Hitler was zelf niet raszuiver en verwant met Joden
Uit DNA-onderzoek blijkt dat de Duitse Führer Adolf Hilter verwant was
met Somaliërs, Joden en Berbers en dus zelf niet raszuiver was. Dat
staat deze week te lezen in het tijdschrift Knack. Door het DNA van
familieleden van de Führer te analyseren, kon men de zogeheten
'haplogroep' van Hitler bepalen. Die geeft prijs waar Hitlers voorvaders
vandaan kwamen en met wie hij verwant is.
Genetische vingerafdruk
Opzienbarend
is dat Hitler tot de haplogroep E1b1b blijkt te behoren, die weinig
courant is in Duitsland en West-Europa. Deze "genetische vingerafdruk"
komt veel vaker voor in het zuiden: bij 25 procent van de Grieken en
Sicilianen, en bij maar liefst 50 à 80 procent van de Noord-Afrikanen.
Haplogroep E1b1b komt het frequentst voor bij de Berbers en daarnaast
ook in Somalië. Opvallender nog is dat de haplogroep van Hitler de op
één na vaakst voorkomende haplogroep is bij de Asjkenazische Joden.
Bezorgdheid
Die
kwestie wordt pas echt fascinerend als je ze afzet tegen het
wereldbeeld van de nazi's, waarin zo'n extreem belang werd toegekend aan
begrippen als bloed en ras. Hitlers bezorgdheid over zijn eigen afkomst
blijkt niet onterecht. Uit het onderzoek van Knack blijkt dat hij zelf
niet 'raszuiver' of 'arisch' was.
Geen zoon
Journalist
Jean-Paul Mulders spoorde in het verleden verwanten van Hitler op in
Oostenrijk en de Verenigde Staten. Hij rekende onder andere af met de
hardnekkige mythe dat Hitler tijdens de Eerste Wereldoorlog een zoon zou
hebben verwekt bij een jonge Française. (belga/ep)
|