Hubert Tilley was een Britse soldaat in Frankrijk, die smoorverliefd was op de zes jaar jongere West-Vlaamse. Alleen: de vader van Lucienne, een koster, was minder gelukkig met de minnebrieven uit de vuurlinie. Een katholiek meisje en een protestantse jongen, dat kon niet door de beugel.
De jonge Brit besefte dat maar al te goed. Uit dezelfde brief: 'Ik voel me zo ongelukkig. Wat kan ik doen? Ik was zo rijk, nu ben ik zo arm. Ik ben geen geld kwijt gespeeld, maar iets veel kostbaarders. Ik heb jouw liefde verloren.'
Urbain
We zochten Lucienne Huyghe en kwamen uit bij haar dochter Françoise. 'Mijn moeder is in 1990 al gestorven. Ze zou vandaag 84 geweest zijn', vertelt ze. Van de correspondentie wist Françoise Verslype niks af, wel van het bestaan van Hubert. Al noemde zij hem Urbain.
'Mama is in 1947 getrouwd met mijn vader, een onderwijzer.
Thuis spraken ze af en toe over Urbain. Achter mijn rug. Hoe dat juist
zat tussen hem en mijn moeder, geen idee. Hoe ging dat in die tijd? Het
potje bleef gedekt', zegt Françoise.
Vrijgevochten
Françoise wil niet gezegd hebben dat haar vader jaloers was op de innige
band tussen de oorlogsliefjes. 'Maar', geeft ze toe, 'hij zei me wel: Als je mama met die gast was getrouwd, zou het anders geweest zijn. Urbain
was een vriendelijke man, maar oh zo'n Pietje Precies, terwijl mijn
moeder - voor haar tijd - vrijgevochten was. Ze was een van de weinige
vrouwen die konden autorijden.'
Hubert schreef in een van zijn brieven dat hij 'nooit gelukkig kon worden zonder Lucienne',
maar hij trouwde later wel met ene Marjorie. Zij kwam altijd mee naar
Elverdinge. Eind jaren zestig verwaterde het contact tussen de families
Verslype-Huyghe en Tilley. Waarom weet Françoise niet.