoelens zijn echter verweven met de netwerken van de rede, onze redeneringen en beslissingen gebeuren op basis van gevoelens en emoties, niet alleen in ons nadeel maar ook in ons voordeel. Dit wil de auteur in onderhavig boek aantonen.


    Hij begint met de ziektegeschiedenis van de 19e eeuwse Phineas Gage. Als gevolg van een ingrijpend hersenletsel in de prefrontale hersengebieden werd de rationaliteit bij deze man helemaal ontregeld. Dit verhaal toont het belang aan van de prefrontale cortex en het vermogen om rationele beslissingen te nemen.


    In een volgend deel toont hij aan hoe emoties en gevoelens afhankelijk zijn van de activiteit in een aantal specifieke hersensystemen. Daar horen, behalve het limbische systeem, ook de prefrontale hersengebieden toe, en de hersendelen die signalen uit het lichaam in kaart brengen en integreren.

    Dit brengt hem tot een derde verwant inzicht: dat de mentale voorstelling van ons eigen lichaam een onmisbaar referentiekader vormt voor de neurale processen die we als onze geest ervaren. We gebruiken ons eigen organisme, en niet een of andere absolute uitwendige werkelijkheid, als uitgangspunt voor ons wereldbeeld en ons gevoel van subjectiviteit. Het lichaam is de maatstaf voor onze gedachten en handelingen.


    Bij het uiteenzetten van zijn theorie put Damasio uit zijn jarenlange ervaring met patiënten. Hij probeert zijn theorie op een bevattelijke wijze te presenteren. Dit lukt hem ook vaak, maar toch is een gedegen voorkennis vereist van de structuur en het functioneren van hersenen en het zenuwstelsel. Om de lezer op weg te zetten, geeft hij daar een bondige maar verhelderende uitleg over. Toch is het belangrijk om tijdens het lezen “bij de pinken” te blijven. Je kan het boek niet in één adem uitlezen, het is een werk om regelmatig te raadplegen met een atlas van de hersenen binnen handbereik.


    De stellingen van de auteur zijn zeer goed gedocumenteerd. Er is een uitgebreide bronnenlijst en een lijst van aanbevolen literatuur, uiteraard alle Engelstalig. Het register achteraan is handig om informatie op te zoeken.
     

    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    27-10-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Genetisch gezond?

    DIERICKX, K., Genetisch gezond? Ethische en sociale aspecten van genetische tests en screenings. A’pen/Groningen, Intersentia, 1999, 286 pp. – ISBN 90 5095 075 2


    In deze studie biedt de auteur een aantal beschouwingen en overwegingen voor het ethisch en maatschappelijk debat over de zin en voorwaarden van genetische screening. De titel is dus enigszins misleidend: het gaat niet zozeer over genetische tests in het algemeen, maar wel over een specifieke vorm ervan, de screening op dragerschap in bepaalde bevolkingsgroepen.

    Het uitgangspunt van de auteur is, dat een genetische screening slechts als een succes kan beschouwd worden als de ontvangers de resultaten ervan kunnen gebruiken ter verrijking van hun leven.


    In het boek wordt eerst het begrip genetische screening toegelicht. Vervolgens komt een kort hoofdstuk over de grondbegrippen van de menselijke erfelijkheid in functie van de diagnose en behandeling van erfelijke aandoeningen. De auteur richt dan de aandacht op mucoviscidose. De bespreking van genetische screening in het algemeen gebeurt verder immers in het kader van de screening op dragerschap van het CF-gen.


    In het 3e hoofdstuk wordt genetische screening geplaatst in de historische context van de opkomst en moderne vormen van de eugenetica. Hierop formuleert de auteur ook een aantal kritische beschouwingen over de context waarbinnen genetische screening gebeurt (bv. de economische aspecten en de rol van de overheid).

    In een 5e hoofdstuk gaat de auteur in op verschillende visies over het concept ziekte en gezondheid.

    Tenslotte bespreekt hij een aantal criteria waarmee rekening dient te worden gehouden bij het toepassen van genetische screening.


    Wie eenduidige antwoorden zoekt zal die in het boek niet vinden. Het is duidelijk dat het onderwerp nog lang niet uitgeklaard is. De voor mij meest interessante onderdelen hebben betrekking op de concepten ziekte en gezondheid, en op de overwegingen die meespelen bij het uitnodigen en deelnemen aan een genetische screening. Deze hebben o.m. betrekking op de gevolgen die de informatie, verkregen uit genetische screening, kan hebben voor de betrokkenen. Dit laatste wordt niet sterk belicht, het ligt trouwens ook niet in de bedoeling van de auteur.


    In elk geval geeft dit boek een goede weergave van de complexiteit van de problematiek, zowel voor de individuele persoon als voor de familie en de maatschappij.


    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    16-10-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Criminaliteit en criminalisering
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    van SAN, M. & A. LEERKES, Criminaliteit en criminalisering. Allochtone jongeren in België. A’dam, Amsterdam University Press, 2001, 278 pp. – ISBN 905356 525 6


    Het in de pers en de openbare opinie omstreden rapport van Marion van San is een heel degelijk onderzoek naar het voorkomen van jeugdcriminaliteit onder Belgische en allochtone jongeren. Zoals zij zelf schrijft is het onderzoek bemoeilijkt door de commotie naar aanleiding van de aankondiging ervan. Men heeft het onderzoek noodgedwongen moeten beperken, onder meer door gebrek aan medewerking en zelfs tegenwerking van een aantal sleutelfiguren.


    Dit boek vormt het verslag van een kwantitatieve analyse van de autochtone en allochtone jeugdcriminaliteit in België en een kwalitatieve analyse van buurtrelaties in een paar oude stadswijken, waarvan wordt gezegd dat ze een voedingsbodem vormen voor jeugdcriminaliteit. Deze laatste gebeurde door middel van interviews met buurtbewoners (zowel volwassenen als jongeren), buurtwerkers en street-professionals (politie en buurtwachten).


    Beide studies zijn systematisch uitgevoerd en boeiend voorgesteld, en geven een zeer genuanceerd en gedifferentieerd beeld van het voorkomen van jeugdcriminaliteit en de mogelijke achtergronden daarvan, alsook van het gevoel van onveiligheid dat in bepaalde stadswijken heerst. De conclusies wijzen op de complexiteit van jeugdcriminaliteit en het criminaliseringproces, zowel m.b.t. de frequentie als de aard van geregistreerde misdrijven. Er wordt zeker niet met de vinger gewezen naar een of andere specifieke bevolkingsgroep. De materie wordt op een serene wijze aangepakt, en de benadering ervan wordt theoretisch grondig ondersteund.


    Nogmaals heb ik ervaren dat elke belanghebbende partij uit een wetenschappelijk opgezet project datgene haalt wat het best in het eigen kraam past.

    Het boek is zeker een lezing waard, temeer daar het verslag in een zeer toegankelijke taal is opgesteld en vlot geschreven is. 

    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    16-09-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Autisme. Medisch en educatief
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    GILLBERG, C. & T. PEETERS, Autisme. Medisch en educatief. A’pen/A’dam, Houtekiet, 2003, 199 pp.


    Volgens de auteurs blijft er een grote kloof bestaan tussen het theoretisch begrijpen van autisme en de dagelijkse praktijk. Dit boek moet helpen om die kloof te overbruggen.

    De auteurs bespreken autisme achtereenvolgens vanuit medische en educatieve hoek. Zij beschouwen autisme als een stoornis van de verbeelding.


    Zij geven een beknopte en heldere uiteenzetting van de kernaspecten van autisme. Er staat echter weinig bij dat ik niet eerder al had gelezen in andere werken. Jammer dat zij autisme als ontwikkelingsstoornis tot de medische sfeer rekenen. Ook in het deel waarin wordt ingegaan op educatieve aspecten van autisme wordt niet gesproken over een orthopedagogische benadering. Dit doet volgens mij wel onrecht aan het werk dat dagelijks door orthopedagogisch geschoolde mensen wordt verricht.


    Wellicht is dit boek vooral geschreven voor wie niet met autisme vertrouwd is in de dagelijkse praktijk.

    Als opfrissing is het boek wel nuttig. Het laatste hoofdstuk biedt een aantal praktische suggesties voor de omgang met kinderen met autisme. Dit is wel de moeite waard. Verder zijn de vergelijkende schema’s m.b.t. communicatieve en sociale ontwikkeling van kinderen met en zonder autisme interessant.

    Een pluspunt: het leest vlot, en maakt je op eenvoudige manier vertrouwd met essentiële begrippen (bv. theory-of-mind). 

    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    30-08-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De rebel van de familie
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    SULLOWAY, F., De rebel van de familie. De invloed van de plaats in het gezin op de levensloop. A’dam, Prometheus, 1998, 534 pp. – ISBN 90 5333 591 9

    Twee vragen waren de aanleiding tot het schrijven van dit boek. De eerste luidt: waarom hebben sommige mensen het talent om de in hun tijd heersende opvattingen af te wijzen en ons denken radicaal te veranderen? De tweede: waarom zetten sommigen tijdens radicale revoluties hun oude denkwijzen aan de kant, terwijl anderen koppig vasthouden aan het heersende dogma?

    De geschiedenis van de evolutietheorie en het controversiële onthaal ervan door de tijdgenoten van Darwin vormt de aanzet tot de uitwerking. Blijkt dat bij de tegen- en voorstanders van de theorie relatief meer eerstgeborenen resp. later geborenen zijn.  Deze vaststelling heeft de auteur aangezet om ook de geschiedenis van andere revolutionaire ideeën vanaf de Renaissance na te gaan. Hij heeft daarvoor 6000 levensgeschiedenissen van minder en meer prominente figuren in de Westerse geschiedenis systematisch bestudeerd. Hij komt tot de conclusie dat de plaats in de kinderrij voor het antwoord op bovenstaande vragen een plausibel antwoord biedt. Hij staaft deze stelling met behulp van onderzoek uit verschillende invalshoeken ter zake.

    In het vervolg van het boek probeert hij voor deze vaststelling een sluitende verklaring te formuleren. Het is niet toevallig dat Darwin en de evolutietheorie het betoog openden. Voor zijn verklaring baseert de auteur zich immers op neo-darwinistische inzichten m.b.t. het functioneren van het gezin, meer bepaald het ouder-kindconflict.

    Kinderen uit één gezin hanteren, vanuit hun plaats in de kinderrij, een bepaalde strategie, die gericht is op maximalisatie van ouderlijke investering. Elk kind probeert een niche te bezetten die nog niet door een ander kind is ingenomen. Ouders op hun beurt hanteren ook strategieën in het gezin. Verder wordt de dynamiek van een gezin ook beïnvloed door verschillen tussen families.

    De voorgaande inzichten worden vervolgens door de auteur gesynthetiseerd in een theorie m.b.t. de neiging van mensen om te rebelleren.  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    18-08-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Leren en veranderen bij volwassenen
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    BOLHUIS, S., Leren en veranderen bij volwassenen. Een nieuwe benadering. Bussum, Uitg. Coutinho, 2001(2e dr.), 313 pp. – ISBN 90 6283 177 X


    Leren is veranderen. De auteur vraagt zich af wat er dan wel verandert, in welke richting, hoe diepgaand en met welke gevolgen.

    Zij vat leren op als betekenisgeving of verandering van betekenisgeving. Iedere persoon heeft een referentiekader waarbinnen hij nieuwe ervaringen een plaats geeft. Leren houdt verband met het vormen en veranderen van dit referentiekader. Vooral in dat laatste situeert de auteur het leren van volwassenen.


    Het boek bevat 5 hoofdstukken. In de eerste 3 hoofdstukken wordt, telkens vanuit een ander gezichtspunt, het leerproces in bovenstaande betekenis besproken: soorten leerprocessen, de invloed van (sub)cultuur, de ontwikkeling van het leervermogen. Deze thema’s worden uitgebreid en diepgaand besproken. In een 4e hoofdstuk komt het leren bij volwassenen aan de orde. Toch blijft dit thema hier onderbelicht. Dit hoofdstuk lijkt mij eerder een samenvatting van de vorige. Het boek besluit met een laatste hoofdstuk, waarin de voornaamste theorieën over leren binnen de psychologie worden belicht. Interessant hierin is dat ook benaderingen, die traditioneel niet met leren in verband worden gebracht, besproken worden.


    Het geheel blijft echter vrij theoretisch en beschouwend. Wat ik vooral miste: de expliciete vertaling van de voorgaande inzichten naar het leren door volwassenen, en de mogelijke toepassing ervan voor de praktijk van vorming en opleiding.


    Alle hoofdstukken kunnen ook afzonderlijk gelezen worden. Dit biedt natuurlijk voordelen, maar het brengt ook veel herhaling mee. Op het einde van het boek zijn voor elk hoofdstuk vragen en opdrachten opgenomen. Dit suggereert dat het boek als studieboek is bedoeld. Hierin valt nogal wat inspiratie op te doen voor verwerkingsopdrachten in de opleiding.


    Mijn algemene beoordeling is positief: het boek heeft mijn kijk op leren verrijkt en coherenter gemaakt. De inhoud ervan sloot voldoende aan bij mijn eigen referentiekader om dit aan te vullen en te differentiëren.

    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    09-08-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Niet meer maar beter
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    GELDOLF, D., Niet meer maar beter. Over zelfbeperking in de risicomaatschappij. Leuven/Leusden, ACCO, 2002 (2), 223 pp. – ISBN 90 334 5181 6


    De postindustriële maatschappij is een risicomaatschappij. In een risicomaatschappij draait de sociale strijd steeds meer om de verdeling van risico’s. Deze betreffen 3 soorten: sociaal-economische, ecologische en tijdsrisico’s.

    In de eerste hoofdstukken wordt het concept zelf uitgewerkt, en de 3 soorten toegelicht. Vervolgens verkent de auteur alternatieven voor de risicomaatschappij. Hierin staat volgens de auteur zelfbeperking centraal. In de rest van het boek wordt dit concept uitgewerkt, gefundeerd en besproken.


    Het concept zelf is heel goed herkenbaar, en wordt degelijk en verstaanbaar uitgewerkt. De theorie is goed gedocumenteerd, de gedachtegang goed te volgen.

    Als lezer blijf je wel lang op je honger zitten waar het concrete oplossingen betreft. De theorie klinkt mooi, de vraag is echter hoe dit concept vertaald kan worden in beleidsopties. Individuele initiatieven zijn immers niet voldoende. Geldolf stelt hiervoor twee ombouwscenario’s voor: arbeidsverkorting en –herverdeling enerzijds en een loskoppeling van arbeid en inkomen door invoering van het basisinkomen anderzijds.

    ©  Minervaria


     

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    17-07-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De geboren aanpasser
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    MULDER, T., De geboren aanpasser. Over beweging, bewustzijn en gedrag. A’dam, Uitg. Contact, 2001, 406 pp. – ISBN 90 254 9588 5


    Dit boek is een studie van de motoriek, waarin de relatie tussen hersenen en gedrag een centrale positie inneemt. De auteur gaat uit van de stelling dat de mens zich van het dier onderscheidt door zijn verregaand vermogen om zich aan te passen aan veranderende en gewijzigde omstandigheden. Dit vermogen heeft een evolutionaire oorsprong, en heeft te maken met de wijze waarop onze hersenen werken. Er zijn echter mensen die zich beter en sneller aanpassen dan anderen.


    Het onderwerp van dit boek heeft betrekking op ons vermogen om onze bewegingen aan te passen, bv. bij letsels. Als grondvraag wordt gesteld hoe het komt dat de ene persoon zich snel aanpast, snel herstelt en snel weer een behoorlijk  vaardigheidsniveau bezit, terwijl iemand anders met een zelfde aandoening en een vergelijkbare situatie, niet of veel langzamer herstelt of zich veel slechter kan aanpassen.


    Het antwoord zoekt de auteur in het vermogen van onze hersenen om flexibel te reageren op gewijzigde input. Deze flexibiliteit is volgens de auteur een weinig beïnvloedbaar vermogen, dat voor ieder individu verschillend is.

    Ondanks het uitgebreid gebruik van vakterminologie toch een zeer instructief werk.

    ©  Minervaria

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    03-07-2003
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De virusinvasie
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    GOUDSMIT, J., De virusinvasie. Over de overleving van virussen en de menselijke soort. A’dam/A’pen, Uitg. Contact, 2003, 256 pp.


    De auteur is hoogleraar armoedegerelateerde infectieziekten in Amsterdam. In dit boek probeert hij uit te leggen welke virussen er bestaan, hoe zij zich gedragen en vermenigvuldigen en hoe zij het leven van andere organismen beïnvloeden. Voor mij slaagt hij slechts gedeeltelijk in zijn opzet.

    Het boek bevat een schat aan gegevens over dit onderwerp, maar deze blijven toch vrij ontoegankelijk voor een leek in deze materie. De gegevens zijn erg onoverzichtelijk gepresenteerd, en de auteur gebruikt te veel vakterminologie. Daardoor is de tekst moeilijk te volgen, en kan je als lezer slechts algemene inzichten opdoen. Een leesbaarder bewerking zou echt welkom zijn, want het thema is zeer actueel.


    ©  Minervaria

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    BESTE BEZOEKER
    Foto


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Mijn favorieten
  • Minervaria
  • Dit is POTS
  • Geen dag zonder lach
  • Gedachten

  • Archief per jaar
  • 2023
  • 2022
  • 2021
  • 2020
  • 2019
  • 2018
  • 2017
  • 2016
  • 2015
  • 2014
  • 2013
  • 2012
  • 2011
  • 2010
  • 2009
  • 2008
  • 2007
  • 2006
  • 2005
  • 2004
  • 2003
  • 2002
  • 2001
  • 2000
  • 1999
  • 1998
  • 1997


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!