Foto
Inhoud blog
  • 77 Roetskalender
  • 76 Servaes Bert
  • 75 Engel Rafaël
  • 74 Reactie
  • 73 Godsdienstonderricht
    Zoeken in blog

    Herman Boon pr.
    '... aan hen die hem ontmoetten'
    21-11-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    In "Schoon Meise"  Jaargang 2 - sept.1966 werd een themanummer gewijd aan het afscheid van Herman Boon pr. als onderpastoor in Meise.
    Dank u herman !
    - voor uw meeslepende regie … Gij waart pas in Meise toen de Chiro toneel speelde over de Hongaarse revolutie. Gij haalde er een Hongaarse danser, zanger en accordeonspeler bij. Gij schreef “Tarcitius in Moskou”, vertaald in 5 talen, daarna soms in één nacht “Een vriendschap”, “De blauwe tijger”, “De moord van Nijlen”, “Tituto”, “De klik”, "De witte roodhuid”, “Het sprookje van de fotograaf”, “Een wereld vol trommels”, een fantastische circusavond, allemaal sprankelende choreografie, alles met een ondertoon van schoonmenselijkheid.
    - Voor het vereeuwigen door boeiende filmverhalen van Chirobivakken te Lommel, Blenz, Basseilles, Oosterhout, Oetz, Texel, Ovifat, Aosta, Koersel,Spich …
    - Voor uw krachtdadig verzet tegen alles en allen die de jeugd in haar schone groei bedreigde
    - Voor Berlijn, Fatima, Tirol, Aosta … nooit vroegt gij : Kunt gij betalen ? Iedereen mocht mee, allen waren evenwaardig
    - Voor Israël, Rome, Spanje, Rusland, Kongo waarover gij zo levendig vertellen kon en schrijven alsof op elk van uw reizen uw parochie met U mee was
    - Voor uw rijkgevulde bibliotheek, diskoteek en bandopnemer die zowel als uw keuken en heel uw huis gul en gastvrij openstond voor ieder die er gebruik wilde van maken
    - Voor uw groene en sinds een kermis uw blauwe fiets, voor uw bromfiets die iedereen mocht gebruiken en waarop gij zoveel hebt geleden door kou en regen, voor uw Volkswagen waarin iedereen mee mocht en die gij dikwijls uitleende
    - Voor uw artikels in “Trouw”, “Lente”, “J”, “Straal”, “De Linie”, “Kerk en leven” en zoveel andere godsdienstige en culturele tijdschriften , boeiend proza en steeds verrijkend
    - Voor uw gedichten …en er zit nog zoveel poëtische schoonheid in uw schuiven verborgen …
    - Voor de verzorgde T.V.-uitzendingen zowel over de jeugd als over de St.-Elooiviering in Meise
    - Voor de zonnebloem, de gouden regen, de Japanse kerselaar, de fotomontages en al de zinvolle versiering van het kerkkoor
    - Voor de vooruitstrevende teksten op huwelijks- en geboorteaankondigingen, doodsbrieven en de vernieuwende wijze waarop gij alle kerkelijke diensten en sakramentele vieringen diep godsdienstig kon maken
    - Voor uw kunstzinnige begeleiding bij het inrichten van lokalen, kamers van jongeren en woonkamers, het kiezen van gelegenheidsprentjes …
    - Voor de Zazo … week-ends in Meise en uw steun bij het doorbreken van het Vlaamse chanson
    - Voor uw doordrijven om de eredienst te ontdoen van de overbodige, pompeuze ornamenten om Gods aanwezigheid beter tot uiting te laten komen
    - Voor de tientallen filmforums. Zovele Meisenaars leerden goede films genieten.
    - Voor de wijkkruiswegen, de gespreksgroepen, gebedsstonden in de gezinnen, de studiekringen over het ontstaan van het leven en anderen in de arbeidersgezinnen… gij haalde voor ons sprekers en kunstenaars met de grootste namen naar Meise, bekende orkesten en meesterwerken …
    - Voor de gezinskringen die gij stichtte met Pater Glorieux, Herman Servotte, Pater Louis, Pater Emiel en wijlen pater Joris …
    - Voor uw medewerking en realistisch zin geven aan Broederlijk Delen. Wij stuurden lang massa’s lakens naar Israël en nog zoveel meer …
    - Voor uw grote liefde voor de Kerk, evenals uw liturgisch, eukaristisch en mariaal beleven dat gij van uw moeder erfde. Zoals zij het deed in Ukkel, stichtte gij het Marialegioen te Meise dat onder uw impuls het hardste en ondankbaarste werk aandurfde, omdat de werkmethode niet meer beantwoordde aan de noodwendigheden
    - Voor uw slogan “Goede dag, gebuur” waarmee gij gelovigen zowel als ongelovigen, geletterden zowel als minder ontwikkelden de eenvoud van de Kristelijke naastenliefde leerde begrijpen.
    - Voor uw welslagen in de samenwerking tussen mensen van alle strekkingen, zonder U te doen klasseren in een politieke groep
    - Voor uw voortdurende zorg voor de organisaties in hun geheel , zonder de meerderheid van de niet georganiseerden te verwaarlozen.
    - Voor uw moedige houding en hard werken in de priesterraad, waar gij als eerste durfde spreken over het bisdom “Vlaams-Brabant”.
    - Voor de eerbied waarmee gij over uw meerderen sprak en ontzag dat gij afdwong door uw manier van gehoorzamen.
    - Voor uw eerlijke houding en moed om iemand de waarheid te zeggen; voor uw opbouwende kritiek, uw hoge eisen maar krachtige steun bij al onze ondernemingen.
    - Voor uw hoofsheid in het debat, men mocht U alles zeggen, nooit waart gij zwak, nooit krabbelde gij achteruit of bleeft gij wrokken na een pijnlijke discussie.
    - Voor uw vergevingsgezindheid. Wie U pijn deed of bekampte werd bedacht met attenties. Gij leerde ons “steeds superieur te zijn in liefde”.
    - Voor uw gezonde humor, voor uw bevrijdende schaterlach, die schijnbaar grote moeilijkheden tot plezierige anektdoten kon omtoveren.

    Wat wij nooit konden begrijpen is hoe gij na dagen en nachten ingespannen werken, U nog kon gereed houden voor iedereen en hoe gij na de grootste moeilijkheden en het grootste verdriet, U vol levensmoed kon oprichten in een blije gerichtheid naar de Heer, steeds vertrouwend op het goede in iedere mens. Boven uw elf jaar priester zijn te Meise schrijven wij uw gedicht :

    Leg in mijn handen Heer,
    één gouden klomp geluk,
    wij zullen die in duizend stukken breken,
    elk zal van Uw liefde spreken,
    en wij zullen die delen
    aan elke mens een stuk.
    En als alles zal weggegeven zijn,
    zullen wij onze lege handen in de Uwe leggen.
    Dan hebben wij alleen nog dit te zeggen :
    Naar U hebben wij verlangd
    Laat ons in U LIEFDE zijn !

    Redactie Schoon Meise : Louis Becq, Frans en Piet De Cuyper

    21-11-2005 om 11:03 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    10-11-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Langs een hele omweg heb ik uw danknummer over mijn vriend-priester Herman Boon gelezen. Al zijn we zeer vertrouwde vrienden sinds onze kollegetijd, hij zelf had er me niets van gezegd. Ik was erg blij om uw artikels, en toch ontbrak er mij veel in zijn geestelijk portret? Het zou een boek worden en sommige dingen zijn moeilijk te zeggen. Ik weet een beetje hoe mijn lieve vriend trachtte priester en mens te zijn, met zoveel mogelijkheden en moeilijkheden met zijn overrijk temperament. Ik weet een beetje van uit vele gesprekken hoe hij vanuit de fundamentele keuze en zijn ja-woord als retoricastudent, met zovele andere mogelijkheden, op de roepstem van Heer altijd probeerde te combineren gebed en studie, bezinning en actie, scheppen en vernieuwen, actie en totaal gegeven zijn, aan allen behoren en toch de positieve eenzaamheid verdiepend beleven. Ik weet dat het voor hem een voortdurend innerlijk gevecht was priester te zijn, zo totaal mogelijk, en de vele menselijke talenten die hem bedeeld waren slechts te gebruiken als ze iets konden betekenen voor de Kerk, wat hij noemde “kanalen voor het evangelie”. Ik weet hoe hij altijd innerlijk vechten moest voor wat voorrang had elke dag, door zovelen werd hij dag en nacht voor zoveel gevraagd, zodat hij probeerde ’s nachts het andere te doen, om in de dag helemaal voor zijn parochie te zijn. Hij had daarvoor een sterk gestel en een buitengewoon recuperatievermogen, al is hij veel ziek geweest in zijn leven.Als ik over hem zou schrijven, zou ik vooral getuigen dat hij mij en mijn gezin heeft leren geloven en leren bidden, met liefde en rechtvaardigheid in schoonheid, waarheid en edelmoedigheid deed stellen voor ons denken en ons doen. Ik weet dat hij vele medepriesters hielp enthousiast en blij te blijven en ik heb vele vrienden horen zeggen : als wij maar zo een priester hadden, en ik vond het zo fijn van hem dat hij nooit verdroeg dat over andere priesters of over zijn bisschop iets kwaads werd gezegd, en met welke oprechte bewondering sprak hij mij over zijn pastoor, en nu met welke liefde over zijn opvolger! Ik weet hoe hij kon bidden. Het is gebeurd dat ik in zijn altijd open huis binnen sprong en hem verraste, geknield op zijn bidstoel, of dat hij het gesprek onderbrak of afsloot met een uitnodiging om mee te bidden. Eens was het heel laat of vroeg geworden in de nacht, en voor ik naar huis reed vroeg hij me met hem nog even mee te gaan bidden bij het Heilig Sacrament in de donkere kerk. Ik denk dat hij zeer dikwijls ’s nachts alleen zo in de kerk heeft gebeden.Hij leerde het aan zijn medewerkers, eerst even biddend naar God te staan vooraleer een opdracht voor de kerk te gaan vervullen. Ik heb het horen vertellen van een Chirobivak in de Kempen : niet alleen van zijn bezinningen met zijn leiders en leidsters ’s morgens vroeg,en de gebedsmomenten met de keukengezinnen, hoe hij elk bivak maakte tot een jeugdretraite, maar ook hoe eens op een nacht heel het tentenbivak dreigde onder geregend te worden. Een nabij bivak was al opgekraamd. Herman met zijn leiders trachtten het gutsend water weg te krijgen met kanalen te graven en het wegscheppen in emmers en bussen. Maar het regende voort. Hij ging al de tenten af, om te kijken of alles van binnen droog bleef en zijn jongens sliepen. Het werd wanhopig. Nog een half uur zo regenen, en ook zij zouden moeten verhuizen. Toen zei Herman : “mannen, ik ga naar mijn tentje. Ik ga eens met de Heer praten,. Wij doen dit Chirobivak toch voor Hem. Hij moet voor ons zorgen.” Hij ging bidden in zijn tentje; Twintig minuten later hield het regenen op. Iets dergelijks heb ik dit jaar opnieuw gehoord toen het tentenbivak dreigde te sneuvelen onder een windstorm en hij aan zijn Chiromeisjes vroeg even rustig te bidden bij het Mariakapelletje opdat alles goed zou aflopen en elk zou weten wat best te doen. Wat was hij een Mariale priester! Hij zei me eens : voor elk jaar Meise, wil ik een Mariakapelletje bouwen! De laatste jaren heeft hij vele retraites en bezinningsdagen geleid. Ik hoorde daarover altijd lof over zijn creativiteit, maar vooral : hij heeft ons leren geloven en bidden, en wat staat die met zijn geloof in het hart van de werkelijke wereld! Hij had eigenlijk een missionariskarakter. Hij heeft altijd gedroomd van Zuid-Amerika, maar als zijn bisschop zei : “we hebben u hier nodig” dan was dat voor hem goed. Ik hoor hem nog na zijn Kongoreis, diep onder de indruk van zijn ontmoetingen met de zwarte universitairen, met de missionarissen, en vooral van dat melaatsendorp in de Mayumbe, en dat hij zei : “wat doe ik hier toch in dat luxueuze Europa! Mijn vriend zei me eens : weet je dat de echte armoede van de priester, dat is totaal, dag en nacht beschikbaar zijn voor iedereen, elke telefoon, elke bel, elke mens, onze armoede is weten dat we maar broze instrumenten zijn van de Heer, onze zwakheden ervaren, bepraat en belasterd worden en moeten zwijgen en elke morgen je tekenen inde naam van God en iedereen helemaal terug graag zien. Ik zag hem eens thuis komen op zijn fiets, kletsnat, een beetje bleek, met bevroren handen. Zijn huis was leeg en koud. Ik was in mij warme auto blijven zitten, maar hij lachte gul en gelukkig en vertelde mij enthousiast over zijn mensen, terwijl hij vuur voor mij aanmaakte en water opzette om wat koffie te maken. Hij zal niet graag hebben dat ik het verklap, maar ik heb toevallig eens ontdekt dat hij jaren lang op de grond geslapen heeft. Hij lachte maar met de legende over zijn rijke familie en zo!

    Hij leefde op zijn zolderkamertje, ijskoud in de winter en snikheet in de zomer. Op een nacht had hij zijn eigen bed weggedragen naar iemand die er een nodig had.Ik weet hoe tijdens een Sinterklaasnacht voor verschillende deuren van mensen die het niet breed hadden dozen ging zetten met allerlei geschenken, en hoe vooral op gevoelige dagen voor eenzamen, zoals met Kerstmis en Nieuwjaar naar eenzame of zieke mensen fietste om hen iets te brengen, ook altijd de geschenken die hij zelf had gekregen.. ik heb zijn ontroering geweten, toen hij van eenvoudige lieve vrienden van hem een bromfiets kreeg, en toen hij een kleine wagen kreeg van een gezin uit Meise, was zijn eerste blije rit naar Brussel naar het Rode kruis om er een invaliditeitswagentje te gaan halen voor een sukkelende vriend in de parochie, en ook zijn volkswagen nadien was voor iedereen, een werkinstrument zoals zijn telefoon, schrijfmachine, en heel zijn huis voor iedereen was, en zijn fiets en brommer gingen als geschenk naar Chirojongens.

    Ik zou u een boek kunnen schrijven over hem. Hij zuchtte soms dat hij zo weinig kon doen, dat een mens zo begrensd is en de tijd zo vlug voorbij gaat, en hij zelfzo onvolmaakt. Hij was een geweldig gevoelsmens. Dat maakte hem innerlijk zo rijk, maar ook zo kwetsbaar.Een zeer sterke persoonlijkheid, die daardoor wel eens weerstand opriep. Hij kon ineens wegkruipen in zichzelf; maar ook geweldig animeren. Vooral heb ik in hem bewonderd is dat hij zijn fouten kon zien en vergiffenis kon vragen en vergeven kon,dat hij zich zen de anderen altijd op weg wist, groeiend. Ik weet ook hoe oneindig veel hij van Meise hield! Hoe dikwijls had hij mij de laatste tijd niet met vreugde verteld over het komend tehuis voor bejaarden en zijn droom om voor zijn zo dierbare jeugd een eigen tehuis te bouwen waar ze, tegen alle commerciële uitbuiting van hun kwetsbaarheid,en hoe kon hij zich kwaad maken tegen mensen die zijn jeugd kwaad deden.Zichzelf zouden kunnen zijn, en in schoonheid zouden, kunnen groeien. Wat leed hij eronder als hij zelf al eens jonge mensen verkeerd had aangepakt, maar wat was hij fier en gelukkig als zij iets schoons hadden gedaan! Toen de bisschop hem tijdens het Chiromeisjesbivak vroeg enkele jaren in het Universiteitsmidden te Leuven priester te gaan zijn, vergde het hem een zeer zwaar offer en hard geloof om in alle vrijheid ja te zeggen, omdat hij wilde voorgaan in de beschikbaarheid aan de Kerk. Hij zei me eens :ik heb getracht mijn eigen jeugdidealen als KSA’er en later als Chiroleider volwassen gestalte te geven, en ik heb getracht al deze mensen graag te zien, zoals ik anders mijn vrouw en mijn kinderen graag zou gezien hebben, dus ook met al mijn en hun gebreken. Maar hoe meer ge ervan houdt, hoe zwaarder het dan ook valt afscheid te nemen. Maar de Heer roept mij. Ik moet kunnen, afstand doen, om wille van deze liefde. Vaders en moeders moeten dat ook doen … en wij preken toch de gekruisigde en de Verrezene!

    Ik herinner mij nog al het rumoer toen hij de muur rond de pastorij afbrak, omdat hij ook een geestelijk open pastorie wilde. Toen werd hij met van alles bedreigd. Toen hij wegging uit Meise, hoorde ik iemand zeggen : voor die afbraak van de muur moesten ze hem een monument oprichten! Wat heeft hij niet moeten doorslikken toen hij de St.-Elooikapel had laten herstellen door zijn vrienden De Smedt en er het verschrikkelijk vermolmd altaar afbrak, maar veel schoonheid in de plaats stelde. Hij werkte soms als een bulldozer, maar daarin klopte een zeer rijk en warm hart, soms teder en broos als van een kind, soms wenend, soms hevig van wat hij noemde ‘mijn geweldig levensgevoel’. Ik herinner mij hoe enthousiast hij aan het werk toog als verkozene in de priesterraad en als secretaris van de groep Vlaams Brabant; Ik hoorde een van zijn confraters eens zeggen : wat een eerlijke durf en openhartigheid, en wat een werkkracht …

    Toen hij zwaar gekwetst na zijn auto-ongeval in de kliniek lag, waar hij pas aalmoezenier was benoemd, tastte hij naar zijn hand en zei : “Ik leef. Dit is me duidelijk : ik moet met mijn leven nog iets heel schoons doen voor de anderen. Het leven is zo schoon, zo de moeite waard, maar soms zo moeilijk en hard!

    Ik zou een boek kunnen schrijven over mijn vriend Herman, zoals ik hem een beetje heb mogen kennen, een boek van vriendschap en bewondering.

    K.V.M.  Reactie op Schoon Meise sept. 1966 “dank u herman !

    10-11-2005 om 10:47 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    02-11-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    In Poverello-nieuws nr.2 /2005 (4-5-6-) verscheen : Overledenen : Herman Boon (priester, 75 j.) Ondanks zijn drukke agenda als aalmoezenier op de luchthaven van Zaventem, kwam Herman af en toe de zondagnamiddag de Eucharistieviering voorgaan in het Poverellozaaltje. Met al zijn overtuiging en veel respect nodigde hij ons telkens weer uit om te luisteren naar Jezus’ woord en Hem binnen te laten in ons hart. In 2003 zou hij meegaan om de bedevaart naar Lourdes te begeleiden. Met veel enthousiasme hielp hij ons bij de voorbereiding. Helaas heeft hij om gezondheidsredenen (hij wilde ons niet tot last zijn) op het laatste moment moeten afhaken. Toch stuurde hij nog 400 missiepaternosters en 400 medailles van de rue de Bac met ons mee. We weten dat hij tijdens de week dat wij in Lourdes waren veel voor ons gebeden heeft.

    Dank u wel Herman voor je gebed en bezieling. Het is jammer dat we je hier nu moeten missen, maar we hebben er wel iemand bij die voor ons ten beste zal spreken.

    02-11-2005 om 09:55 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    30-10-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Contact
    Vorige week kreeg ik bezoek van Margareta Maria Boon.  Zij zocht contact in Meise om meer te weten over kunstenaar Willem Rosiers en over de metaalstructuur, waarvan het origineel op het overlijdensbericht van haar broer Herman stond.  Ik kon via haar de zaken die betrekking hebben op Meise gaan inkijken in Heverlee.
    Enkele dagen later kreeg ik bericht van Thérèse Boon en een kaart met de engel Rafaël, die ik zocht.
    De schoonzus Lieve Boon- Simoens sprak in naam van de familie op de uitvaart van Herman Boon pr., haar schoonbroer :
    Herman, in naam van je drie zussen en de hele familie heet ik je vele vrienden hartelijk welkom.
    Beste Herman, ontelbare keren heb je elk van ons op een of andere manier geholpen en daarvoor is iedereen je erg dankbaar, maar zeker niet zo dankbaar als mijn kinderen en ik voor wat je in het afgelopen jaar deed, toen ons vake, je broer Ward, ziek was.
    Het was je derde broer die je begeleidde naar de dood.
    Je kwam tot drie maal per dag naar de kliniek in Leuven of naar het verplegingstehuis in Tervuren en we weten allen hoe druk je het had en hoe ziek je zelf was.
    Misschien was er wel een groot verschil tussen het sterven van je broers - priesters : Johan in Peutie en Frans in Japan en het sterven van de familievader die Ward was.  Ward was nooit alleen.  We waren meestal met twee of drie om hem drinken te geven, lieve woordjes te fluisteren, zijn hand te strelen of gewoon vast te houden.
    Op een keer zegde je met een zucht : " Wie zal er mijn hand vasthouden ?" en we voelden dat jij toen ten volle begreep wat een gezin eigenlijk betekende.
    Voor de onvergetelijke manier waarop je nadien Ward' s uitvaart voorging, het gezegende water met volle handen op zijn kist sprenkelde, in de zon veranderend in schitterende parels.  Dankbaar voor de vele kleine gebaren van troost, die je zelf ook nodig had.
    Jammer, in het ultieme uur was er niemand van je familie die je hand kon vasthouden, maar we weten dat iemand je aan de hand naar de kapel leidde, die je tot bij Maria (moemoe), je moeder, bracht, die je hand ook vastpakte en meenam naar de sterrenhemel van waaruit ze al heel lang naar je keek.
    Heel bedroefd zijn we, Herman, maar toch ook dankbaar voor de manier waarop je sterven mocht, niet éénzaam, maar als de echte priester die je bent, aan de voeten van Onze Lieve Heer en zijn Moeder aan wie je je leven had gewijd.
    In die geest vieren we nu allen ingetogen je uitvaart : "vieren" omdat je dat woord zo graag gebruikte.
    Je hebt het goed gedaan, lieve Herman, bedankt ... bedankt.
    Lieve Boon - Simoens
    Zaventem, vrijdag 13 mei 2005

    30-10-2005 om 09:16 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    21-10-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.4 Leven en sterven voor ...

    ‘Niemand leeft voor zichzelf, niemand sterft voor zichzelf.
    We leven en sterven voor God onze Heer,
    Aan Hem behoren we toe’ (Rm 14,8)

    Herman heeft zichzelf niet gespaard. Die dienstbaarheid heeft hem tot op de draad versleten. Hij is uitgedoofd van het danig liefhebben. Zijn hart heeft het begeven.
    Hij zou nu zeggen: ‘Hou nu maar op met over mij te spreken en over al het goede dat ik deed. Want mijn geheim ligt dieper : mijn menslievendheid was niet zomaar sociale dienstbaarheid of nobele filantropie. Ze kwam van veel verder : het ging me om Gods menslievendheid in mij, zoals ik trouwens elk jaar in de kerstnacht aan de misgangers voorlas: ‘De goedheid en menslievendheid van God onze Heiland is op aarde verschenen’ (Tit 3,4). De menslievendheid van God. Ik wilde een man van God zijn en van Christus. Ik heb het ook nooit verborgen, voor niemand. Men wist wat men op dat stuk aan mij had. Ik vroeg me altijd af waarom men zich zou moeten verontschuldigen te geloven. Ik heb dat nooit begrepen en heb het ook nooit gedaan. Want ik wist dat ik niet mezelf verkondigde maar de Christus. Zeg het nu maar eens luidop hier en aan allen die willen horen : bij leven en sterven was ik van Hem. Daarom is het wellicht ook dat is de Heer me in de kapel is komen halen.’ Zeg het maar: ‘Niemand leeft voor zichzelf alleen, niemand sterft voor zichzelf alleen. Zo lang we leven, leven we voor de Heer en sterven wij, dan sterven we voor de Heer: of wij leven of sterven, aan Hem behoren wij toe’ (Rm 14,7v).

    21-10-2005 om 10:15 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.

    Wie staat daar aan de hemelpoort ?

    Herman, we zullen je missen. Ook ik zal je dus niet meer zien bij het inchecken, je zal er niet meer zijn aan de gate, als ik aankom en uit het vliegtuig stap. Je bent weg.
    Maar nee. Wie staat daar aan de poort van de hemel bij mijn laatste reis en die van ons allemaal? En horen wij de vader van de jonge Tobias niet zeggen: ‘Ga maar mee met die man op reis en God die in de hemel woont zal jullie vergezellen’ (Tb 5)? En wij maar vragen bij de hemelpoort: Is dat niet de engel Rafaël? Maar van achter de hemelpoort roept Iemand: ‘Maar nee, kijk eens goed, het is Herman Boon. Die staat altijd aan de gate als je aankomt. Dat is, hier aan de hemelpoort, niet anders. Wat dachten jullie wel?’

    + Godfried Kardinaal Danneels

    Aartsbisschop van Mechelen-Brussel

    21-10-2005 om 00:00 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    15-10-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.3 '˜Komt allen tot mij die belast en beladen zijt'

    Velen werden door Herman uitgeleide gedaan. Evenveel deed hij het ook omgekeerd: van buiten naar binnen. En die weg was lang niet zo plezierig. Wie zal ooit de vluchtelingen en asielzoekers tellen die Herman heeft opgevangen, de levenden en de doden die de vliegtuigen aan de grond zetten zoveel jaren lang? Wie ging de aangespoelde mensen opzoeken in de transitzone en ze moed inspreken. Wie ging in stad kleren en vers linnen voor ze kopen? Nee, hij was geen revolutionair, hij respecteerde de wetten van dit land. Maar hij vond - en hij zei het ook publiek - dat vluchtelingen niet behandeld moesten worden als ‘verloren voorwerpen’ op de luchthaven. Maar hij duldde al evenmin dat ze geïnstrumentaliseerd werden door groepen die hun eigen ideologie en strategie wilden doorzetten op hun kosten. Vaak stond hij van vrijdagavond tot maandagmorgen alleen voor de taak. En hij was er vaak voor zonsopgang bij het vertrek van de charters en tot na middernacht en op elk onvoorzien moment troostend bij familie van gerepatrieerde doden.

    Herman was een man van cultuur en met een fijne smaak. Het zat in de familie trouwens. Hij was iemand die de culturele en diepmenselijke familietraditie van zijn vader had geërfd en ze heeft weten te transponeren op het terrein van geloof en Kerk. Want hij was een man van God en van de Kerk. Ik heb hem nooit iets gevraagd in naam van de Kerk, dat hij niet heeft aangenomen: gewoon onderpastoor in een parochie, ziekenhuisaalmoezenier in Sint-Rafaël te Leuven - hij had blijkbaar toen al iets met die engel Rafaël – pastoraal supervisor op het Johannes XXIII-seminarie, in Missio en tenslotte op de luchthaven. ‘U vraagt het, zei hij, ik doe het’. Zelfs als het ging om een bijna hachelijke onderneming.

    Hij was een fijnbesnaarde man, met een diepe adel van gemoed. Maar daarbij ook zeer sociaal. Want echte adel is sociaal. Hij kwam op voor de rechten van zijn mensen die hun werk verloren. Hij die zoveel smaak had en kunstzin – de hele kapel op de luchthaven staat vol met moderne religieuze kunst – kon zo blij zijn met dit woord van Jezus uit het evangelie : “Ik prijs u Vader, Heer van hemel en aarde, omdat gij deze dingen verborgen hebt gehouden voor wijzen en verstandigen, maar ze hebt geopenbaard aan kleinen. Ja Vader, zo heeft het U behaagd” (Mt 11,25) . Herman kon jubelen om die woorden van Jezus. Net als Hij was hij verrast over die liefde Gods voor de kleinsten : ‘Ja Vader, zo zijt Gij en ik ben er zielsblij om”. Hij had heel zijn leven iets met : de arme Palestijnse christenen in het land van Jezus : de armsten wel van heel de christenheid. Ze lagen hem zo nauw aan het hart.

    Hij was zo’n goede man. Met de jaren zelfs beter en beter. Wie hem ooit heeft ontmoet kan niet dan aan deze woorden van Jezus denken: ‘Komt allen tot Mij, gij die uitgeput zijt en onder lasten gebukt en Ik zal u rust en verlichting schenken. (…) leert van Mij: Ik ben zachtmoedig en nederig van haart en ge zult rust vinden voor uw zielen’ (Mt 11,24v). Zeker, het zijn Jezus’ woorden, maar ze stonden ook Herman op het hart geschreven: ‘Komt allen tot mij die uitgeput zijt en onder lasten gebukt en Ik zal u rust en verlichting schenken’.

    15-10-2005 om 11:54 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    09-10-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2 Een engel Rafaël voor talloze Tobiassen

    Herman leefde de laatste zeventien jaar op de luchthaven, van de morgen tot de avond, ’s nachts en overdag. Het was zijn biotoop: daar was hij geworteld, daar groeide en bloeide hij. Daar leefde hij, daar stierf hij. In de kapel van de luchthaven had hij de icoon laten aanbrengen van Tobias op reis met de engel Rafaël. Hij was er fier over: zo’n icoon van de jonge Tobias met zijn reisgezel Rafaël was daarvoor nog nooit gemaakt. We hebben ze dan ook meegebracht naar deze kerk.

    Hij zal ongetwijfeld daarnet van uit de hemel aandachtig hebben toegeluisterd bij de eerste lezing. En hij heeft er zeker zichzelf in herkend. Als een engel Rafaël heeft hij duizenden Tobiassen begeleid naar het vliegtuig: missionarissen vertrekkend naar alle windstreken en bedevaarders van alle slag: naar Rome, naar Lourdes, naar Jeruzalem, tot naar Mekka toe. Bij sommigen was het hun eerste vliegreis. Ze hadden vliegangst en vroegen hem - zoals Tobias aan de engel: ‘Kan je met me meegaan; en ben je bekend in die streken?’ En Herman antwoordde zoals de engel Rafaël: ‘Ik ken de weg …’. En hij ging mee tot aan het vliegtuig - of soms nog verder - met hen op bedevaart. In het begin ging hij gezwind mee als een lichtvoetige engel, de laatste tijd met grote moeite door de eindeloze gangen van de luchthaven. De laatste weken zei hij: ‘Ik word te oud voor dit leven hier, maar des te jonger voor de hemel’. Onderweg groette hij iedereen. Het hele luchtvaartpersoneel kende hij en zij kenden hem. En terwijl hij onderweg met je aan het praten was, riep hij telkens weer tussendoor naar ieder die zijn pad kruiste en op zijn onnavolgbare manier: ‘Daaaag!’ . Zo’n Rafaël zullen we nu op Zaventem moeten missen en het zal ons niet makkelijk vallen.

    De vlieghaven was zijn thuis en hij was zijn permanente bewoner. Hij heeft er veel lijden meegemaakt. Maar het was niet enkel een plaats van kommer en kwel. Er waren grote en troostende momenten. Zo was er elk jaar weer de kerstnachtviering. In een werkplaats, onder de vleugels van een grote Boeing of Airbus – een reuzenengel - , mocht hij elk jaar kerstnacht vieren voor honderden mensen van binnen en buiten de vlieghaven. Dat was dan dé kerststal van Zaventem, want elders in de gebouwen was er geen plaats voor de kleine Jezus in de herberg. De luchthaven moest neutraal zijn, hij heeft dat nooit begrepen.

    09-10-2005 om 10:00 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    02-10-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.1 + Godfried Kardinaal Danneels

    De uitvaart van Herman BOON gebeurde in Zaventem, in de Sint-Martinuskerk op 13 mei, 2005. De Aartsbisschop van Mechelen – Brussel ging voor in een overvolle kerk vrienden. Magister Frans Stoffelen van de broederschap van St.-Elooi in Meise bezorgde mij de tekst van de homilie die + Godfried Kardinaal Danneels hield bij die gelegenheid.
    Ik geef ze weer in 5 afleveringen, opgedeeld volgens de thema’s die hij behandelt :

    1

    Tb 5 passim

    Rm 14, 8-12

    Mt 11, 25-30

    Onze dood kunnen we niet kiezen, we nemen ze aan uit Gods hand. Waar, wanneer en hoe we onze laatste reis aanvatten, wordt ons door Hem gegeven uit wiens hand ons leven is gekomen. Aan beide deuren staat God: bij de aanvang en aan het einde. En toch is niets toeval, ook niet onze dood.
    Zo was het ook bij Herman Boon: zijn laatste reis heeft hij aangevat in de kapel van de luchthaven, zijn kapel. Hij had ze gevraagd en gekregen en hij heeft ze met veel smaak ingericht. Herman vertrok zonder iemand te laste te willen zijn, op kousenvoeten om zo te zeggen en daags na Hemelvaart; hij wou zijn Meester achterna en hij deed het vlug, heel vlug zelfs. Zo was Herman: een man die het liefst vertoefde in Gods huis op de luchthaven, geplant als een ‘biddende struik’ voor het tabernakel, die niemand ten laste wou zijn, die heel zijn leven lang gehaast was om zoveel mogelijk goed te doen. Zijn dood was zoals zijn leven. En zo heeft God het ook laten blijken.

    02-10-2005 om 10:26 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    23-09-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Reactie

    Bij het bijwerken van mijn reeks "Toren roept haan  144", "Cursiefjes van onder de toren", in mijn blog   http://blog.senorennet.be/torenroepthaan
    kreeg ik een reactie van Herman Boon pr.  Ik heb ze uit zijn mail gecopiëerd :

    lieve Jef,
     je zou ook kunnen herinneren aan ‘het spelen’in onze Chiro,spelen om meer groep,gemeenschap te worden,in eerbied voor elkander,en tegelijkertijd persoonlijke vaardigheden ontwikkelen en je eigen grenzen zien .,ook ingaan tegen de geest van ‘winnen’maar blij zijn samen te spelen,geen pijn doen, kunnen vergeven, je verblijden over wat de andere kan …..enz heel de pedagogie van Chiro schrijf daar maar eens over vanuit je eigen ervaring ……’plezant’tussen al die andere elektronische popjes je geschrijf te lezen …..
    genegen gezegend,
    Herman pr.

    23-09-2005 om 10:05 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    19-09-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Onconventioneel tot orthodox
    Herman Boon pr. verwijst in zijn e-mail van 28 april 2005 naar Joseph Ratzinger, onze nieuwe paus Benedictus XVI
    "Wat ik altijd in zijn geschriften gewaardeerd heb : zijn duiding van de 'dictatuur van het relativeren'"
    Ik ben op zoek gegaan naar de betekenis en de inhoud van deze zin.  In de bibliotheek vond ik "Zout der aarde.  Christendom en kerk in de 21ste eeuw", uitgegeven in 1996.
    Als jonge professor theologie werd onze paus op handen gedragen door zijn studenten, om wille van zijn onconventionele ideeën.  In Rome gaf hij echter een vrij orthodoxe indruk.
    Herman Boon pr. heeft een gelijkend circuit afgelegd.  Als jonge onderpastoor in Meise was hij rebels en ultra vooruitstrevend.  Wij droegen hem op handen en zouden voor hem door het vuur gegaan zijn.  Later leek hij ook de nogal slaafs het standpunt van de gevestigde orde in het vaticaan te verdedigen.
    Onze paus geeft in zijn boek hierover een verklaring.  Hij zegt dat hij in zijn nieuwe functie de mening van de groep vertolkte.
    De kern van ons geloof vatte onze paus als volgt samen :  Daar hoort bij dat wij Christus als de levende, vleesgeworden, mensgeworden Zoon van God beschouwen; dat wij via Hem geloven, de drievoudige God, de Schepper van hemel en aarde; dat we geloven dat deze God, om het maar zo te stellen, zich neerbuigt en zich zo klein kan maken dat Hij zich kan bekommeren om de mens en samen met de mens de geschiedenis tot stand heeft gebracht, en de kerk vormt daarvoor de verpakking, de bevoorrechte plaats om hier uitdruikking aan te geven.  De Kerk is daarbij niet zomaar een menselijke instelling - hoeveel menselijks zij  onmiskenbaar ook heeft - maar tot het geloof hoort deel te hebben aan de kerk waarin de heilige Schrift gemeenschappelijk wordt beleefd en eigen wordt gemaakt.
    Als men met deze tekst in het achterhoofd de teksten van Herman Boon pr. leest, zien wij dat hij de essentie van het geloven steeds nadrukkelijk in het voetlicht stelde.

    19-09-2005 om 00:00 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    11-09-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mensen met een missie

    Bij Lannoo verscheen 1979 “Mensen met missie” van Herman Boon pr.
    Hij draagt dat boek op aan duizenden getuigen van de Verrezen Jezus Christus. Het is een wereldreis met getuigenissen uit de missies over de hele wereld, door de missionarissen of missiezuster en leken. Ook bij zijn broer – missionaris en orgeldeskundige en virtuoos Frans Boon in Japan.

    Missionaris zijn
    en missionaris worden
    is kwetsbaar
    dagelijks je ja herhalen
    op de aanspraak van Jezus,
    alles riskeren
    zoals Abraham,
    doorheen de woestijn
    mee de weg zoeken
    naar het beloofde land
    zoals Mozes,
    is blij geloven zoals Maria,
    om de gerechtigheid

    Er het hoofd bij verliezen
    zoals Johan, de doper.

    Missionaris worden is
    één hartstocht hebben :
    de Vader van Jezus, Liefde,
    is met eerbiedige
    ontvankelijkheid voor de
    eigen – aardigheid
    van mensen hen het unieke
    van Jezus’ evangelie
    niet verzwijgen,
    is om het even welke mens
    helpen zichzelf te
    overstijgen in de kracht
    van Jezus’ Geest.

    Missionaris zijn
    is geroepen en gezonden, voorlopig hier,
    tijdelijk daar,
    anderen samenroepen
    en zenden, het graan malend
    avontuur van Jezus ingaan,
    van woestijnbekoring
    tot Getshemani, van Kana
    tot Golgotha, van Thabor
    en Bergrede tot Pasen.

    Missionaris zijn
    en missionaris worden
    is jezelf bekeren
    elke ochtend
    en elke avond ontledigd
    weggegeven zijn,
    is de Vadernaam van God
    voortverhalen en kerk
    opbouwen in dienst
    van alle mensen,
    allemaal broers en zusters,
    is profeet zijn en stotteren
    met de bevrijdende
    boodschap, is met het
    evangelie uitdagen
    en bemoedigen,
    is aan de armen
    verrijzenishoop schenken
    en door rijken
    gekruisigd worden,
    is uitgestoten worden
    ginder en uitgelachen hier,
    is moeder genoemd worden
    door de melaatse,
    en vader door de vertrapte.

    Missionaris zijn
    en missionaris worden
    is vreemdeling zijn
    bij een ander volk
    en nooit meer thuis zijn
    in je eigen ras,
    is lachen
    om de mogelijkheden
    en wenen om je onmacht,
    is – gekraakt en versleten -
    gelukkig zijn om een
    nieuwe jonge kerk na u !

    Missionaris zijn
    en missionaris worden
    is bedelen om te delen
    en zelf gedeeld worden,
    is gemist kunnen worden
    en onmisbaar zijn,
    is gissen en missen,
    vergissen en mislukken,
    en telkens opnieuw
    beginnen,
    is gist mengen
    in een vreemde deeg
    en voor de graankorrel
    de grond omploegen,
    is hart en ziel zijn
    van elk bevrijdings – en
    ontwikkelingswerk,
    is doen ervaren dat
    de verrezen Jezus Christus
    geen blanke is
    en de Kerk universeel.

    Missionaris zijn
    is anderen in je hart
    en vlees
    laten proeven van God,
    zelf uitgespuwd worden
    en vergeten sterven,
    maar alleluia
    neuriën omdat
    zij nooit meer de smaak
    van God van Jezus
    zullen kwijt geraken.

    Herman Boon pr.


    Slotgedicht uit “Mensen met missie”

    Eén keer, voor eeuwig, schenkt Gij mij leven, God,
    wat wilt Gij dat ik met mijn leven doe ?
    In uw liefde zult Gij mij voltooien, Vader,
    wat wilt Gij dat ik met mijn leven doe, voor U ?
    Gedoopt ben ik met Jezus, uw Zoon, verbonden,
    wat wilt Gij dat ik met mijn leven doe, voor U, uw Kerk ?
    In uw Heilige Geest ben ik gezalfd, gezonden,wat wilt Gij dat ik met mijn leven doe,
    voor U, uw Kerk, uw mensen ?
    Met al wat ik ben, al wat ik heb,al wat ik kan,
    wil ik Jezus Christus volgen, zijn Paasmysterie in.
    Roep me, Vader, zend me, God, mijn Heer.
    De Liefde van Christus stuwt mij
    tot overgave aan U, in gave aan mensen.
    Dank U voor dit Leven. Dank U voor uw Liefde.

    11-09-2005 om 10:02 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    06-09-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Herman Boon en de film
     

    Als hij in Meise onderpastoor werd in 1957 begon hij al snel met een filmclub.  Voor de volwassenen programmeerde het Davidsfonds onder zijn impuls.  Voor de kinderen zette hij schoolhoofd en plaatselijk kunstenaar Willem Rosiers, aan het werk.  Als jong onderwijzer in 1960 werd ik ook ingeschakeld.  In 1965 nam ik de filmclub op in de Patclub.  Hij stuurde mij toen naar Cedoc om filmen op te halen.  In het begin koos hij zelf, maar ik heb zelf redelijk snel zelf de keuze bepaalt.

    Maar weinigen weten dat Herman Boon zelf ook filmde.  Hij had een normaal – 8 camera op de kop getikt.  Daarmee filmde hij op reizen en bivakken.  Het Pat – circus heeft hij zo volledig gefilmd en gemonteerd.  Dit unieke stukje van zijn hand is in mijn bezit.

    Hij leende ons ook regelmatig zijn camera uit met blanco film incluis.  Zo ben ik zelf beginnen filmen als amateur.

    De film over het Pat – circus hebben wij aangevuld met een generiek, die uiteindelijk langer uitviel dan zijn film.  In de generiek onder  “film” legden wij Herman Boon zelf vast op de gevoelige band, zelf al filmend.  Paul Claes, cameraman bij RTL, hielp toen reeds mee.

    Toen zijn Chiro in Meise 50 jaar werd hebben ze alle filmpjes bij elkaar gehaald en op video overgezet.  Ik heb toen nog twee bobijnen gekregen van onze geliefde priester.

    Op dinsdag 8 januari 2002 filmde Jan Van den Broeck een interview van 53 minuten met Herman Boon in de luchthaven.  De titel van dit document luidt : “Kortstondige ontmoeting met Herman Boon pr.”.  Dit is een kleinood dat ik koester, naast de inleiding die hij verzorgde voor mijn eerste boek, die door dezelfde cineast vastgelegd werd.

    06-09-2005 om 10:29 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    31-08-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Tarcitius in Moskou
    Herman Boon schreef dit jongenstoneel in vier bedrijven.  Het werd herdrukt op 15.12.1958 door de K.S.A.-Jong-Vlaanderen.
    Aan de spelleider geeft hij enkele tips mee i.v.m. de opvoering, maar ook meer algemeen :
    "In de kazernekamer of aan de grachtkant van het oefenplein dit jongensspel schrijvend en herschrijvend, droomde ik er enkel van dat dit met Gods genade en onder Maria's bescherming enig goed zou doen bij spelers en toeschouwers.
    Mijn broer Johan, onderpastoor in Linkebeek, zorgde voor de eerste opvoering door zijn Chirojongens.  In juli 1956 uitgegeven op 2000 exemplaren, bracht Chirojeugd Sint - Andries Antwerpen er op 10 maart 1957 de 50ste opvoering van.  Nu deze herwerkte tweede uitgave van de pers komt, klimt Missja-Tarcitius naar de 200ste opvoering.  Ondertussen werd het vertaald in het Duits, Spaans, Oekraïns en Frans.
    Uit brieven :
    Een Missja - vertolker : '
    Nooit heb ik mij dichter bij Jezus gevoeld, en nooit zou ik zonder Hem zo goed gespeeld hebben
    .'
    Een leider : '
    Telkens als het in de buurt gespeeld wordt, ga ik kijken.  Het doet mij goed'.
    Een onderpastoor : ' 't Is zeer lang geleden dat ik hier nog zo gelukkig geweest ben.  Wij hebben iets heerlijks naar geest en vorm aan onze magere mensen kunnen geven'.
    Onze dierbare K.S.A.-Jong-Vlaanderen ben ik zeer dankbaar voor de 2 uitgaven.
    Zo dan, Tarcitius, altijd voorwaarts mars in Vlaanderen!"
    In Meise werd het stuk opgevoerd door de Chiro op 7 februari 1960 in de zaal Triomf (nu bibliotheek) en een paar weken later ook in het St.-Barbaraziekenhuis in Pellenberg.  Het was het tweede toneel onder impuls van Herman Boon pr. na de opvoering van "Het grote wereldtoneel" van Pedro Calderon de la Barca, vertaald oor Johan Boon.  Dit gebeurde  op 1 mei in openlucht op het grasplein ronnd de kerk achter het standbeeld van baron d'Hoggvorst.
    Het was het begin van een hele reeks, die beschreven wordt in "Het toneelleven in Meise 1920 - 2003" van Piet De Cuyper.

    31-08-2005 om 10:38 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    15-08-2005
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Neem alleen een stok mee XII (slot)

    Zijn laatste wens

    In het jaar van mijn priesterwijding schreef ik biddend :
    Leg in onze handen, Heer, één gouden klomp geluk.
    Wij zullen die in duizend stukken breken.
    Elke dag zal van uw liefde spreken,
    wij zullen die delen, aan elke mens een stuk.
    En als alles weggegeven zal zijn,
    zullen wij onze lege handen in de uwe leggen.
    Dan hebben wij alleen nog dit te zeggen :
    Naar u hebben wij verlangd.
    laat ons in U LIEFDE zijn!

    Al 75 jaren heb ik mogen leven in tijd en ruimte, mijn verhaal. Ouder voor de aarde, jonger voor de hemel. Het laatste bedrijf voor de definitieve ontmoeting met Hem de Drie – Ene. Geen geloof of hoop meer, zo arm, alleen de Liefde, zo rijk. In absoluut vertrouwen alles loslaten. Alleen de Jezusstok om Alleluia zingend naar de overkant, het Licht te stappen.

    Herman boon, priester in eeuwigheid Aswoendag 2005-08-07

    15-08-2005 om 10:14 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Neem alleen een stok mee XI

    De zin van de stok

    Ik heb altijd een bankkaart op zak om uit automaten geld te halen, om benzine te tanken, om een eetmaal in een restaurant te betalen. Een dag lang ben ik eens mijn portefeuille kwijt gespeeld, met alles erin : identiteitskaart, lidkaarten, bankkaarten en los geld. Alles gaaf terecht. Dat schuurt de huid van je zekerheid en je veiligheid. Als een geestelijke maagspoeling. Op een keer was mijn auto weggesleept, verkeerd geparkeerd; politiebureel, papieren, boete, en even beangstiging dat je auto gestolen is. Twee maal is er ingebroken in mijn wagen : ruit stuk, tas met adressen en telefoonlijst weg, en agenda; een andere keer autoradio uitgebroken. Akelige ervaring, maar toch vrijmakend. Dit is alles veel meer dan die ene stok van Jezus. Ik leg hierop het Jezuswoord : ‘uw vader weet wat je nodig hebt … zoek het koninkrijk …’ (Lc 12, 22). Gebruik ik ‘mijn’ wagen in dienst van dhet Rijk van Jezus ? Wees niet bang, kleine kudde, want het heeft je Vader behaagd je het Koninkrijk te schenken. Verkoop je bezit en geef aalmoezen … Ik ben ‘aalmoezenier’ van de burgerluchtvaart. Is dat degene die aalmoezen (financiële, materiële en geestelijke) ontvangt en ze geeft aan de materieel en geestelijk armen ? Ik die dagelijks, al achtenveertig jaren, het Woord van de Blijde Boodschap spreek ? Ik die het Brood breek en de beker Wijn hef, het Lichaam en Bloed van de gekruisigde en verrezen Jezus Christus aanwezig stel in de luchthaven ? Ben ik elke dag ook gebroken brood en vergoten wijn voor elke medemens ?

    Herman Boon pr.

    15-08-2005 om 10:13 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Neem alleen een stok mee X

    De niet - nuttige man

    Ik geniet vreugde aan mijn ‘niet – nuttige man’ zijn. Niet gehuwd om het Rijk Gods aanwezig te stellen. De burgerluchtvaart draait perfect zonder mij. Ik ben daar niet nuttig. Alleluia! Liefde is niet nuttig. Schoonheid is niet nuttig. Waarheid en geloof zijn niet nuttig. Ze zijn onmisbaar om te Leven, om Mens te worden met eeuwigheidsuitzicht. Als diocesaan priester leg ik geen gelofte van armoede af. Wel van gehoorzaamheid aan mijn bisschop,en door hem gehoorzaamheid aan de hele Kerk. De armoede en de rijkdom van mijn priesterlijke beschikbaarheid. Maar ik ben ontmanteld met de Drie – Ene God. Ik teken mezelf duizend maal van hoofd tot hart en dragende schouders met de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Geen reiszak, geen dubbele kleding, geen geldbeugel. Alleen die stok van Abraham, van Mozes, van de Goede Herder Jezus, van de priester die mij doopte en de priester die mij ten hemel zal zalven, de bisschop die mij wijdde, de geloofsstok van mijn vader en mijn moeder, de stok van mijn wereld – en hemelwijde Kerk. De hele tijd neuriënd van de zaligheden op Jezus’ berg. Zalig de anawim, die naar de grond gebogenen, die Jezus doet rechtstaan, de armen van Geest. Ik hou van de vertaling door Chouraqui : niet ‘zalig’, maar ‘vooruit, jullie armen van geest !’.

    Herman Boon pr.

    15-08-2005 om 10:11 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Neem alleen een stok mee IX

    Burgerluchtvaart in 1988

    In 1988 zond kardinaal Godfried Danneels mij naar de missie ‘burgerluchtvaart’. Tot 1995 had ik een salaris van de burgerluchtvaart; vanaf mijn vijfenzestigste verjaardag stond ik op de salarislijst van de C.DV.U. Pensioenen. Vandaag bedraagt dat pensioen € 1200,00. Ik woonde gratis in de pastorij van Diegem – Lo. Zestien jaar betaal ik allerlei belastingen, water, elektriciteit, verwarming. In de luchthaven worden mijn werkkamer, telefoon, fax, fotokopie en computer ter beschikking gesteld. Veel geld was nodig voor de uitrusting van de drie kapellen in de luchthaven; ik deed een beroep op kunstenaars; kazuivels en stola’s kocht ik in vluchtelingenkampen van Bethlehem. De offerblokken Caritas – Catholica, het Comité van Missionerende Instituten en vele personen maakten het pastoraal werk financieel mogelijk. Het is me meer dan eens gebeurd dat ik iemand in nood hielp, en dat ik gauw van iemand een gelijkmatige gift ontving. Er zijn dagen geweest dat ik nul euro had, dagen dat ik veel euro’s, dollarqs, ponden, roepies, yens kreeg. Nooit heb ik dat beschouwd als ‘mijn’ geld, maar als mij toevertrouwd om er evangelisch goed mee te doen, als werkmiddelen voor de goederen van het Rijk Gods. Elk jaar rond Kerstmis zond ik een informatie – en bedelbrief naar een tweehonderd personen. Voor deelname aan internationale vergaderingen van de aalmoezeniers in het Vaticaan en in andere continenten, bekwamen wij meestal een gratis of goedkoop vliegticket. Het verblijf betaalde ik meestal zelf.

    Herman Boon pr.

    15-08-2005 om 10:10 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Neem alleen een stok mee VIII

    Vanaf 1972 ontstond een bijzondere verbondenheid met de Arabische kerk in Palestina en Israël. Op vraag van de bisschoppen ginder organiseerden wij bedevaarten door het Heilig Land, bijbel in de hand, en ontmoetingen met de plaatselijke Kerk en met Arabische en Hebreeuwse christenen. Wij bezorgden misintenties, studiebeurzen en steun aan vormingswerk en onderwijs. Dat geld, grote sommen, brachten wij cash naar ginder, of zij kwamen het hier halen, om het grote verlies aan bankverrichtingen te vermijden. Altijd waakten wij erover dat er eerst ten diepste communio was tussen hen en ons : materiële en financiële hulp als uitdrukking van ons samen kerkzijn, niet van rijken naar armen, maar in de geest van Paulus’ kerksolidariteit. Ook van hen ontvingen wij zoveel geestelijke en culturele rijkdom. Met alle Missio – medewerkers hebben wij er altijd over gewaakt dat het ons geschonken missiegeld eerlijk terecht kwam. Nationaal en in het vaticaan werden de rechtmatige winsten uit bankverrichtingen met deze gelden juist aangewend. Ik heb enkele keren de internationale vergadering van de PMW in het vaticaan mogen meemaken, waar aanvragen van bisschoppen van armere kerken werden beluisterd, beoordeeld en beaamd. Ik ben altijd het verhaal van Jericho indachtig. De Zoon van God ontmoet de zoon van Timoteüs. Eerst de ontmoeting, de communio tussendeze twee personen, in liefde en hoop. Wie roept mij ? Zoon van David ! Na de communio : wat wil je dat ik voor u doe ? Dat ik zien kan ! Ook aks ik geen geld heb, geen chocolade of geen broodje kan geven, kan ik er helemaal zijn voor die andere, en hij of zij voor mij : communio op de blauwdruk van de Drie Ene. Ik wil te vlug iets doen, iets concreets materieel of financieel geven. Bemin ik die andere genoeg ? Geldloos ? Missio en communio zijn : met Jezus beminnen. Soms ben ik Lazarus, dat wil zeggen : ‘God laat me niet in de steek’.

    Herman Boon pr.

    15-08-2005 om 10:08 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Neem alleen een stok mee VII

    Missiepastoraal in 1971

    In 1971 vertrouwde kardinaal L.J.Suenens mij de zorg toe voor de missiepastoraal (de Pauselijke Missiewerken – PMW) in het aartsbisdom Mechelen – Brussel, en vanaf 1972ook de pastorale supervisie in het Johannes XXIII – seminarie Leuven, waar ik woonde. Ik kreeg de wedde van een parochiepriester. Voor mijn wagen betaalden de PMW. Met mijn secretaris Clem Theunissen beheerde ik, met handtekening, grote sommen geld van omhalingen en schenkingen voor de missies. Gewetensvol hielden wij de werkingskosten zo laag mogelijk. Velen vertrouwden mij geld toe voor de missie van de Kerk : een dame schudde haar geldbeugel leeg op mijn werktafel; een heer schonk mij een klomp goud van 450 gram, ter waarde van een half miljoen frank. In afspraak met de nationale directeur, pater Omer De Grijse, bezocht ik jaarlijks gedurende een zestal weken plaatselijke kerken in alle continenten. Wat ik daar leerde over evangelisatie, inculturatie, kerkopbouw en oecumene, verwerkte ik in artikels en conferenties; in missiemaandcampagnes en Afrikazondagen, samen met Broederlijk Delen : voertuigen voor kerkmensen, motorboten voor catechisten in Papoea – Nieuw – Guinea , fietsen voor catechisten in Oeganda. Samen met de spirituele missievorming van onze eigen mensen vroeg deze geldwerving veel inzet. Ook de begeleiding van financiële hulp aan de missionarissen van de missiecongregatieqs. Zo financierden wij paaskaarsen voor onze missionarissen, het verzenden van een kerstbrief van onze bisschop, vanuit het bisdom een basissalaris voor Fidei Donum – priesters.

    Herman Boon pr.

    15-08-2005 om 10:07 geschreven door Jef De Cuyper


    >> Reageer (0)


    Foto

    Archief per week
  • 07/04-13/04 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 18/11-24/11 2013
  • 24/10-30/10 2011
  • 11/10-17/10 2010
  • 27/09-03/10 2010
  • 20/09-26/09 2010
  • 13/09-19/09 2010
  • 06/09-12/09 2010
  • 21/12-27/12 2009
  • 18/08-24/08 2008
  • 07/04-13/04 2008
  • 10/03-16/03 2008
  • 11/02-17/02 2008
  • 04/02-10/02 2008
  • 28/01-03/02 2008
  • 25/06-01/07 2007
  • 26/02-04/03 2007
  • 19/02-25/02 2007
  • 12/02-18/02 2007
  • 05/02-11/02 2007
  • 29/01-04/02 2007
  • 22/01-28/01 2007
  • 15/01-21/01 2007
  • 08/01-14/01 2007
  • 25/12-31/12 2006
  • 18/12-24/12 2006
  • 20/11-26/11 2006
  • 13/11-19/11 2006
  • 16/10-22/10 2006
  • 25/09-01/10 2006
  • 28/08-03/09 2006
  • 17/07-23/07 2006
  • 10/07-16/07 2006
  • 03/07-09/07 2006
  • 26/06-02/07 2006
  • 22/05-28/05 2006
  • 15/05-21/05 2006
  • 08/05-14/05 2006
  • 01/05-07/05 2006
  • 24/04-30/04 2006
  • 17/04-23/04 2006
  • 10/04-16/04 2006
  • 03/04-09/04 2006
  • 27/03-02/04 2006
  • 20/03-26/03 2006
  • 13/03-19/03 2006
  • 27/02-05/03 2006
  • 13/02-19/02 2006
  • 23/01-29/01 2006
  • 16/01-22/01 2006
  • 09/01-15/01 2006
  • 02/01-08/01 2006
  • 26/12-01/01 2006
  • 19/12-25/12 2005
  • 12/12-18/12 2005
  • 05/12-11/12 2005
  • 28/11-04/12 2005
  • 21/11-27/11 2005
  • 07/11-13/11 2005
  • 31/10-06/11 2005
  • 24/10-30/10 2005
  • 17/10-23/10 2005
  • 10/10-16/10 2005
  • 03/10-09/10 2005
  • 26/09-02/10 2005
  • 19/09-25/09 2005
  • 05/09-11/09 2005
  • 29/08-04/09 2005
  • 15/08-21/08 2005
  • 08/08-14/08 2005
  • 01/08-07/08 2005
  • 25/07-31/07 2005
  • 18/07-24/07 2005
  • 11/07-17/07 2005
  • 04/07-10/07 2005
  • 27/06-03/07 2005
  • 20/06-26/06 2005
  • 13/06-19/06 2005
  • 06/06-12/06 2005
  • 30/05-05/06 2005
  • 23/05-29/05 2005
  • 09/05-15/05 2005
  • 02/05-08/05 2005
  • 04/04-10/04 2005

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!