*

In de 18de eeuw bewoont de welgestelde familie Cromhout vier panden aan de Herengracht: de Cromhouthuizen. Een stadspaleis uit de Gouden Eeuw, vandaag de dag open voor publiek. De katholieke rentenier Jacob Cromhout (1608-1669) is in de Gouden Eeuw een van de rijkste inwoners van de stad Amsterdam. In 1660 geeft hij aan de bekende architect Philips Vingboons de opdracht voor een ontwerp om de tuinen van zijn vader Hendrick Cromhout gedeeltelijk te laten bebouwen met vier prachtige huizen. Een jaar later betrekt Jacob met zijn gezin het grootste huis, het huidige nummer 366. Bijna honderdvijftig jaar lang zal de familie Cromhout de vier panden bewonen. In 1887 koopt het Nederlands Bijbelgenootschap twee van de panden. Vanaf 1975 is het Bijbels Museum in de Cromhouthuizen gevestigd. Die collectie bevindt zich in het souterrain en op de bovenverdiepingen van het monument.

De begane grond en eerste verdieping van het huis vertellen het verhaal van de familie Cromhout en geven een kijkje in de wooncultuur van rijke Amsterdamse families. Het thema daarbij is verzamelen: het verzamelen van bijzondere kunstvoorwerpen, schilderijen en familieportretten. Voor de inrichting van de zalen is geput uit de rijke collectie van het Amsterdam Museum, die op een eigentijdse wijze wordt gepresenteerd.

|