Inhoud blog
  • Inpakdag
  • een laatste keer de bergen in
  • torre del mar
  • dry rafting
  • apentoerentocht
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Gastenboek
  • Goedemiddag
  • OOk nog de Beste wensen voor 2024
  • Hallo
  • Een goede midweek middag en avond
  • Goedemorgen

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    de hort op

    08-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.heel Spanje zit in Frigiliana

    8 december, we zouden een kapper zoeken.  Helaas, dat gaat niet want vandaag is het alweer een feestdag in Spanje.  Zo wordt het één lang weekend voor de Spanjaarden, van woensdag 6 tot zondag 10 december.  En dat zien we in Frigiliana.  Het is daar mieredruk, we zoeken een parkeerplaatsje, tevergeefs.  Heel Spanje zit in Frigiliana. Ze flaneren, ze zwaaien, ze kwaken, ze huppelen, hoera hoera, het is feest vandaag.  Foert, dan rijden we door naar Nerja en doen daar grote boodschappen in de Carrefour die gelukkig wel open is.

    In Spanje wordt veel gejogd. Wellicht is het seizoen nu ideaal om te lopen voor de mensen hier. De meeste joggers zijn niet meer zo jong, maar ze nemen dat voetenwerk heel ernstig, dat zie je aan de gezichten. Dichter bij het dorpje waar wij zitten, zijn het jongeren die mountainbiken, de grindwegen rond Acebuchal zijn hier ideaal voor. We missen toch een ietsiepietsie onze fietsen.

    Het is heerlijk weer vandaag, veel zon, warme wind, de rustdag wordt een echte rustdag.  Het lijkt op de foto misschien alsof we op Miami beach zitten, maar nee hoor.  We drinken gewoon een schweppes en eten een olijfje en voelen de zon branden.  Wat zijn wij luxepaardjes. Olijfje zelf zet haar voeten in de branding, koud is het water en scherp zijn de steentjes die voor strand moeten dienen.  Een enkele zwemmer waagt zich dieper, mét isopak. Toch is er ook een kleine jongen die zich geweldig amuseert in het rollende water, gewoon in zijn zwembroekje.  En wie staat er bij om een oogje in het zeil te houden ?  De oma, ook in zwempak, maar enkel de tenen in het water.  Opa zit rustig aan de kant met een boekje en een broekje.

    We kuieren nog even door Frigiliana op de terugweg (vonden, o geluk, een parkeerplaatsje klein en fijn, waar Geert, na drie keer proberen, de auto netjes in wrong), vinden twee kappers (gesloten), redden een omvergewaaide plant, zien de vele Spanjaarden zich te goed doen op de zonnige terrasjes.  Het is al 4 uur, maar er wordt nog volop warm eten geserveerd.  Daar krijgen wij ook honger van, dus vlug naar huis voor onze tweede maaltijd van de dag.  Het wordt een warme eenpansmaaltijd, ze smaakt en het is o zo zuinig, twee maal eten per dag, zelf bereid, niks niemendal restaurant.  Dat laatste komt een van de volgende dagen nog wel van pas. Dat hebben we onszelf beloofd.







    08-12-2023 om 19:51 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    >> Reageer (4)
    07-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.het spel der wolken

    Wat is dat toch met dat slapen van ons ? Ik ben als eerste wakker : het is 10u25. Ik dacht dat oudere mensen steeds slechter gaan slapen, maar hier is het net het omgekeerde, we slapen gemakkelijk het klokje rond. Allemaal niet zo erg moest het licht blijven tot laat op de avond.  Als we activiteiten willen doen in open lucht, rest ons niet zo veel tijd op de manier waarop we de helft van de voormiddag verkwanselen. Maar och, het is vakantie en niets moet, alles mag.

    We gaan nog eens wandelen vandaag, er zijn geen boodschappen te doen.  Gisteren kochten we een grote, bijna niet te dragen zak hout voor ons gezellig avondvuur.  Ik moest heel diep in mijn geheugen roeren om te vinden wat hout in het Spaans betekent.  Telkens kwam ik uit bij 'maduro'. Maduro maduro maduro, zo lag ik in mijn bed te denken en te denken. Ik wou helemaal niet aan Maduro denken, die man is president van Venezuela en onder zijn bewind vluchtten honderdduizenden Venezolanen het land uit wegens geen toekomst. En toch, toch kon het niet ver van de juiste vertaling van 'hout' zijn.  Niet meer aan denken en dan komt het vanzelf.  En ja, daar was het : madeira. Gewoon naar de winkel en 'hay madeira?' zeggen. Het was een Chinese winkel en er stond nog 1 zak madeira. Maar die was zo zwaar dat de winkeljuf (een echte Chinese) en ik bijna bezweken onder het gewicht.  Gelukkig kwam daar Geert aangelopen vanuit zijn verkeerd geparkeerde auto en die zette zijn beide armen onder de zak en viel met zak en al omver.  Hihihi, lachte de Chinese zuinig uit haar oogjes.  Haah, riep ik van de schok.  Miljaarde, zei er ook iemand.  Maar het kwam goed, de zak in de koffer en hij komt er voorlopig niet meer uit.  Als we hout willen gaan we naar de parking en rapen hout uit de koffer.  Dat hout brandt trouwens geweldig goed.  Elke avond brult onze kachel de gloeiende stokken uit zijn longen.

    Door het lange slapen vertrekken we om 13u. Het doel is Cómpeta, een nabijgelegen dorp (stadje), dat met de auto via Torrox te bereiken is, wat een hele omweg is. Te voet kan het korter, langs een brede grindweg.  Wat ons verheugt vandaag is de zon die met enige aarzeling haar gezicht laat zien.  Ze lost met haar warmte de laaghangende dotten wolk op en doet ons ferm zweten.  Het is ook ver, Cómpeta, we weten wel dat we er kunnen geraken, maar kunnen we dan ook nog terug vóór de avond valt ?  Het wordt reppen en we stoppen voor niksnie, niet om te eten, niet om te drinken.  Het is de wildemanstocht der oude kamelen.  Ik probeer nog wat te autostoppen, dat zou lekker rap vooruitgaan, vooral omdat dat laatste stuk zo gemeen bergop is.  Het wordt niks, die autostop.  Aan de rand van het stadje vinden we een mooie grote bank (Gaudigewijs) en kunnen we onze middagpicknick met smaak opeten.  Wat een idiote bedoening toch, denk ik bij mezelf.  We lopen ons te pletter tot bij een bank, om dan als de bliksem gewoon terug te keren. Moet dat nou? Kon het ook niet een beetje minder ?  Het antwoord is neen, zo zitten we niet in elkaar. Al blijft het gek.

    We hebben uitgerekend dat we ten laatste om 15u30 terug moeten keren, anders gaan we niet meer zien waar we stappen.  Het is een trip van 10 km, dus het zal ons minstens 2 uur kosten.  De zon heeft wat van haar kracht verloren en de wolken komen eraan.  Ze vallen als een wit, dun laken over ons en over het hele landschap.  Het is wat killig maar het beneemt ons het zicht niet.

    Gelukkig hebben we voor het avondmaal gereserveerd bij onze buurman Lucas, die een b§b heeft.  Hij is een uitgeweken Belg en runt sinds 6 jaar zijn hotelletje.  Eigenlijk is Acebuchal een dorp met een bont allegaartje van mensen.  Naast Lucas woont een Duitser Kai in een piepklein huisje en vooraan in het dorp verblijft een oude Zweed. En naast ons woont Carlos.  Die heeft een grote hond die de hele dag van op het dak inspectie houdt en woewoewoeft bij elke beweging die hij bespeurt.  We horen hem al van ver loeien.

    Het lukt ons, we zijn mooi op tijd terug, het laatste stukje in gezelschap van de oude Zweed, die het dorpje de mooiste plek op aarde noemt.  Hij overwintert hier elk jaar en wil niet anders.  We zijn moe, het was ver en mijn remspieren zijn o zo verzuurd!

    Morgen wordt een rustdag en proberen we een kapper (peluqueria) te vinden voor Geert en wie weet voor mij ook, al zie ik me ook op mijn dooie gemakje een boekje lezen op een terrasje in Frigilana.











    07-12-2023 om 21:54 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    06-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.de GR246 naar Frigiliana

    Slecht weer vandaag, 5 december. Niet dat het regent en niet dat het koud is. Dus al bij al toch niet zo slecht. Ideaal wandelweer. De Gr 246 loopt langs Acebuchal, langs de ene kant naar Cómpeta, omhoog en nog omhoog, vermoeden we, én ver, langs de andere kant naar Frigiliana, ongeveer 7 km van hier.  Dus kiezen we onbevreesd Frigiliana heen en terug. Geert maakt wel de bedenking dat we waanzinnig gaan moeten klimmen, hoe hij het weet, geen mens die het weet en gelooft.  We nemen de vertrouwde toegangsweg naar ons huis, meestal verhard, soms grind. Te voet is alles zo veel intenser en zie je elk detail : de ezel die balkt tot onze oren er van tuiten, de honden die onderling en op afstand communiceren in eentonig geblaf, de wilde natuur met sparrenbossen en diepe dalen, de (protserige) villa's achter gesloten poorten en goed ommuurd, de plastic serres waaronder de avocado's groeien... We zien wederom veel fruitbomen en beperken ons deze keer tot het oprapen van enkele gevallen appelsienen en één citroen.  Niemand bekommert zich hier om dat lekker fruit, zo lijkt het wel. Ook in de steden en de dorpjes staan fruitbomen, maar daar durven we ons niet aan wagen. De guardia civil heeft vele ogen.

    We komen tot de bevinding dat we niet eens een landkaart van de omgeving hebben, enkel een paar topografische kaarten die heel gedetailleerd zijn, maar waar Acebuchal op één kaart in het bovenste linkerhoekje opstaat, op de andere kaarten helemaal niet.  Goed gekocht, Hilde! Het is dan ook geen slecht idee van Geert om de toeristische dienst van Frigiliana op te zoeken en een kaart te kopen. We verkennen het stadje verder, de Mirador met al zijn trappen en het mooie uitzicht, de kleine verkeersvrije straatjes met prachtig geplaveide tegels, de vele planten aan de gevels. 'Zouden ze hier nergens kumquats verkopen ?', vragen we ons af. Ha ja, daar, kijk, Frutas, staat er op de gevel van een groot magazijn.  en al die lege fruitbakken buiten kriskras door elkaar gestapeld.  Dat moet een immens grote fruithandelaar zijn.  We stappen binnen, meneer de fruithandelaar is bezig met een drietal Engelsen.  Gigantische hoeveelheden fruit aan het verkopen, dat zien we toch zo. Die grote hoeveelheden zijn niet te zien, een paar banaantjes, een appelsien of drie, een dunne stok prei en wat ajuin.  En de verkoper drinkt likeur met de Engelsen.  Proevertjes.  Drank is duidelijk meer zijn ding, er zijn grote wandkasten vol met allerhande spiriti. Hij pakt me alvast bij de arm en werkt de Engelsen buiten.  Thanks en see you later en geniet van de flessen.  Of wij ook eens willen proeven ? Nee, dat willen we niet, er valt nog veel te stappen. We reiken hem de bananen die we willen, maar hij heeft nog veel andere dingen in petto.  Tot wanneer we blijven ? Ha, tot na 'Navidad', Kerstmis, dan heeft hij voor ons een lekkere bûche en ook gamba's voor op Kerst of zalm, vers gevangen ? We wimpelen af, zeggen dat we nog ver te voet moeten maar misschien komen we terug met de auto. O ja, glundert hij en schudt alweer aan mijn arm. En brood ?  Hebben we al brood, want hij heeft heel speciaal brood, zo lekker hebben we vast nog nooit gegeten.  Ik schud al van neen, maar Geert wil dat speciaal brood wel.  Eitjes ? vraagt hij terwijl hij liefdevol een wit eitje in de lucht steekt.  Geen ingevoerde brol, hé, maar van echte kippetjes, gekweekt  in Frigiliana. Nee, dank u, geen eitjes.  De rekening dan maar. Wij naar de kassa.  Maar huh, er is geen kassa ! De man zet zich aan zijn kasten en zet zich aan het rekenen op een stukje karton. Het is niet duur, we kunnen gelukkig cash betalen, want bancontact is in geen mijlen te bespeuren.  We stappen buiten en weten niet wat we er van moeten denken.  Is dit nu een slinkse verkoper die ons denkt vanalles te kunnen aansmeren ?  Of is het een wanhopige winkelier die elke euro moet omdraaien en nauwelijks uit de kosten komt ? En wat zat er achter de kasten met zijn koopwaar in dat grote magazijn ? Zijn huiskamer misschien ?  We hebben zowaar medelijden met de man en besluiten om toch nog eens terug te komen.

    Aan het speeltuintje van Frigiliana is het gemeentepersoneel bezig met het ophangen van de kerstversiering.  Het is hier niet anders dan elders. Veel gepalaver over hoe en vooral wie het werk gaat doen.  We eten onze boterhammetjes op een bank en gissen dat het werk wel zal klaar zijn tegen Kerstmis. Zeker als ze zo verder doen.   Verderop in het stadje staat al een kerstboom, die is zo'n 3 a 4 m hoog en is gemaakt van......gehaakte lapjes. Dat moet een enorm werk geweest zijn en is in zijn eenvoud toch mooi en origineel er bovenop.

    Er staat ons inderdaad nog wat waanzinnig klimwerk te wachten, sommige stukken zijn ongemeen steil, zelfs te voet.  We hebben ook al wat kilometers in de benen en ja, Geert, het is afzien lijk de beesten. Ik zeg : 'als we vóór 17u30 terug zijn in het dorpje, dan drink ik een sangria in de bar'.  Dat lijkt mijn compagnon de vie wel wat.  Het verlangen naar die toverdrank maakt ons gelukkig en moedig en doortastend. Hier en daar nog een appelsientje in de rugzak, een beetje gewicht, we malen er niet om. En, zouden we niet snugger zijn en onderweg hout sprokkelen voor onze haard ? Elke stronk is een paar centen gespaard.  We kregen van Fernando een flinke zak hout, maar die is al flink geslonken. Sprokkel sprokkel sprokkel, we duiken omlaag en reiken omhoog en vinden van onszelf dat we een mooie voorraad stookhout hebben.

    Hip hoi, we zijn om 16u30 aan bar El Acebuchal, de baas zegt dat we enkel kunnen drinken, eten lukt niet meer.  Net wat wij willen : een gloedvol drankje.  De sangria gaat zoet naar binnen.  'Niet straf' zegt Geert.  Tot we rechtstaan en ons hoofd begint te tollen. We kunnen echt niet drinken.  Lachen wel, maar dat komt natuurlijk door de drank.  En door onze magere stokken hout, die we 's avonds in de vlam proberen krijgen. Zonder enig resultaat. We horen later dat het absoluut niet goed is sprokkelhout te proberen stoken.  De schouw raakt ervan verstopt, en bovendien, het dient er niet voor. We weten het, ja.







    06-12-2023 om 20:37 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Malaga, op 6 december, van waar al dat volk ?

    Acebuchal ligt in de mist.  Voor vandaag hebben ze écht slecht weer voorspeld.  Wat kunnen we dan beter doen dan naar de stad Malaga trekken ?  We twijfelen nog even of we met de bus of met de auto zouden gaan.  Er blijken veel bussen vanuit Nerja naar Malaga te rijden, maar we houden het toch maar bij de auto.  Ik zag op Google Maps dat je goed kan parkeren in Malaga Puerto, gratis en veel plaats. Geert is niet gelukkig dat er zo veel mist hangt, het maakt het rijden niet gemakkelijk. En dan duiken we plots onder de mist door en hebben zicht van hier tot in Tokio.

    Het is erg druk in de aanloop naar Malaga haven, veel rode lichten langsheen de zeeboulevard, waar mensen zelfs in de regen lopen te flaneren. De parking is groot en leeg en nog groter is het reusachtige cruiseschip dat aangemeerd ligt waar wij uitstappen.  Het is een Panamees schip met zeven verdiepingen en ik zou niet graag meevaren. Ieder zijn zin, we zien de passagiers terug binnen lopen, met pakjes en zakjes, en vragen ons af hoe lang ze in Malaga konden zijn en hoe ver ze de stad zijn in gegaan.

    Hoe druk is die stad !!!! Zijn dat allemaal cruisers of wat is hier aan de hand? De restaurantjes (en er zijn er een heleboel) zitten overvol, de diensters en kelners lopen af en aan. We vinden een plaatsje in een hoekje, een elektrische straler houdt ons warm. We eten een slaatje en wat tapas en ik drink een glaasje wijn.  Lag het aan mij, ik zou hier uren kunnen zitten.  Kijken naar de mensen en me verwonderen over waarom die zo en een ander zus doet.  Wie zijn ze, waar komen ze vandaan, zou Paul Jambers zeggen. 

    We komen de reusachtige kathedraal tegen, het museum van Pablo Picasso, maar bezoeken het vandaag niet, want volgende week komen de boys Pieter en Mathieu er aan en de laatste heeft al beloofd ons een rondleiding te geven in Malaga.  Dus houden we ons nog even in.

    Het oude stadsgedeelte heeft vele smalle steegjes, autovrij en gezellig met de bars en restaurantjes, we slaan er eentje in en nog eentje in en later op Strava zien we dat we in cirkels en kronkels door de straatjes geslenterd hebben. Geert staat met de kop naar huis, dus van de grote stad terug naar het rustige, afgelegen dorpje, waar de geiten op straat lopen en mens en dier gezellig samenwoont.

    Naast ons woont trouwens Lucas, een rasechte Belg, die een b§b openhoudt en ons weet te vertellen dat er menige Belg hier in het zuiden woont. Ik kan het geloven, maar ongetwijfeld ook menige Brit, want er wordt hier nogal wat Engels afgesjouweld.

    Als ik later opzoek welke feestdagen er in Spanje zijn dan staat daar zwart op wit : 6 december.  Niet omwille van de Sint, maar om een of ander Spaans wapenfeit.  Spanje heeft 13 feestdagen, feesten zit hen in het bloed.  Olé!













    06-12-2023 om 20:14 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    05-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.fruit en honden

    4 december, een grijze maandag.  Jazeker, het valt ons ook een beetje tegen.  Gisteren leek het alsof die blauwe lucht vastgebeiteld zat in en rond Malaga, maar neen, ook hier kan het regenen.  We denken maar dat het goed is voor de bloemen en het groen.

    We kunnen honderden routes genereren als we willen, dus we zullen eens naar Torrox gaan en iets te voorschijn toveren uit mijn smartphone app zonder volkstuintjes en zonder rommel.  Torrox ligt een 12 km van ons huisje, de weg slingert er naar toe, dus we zijn wel een eindje zoet in de auto.  Het miezert wat en het valt ons op dat, net op deze regendag, op verschillende plaatsen in de bergen vuur gestookt wordt.  Is dat niet de verkeerde wereld ? En weten ze niet dat stoken stilaan uit den boze is ? Nee dus, niet in deze streek.

    Een tocht van 8 km zegt de app.  Wat hij niet zegt is dat dit een hondenroute is.  We zijn nog niet goed vertrokken of er springt een zwart beest in mijn rug.  Ik schrik me een ongeluk.  Het is een labradorgewijze hond, jong en speels en zijn baas heeft er niks aan te zeggen.  De hond doet wat hij wil en hij vindt ons zeer gezellige mensen om tegen op te springen.  Ook stokken vindt hij leuk, dus komt hij afgelopen met een stok in zijn bek en geeft ons er van langs met zijn stok, die alle kanten opschiet door het enthousiasme van de stokhond. Dat beginnen wij toch minder leuk te vinden en we zijn opgelucht als baas en hond een andere weg opgaan.

    Het gaat gestaag bergop, we stappen in traag tempo en genieten van het landschap en de dampende rook (in de verte, oef) en het miezeren op ons hoofd.  Geen van beiden heeft een regenjas aan, dus we hopen dat het allemaal zal meevallen. De regenjas van Geert die in het huisje is achtergebleven is trouwens een merkwaardige oude jas die hij opgetrommeld heeft uit ikweetnietwelke kast.  Die jas is ooit van goede kwaliteit geweest, maar is nu op een of andere manier verstorven aan de voering en verliest daardoor de hele tijd heel kleine witte vlokjes.  We merkten het al toen we op de trein(en) zaten, witte puntjes in elke zetel waar hij mét jas in zat.  Was hij Hansje geweest, nooit was hij zijn weg kwijtgeraakt. Ik heb al uitgemaakt dat die jas spoorloos zal verdwijnen.

    Maar goed, we klimmen dus gestaag en daar komt een jeep het pad afgereden, traag want het is hobbelig, en achter de jeep lopen twee honden, wapperend met hun staart en blaffend uit hun bek.  De jeep stopt even, een dikke man en een jonge vrouw met fuchsia haren lachen ons vrolijk toe en wuiven dag. Weg zijn ze.  Wij blijven achter.  De honden ook. Die ene hond ziet er een normale hond uit, maar die andere is van een soort die mensen verscheurt.  Ik heb zijn naam geweten, maar nu ontschiet het me.  Het zijn gemene honden en eens ze je vast hebben lossen ze je niet meer.  Duuussss, sussen we, we doen of ze niet bestaan. Ik zie in mijn ooghoeken dat Geert die nochtans overtuigd is dat elke hond zijn vriend is, het ook niet echt ziet zitten om een eindje te chillen met die beesten.  De honden springen op en de armen van Geert gaan mee omhoog.  Vooral niks aanbieden, lijkt hij te denken.  We stappen verder.  Honden stappen en springen met ons mee.  We stoppen en kijken de honden in de ogen.  Honden kijken, springen en kijken.  Het lijkt wel de sint bernardus optocht van Torrox. We stappen schijnbaar onverstoorbaar verder (wat kunnen we anders?) en plots zijn de honden op hun bestemming.  Hier wonen wij, zie, zeggen ze.  Komen jullie even binnen ? Zin in een potje hondenbrokken?  We bedanken beleefd en vervolgen onze weg, nu en dan toch nog even omkijkend.  Ze zijn standvastig, die hondjes, ze blijven waar ze zijn. Oef.

    De route die we voorgeschoteld kregen blijkt af te draaien van de weg, een grote poort binnen.  Het is vreemd, loopt dit wandelpad dan over privédomein ? Het blijkt zo te zijn.  Het is een zeer groot fruitbedrijf met serresen een boomgaard met avocadobomen, clementijnen, appelsienen en kumquats. 'Wat is dat?', vraagt Geert en ik zeg dat hij de schil mee mag opeten. Dat vindt hij geweldig lekker, is het ook, maar ik ben toch wat beschroomd om op een privaat domein zo maar te plukken wat we believen.  Dat kan hij zich niet aantrekken en hij doet zich te goed aan de kumquats. (ik krijg niks :)). Tot er plots een grote hondenkop vanuit de struiken te voorschijn komt. Geert springt achteruit met al zijn kumquats en smijt ze in de lucht.  De hond kijkt boos naar ons.  Hij is groot en verspert ons de weg.  Maar hij is ook oud en kan geen energie meer besteden aan twee onnozelaars die achteruit schuifelen.  Tja, als hij dan toch geen poot verzet kunnen we er even goed langs sluipen.  De hond kijkt meewarig. Die mensen toch. We laten hem met plezier achter en laten de fruitbomen voor wat ze zijn.  En stuiten op een poort.  We kunnen er niet door, niet over en niet langs.  Ik stel voor om te gaan vragen die poort voor ons open te doen, er moet toch iemand aanwezig zijn.  Maar die hond is daar nog.  Geert gaat op verkenning aan de zijkanten en vindt een diepe geul waar we ons kunnen laten in zakken (ze ligt vol bekabeling voor de irrigatie van het domein), er dan weer uitkruipen, er over springen en zo staan we dra àchter de poort. 

    Het vertrouwen in de app met de genereerroutes krijgt een flinke deuk. We volgen ze nog, we kunnen ook niet anders want we weten niet waar we zijn, maar eens we Torrox terug in het vizier krijgen nemen we kordaat de kortste weg en kijken niet meer om of op naar die dekselse app. In het dorpje regent het stilaan harder.  'Sempre buen tempo en Torrox' staat er op de marktplaats. Hm, we hebben onze twijfels.











    05-12-2023 om 22:17 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.hoe blauw is de lucht en hoe blauw is de zee !

    Op 2 december zijn we niet bepaald de fitsten van den hoop.  Het zal een rustdag worden. Geert wil nog wat gaan winkelen in Frigiliana (o wonder dat hij geen problemen meer maakt van het hobbelige pad waar hij weerom twee keer over moet met onze gehuurde Hyundai) en ik zet me op een van de kleine terrasjes, vlak naast de jacuzzi.  De hemel kan niet blauwer worden, hij doet zijn uiterste best om te vertellen dat dit een zonneparadijs is, zelfs in de winter. Ik geloof het best en val bijna ter plekke in slaap.

    Op de middag lunchen we in het restaurant El Acebuchal, waar we één voorgerecht van het huis vragen voor ons beiden, én twee hoofdschotes.  Vooral de ensalada vind ik verrukkelijk.  Het is veel en sappig, zit vol groenten en fruit en ook wat geitenkaas. Geert krijgt een gans brood voorgeschoteld, waarvan hij één dikke snee binnenspeelt. We krijgen nog een koffie en ik vraag beleefd of we de rest van het brood mogen meenemen.  Het zou zonde zijn om zo'n grote homp te moeten weggooien.  Geen probleem, we krijgen een broodzak en smakelijk en tot ziens.

    De namiddag leent zich tot een kleine wandeling tot aan de rivier wiens naam ik niet ken. Langs het pad dat we volgen staan ook weer villa's en vakantiehuizen, op willekeurige plaatsen, verspreid in het gebergte alsof ze rondgestrooid zijn door een reuzenhand. Het moet nogal wat werk en geld gekost hebben om al die villa's tot hoog in de bergen te voorzien van water en electriciteit. Wat een miskleun op gebied van ruimtelijke ordening.  En wat vindt de natuur daarvan ?

    Het dorpje Acebuchal is natuurlijk ook één van die rondgestrooide groepen huizen, maar aan het gehucht kleeft toch een brokje geschiedenis.  Het bestond al heel lang, maar in de tijd van Franco werden alle bewoners uit hun huizen gejaagd.  Het gehucht werd ingenomen door militairen die het als basis gebruikten om de guerilleros in de bergen te bekampen.  In 2005 is men begonnen met de heropbouw en renovatie van het dorpje en zo is het nu nog altijd florissant en aantrekkelijk. Bijna alle huisjes zijn vakantiehuisjes, maar het dorpje zelf wordt ook druk bezocht door plaatselijke toeristen en vakantiegangers uit Frigiliana en de kust.

    Ondertussen is het 3 december en we schrikken wakker om 10 uur.  Zonder wekker en met de luiken dicht is het pikdonker en muisstil in onze kamer.  We hebben ons nogal zonderling geïnstalleerd in twee eenspersoonsbedden (wegens het dubbel bed in de hoofdslaapkamer veel te smal), nog op de oude manier met lakens en dekens en tegenvoets. Ik slaap dus als het ware met de voeten van Geert in mijn armen. Hij niet met de mijne want die moeten dik ingeduffeld worden onder 3 dekens. Het slapen gaat alleen maar zo omwille van een stopcontact dat ik nodig heb voor mijn apneutoestel.  Het maakt ook dat ik alleen maar kan opstaan met een koprol rugwaarts, hetgeen niet evident en niet correct uitgevoerd wordt.  Vooral 's nachts geeft dit kluwerige taferelen, maar het is pikdonker, dus niemand die het ziet.

    Een grote tocht zit er vandaag niet meer in, na een stevig en uitgebreid ontbijt is het bijna middag.  We besluiten naar de zee te gaan in Nerja. Het zeesop kan mij altijd bekoren, Geert is minder een zeeman. Al dat water ook! Hij kan zich dus helemaal niet akkoord verklaren dat ik op een rots wil klimmen om een boterhammetje te eten, want het staat voor hem vast : ik ga daar van vallen en niet het vallen is zo erg, maar het is nat beneden. En bovendien, er zit al een koppel.  En ook, hij heeft geen honger. En zeker geen dorst.  Tien minuten later zitten we gezellig (!) boven op die rots en eten we een boterhammetje.  Ik wijs hem naar de omgevende rotsen en meen mij te herinneren dat hij nog niet zoooo lang geleden (30 jaar misschien?) op quasi loodrechte wanden kroop en in huizenhoge bomen boekjes zat te lezen.  Of beter : boven op het dak van zijn ouderlijk huis kroop en over de nok liep, terwijl vader, die arme man, beneden stond te zwaaien en te roepen : kom van dat dak af. Tijden veranderen, jaja.

    Op mijn smartphone heb ik een app met gps die wandelingen kan genereren.  Dus duw ik op de knop 'route genereren' en hop, hij tovert een route te voorschijn, die wij vrolijk beginnen te wandelen.  Het is misschien niet de beste keuze.  Het gaat op en neer en veelal tussen wat ik zou noemen de 'volkstuintjes' van Nerja.  Veel aftandse afspanningen, veel achtergelaten rommel en weinig uitzicht. De zee zien we nog wel even terug als we op onze tenen gaan staan om over een afsluiting te loeren. Ach ja, we hebben onze stappen en gaan nog iets drinken in een van de vele strandbars. Thuis wacht ons een lekkere spaghetti, geprepareerd door Geert na het winkelen gisteren.















    05-12-2023 om 21:02 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    04-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een auto is een handig ding

    Zouden we ooit harder verlangd hebben naar een auto dan die morgen van 1 december in ons mooi appartementje in Malaga ?

    En hadden we niet beter onze wekker nog gezet gisteravond zodat we op tijd wakker zouden worden en niet om 10u15 ?  De uitchecktijd was 11u. Dat werd roefroef, een kattenwas, een vlug ontbijt, de poetsvrouw de kamer in geroepen om ons te helpen met de esspressomachine, kleren in de valiezen en weg. Aan de overkant van het smalle straatje was een kleuterklasje aan de gang, de juf en de kindjes aan een ronde tafel.  Een zwart kindje zag mij, slaapkop in pyjama met zwier de gordijn opentrekken, stootte zijn buurjongetje aan om dit belangrijk nieuws te vertellen en heel de kleuterklas, juffrouw incluis, sloeg de ogen op, richting 'oma in pyjama'.  Gegniffel, gewijs en gewuif. Oma wuifde terug.  Gelukkig dat opa niet in zijn gebruikelijk nachtgewaad (niks dus) voor het raam stond of er was nog ophef ontstaan.

    Maar nu moesten we op weg naar onze huurauto.  Bus A, rechtstreeks naar de luchthaven, maar toch weer 1.000m te voet tot aan die dekselse bushalte, kon niet stipter zijn.  Het was onze laatste calvarie, dat stond vast. We stommelden de bus op.  Een jonge man deed aanstalten om zijn plaats aan mij af te staan, vriendelijk en in het engels.  Niet nodig, schudde ik. 'Oudere mensen zijn soms boos als je ze een plaats aanbiedt' hoorde ik hem zeggen in perfect Noordnederlands tegen zijn buurman die bevestigend knikte.  'Ik versta alles' zei ik hem voorkomend en voorkomend dat hij wie weet wat uit zijn mouw schudt over oude mensen in het algemeen en oude mensen op zijn bus in het bijzonder.  Betrapt begonnen de twee te lachen en de halve bus lachte mee.  Allemaal Nederlanders dus, op weg naar huis.

    De auto bleek een Zuidkoreaan met nogal wat snufjes, maar hij bleek ook wat beschadigd en daar heb ik maar rap foto's van getrokken en het ook nog eens gaan melden.  De franchise lacht er niet mee en een extra verzekering nemen, nee, dat deden we niet.  Wat was het een opluchting dat we de bagage in de auto konden stouwen en dat we richting Nerja en Frigiliana konden op vier wielen en gasolina, wat benzine betekent en ons in verwarring bracht.  Het Spaans gebruikt gasolina en diesel en volgens ons is dat twee keer hetzelfde, maar het kan niet hetzelfde zijn, want er is alleen maar dat aan de pomp en verder niks.  Rare mensen, die Spaanse oliebaronnen.

    Omdat we al wisten dat we niet konden winkelen in Acebuchal zelf, planden we een stop om te eten en inkopen te doen in Frigiliana, een toeristisch stadje even boven de kust. Het eerste het beste restaurant was open en niet volzet.  De kelner adviseerde ons om geen twee voorgerechten te nemen, één was ruim voldoende voor ons tweeën, het kon ons bekoren dat die man tegen zijn eigen winkel sprak. Wie er ook sprak en waar we horendul van werden omdat het zo luid was en met zo een hoge afschuwelijke falsetstemmetje, dat was de madame die twee tafels verder zat.  'Ze zouden haar stembanden moeten doorsnijden', sprak Geert wreedaardig, 'die Zweedse troela die tiramisu at in Malaga'.  Het was haar ganse reisverhaal nonstop en de andere dame die in haar gezelschap was keek met een blik die het midden hield tussen mededogen en gêne. We aten drie gangen, dus de martelende, luide stem hield ons een tijdje in de ban.

    Perfect getimed, rond 15u30, vonden we ons huisje 'Casa Lola', witgekalkt met blauwe luiken en een vrolijke muis als overbuur.  Fernando, de eigenaar of was het de concierge, maakte ons wegwijs en verdween en als we hem nodig zouden hebben kunnen we altijd whatsappen.

    En zo ben ik beland waar ik mijn verhaal begon, in Acebuchal, waar we 4 weken zullen ontdekken wat er te ontdekken valt.













    04-12-2023 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    03-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.de aankomst in Malaga

    Het was 30 november en we hadden twee treintickets, het eerste van Montpellier naar Barcelona met een gewone trein (een cercania), het tweede met de tgv van Barcelona naar Malaga (die ik per ongeluk in 1ste klasse boekte).

    We hadden gisteren al eens rondgekoekeloerd in het station van Montpellier en wisten dat er problemen waren op onze lijn wegens vandalisme en dat was niet opgelost toen we de trein namen. Het gaf wat vertraging maar geen nood, we hadden 3 uur speling in Barcelona. De grensovergang naar Spanje verliep vlekkeloos.  Dat hadden we al anders geweten en we begrepen niet goed dat we nu zonder problemen de grens overgingen, terwijl ons vroeger verteld is dat de breedte van de sporen verschillend is in Spanje en Frankrijk.  Die sporen waren wellicht bijgewerkt en wij blij. Een paar stoere gendarmen stommelden met hun zware bottines door alle compartimenten, maar heel geïnteresseerd leken ze niet.  Misschien verwachtten ze smokkelaars en illegalen, die bij het zien van de uniformen vierklauwens zouden wegstormen, maar iedereen bleef rustig zitten en de inspectie was zo geklaard. Algauw was daar Barcelona Sants en wij naar buiten.  De warmte sloeg ons in het gezicht.  We kwamen tenslotte uit een winterend land en hier was het zowaar 23 graden. Dat werd zweten en zonzitten. We aten een snack en kochten een appeltje voor de dorst in een mercado van een buitenlandse breedlachende man.  Twee euro tachtig, dat was al een stuk van zijn omzet van die dag.

    Om 15u15 vertrok de tgv naar Malaga, we werden gecontroleerd als voor een vlucht en zeulden wederom met onze bagage naar de wachtrij. De tgv was een zegen, er was airco, de beenruimte was groot, de zetels comfortabel.  Goed voor 6.5 uur treinen. Bij het opstappen had de Renfe-conducteur onze tickets gescand, maar vreemd genoeg kwam er regelmatig iemand langs van het personeel ter controle van de tickets, willekeurig of gericht, dat wisten we niet.  Dus zouden we onze tickets maar alvast klaar houden.  Waar waren ze nu weer ?  In de tas ? of in de rugzak ?  In onze jaszak misschien ? Ik moest ze vast en zeker laatst gehad hebben, volgens Geert, maar daar was ik zo zeker nog niet van.  Paniek en discussie, want hoe gingen we bewijzen dat we wel ooit tickets hadden gehad ? Betaling opzoeken ?  Bevestigingsmail tonen ? We kibbelden wat en er gebeurde verder niets, de trein reed voort en geen mens die naar ons keek. Drama voor niks, soms zijn we daar goed in.

    Malaga werd laat, we voelden ons gesloopt bij het buitenkomen van het treinstation, maar er was nog een bus te nemen en, vooral, we moesten op het juiste moment afstappen, in het donker.  De chauffeur hielp een handje en daar stonden we alweer met onze pakken en zakken op weg naar het appartement dat om tien uur geen receptie meer had maar ons verwezen had naar een ander hotel een eindje verder.  Een eindje verder, allemaal goed en wel, maar elk eindje was voor ons een EIND.  Zoals Montpellier ons aangenaam verraste in de oude binnenstad, zo deed ook Malaga.  Ondanks het late uur was het druk, maar de kleine straatjes waren allen verkeersvrij en dat verzachtte het moeizame heulen en zeulen. De receptioniste was, godzijdank, nog uitzonderlijk aanwezig en stopte ons vriendelijk en kordaat ons bedje in.  Het ergste leed was geleden. Jochei!

    03-12-2023 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (3)
    02-12-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.nachtelijk Montpellier





    02-12-2023 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.het witte dorp Acebuchal

    Nog nooit had ik gehoord van dit witte dorpje, tot de columns van Marnix Peeters in De Morgen er zo smakelijk en liefdevol over vertelden, en ik toch eens ging opzoeken waar dat gehucht nu eigenlijk lag.  Niet ver van de Middellandse Zee, weggestoken in de bergen boven Nerja en Frigiliana, moeilijk bereikbaar en heerlijk rustig, zo was de omschrijving.  Hond Boef die ondertussen de beroemdste hond van België is, stamt van de bergen rond het dorpje, werd ontdekt en geadopteerd door Marnix en zijn partner Jana.  De moeilijke opvoeding van de verwilderde berghond wordt mooi beschreven in twee boeken die Jana daarover schreef. Ze lezen als een trein. 

    Toen we vorig jaar op fietreis naar Granada waren, vond ik het de moeite om een kijkje te gaan nemen in het bergdorp en huurde een Fiat 500 in Granada voor één dag, op zoek naar 'het verloren dorp'. Geert was helemaal niet overtuigd dat we dat dorpje moesten zien en schreeuwde moord en brand toen we het smalle pad dat de bergen in draaide, hier en daar onverhard, met ons klein autootje te lijf gingen.  Er waren momenten dat ik dacht dat hij zich uit de auto wou werpen, maar, eerlijk, ik vond het niet gevaarlijk.  Hobbelig, dat wel, en soms steil en beter geen tegenliggers misschien, maar verder, nee, ik zag het best zitten.  Het dorpje zag ik nog meer zitten, een GR had ik ook al opgemerkt, een restaurantje in het dorp waar je niet noodzakelijk moest eten, maar ook gewoon iets kon drinken. En rust.  En blauwe lucht. En vriendelijk volk. Geen verkeer. Smalle straatjes.  Kleine huisjes.  Veel bloemen. Het bleef in mijn hoofd zitten.

    Vandaag zitten we hier.  Het is 3 december, volop koud en winter in België. Hier is het ook koud voor de tijd van het jaar.  Het is avond, het houtvuur brandt.  Buiten is  het 10 graden.  Maar overdag is er een weldadig zonnetje bij 17 graden en een azuurblauwe lucht. Ideaal om te wandelen, een terrasje te doen, te lezen op een zonnig plekje. De dagen zijn hier iets langer dan bij ons, rond 18 uur is het donker en kruipt iedereen bij de kachel. Veel volk is dat niet, het is geen hoogseizoen, maar toch genoeg om geen kluizenaars te worden.  We huren Casa Lola, wat door Geert onmiddellijk bestempeld wordt als een 'kruipkot'.  Overdrijvingen zijn hem niet vreemd, maar echt groot kan ik het ook niet noemen. Ruim genoeg voor de tijd dat we binnen doorbrengen, zo redeneer ik, want dat is enkel om te slapen, te eten, en 's avonds wat te soezen.

    Acebuchal ligt op 2.000 km van België en dat is VER.  Hoe we naar hier zouden komen, het was een gepuzzel, gepeins en getwijfel, maar uiteindelijk leek ons het meest opportuun de trein te nemen en dat in twee dagen. Het eerste stuk trein ging van Tourcoing naar Montpellier met de tgv van den Aldi, die spotgoedkope ritten heeft. We betaalden 19 euro voor de hele rit. Per persoon.  Het nadeel van met de trein reizen is natuurlijk de hoeveelheid bagage.  Die moet je beperken of toch proberen dat te doen.  We slaagden er niet zo goed in.  Dat werd een gesleur en gezeul met valiezen en rugzakken en draagtassen...Het maakte dat we heel traag vooruitgingen, want elke honderd meter gaf recht op een minuut uitblazen.  In Montpellier lag ons verblijf dan nog op de tweede verdieping en dat zonder lift, dus die eerste avond besloten we al dat met de trein 'zoiets niet te doen is'.De eigenaar van het appartement had ons gelukkig met handen en voeten uitgelegd (via whatsapp, via een video) hoe we het gebouw moesten binnengeraken. Zonder dat zou het ons niet gelukt zijn en bovendien zouden we verschrikt achteruit gedeinsd hebben bij het zien hoe aftands het gebouw met de gammele voordeur eruit zag. Binnen was het niet veel beter, toch niet wat de electriciteit (loshangende draden !) en het raamwerk betrof in de gemeenschappelijke delen, maar eens de flat zelf binnen werd alles anders.  Gelukkig maar.

    Het ongenoegen over het valiezengezwoeg ging vlug liggen, het oude stadsgedeelte van Montpellier is zo gezellig en sfeervol.  We logeerden er midden in en struinden die avond langs de kleine verkeersvrije straatjes met de vele winkeltjes en bars en restaurantjes in een gemoedelijke drukte.  We belandden bij een Libanees die ons falafels en sla en hummus voorschotelde en ons in één klap een adres in Antwerpen verklapte waar we 'nog veel lekkerder konden eten'. Vriendelijke man, vriendelijke prijs.

    We sliepen lekker met naast ons de wekker, want de trein voor Barcelona de volgende dag vertrok om 9u30. 

    02-12-2023 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (3)
    09-11-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.9 november wie bij de hond slaapt…


    We waren nog niet goed en wel in huis of ik voelde mijn keel ook al kriebelen. De volgende dag viel ik goed plat. De blog kon niet op internet, wegens geen wifi hier. Maar algauw wagen we een poging om bij Svetlana, de Russische die hier een winkeltje begon en ook koffietjes schenkt, op de wifi te geraken. Aldus wordt er een einde gebreid aan onze belevenissen. Het was meestal goed, soms wat minder, we hebben veel geleerd.

    09-11-2022 om 17:34 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.7 november Retour en France


    Gelukkig staat er op onze kamer een waterkoker en koffie en thee, zodat we toch een zweem ontbijt hebben, want ontbijten in het hotel zit er niet in, daarvoor zijn we te vroeg op pad. We moeten nog tickets kopen en onze weg zoeken naar het juiste spoor en eerst nog een fietstochtje naar Barcelona Sants. De trein naar Portbou blijkt niet rechtstreeks te gaan. De website van RENFE vertelde nochtans een ander verhaal. De baliebediende zegt dat we met de trein naar een ander station van Barcelona moeten en van daar verder. Dat betekent weer sleuren met de bagage, de fietsen op en af de trein heffen, het staat ons niet aan. We besluiten om de fiets te nemen en naar het station te fietsen waar we 3 weken geleden aankwamen vanuit Frankrijk en van daar richting Portbou te gaan. Wellicht kan het dan in één keer.
    Google Maps doet perfect zijn werk, het is wel 9 km fietsen, maar we herkennen het station onmiddellijk, alleen al aan de overvloedige seguridad-mensen die ons opwachten. ‘Neen, we mogen nog niet naar het perron’ en ‘ja, we gaan voldoende tijd hebben met onze pakken en fietsen’ en ‘waarom er zoveel veiligheidsmensen zijn’, Spaanse uitleg, we verstaan er niks van. Ze lachen naar ons, we lachen terug en hopen dat er geen terroristen in de struiken schuilen, waarnaar die seguridad al 3 weken op zoek is. Mijn fiets kan niet in de lift naar het perron, Geert hotst er mee de trappen af en ik neem zijn fiets en de 3 zware zakken mee in de lift. De seguridad-man moet me helpen om op tijd in de trein te stappen met al mijn bazaar, maar het lukt, we zitten er op en bovendien, de trein rijdt tot in Frankrijk, net over de grens. Vandaar rijden we richting Perpignan tot in Elne. Geert die nog hoest en proest zou verder doorrijjden tot in Perpignan en daar de bus naar Ansignan nemen, dat spaart hem een pak inspanningen. Maar hij ‘kan me niet alleen laten’, zegt hij. Ik vraag me af of dat een belediging is of net het omgekeerde. Maar goed dan, hij mag mee. Het is misschien een teken van beterschap als hij wil fietsen. Ik moet hem wel beloven om niet meer dan 20km/u te fietsen, alles op het gemakje dus. Van het moment dat we in Frankrijk komen met de trein uit Barcelona en daar overstappen op een franse trein, is ook alles op het gemakje. Echt de mentaliteit van de streek. De conducteur is licht bezorgd dat er zoveel fietsen in de weg staan en zegt ons dat we de fietsen aan de haken die daarvoor voorzien zijn moeten hangen. Wij doen dat gedwee, de Fransen lachen er mee en morrelen wat aan hun fiets. ‘ja maar’, zegt de conducteur, ‘als je niet doet wat ik zeg, moet je van de trein’. Ze gniffelen, de Fransen, ze zwanzen wat. De trein vertrekt en iedereen is mee. Later komt er nog een fiets op. De conducteur doet al geen poging meer om orde in zijn reizigers te krijgen. In Elne stappen we uit, nu nog 55 km fietsen en dan zijn we in ons vertrouwd huisje. Het gaat langzaam maar zeker, er zijn wat kleine colletjes te overbruggen. Gelukkig is er bijna geen wind. Net voor de duisternis valt zijn we thuis. Colette, de buurvrouw, komt tevoorschijn en wil weten wat we er van gebakken hebben. Ook haar man Bernard zwaait eens van ver en hun poes denkt dat ze bij ons binnen mag en lekkere brokjes gaat krijgen. Wij zijn blij dat we dit konden doen, maar eerlijk, in Spanje gaan fietsen en vertrouwen op het openbaar vervoer, dat nooit meer. Trop is te veel. Het zal op een andere manier moeten gebeuren, dat nemen we ons hartsgrondig voor.

    09-11-2022 om 17:31 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.6 november van Madrid naar Barcelona : een treinreis van 9 uur


    We dalen af van onze 10de verdieping naar de ontbijtzaal en krijgen daar een uitgebreid buffet voorgeschoteld. Goed gevuld en voorbereid starten we de lange treindag. Eerst van Madrid naar Zaragoza in 4 uur. Dan 2 uur pauze en terug 5 uur trein van Zaragoza naar Barcelona. In het eerste gedeelte kan ik me goed bezig houden met het schrijven van de blog. Er is weinig volk op de trein, de fietsen staan veilig in een aparte ruimte, Geert probeert wat te slapen. In Spanje moet er nog een masker gedragen worden op de trein, maar Geert krijgt hoestbuien of niesbuien als hij dat masker opzet en probeert te reizen zonder. Maar als de conducteur komt is die onverbiddelijk, ook al doet de zieke alsof hij het niet verstaat. En hij verstaat het echt niet, want hij begint koortsachtig (!) naar de tickets te zoeken. De conducteur en ik kijken licht monkelend toe. Masker terug op, geen pardon. Hatsjie hatsjie.
    Zaragoza heeft een reusachtig groot station, dat aangebouwd is aan het oude vroegere stationnetje. Wat een contrast : het megalomaan modern gedeelte, vastgeplakt aan een klein frivool gebouwtje, waar je nostalgisch van wordt. We zoeken iets om te eten en wagen onze kans op het terras van een pizzeria waar ook slaatjes verkocht worden. Een slaatje en een bord frieten, meer behoeven we niet. Als ik ga betalen geef ik royaal wat extra om af te ronden, zo denk ik toch, maar de ene wenkbrauw van de man achter de toog gaat omhoog en zijn blik wordt argwanend. ‘Ja maar’, zegt hij, ‘dit is 10 euro te kort’. Het schaamrood stijgt naar mijn kop, hij begint uitgebreid het ticket te ontleden en te vertellen en voelt zich precies ook gegeneerd, alsof hij te veel durft vragen voor te weinig. Ik sorry me vlug naar buiten.
    De toiletten in het station van Zaragoza zijn betalend, Geert wordt er boos van en zegt dat hij geen euro betaalt, hij zal buiten wel gaan plassen tegen een boom (die er niet staat). Ik bedenk :het is zo dat de steden beginnen stinken, van al die mannen die buiten tegen geen bomen gaan plassen.
    Het treinen naar Barcelona is vermoeiend. Het is druk, we worden moe na al die lange uren. Veel studenten die terugkeren naar hun kot op zondagavond, kabaal, gegibber, weinig plaats, het laat zijn sporen na op ons, de twee overjaarse reizigers in backpackersmodus. In Barcelona moeten we nog een eindje fietsen naar ons hotel. Het ligt in de Carrer Sierra Nevada (van die Sierra komen we toch en moeten we daar nu terug naar toe?), maar er is geen hotel. De Carrer is niet zo lang en we gaan huis per huis af naar Ikonik Ix. Niks. Man met hond passeert en we vragen of hij het weet. Hij ziet het adres. Het is in een andere wijk in Barcelona, waar ook een Carrer Sierra Nevada is. O jee, waarom zien wij zulke dingen niet ? Vijf kilometers terug de fiets op in het nachtelijk Barcelona. We prijzen ons gelukkig dat we Google Maps hebben en de stad goede fietspaden. We geraken er, het is ondertussen 23u. Morgen om 6u30 gaat de wekker. De trein naar Portbou wacht niet.

    09-11-2022 om 17:29 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (3)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.4 november calamiteiten op ons

    Granada, het heeft ons gemengde gevoelens gegeven. Het is ongetwijfeld een mooie stad, met het beroemde Alhambra als trekpleister, maar we vonden er onze draai niet direct. Nu we moeten vertrekken beginnen we de stad iets beter te kennen en lopen we niet meer hopeloos verloren zoals we de eerste dag wel deden. Ik trek met mijn fiets naar het station, want op de RENFE site hebben we gezien dat de trein die we willen nemen naar Guadix om 15u ‘completo’ is, tenzij we met rolstoel reizen. Dat wil ik ter plaatse checken. Eerder al waren er plots treinritten via Valencia verdwenen en was dat plots geen optie meer. Nu plannen we te treinen via Madrid en Zaragoza. Zo houdt RENFE ons meer in de ban dan we zouden willen.
    Inderdaad, de man aan het loket bevestigt dat we niet om 15 u naar Guadix kunnen. Wel om 22u met aankomst om 23u15. Ik hap toe, laat de kaartjes drukken. ‘En kan ik dan ineens de treinrit naar Linares van morgen ook kopen?’ Ja, dat kan. Met fiets ? Ja, dat kan. Ik ben gelukkig als een kind met een ballon, de eerste stappen zijn gezet. Van José Luis, onze gastheer, mogen we in het appartement blijven zolang als nodig vandaag, dus we kunnen ontspannen gaan eten in één van de talrijke restaurants in onze wijk. Het wordt La Estrella (we denken weerom aan onze Antwerpse zangeres met de zware bariton). De kelner is aardig. Zijn arm is volledig getatoeëerd, het is mooi gedaan. Ongelooflijk hoeveel Spanjaarden (zowel dames als heren) hier tatoo’s hebben. En hoeveel er roken. Jong en oud en peukjes over de schouder op de grond. We drinken een glaasje wijn op de goede afloop. Daar worden we vrolijk van, al voelt Geert de tonijn die hij at rondspartelen in zijn maag. Het varken in mijn maag zwijgt en slaapt.
    We plannen nog een middagdutje in ons appartement als plots de sleutel uit Geert zijn handen valt. De sleutel uit één stuk is plots een sleutel uit 2 stukken. Appartement toe en wij buiten. José Luis kunnen we niet bereiken tenzij via sms (airbnb). Dat doe ik terstond in mijn beste Spaans en ondertussen probeer ik ook de reddingsboei van airbnb te bellen om me toch aub het telefoonnummer van onze gastheer te geven. Het lukt niet. Geert vindt dat we superglue moeten gaan kopen en die sleutel aan elkaar kleven. Ik opper dat het dan helemaal om zeep is, het stukje dat afbrak gaat in het sleutelgat blijven steken en dan lukt er niets meer. Hij luistert niet, de superlijm moet komen. Als hij de trap naar beneden neemt valt hij pardoes op zijn buik, been gebroken. Nee, dat laatste is niet waar. Hij valt niet, hij komt de benedenbuur tegen en zegt in zijn wanhoop iets over de sleutel. Aha, zegt de buur en hij gaat rommelen in schuiven en trommels. De man heeft een reservesleutel en blijkt de broer van José Luis te zijn. Samen met zijn vader woont hij op het gelijkvloers. Ik meen dat Geert hem gaat beginnen knuffelen, hij kan zich nog net inhouden. De dikke man krabt eens aan zijn blote buik en grijnst. Goede daad van die kerel en wij opgelucht.
    In Guadix logeren we in een tweesterrenhotel, dat in mijn ogen wel drie sterren waard is. De kamers zijn heel mooi en licht en proper en de badkamer is gigantisch. De hotelbaas spreekt goed Engels en vertelt dat hij in Brussel gestudeerd heeft. Het legt een zekere connectie, we zullen die nog nodig hebben, maar dat weten we nu nog niet. Geert heeft nog altijd last van de zwemmende tonijn en beweert dat hij koorts heeft. Kriebel in de keel ook en stop in de neus. We meten de koorts, 38 graden. Dafalgan en bed in, morgen zien we weer.
    De trein in Guadix vertrekt om 9u15, we moeten een eindje met de fiets naar het station en eerst nog ontbijten en inpakken. Iemand bromt dat hij heel de nacht heeft rondgelopen. Voelt zich helemaal niet lekker. Maar we staan er voor en we moeten er door! De korte trein naar Linares komt aan en we zoeken de wagon voor de fietsen. Er is er geen ! Geen erg, die trein die we vroeger namen naar Tarragona had dat ook niet en we hebben toen die fietsen gewoon tussen het volk gezet. De conducteur is daar, die zal ons helpen. De man schudt kordaat van nee. Geen fietsen op de trein. Neen is neen. We tonen hem onze biljetten, ook het biljet waar duidelijk ‘bicicletas’ op staat, hij plooit niet. Hij stapt in, de trein vertrekt en wij zitten vast. Geen enkele andere trein die ons kan depanneren. Vandaag niet, morgen niet, volgend jaar ook niet. Om 18u hebben we onze verrvolgtrein vanuit Linares naar Madrid. De kaartjes zijn gekocht. Maar Linares ligt op 135 km van waar we nu zitten. Dat kunnen we niet halen met de fiets en Geert is trouwens ziek, het zou onverstandig zijn om nu te fietsen. Ik zie maar één man die ons kan helpen : de hotelbaas !
    De bediende aan de balie is niet happig om de baas te gaan roepen als ik naar de ‘jefe’ vraag, maar de jefe zelf heeft ons gehoord en komt eraan. We leggen hem uit wat er is gebeurd. Hij denkt na en belt rond. Voorlopig vangt hij bot. Hij kan ons niet helpen, zegt hij. En dan, plots, een ingeving ! ‘Ik heb een vriend die op de markt staat en die een grote camionette heeft, ik bel hem’. Babbelbabbelbabbel, wachten, terug babbelbabbelbabbel, wachten. ‘Oké’, zegt hij,’ het lukt, maar hij is nu aan het werk, staat op de markt met kleren, om 15u30 komt hij naar hier’. Het kost ons een pak geld, maar we zijn wel gered. De man houdt woord. We communiceren zo goed en zo kwaad het kan in het Spaans en bovendien, hij heeft zijn zoontje meegebracht en die jongen kent wat Engels. Het blijkt een tof kereltje te zijn en we proberen mekaar te begrijpen in ons beste Engels. Hij vertelt hoe hij heet en hoe zijn broer en zus heten, en dat hij voetbalt maar niet als de besten, zijn zus daarentegen is een goede voetballer en zijn broer is een muzikant. Ik vraag of hij Thibault Courtois kent, keeper in Barcelona. Oehoe, het moet Madrid zijn. En of hij fan is van Rafaël Nadal. Ja, grote fan. Ik probeer hem uit te leggen dat Nadals voeten kapot zijn, maar rotte voeten vind ik niet in mijn beperkte woordenschat en ik krijg er de slappe lach van. Hij probeert zo zijn best te doen om me te begrijpen, kruipt met zijn ogen bijna tot in mijn mond en ik bak er niks van. Geen erg, ik zal hem wat Nederlands leren : hoe gaat het met jou ? ‘Oe gaa et met joo?’ zegt hij braaf na. En ‘een, twee, drie’ , uno, dos , tres. Ik denk dat hij het geen twee seconden onthoudt.
    De trein naar Madrid, we mogen er op. Het brengt ons weer een stukje dichter naar Frankrijk. Ik heb geboekt in een hotel, niet ver van het station Chamartin. Het blijkt in de zakenwereld van Madrid te zijn. Het maakt ons niets uit, onze fietsen mogen binnen staan, en wij mogen naar de 10de verdieping in een gigantisch breed bed (ik denk dat het breder dan lang is), nog een vlug bad en bed in.
    En, o ja, ondanks zijn ziek zijn, is Geert tijdens de lange wachttijd in Guadix naar de kapper geweest. Zijn haar is geknipt door Penelope Cruz, beweert hij. Koortsdromen volgens mij. Ze heeft vooraan een lange bles gelaten, het maakt hem hip, maar ’s avonds knipt hij die bles er meteen weer af met ons nagelschaartje. ‘Penelopke moet beter haar best doen’ bromt hij snipverkouden, moe en koortsig.

    09-11-2022 om 17:27 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (3)
    03-11-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.3 november selfie in het Alhambra
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    03-11-2022 om 20:02 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    >> Reageer (5)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.3 november het Alhambra, orgelpunt van onze driedaagse in Granada

    De auto moet vandaag terug naar de luchthaven, dus hebben we de wekker gezet, want we willen zeker niet te laat zijn.  Gevolg is dat we een uur te vroeg zijn én twee uur moeten wachten op een bus terug naar het centrum van Granada.  We zitten daar heel alleen op een bankje vóór de luchthaven en vragen ons af of het wel de moeite gaat lonen om ons terug te brengen.  De bus staat er al, maar gaat ze willen vertrekken ??? Tot een kwartier voor het vertrekuur plots van overal ( overal ? vanuit de luchthaven natuurlijk, de bus is afgestemd op de landingsuren, beginnen we plots te beseffen) mensen toestromen en ze willen allemaal mee met de bus.  We zetten ons vlug op de eerste rij, want het duurt niet lang of die bus is stampvol. Reservebus rukt aan, drummende mensen stromen ook daar naar binnen.

    We worden er uit gesmeten aan de kathedraal van Granada, een imposant gebouw, dat we niet bezoeken.  We moeten immers tijdig aan het Alhambra zijn, onze tickets hebben een toegangsuur. Het is een flinke klim te voet, maar we willen nu eenmaal onze stappen halen.  Eigenlijk zie ik niet goed meer uit mijn ogen van vermoeidheid (hoewel ik me afvraag hoe je moe kunt zijn van twee uur op een bankje te zitten en nog drie kwartier op een bus, en toch..) en als onze tickets gescand moeten worden vraagt de dame onze ID-kaart en geef ik zonder erg mijn bonuskaart van de Carrefour af.  Ze kijkt erg vreemd naar de kaart en naar mij, ik heb niets door, kijk schaapachtig terug en word dan aangestoten door Geert die zijn blik ten hemel slaat.  'Oh, oh, wat een schaap heb ik hier bij', denkt hij wellicht.

    We hebben betaald voor een audio-guide, maar help, we krijgen het niet voor mekaar om er een te bemachtigen.  We staan in de verkeerde rij en we moesten iets downloaden op een app en nu kunnen we nog één krijgen voor 6 euro per persoon.  Zo laten, die audio-guide, we kijken wel wat rond en verzinnen zelf wat het is.  Op zo'n moment beseffen we goed dat we ouder worden en niet goed meer weg kunnen met de jonkies en hun technologische snufjes.  Het kan ons ook niet zo erg bekoren en bovendien word ik met de minuut meer moe. 

    Het Alhambra is heel groot en mooi.  Wie het reeds gezien heeft, weet dat.  Wie het nog niet gezien heeft moet eens gaan kijken.  En neem liefst een gewone gids. En hou je bonuskaart in je zak. En neem een jonkie mee.

    Morgen begint onze Odysee naar huis, eerst tot in Ansignan en op 12 november naar België. Dag na dag, beetje bij beetje.  En ondertussen probeer ik mijn vermoeidheid te bestrijden door mindful alles te ondergaan en me knus in de trein te nestelen met mijn e-reader.  Benieuwd of dat gaat lukken.











    03-11-2022 om 19:59 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    02-11-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2 november Oewaarde landkenoten, mijn vrouw Fabi en ik....

    Motril, wie kent dit stadje niet ? Het is daar dat koning Boudewijn in 1993 een hartstilstand kreeg en we plots zonder koning zaten.  Het ligt ten zuiden van Granada aan de Middellandse Zee en we willen er naartoe.  Het is alweer een zonnige dag, de lucht azuurblauw en ik ga op pad om de fiat 500 die we voor één dag huurden te gaan ophalen in de luchthaven.  Ondertussen kan ik gaan informeren in het 'estacion de autobuses' of we onze fietsen niet op een bus kunnen zetten en zo naar het noorden kunnen.  Want per toeval kwam ik gisteren op de website van Alsa, de busmaatschappij en die belooft ons naar Barcelona te brengen met fiets en al. Ik vraag het aan de inlichtingenbalie. 'Fietsen, jazeker, geen probleem'.  Ja, maar, werp ik op, kunnen ze in hun geheel mee ?  'Je moet ze wat inpakken', zegt de man, 'je gaat naar een Chinese winkel om plastiek en je steekt die fiets in een plastieken kleedje. Facil, muy facil!' Mmm, ik vertrouw het zaakje niet en ga naar een ander loket om meer uitleg.  'Het voorwiel zou er toch uit moeten', zegt de dame daar, 'en inpakken, dat ook.  Een doos of plastiek, het maakt niet uit, maar toch zeker wel inpakken.' Niet echt wat we zouden willen, ik voel de bui al hangen. Toch nog een derde poging wagen, wie niet waagt niet wint.  Ik zie een buschauffeur bij zijn bus staan.  Als die het niet weet, wie dan wel ?  De bagageruimte lijkt heel groot, een fiets moet daar in kunnen, mijn gedacht.  Hij drukt mijn sprankeltje hoop al gauw de kop in. 'Voor- en achterwiel eruit en volledig inpakken'.  Het wordt alsmaar erger.  Het wordt niets, we zullen ons maar houden aan de trage treinen van Renfe.

    Het autootje is klein van buiten, maar ruim van binnen.  Aanvankelijk rijdt het wat schokkerig, dat ligt volledig aan de chauffeur.  De koning en ik gaan naar Motril in onze koninklijke slee!!  Links van ons schuift de Sierra Nevada voorbij.  'Oewaarde Fabi', spreekt mijn Baldwin, 'ik had mij deze gebergten toch mooier voorgesteld, oewat vindt kij daarvan?'  Inderdaad, ik vind het ook, de bergen zijn kaal en lijken heel onherbergzaam.  Maar, we kunnen niet oordelen over de gehele bergketen, we zien er maar een klein stukje van. Het gaat goed vooruit, de autosnelweg is comfortabel.  Motril komt in zicht.  'Oewaarde Fabi', spreekt mijn gemaal nogmaals, 'Motril, oewat is dat tok, het is niet meer wat het vroeger geoeweest is, oewat is toch al die plastic ?' 'Het zijn plastieken serres om tropische vruchten onder te kweken', zegt Geert.  Schoon is het niet, nee.  Vind ik ook.  Motril zelf trouwens ook niet.  De vorst had zowaar niet in het stadje zelf zijn optrekje, maar in een van de villa's die tegen de flanken van de bergen staan te blinken.   We zijn hier rap weg, Belgische koningen of niet, we rijden richting Malaga naar het witte bergdorpje Frigiliana.  Het lijkt of de huisjes daar allemaal pas geschilderd zijn, zo schitteren ze in het zonlicht. Witter dan wit.  En overal planten : palmen, bougainvillea,oleander, datura, geraniums ook.... het lijkt of we midzomer zijn. 

    Ik wil toch nog een eindje verder, naar Acebuchal, een klein gehuchtje dat beschreven wordt als het eind van de wereld.  Daar waar Boef geadopteerd werd.  Het wordt een rit met de nodige spanning.  Het weggetje is smal en niet altijd verhard, soms steil (waarom zou het anders het eind van de wereld genoemd worden waar we naartoe gaan) en dat zint Geert niet.  Hij denkt dat het niet enkel het dorpje is dat aan het eind van de wereld ligt, maar dat ook wij ver aan ons einde gekomen zijn. 'Dit is levensgevaarlijk' roept hij in een paniekerig moment.  Ik kan het niet beamen en als we er eindelijk zijn ben ik volledig in de ban van het schilderachtig mooie Acebuchal. De foto's onderaan spreken wellicht boekdelen.  Er is ook een bar/restaurant, waar we nog een koffie drinken vóór we terug vertrekken.  Geert rijdt en is duidelijk meer op zijn gemak als hijzelf aan het stuur zit.

    Op de terugrit kleuren de bergen van de Sierra Nevada mooi donkerrood tot oranje.  Zo zien ze er toch bekoorlijk uit.  Van mij mogen ze blijven.













    02-11-2022 om 21:37 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    01-11-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.1 november Granada, groter dan een granaatappel
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Het is 1 november vandaag, vroeger was het dan in België al bitter koud of mistig en triestig, maar dit jaar is dit blijkbaar niet het geval.  Hier in Granada ook niet, de zon staat ongesluierd te schijnen op ons terras.  We verkennen vandaag de stad.  Er is een bushalte op 400m.  We stappen er op en vliegen er al meteen weer af.  We moeten een mondmasker dragen.  Ze zijn streng, de Spaanse buschauffeurs.

    We willen wat door de stad struinen, een kijkje nemen in de oude stad, een terrasje doen... Wat we zeker niet mogen vergeten is naar het treinstation te gaan om te informeren naar de mogelijkheden om terug in Frankrijk te geraken. We nemen ons voor om dit eerst te doen.  Hadden we dat maar niet gedaan. De madame Renfe legt ons uit dat de enige trein die we mét onze fietsen kunnen nemen, de trein naar Almeria is. Alle andere treinen, geen fietsen toegelaten, tenzij we ze inpakken (voorwiel er uit, pedalen er af, stuur gedraaid) . Woeps, dat komt aan.  Het werpt een schaduw over deze zonnige feestdag en we lopen wat doelloos rond, ons suf piekerend hoe we dat gaan oplossen. We kunnen toch niet terug fiétsen ?!?

    Granada is druk, er wordt nogal wat geflaneerd door de straten.  Merkwaardig is ook dat de winkels open zijn. Hier en daar komen we een mooi oud gebouw tegen, meestal een kerk en er zijn ontzettend veel kleine steegjes, autovrij, volgestouwd met terrasstoelen van kleine cafeetjes.  En die terrassen zitten goed vol, jong en oud met de klaterende Spaanse mondjes die nooit stilstaan. Hoe bestaat het dat die mensen zo kunnen tateren ? We eten een ijsje en besluiten om te voet terug te stappen naar het appartement. Het levert me 10.000 stappen op.

    Geert prepareert een spaghettisaus die we opeten met rijst. Lekker !  Ondertussen probeer ik te puzzelen om met de trein toch terug naar het noorden te geraken.  De trein naar Almeria brengt ons 60 kilometers ver (als we onderweg uitstappen).  Verder geraken we die dag niet.  De volgende dag kunnen we regionaal twee uurtjes treinen en zijn we 100 km verder.  Alle beetjes helpen!!  Hoe verder naar het noorden, hoe beter het lukt. Uiteindelijk zullen we 5 à 6 dagen onderweg zijn om terug in Ansignan te geraken.  Dat moet dan maar. Geert  maakt zich boos en zegt dat hij nooooit meer naar Spanje komt om te fietsen.  Tja, dat waren we eigenlijk niet van plan.

    We gaan maar vlug slapen.  Morgen ga ik met het openbaar vervoer naar de luchthaven van Granada.  We hebben een autootje gehuurd voor één dag en zullen naar Motril gaan aan zee en daarna misschien ook nog (onder voorbehoud van tijd en goesting) naar Frigiliana, het dorpje waar Boef vandaan komt, de hond die Marnix Peeters druk beschreven heeft in De Morgen.  Zijn vrouw heeft er een boekje over geschreven en het lijkt me leuk om daar eens te gaan rondsnuffelen.

    01-11-2022 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    31-10-2022
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.31 oktober Granada, waarom zijt gij zo ver ??

    Ontbijt.  Lola komt aangelopen met twee glutenvrije broodjes, het lijkt of ze de marathon heeft gelopen.  Nee, zegt ze, ik zou geen fietstochten kunnen maken zoals jullie. Pica pica, zegt ze en ze wijst naar haar keel.  Het is rustig in de hostal, enkel twee vriendelijke Spanjaarden zijn er en ze maken een praatje met Lola, ik denk over olijfolie, want even later schenkt Lola olijfolie op een bordje en moeten ze zeker eens proeven.  De olijfolie is helder groen.  Ze vraagt of wij ook eens willen proeven.  Ja, dat willen we wel.  Het blijkt de beste olijfolie (ter wereld ?) te zijn.  Ze leggen uit dat het zo groen is omdat het van de groene olijven is, de eerste persing en dat dat de beste olijfolie is.  Onze buren Spanjaarden zijn in de wolken, zulke olijfolie op gekookte rijst : mmmm, delicioso!!!

    Er staat een stevige rit te wachten, we schatten rond de 80 kilometer om tot in Granada te geraken (het bleken er 93 te zijn en 1100 hoogtemeters).  Het is wat dubbel : voegen we nog een nacht in vóór we in de stad zijn, dan hebben we twee korte ritjes en dat lijkt de moeite niet.  Maar in dit geval zullen we wat moeten doorbijten.

    Het begint met een paar stevige klimpartijen.  Nee, we zijn de bergen nog niet uit.  Geert voelt zich terug fris, zijn onderlip staat blij en laat zich niet hangen.  De olijfgaarden maken stilaan plaats voor reusachtige akkers, waar gemaaid en geploegd is.  Ik weet dat een volle batterij niet voldoende zal zijn en probeer zo zuinig mogelijk te rijden.  Het geeft me stress. Don't worry zingt Geert, ik neem dat stuur wel over als het moet.  Oh ja ?  En weet hij ook dat we op het einde nog een steile klim moeten doen ? Hij maalt er niet om.  We zien wel.  Het is zijn motto van de dag.  Gelukkig kunnen we in Iznalloz een slaatje eten en mogen we de batterij daar een uurtje opladen.  Het restaurant zit vol locals, dat is altijd een goed teken.  Luide muziek schalt uit de boxen, het zijn hits die we kennen en bijna beginnen we mee te zingen met onze eigenste Soulsister.

    De weg naar een grote stad is nooit gemakkelijk als je met de fiets bent.  Met de auto is het poepsimpel, er is een autosnelweg en de bewegwijzering is duidelijk.  Maar voor ons lijkt er geen enkele baan naar Granada te leiden.  Moeten we rechts van de autobaan blijven of moeten we langs links ?  We rijden ons telkens vast.  We vragen het aan een buschauffeur.  'Es un problema', zegt hij.  Met de fiets is het niet makkelijk.  We moeten terug de autosnelweg over en hoezee, we vinden terug een aanknopingspunt.  Maar ondertussen hebben we natuurlijk al op grindweggetjes gehotst en gebotst en de batterij heeft dat niet graag.

    In de rand van Granada is het druk en niet aangenaam fietsen.  In de stad zelf ook niet. Gelukkig is er Google maps om ons de weg te tonen, al geeft die van Geert andere boodschappen dan de mijne.  Maar zonder zouden we hopeloos verloren zijn.  Ik val toch nog zonder ondersteuning en Geert neemt over, steil bergop.  Hij blaast en kreunt, maar hij geraakt er. De fiets moeten voortduwen zou nog een ander paar mouwen zijn.  We logeren onder Granada, in Huerta Vega, een rustige (nou ja) buitenwijk, in een appartement.  De sleutel ligt klaar .  José Luis is onze gastheer en heeft ons via sms verteld hoe we binnen geraken.  Net voor de duisternis valt zijn we ter plaatse. We zijn pompaf, maar morgen is het 1 november en dus moeten we nog een winkel zoeken om niet zonder proviand te vallen.

    De wijk heeft veel trappen en kleine steegjes.  De eerste supermercado die als 'open' gemarkeerd stond, is hopeloos dicht. We zoeken een tweede.  Twee volle zakken, het zal wel genoeg zijn zeker ?  Geert is de muilezel, ik ben de gids.  Taken moeten verdeeld worden, toch ?  We zijn blij en leeg en moeten nog eten.  Wat dat betreft worden we echte Spanjaarden, om 20 u 's avonds eten is écht vroeg voor hen.  Er wordt hard op de deur gebonkt.  Het is José Luis, die komt vragen of alles in orde is.  En niet enkel dat, hij heeft twee grote zakken eten voor ons mee : broodjes, croissants, 3 liter melk (!!), 2 bussern fruitsap, muesli, koffie, thee, boter.  En ook nog douchegel en shampo. Wie gaat dat allemaal opeten, we hebben zelf al zoveel voorzien voor de komende dagen. We nemen het toch maar in dankbaarheid aan. 

    We kruipen in het smalle bed.  Als dat hondje van beneden nu nog zwijgt, kunnen we dromenland binnen.









    31-10-2022 om 00:00 geschreven door geert en hilde op de fiets

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (3)


    Archief per week
  • 25/12-31/12 2023
  • 18/12-24/12 2023
  • 11/12-17/12 2023
  • 04/12-10/12 2023
  • 27/11-03/12 2023
  • 07/11-13/11 2022
  • 31/10-06/11 2022
  • 24/10-30/10 2022
  • 17/10-23/10 2022
  • 05/09-11/09 2022
  • 29/08-04/09 2022
  • 22/08-28/08 2022
  • 16/08-22/08 2021
  • 09/08-15/08 2021
  • 07/09-13/09 2020
  • 31/08-06/09 2020
  • 24/08-30/08 2020
  • 09/09-15/09 2019
  • 02/09-08/09 2019
  • 26/08-01/09 2019
  • 29/04-05/05 2019
  • 22/04-28/04 2019
  • 15/04-21/04 2019
  • 08/04-14/04 2019
  • 01/04-07/04 2019
  • 25/03-31/03 2019
  • 10/09-16/09 2018
  • 03/09-09/09 2018
  • 02/10-08/10 2017
  • 25/09-01/10 2017
  • 18/09-24/09 2017
  • 31/07-06/08 2017
  • 24/07-30/07 2017
  • 17/07-23/07 2017
  • 10/07-16/07 2017
  • 03/07-09/07 2017
  • 26/06-02/07 2017
  • 19/06-25/06 2017
  • 12/06-18/06 2017
  • 05/06-11/06 2017
  • 29/05-04/06 2017
  • 22/05-28/05 2017
  • 08/05-14/05 2017

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!