Ik ben Hugo, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Piere De Beeste.
Ik ben een man en woon in Oostende () en mijn beroep is iedereens meid.
Ik ben geboren op 12/03/1958 en ben nu dus 66 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Alles wat gemakkelijk is..
Profiteer van het leven, t'is al kort genoeg!!!
Cat Stevens, geboren als Stephen Demetre Georgiou, (Londen, 21 juli 1948) is een Britse zanger en songwriter die bekend werd met folkrock- en softrock-liedjes.
Zijn zoon Muhammad Islam is ook actief als zanger, onder de naam Yoriyos.
Tot zijn meest bekende liedjes behoren Matthew and son (1967), Father and son (1970) Lady D'Arbanville (1970), Wild world (1970), Moonshadow (1971), Morning Has Broken (1972) en Oh very young (1974).
Cat Stevens is de zoon van een Grieks-Cypriotische vader en een Zweedse moeder. Hij groeide op in Londen, waar zijn vader een restaurant had. Hij schreef al op jonge leeftijd liedjes en trad gedurende de jaren zestig op, zonder veel succes. Op zijn 19e kreeg hij tuberculose en moest gedurende lange tijd naar het ziekenhuis. Tussen 1967 en 1977 verkocht hij zo'n 40 miljoen LP's. Bij vrijwel elk lied werd hij bijgestaan door Alun Davies, die meestal de 2e gitaar speelt
Willy DeVille, pseudoniem van William Borsey (Stamford (Connecticut), 25 augustus 1950 New York, 6 augustus 2009), was een Amerikaans zanger en liedjesschrijver. Hij maakte aanvankelijk naam als zanger en voorman van de band Mink DeVille en scoorde met deze band in 1978 de internationale hit Spanish Stroll.
Als tiener speelde Willy in een band, Billy and the Kids genaamd. Hij verhuisde naar Londen waar hij een band wilde beginnen, maar slaagde er niet in muzikanten met eenzelfde visie te vinden. Uiteindelijk belandde hij in San Francisco, waar hij een band oprichtte samen met Ruben Siguenza en drummer Tom "Manfred" Allen. De band trad op onder de namen Billy DeSade & the Marquis en de Lazy Eights voordat ze de naam Mink DeVille aannamen. De band verhuisde naar New York, waar ze een rol speelde als een van de pioniers van de punk. Ze was een van de oorspronkelijke huisbands van CBGB, de New Yorkse nachtclub die een grote rol heeft gespeeld in het ontstaan van punkmuziek, midden jaren 70.
Composities van DeVille zijn vaak gevuld met romantische overtuiging en hunkering. Latin, bluesriffs en invloeden van country zijn te herkennen. Spanish Stroll was een internationale hit in 1978. Storybook Love (genomineerd voor een Academy Award in 1987) is gebruikt in de film The Princess Bride. DeVilles Just to Walk that Little Girl Home (geschreven met Doc Pomus) in de film The Pope of Greenwich Village en It's So Easy in de film Cruising.
Storybook love staat op het door Mark Knofpler (Dire Straits) geproduceerde album "Miracle" (Polydor). Eigenlijk zijn allereerste solo album nadat de band Mink DeVille failliet is verklaard.
DeVille was van 1980-2000 verslaafd aan heroine, wat zijn carrière beïnvloed heeft. Onder muzikanten en liedjesschrijvers was hij zeer gerespecteerd.
Hij was drie maal getrouwd, eerst met Susan 'Toots' Berle. Met haar had hij een zoon, Sean. Zijn tweede vrouw was Lisa Leggett (welke in 2001 zelfmoord pleegde) en zijn derde vrouw was Nina Lagerwall. Op 15 juni 2009 maakte zij bekend dat DeVille alvleesklierkanker had. Op 6 augustus 2009 overleed DeVille aan de gevolgen van deze ziekte in een ziekenhuis in New York City.
Melanie Safka-Schekeryk, bekend als Melanie (Astoria, 3 februari 1947) is een Amerikaanse zangeres, bekend van onder andere Look what they´ve done to my song, ma, Lay Down en Beautiful People.
Melanie Safka werd geboren in Astoria, een wijk in Queens in New York, als dochter van Fred en Polly Safka-Altamare. Op 5-jarige leeftijd maakt ze haar eerste plaatje, het loepzuivere, à la Shirley Temple gezongen, Give A Little Kiss.
Na de highschool treedt ze met haar gitaar op in coffeehouses in Greenwich Village en gaat overdag naar de American School of Drama. Bij een auditie voor een toneelstuk loopt ze de verkeerde deur in, waar de jonge producer Peter Schekeryk haar vraagt wat te zingen. Hij is zo onder de indruk van haar stem en liedjes dat hij haar prompt een contract aanbiedt. In 1968 trouwt ze met hem.
Gilbert Bécaud haalt Melanie naar Parijs, waar ze tussen de kamelen en revuedanseressen in L'Olympia optreedt. Ze zal hier een liedje over schrijven: Tuning my guitar. Daarna treedt ze in Nederland op bij Singing Europe en heeft haar eerste successen. Dezelfde zomer speelt ze op het Woodstock-festival (1969) waar het publiek kaarsen aansteekt tijdens haar optreden. Het is de eerste keer dat dit gebeurt. Uiteindelijk wordt het verboden door de brandweer, maar Melanie heeft de traditie in werking gezet. Lay Down / Candles in the Rain is in Nederland een zomerhit. "Look What They've Done To My Song, Ma" is een ander bekend nummer.
Melanie is niet de enige die profiteert van haar muziek. De Britse groep The Wurzels neemt in 1976 een parodie op van Melanies nummer Brand New Key, waarbij ze haar melodie behouden. Dat behaalt onder de titel The Combine Harvester de eerste plaats in de UK Singles Chart.
Melanie maakt sindsdien jaarlijks een plaat of cd, zij en Peter Schekeryk die al haar platen produceert krijgen drie kinderen die alle drie met Melanie optreden. De laatste jaren wordt ze begeleid door haar zoon, Beau 'Virtuoso' Jarred Schekeryk op gitaar. Zij hebben twee kleinkinderen.
In juli 2004 komt bij CNR haar cd Paled by Dimmer Light uit. Ze heeft een trouwe schare aanhangers in alle leeftijdsgroepen. Ze wordt al jaren beschouwd als een belangrijke vrouwelijke singer-songwriter.
In 2005 wordt haar lp Photograph, door velen beschouwd als haar meesterwerk, opnieuw uitgebracht als Double Exposure, met een bonus-cd van nooit eerder uitgebrachte nummers.
Mensen nieuwe kansen geven, mensen leiden door het leven, vooroordelen uit het leven bannen, niet tegen anderen samen spannen. Oordeel over de basis van nu, en hier inspanningen willen, maar ook plezier. Echt iets willen betekenen! Uitstralen dat men op jou kan rekenen. Kijken naar groei, en mogelijkheden naar goede dingen die mensen deden. Wat baat nu toch wrok en haat? Vriendschap in het leven..., is toch het mooiste wat er bestaat ?
Janis Lyn Joplin (Port Arthur (Texas), 19 januari 1943 Los Angeles (Californië), 4 oktober 1970) was een Amerikaanse zangeres. Een van haar bekendste nummers is Me and Bobby McGee.
Haar vader werkte bij Texaco Oilcompany en haar moeder was administrateur. Joplin bezocht in de vroege jaren 60 enkele universiteiten, maar studeerde nooit af. De muziek trok haar meer en dan met name de blues, rock-'n-roll en soul. Grote voorbeelden voor haar waren Odetta, Lead Belly, Bessie Smith en "big mamma" Thornton. In 1963 woonde Joplin enige tijd in San Francisco, maar ze keerde al snel terug naar Port Arthur.
In 1966 vertrok Joplin opnieuw naar San Francisco op uitnodiging van de impresario van Big Brother and the Holding Company, Chet Helms. In het begin was de band niet succesvol, maar de grote doorbraak kwam met het optreden op het Monterey Pop Festival in 1967. Met het album dat daarna verscheen, Cheap Thrills, vestigde Joplin definitief haar naam als blueszangeres. Het bekende lied van de Canadese poet/zanger Leonard Cohen, Chelsea Hotel No 2, werd geschreven voor Joplin. Joplin besloot Big Brother and the Holding Company te verlaten en begon The Kozmic Blues Band en later The Full Tilt Boogie Band. Met deze laatste band maakte ze het album Pearl. Haar laatste opnames waren het lied Mercedes-Benz en een verjaardagswens voor John Lennon. Janis Joplin overleed op 27-jarige leeftijd aan een overdosis.
Dat de dood van Janis veroorzaakt was door een overdosis drugs kwam niet echt als een verrassing. Een groot deel van haar leven had zij te kampen met een drugs- en alcoholprobleem. Als kind had ze al de bijnaam 'speedfreak' en dat was zeker niet voor niets; op haar dieptepunt woog zij nog maar 40 kilo. Gelukkig bood toen de uitnodiging om naar San Francisco te komen om bij Big Brother and the Holding Company te gaan zingen, uitkomst. Helaas was die redding maar van korte duur. Terwijl de band steeds meer successen boekte, steeg niet alleen Janis' inkomen maar ook de druk om te presteren. Deze grote druk kon Janis niet aan. Zij greep meteen weer terug naar de alcohol en drugs. Uiteindelijk werd Janis Joplin op 4 oktober 1970 dood gevonden in haar hotelkamer in Los Angeles, overleden aan een overdosis heroïne. Wat Janis niet wist is dat haar dealer de heroïne deze keer niet eerst zelf getest had en dat het onversneden (pure) heroïne bleek te zijn. Janis nam een voor haar gebruikelijke hoeveelheid van de drugs in die haar fataal werd.
Joplin is één van de originele leden van de 27 club: binnen een periode van enkele maanden overleden 4 bekende artiesten op 27 jarige leeftijd. Sindsdien wordt de term 27 club veelal gebruikt voor elke artiest die op die leeftijd overlijdt.
Het album Pearl verscheen postuum in 1971. Haar bekendste nummer was Me and Bobby McGee, geschreven door Kris Kristofferson en uitgebracht na haar dood in 1971.
Joplin wordt nog steeds beschouwd als een van de invloedrijkste blueszangeressen van de jaren '60. Joplins teksten weerspiegelen een gevoel van pijn en eenzaamheid van een vrouw die een laag zelfbeeld had en gekweld werd door een gebrek aan zelfvertrouwen. Dit zal ongetwijfeld ten grondslag hebben gelegen aan haar succes als blueszangeres.
Neil Young (Toronto, Ontario, 12 november 1945) is een Canadees zanger, songwriter en ondernemer. In een carrière die een periode overspant vanaf midden jaren zestig tot aan de dag van vandaag, heeft hij een oeuvre bij elkaar geschreven dat vergelijkbaar is met dat van Bob Dylan.
My Sweet Lord is een lied geschreven door George Harrison en was de eerste hitsingle uit zijn solocarrière na het uiteengaan van The Beatles. Het nummer werd eind 1970 uitgebracht en werd een wereldwijde nummer 1 hit. Het nummer is afkomstig van Harrisons LP, All Things Must Pass.
My Sweet Lord was oorspronkelijk bedoeld voor het album Encouraging Words van Billy Preston. Het nummer is geschreven in december 1969, toen Harrison en Preston in Kopenhagen verbleven.
Naar eigen zeggen kwam de inspiratie voor My Sweet Lord van het nummer Oh Happy Day van de Edwin Hawkins Singers. Het nummer heeft duidelijke religieuze connotaties met verwijzingen naar God ('Lord'), het prijzen van God ('hallelujah') en gebeden uit de hindoeïstische religie rondom de god Vishnoe. Ook door het meermaals herhalen van de titel van het lied als in een mantra en het verhogen van de toonsoort van het lied aan het eind van het nummer krijgt het lied een quasi-religieus gevoel
Echte vrienden blijven niet weg Echte vrienden blijven komen, Ook al heb je pech. Echte vrienden, Je hebt er maar een paar Je herkent ze wel, Soms aan een simpel gebaar. Delen vreugde en verdriet, maar vergeten je niet. Geven je altijd weer moed, In voor- en tegenspoed. Echte vrienden, Daar moet je zorg voor dragen Ze zijn van onschatbare waarde. Bewaar ze in je hart, En koester ze elke dag.
Als een bloem zo is het leven t Begin is teer en klein, de een bloeit uitbundig, de ander geurt heel fijn, sommige bloemen blijven lang, weer andere blijven even. Vraag niet bij welke groep je hoort: dat is t geheim van het leven.
Vriendschap is een gouden schakel Een schakel van vriend naar vriend Dat als een kostbaar juweeltje Aan een collectie wordt toegediend Probeer daarom dit kleinood te dragen Bij eenzaamheid wanhoop en pijn Dan weet je dat juist in die dagen Je nooit zonder vrienden zult zijn .
Ik ben terug en ga proberen regelmatig iets op mijn blog te zetten
Als ik luister naar de zee; zo bruisend vol van levenslust. Dan gaan mijn gedachten mee, word ik stil en kom tot rust. De golven komen aangerold gedreven door de wind. De baren soms hoog opgetold, vragend wat ik daarvan vind. Ze ligt te glinsteren in de zon, zo eindeloos en wel eens stil. Als ik maar haar taal verstond van hetgeen ze me zeggen wil. Een rook gloed aan de horizon omvat de kroon op haar werk. Als ik dat maar eens raken kon de zee , zo diep , zo sterk. Zo kijk ik uren naar de zee; van bewondering kan ik wel zingen. Ze draagt ook haar geheimen mee van levens die vergingen
Ik wil ieder vriend(in) van seniorennet een héél fijn Kerstfeest toewensen, heel veel liefde en geluk in die mooie Kerstperiode. Héél binnenkort ben ik terug in bloggenland, beloofd! Dikke knuff.
Ik heb de volgende weken echt de tijd niet om op blogbebezoek te komen, mea culpa, mea culpa, mea maxima culpa, wegens grote werken aan een B&B-project. Kopieër deze award gerust, geen probleem, deze is bestemd voor jullie allen. Het gaat jullie goed, tot héél binnenkort!!!