Weversmisdag op de eerste maandag na driekoningen is traditioneel het moment om kort na de jaarwende even achterom te kijken en wat socio-economisch nieuws uit de sector mee te geven, aangevuld met wat algemeen syndicaal nieuws. Tenslotte is de bijeenkomst ook het moment om al even vooruit te blikken op wat 2006 ons kan brengen. Voor wie enigszins aandacht heeft voor zijn wereld is weversmisdag, ondanks de nogal ingewikkelde economische materie, zeker ook een leerrijke ervaring. We halen daarom hier voor u enkele denkpistes uit de speech van vakbondssecretaris Luc Decavel van ACV-Textura. xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Onze regio behoort tot de welvarendste van Vlaanderen en heeft één van de laagste werkloosheidscijfers van het land (2 % lager dan Vlaamse gemiddelde). Om die positie in de toekomst te kunnen behouden moeten we dringend blijven investeren in goed onderwijs, in opleidingen in de ondernemingen en in de VDAB. Onze economie draait vooral op KMOs en is gebouwd op kwetsbare sectoren zoals textiel, metaal en machinebouw, bouw en houtindustrie.
De malaise, die door de sociale partners werd gecreëerd bij de sectorale CAO-besprekingen zindert nog na in de textielsector. Er moet dringend afgestapt worden van het negativisme, dat weinig geloof in het eigen kunnen, om ons te focussen op de toekomst. Alleen dan kunnen we maximale kansen voor werk, werkzekerheid, inkomen en groei in de sector blijven verwezenlijken. Als we blijven geloven in eigen kunnen, geloven in de sterktes van de sector, dan is er nog een toekomst is voor de sector.
Dat wil niet zeggen dat we blind moeten zijn voor de realiteit. Als textielregio bij uitstek zullen we nog klappen krijgen als de globalisering, de delokalisering en de internationalisering zich verder zet. De tewerkstelling in de textielsector zal nog verder dalen en bepaalde ondernemingen zullen nog verder afslanken. Wie het anders zegt durft de waarheid niet onder ogen te zien en durft zijn buren-vrienden-collegas niet recht in de ogen te kijken.
Maar dat mag ons niet leiden tot doemdenken. We moeten er ons niet bij neerleggen. Er is nog wel degelijk toekomst voor de sector. Er zijn nu al diverse socio-economische initiatieven genomen om zuurstof aan de sector te geven. Via de streekorganen Resoc en SERr, het overleg met Rijsel en Noord-Frankrijk, de regionale technologische centra, e.a. zijn heel wat nieuwe zaken opgestart die moeten zorgen voor nieuwe technologische ontwikkelingen, innovatie, renovatie en het verdere uitwerken van het technisch textiel. Het bevorderen van productontwikkeling en design moet van de regio Kortrijk de designregio in Vlaanderen maken. Hiervan kan de textielsector de vruchten plukken naast de meubel- en metaalsector.
We kennen een versterking van het hoger onderwijs en de algehele samenwerking tussen bedrijfsleven en onderwijs. In de regionale beleidsstructuur RESOC werd duidelijk bepaald dat bij de opvolging van de industriële sectoren bijzondere initiatieven moeten uitgewerkt worden voor de textielsector. Dat betekent dat men zich ook op het politieke vlak duidelijk bewust is van de kracht van deze regio. Heel wat van onze bedrijven en producten staan aan de top, niet alleen in ons land of Europa maar in gans de wereld. Men is zich bewust van hert feit dan men hier beschikt over duizenden goed geschoolde en opgeleide werknemers, die een know how opgebouwd hebben die je nergens anders in de wereld kan terugvinden. Om dat duidelijk te maken zijn er al werkbezoeken georganiseerd met de Vlaamse Ministers Frank Vandenbroucke en Yves Leterme.
De textielsector heeft in deze streek nog veel troeven. Het komt erop aan om alle spelers met de neuzen in dezelfde richting te krijgen om de krachten te bundelen naar een positieve toekomst. Waar we in 2006 wel een verdere daling van de tewerkstelling mogen verwachten door ondermeer een te verwachten consolidatie in de tapijtsector (fusie Beaulieugroep, overname Balta, delokalisatie Bekaert Textiles) zien we dat er eveneens opnieuw meer dan 150 openstaande vacatures zijn, die dringend moeten ingevulde worden. Het gaat van magazijniers, onderhoudsmechaniekers, elektriekers tot technici.
|