Het regent nog steeds, al is het hier iets warmer. We volgen een D-weg van Lyon over Vienne naar Valence. Vanaf Lyon wanen we ons op onze Antwerpse A12: een drukke baan boordevol verkeerslichten en rotondes.
De camperplaats die we voorzien hadden ligt in Puygeron, ten oosten van Montelimar, dus nog een heel eind rijden door de bergen. Omdat we vertraging opliepen kiezen we voor Aubignas. Aan de rand van een middeleeuws verlaten dorpje kijken we uit op een dal. Er is een toilet en alle campervoorzieningen zijn aanwezig. In een berichtje wordt een vrijwilligen bijdrage gevraagd van 3 €. Helemaal niet overdreven want het terrein is netjes onderhouden.
Hoewel het pas 17 uur is, zijn we ook hier niet de enige vakantiegangers die de parking oprijden.
We trotseren de frisse wind en verkennen het knusse en historische dorpje. De eerste ooievaar die we dit jaar tegenkomen mag ook op de foto.
We rijden richting Sedan-Chalon en Champagne-Troyes - Autun. Het regent de hele dag. We kunnen echter heel vlot rijden en komen geen enkele vrachtwagen tegen.
Rond 17h belanden we op de parking l'Embarquadere in La Truchère, gelegen langs de Seie aan de rand van een natuurgebied. Op deze rustige plaats staan we heel alleen. Er is een toilet en de mogelijkheid om afval te sorteren.
Net het uurtje dat wij wandelen stopt het met regenen. Dit kleinde dorpje heeft geen winkels, zelfs geen bakker. Het restaurant, op een paar 100m van onze plaats is wel open.
We kruipen vroeg onder de wol voor een regenachtige maar rustige nacht.
We rijden Frankrijk binnen. Daar volgen we de D-wegen, die er opvallend keurig bijliggen.
Hoewel we al om 16h30 de camperplaats bereiken zijn de 8 voorziene plaatsen al allemaal bezet. Samen met verschillende laatkomers parkeren we langs het water.
Het enige winkeltje in het dorp is van 15/03 tot 15/04 in de namiddag gesloten. Maar de bakker blijft open, ook op zondagvoormiddag.
Het is even zoeken om het beginpunt van de wandeling te vinden maar met wat hulp van het toeristisch bureau zijn we snel op weg. De weg start rustig langs de spoorlijn maar helaas, vanaf Griesbach loopt het verder langs de drukke baan.
Dit vinden we maar niks en besluiten terug te wandelen naar Vroem. Volgende keer zullen we de andere helft van de wandeling maken, heen en terug. Dit stuk weg loopt wél in de natuur, hebben we op de kaart gezien.
We vertrekken naar huis. Deze keer rijden we via de autostrade Offenburg - Karlsruhe - Köln. We stoppen in Mendig, het zo vertrouwde plaatsje waar we weerom heerlijk overnachten.
Vanochtend om 7 uur is het 3 graden buiten en 8 graden binnen. Even een draai aan de verwarmingsknop en enkele minuten later zitten we knus en warm in onze Vroem.
We rijden naar Bad Peterstal Griesbach en parkeren aan het klein stationnetje. We wandelen het "Peterstaler Schwarzwaldsteig",ongeveer 16 km.
De wandeling is werkelijk mooi door bos en weiden, bijna volledig midden in de natuur.
Jammer dat halverwege het pad werd afgesloten wegens het kappen van bomen en het gevaar voor de wandelaars. De omleiding staat echter zeer goed aangegeven en na enkele km komen we terug op het oorspronkelijk pad dat naar het dorp leidt.
Waar we gisteren een klein kapelletje met enkele flesjes tegenkwamen zien we vandaag een heuse bar met tal van flessen schnapps en tevens frisdrank als zelfbediening. De flesjes zijn wat te groot om ter plaatse leeg te drinken en te zwaar om in onze rugzak mee te zeulen.
Het voelt heerlijk ontspannen als we terug bij Vroem aankomen. We rijden terug naar ons plaatsje bij de kerk in Nordrach en slapen in alle rust... van 22 tot 7...
Oef, de kerklok stopte met klingelen om 22u. Vanochtend om 7u was ze weer paraat om volle bak katoen te geven. Gelukkig zijn we nog gewend aan het zomeruur en hoefden we niet gewekt te worden.
Om 10 u gaat het toeristisch bureau open en hier krijgen we heel wat info over wandelingen in de buurt.
Al snel gaat het omhoog. Het valt ons op dat er heel wat banken staan op het pad, meestal is dit een aanwijzing voor de moeilijkheidsgraad. Maar we hebben tijd en genieten van de heerlijke vergezichten.
Plotseling ontdekken we een klein kapelletje met een deurtje. Nieuwsgierig als we zijn openen we dit deurtje en ontdekken een 7-tal flesjes brandewijn van verschillende fruitsoorten. Bedien je zelf... 1€ per glaasje, geld te deponeren in een bakje.
Nu begrijpen we ook de benaming van het pad : Obstbrenner(weg). Het ziet er allemaal heel uitnodigend uit. Hmmm lekker! Maar we houden het wijselijk bij één glaasje want de weg naar Vroem is nog lang...
Vanuit de oase van rust rijden we via Prüm - Saarbrücken - Strassbourg terug Duitsland binnen via Offenburg. Dit leek achteraf niet zo een goed idee om dat we in het erg drukke Strassbourg heel wat tijd verliezen.
Met Vroem kunnen we Nordrach alleen vanuit het zuiden bereiken omdat de noorderlijke route enkel voertuigen tot 1.8 ton toelaat. Dus rijden we via Zell.
Nordrach is een klein kuuroord met een rustige camperplaats juist achter de kerk. We vrezen het ergste voor vannacht, want elk kwartier maakt de klokkentoren haar aanwezigheid kenbaar.
De camperplaats zelf is fantastisch. Alle voorzieningen zijn aanwezig. Stroom (1€ voor 6u), een kraaknet toilet, lozen en proper water vullen via een sanizuil. Het winkeltje ligt op 100m. Wanneer we met de rug naar het kerkhof parkeren kijken we uit op een mooi landschap.
Er zijn 9 gratis plaatsen beschikbaar (voorbehouden voor mobilhomes), al lijken die ons erg smal voor de grote bussen. Maar voor onze Pössel is er plaats genoeg.
s' Avonds maken we een kleine rondwandeling door het stadje en zien dat er een Stube vlak tegenover de kerk ligt. Hier willen we de lokale menus wel eens uitproberen.
De temperatuur daalt... we maken ons weerstation gebruiksklaar en dan ... onder de wol.
We vertrekken rond de middag en rijden via Luik - Eupen naar een camperplaats in Hellenthal waar we al eerder hebben overnacht. Op de parking aan de Grenzlandhalle parkeren we en gaan eerst onze inkopen doen in het stadje.
Alhoewel de plaats hier ook helemaal ok is besluiten we toch om voor de nacht de plaats aan de Olaftalsperre op te zoeken. Hier staan we helemaal alleen, absolute rust gegarandeerd.
We verlaten het stadje Stadthagen onder een warm zonnetje. Gelukkig is er hier ook een serviceplaats voor de campers, waarvan we gebruik maken alvorens verder te rijden.
In de buurt bekijken we nog de camperplaatsen in Lienen (rustig, maar wat rommelig), Natbergen (bij mobilhome dealer: zeer druk en lawaaierig) en Tecklenburg (parking bij Bismarcktürm: druk).
In Tecklenburg maken we nog gebruik van een van de wandelpaden alvorens verder te zoeken. We beginnen op de Hermans Höhe en wandelen dan naar de Waldkapelle.
De weg die naast de parking loopt lijkt ons toch wat te druk... (of zijn we teveel rust gewoon? ) We rijden verder tot in Ladbergen waar we achter het gemeentehuis en voor de school kunnen parkeren. 't Is weekend en vakantie, dus schooldrukte zullen we niet beleven.
We begeven ons naar een camperplaats in Stadthagen. Hier is, zo blijkt, gratis wifi beschikbaar. We maken bijgevolg van de gelegenheid gebruik om onze blog op het web te plaatsen.
De wifi bleek toch niet zo beschikbaar als vermeld in de campergids maar enkele dagen kunnen we toch al online plaatsen.
Op een pleintje in het dorp schuiven we bij voor een terrasje. Maar niet voor lang... Het begint te onweren en de parasols kunnen de regen niet tegenhouden. We vluchten naar binnen, net als we deden op onze eerste reisdag. Evenals toen wordt onze terugtocht naar Vroem een natte onderneming. We eindigen onze reis zoals we die begonnen waren : "een warme nacht met gekletter en gerommel als achtergrondgeluid".
We bevinden ons op de weg van Vedby naar Orkeljuna op zo'n 50 km van Vistops Hamn. De kleine parking ligt aan de rand van een klein natuurreservaat : "Vedby Strövomrade". Het is zelfs niet op onze kaart aangegeven. Maar wat een rust !
Tegenover de parking werd een open plek gecreeerd met tafels en een grillplaats.
Vanaf 8 uur komen auto's af en aan gereden met honden die hun baasjes uitlaten.
We genieten van een aangename en mooie ochtendwandeling.
Namiddag rijden we naar Angelholm om te luieren op het strand. Het is heet en windstil. Onderweg naar Malmö in GÖteborg, barst de hemel open. Onder geflits en gerommel stort al het opgespaard regenwater met bakken naar beneden.
Malmö blijft echter gespaard van onweer. De zee is spiegelglad en er is geen zuchtje wind.
De dag gaat over in de nacht zonder dat het afkoelt.
Het is hier veel te warm om te wandelen. Dus rijden we maar verder richting Duitsland. Niet ver van het haventje in Vistorps Hamn weten we een rustig plekje om te overnachten. We staan er inderdaad alleen in het groen, aan de rand van het natuurgebied.
Maar ... het is zaterdagavond. In de verte horen we stemmen door luidsprekers, gevolgd door luide "muziek" Dus geven we de coordinaten in van de camperplaats in Höganäs.
Maar, wat we ook proberen, onze gps brengt ons naar een plaats midden in een bos. Na uren verder rijden bereiken we een kleine parking langs een bosweg.
Het is ondertussen 23:30. We kruipen meteen onder de lakens, zonder ons af te vragen waar we ons bevinden.
Wanneer we opstaan is het al opvallend warm, ongeveen 25°.
We rijden naar Billingen voor een wandeling die we vorig jaar niet gedaan hebben. Het is echter te warm om deze tocht af te maken. we nestelen ons op hetzachte mos om te genieten van een briesje.
Plots komen van overal donkergrijze wolken boven ons hoofd hangen. We haasten ons naar beneden. Geen 5 minuten later gaan de hemelsluizen open. Volgens de weersvoorspelling gaat het vanaf morgen overal regenen in Noorwegen. Dus rijden we terug naar Zweden. Langs de E6 ligt een ruime parking in het groen op voldoende afstand van het verkeerslawaai. We blijven slapen in het gezelschap van nog 2 campers, een caravan, een tent en ... een autootje. We merken dat 2 mensen er de nacht doorbrengen in open lucht. Ze hebben geluk, want al kijken de regenwolken dreigend boven de bergen uit, ze houden hun water de hele nacht bij.
We vervolgen onze weg op de RV55 over de bergpas richting LOM. We bereiken nu het gebied waar we in het verleden zo graag wilden wandelen maar waar het slechte weer ons steeds tegenhield.
Nu schitteren de sneuw, de gletsjers en de bergmeertjes uitnodigend tegen de helblauwe lucht. Het plaatsje waar we vorig jaar al overnachtten, baadt nu in de zon. We blijven buiten zitten bij de kabbelende rivier tot zonsondergang.
Plots zorgt een regenbui voor wat koelte. We zetten alle raampjes tegen elkaar open zodat de nacht fris genoeg wordt om te slapen.
Na een zonnig ochtendterrasje begeven we ons via de R55 van Laerdal naar Sogndal. De veerboot brengt ons van Fodness naar Kaupanger. We rijden in het natuurpark Jostedal.
Aan het meer in Nygard kunnen we parkeren. Vandaar leidt een moeilijk pad over enorme rotsblokken naar één van de weinig overgebleven gletsjers in Noorwegen. Vele toeristen nemen ook de moeite voor deze tocht om dit prachtige natuurfenomeen te bewonderen. Anderen nemen het bootje tot aan de gletsjer. Wij verkiezen te wandelen en te klimmen.
Het is bloedheet. De stevige koele wind van over het meer is erg welkom. De gletsjer is heel dicht te benaderen, ja je kan de gletsjer zelfs aanraken... Wat een natuurpracht!
Daarna zoeken we een plaats om te overnachten. Op de parking langs de 604 zijn twee plaatsjes, groot genoeg voor een camper. Het geluid van het fonteintje overstemt voor het grootste deel het verkeerslawaai.
We lezen dat het fonteintje haar water spuit tot op een hoogte die aangeeft tot waar het water stond tijdens de overstroming in 1979. De letters staan tegen een rots gebeiteld. De tekst die we lezen heet "het Flaumerke".
Tot onze verrassing staat hier geen bordje met "no camping". Gelukkig koelt het genoeg af zodat we goed kunnen slapen.
Na een erg steile klim worden we beloond met een adembenemend uitzicht over de fjord. In de verte zien we zelfs Flam liggen. De cruise schepen schuiven als heersbeestjes over het helblauwe water.
We vervolgen de Aurlandsfjälwegen naar de andere kant van de berg. Dikke pakken sneeuw schitteren in het met rotsblokken bezaaide berglandschap.
Wanneer we terug in de groene zone rijden vinden we toevallig een plaatsje om te overnachten. De kleine parking is omgeven door een drukke verkeersweg, maar het geluid van het bergriviertje is krachtig genoeg om het verkeerslawaai te overstemmen.
Voor de eerste maal in Noorwegen kunnen we buiten avondeten in de koelte van de bomen en het water.