Klokke Roeland is de naam van een stormklok die sedert 1314 in Gent staat en vereeuwigd is in het gelijknamige lied, Klokke Roeland, geschreven door Albrecht Rodenbach.
De stormklok werd in 1314 gegoten en stond in het Gentse belfort tot in 1659. Toen werd ze stukgeslagen door Pieter Hemony: die smolt haar 12.000 pond brons om in een nieuwe beiaard van 40 klokken. Nu staat de grootste basklok van deze beiaard De Grote Triomfante in de schaduw van de toren.
In de 19e eeuw schreef dichter Albrecht Rodenbach een lofdicht over de roemrijke klok. Datzelfde jaar nog, in 1877, publiceerde August Ghequire het in zijn bloemlezing "Een vijftig Vlaamse liederen".
Nu zijn ze in Gent van plan om De Grote Triomfante terug in het belfort te zetten, naar aanleiding van de verbouwing van het plein voor het belfort, waar ze stond.
Het lied, Klokke Roeland, is één van de bekendste Vlaamse liederen, naast De Vlaamse Leeuw. Het is het officiële lied van de stad Gent. Vooral de openingszin, "Boven Gent rijst...", is bij vrijwel iedere Vlaming bekend. Rodenbach verwijst in de tekst naar de Gentse volkshelden; Jan Hyoens en Jacob van Artevelde en roemt de wijze waarop de klok in het verleden de stad voor brand gewaarschuwd heeft.
Het lied werd opgenomen in de liedbundel Kun je nog zingen, zing dan mee (eerste druk in 1906). Dit liedboek was zeer populair en werd de hele twintigste eeuw herdrukt.
[bewerken]Volledige tekst
DRUK OP KLEINE PLAATJES EN WORDT ONMIDDELIJK DOORGESTUURD NAAR DE LINK.
Boven Gent rijst, eenzaam en grijsd (*) 't Oud Belfort, zinbeeld van 't verleden Somber en groots, steeds stom en doods Treurt d' oude Reus op 't Gent van heden Maar soms hij rilt, en eensklaps gilt Zijn bronzen stemme door de stede
Trilt in uw graf, trilt Gentse helden Gij, Jan Hyoens, gij, d' Artevelden Mijn naam is Roeland, 'k kleppe (**) brand En luide (***) storm in Vlaanderland
Een bont verschiet schept 't bronzen lied Prachtig weer tovert mij voor d' ogen Mijn ziel erkent het oude Gent 't Volk komt gewapend toegevlogen 't Land is in nood: Vrijheid of dood De gilden komen aangetogen
Ik zie Jan Hyoens, 'k zie d' Artevelden En stormend roept Roeland de helden Mijn naam is Roeland, 'k kleppe brand En luide storm in Vlaanderland
O heldentolk, o reuzenvolk O pracht en macht van vroeger dagen O bronzen lied, 'k weet uw bedied En ik versta 't verwijtend klagen Doch wees getroost: Zie, 't oosten bloost En Vlaandrens zonne gaat aan 't dagen
Vlaandren die leeuw, tril, oude toren En paar uw lied met onze koren Zing: ik ben Roeland, 'k kleppe brand Luide triomf in Vlaanderland
(*) Grijsd: dichterlijke verkorting van "vergrijsd", van "vergrijzen". (**) Kleppen: de klepel wordt tegen de stilstaande klok geslagen. (***) Luiden: de klok wordt heen en weer gezwaaid.
De Strangers parodieerden het nummer als "Bove de stad, stinkend plat" op hun plaat "Trekkersliekes".
Druk op kleine plaatjes en je wordt onmiddelijk doorgestuurd naar de link.
|