" Twee meeslepende boeken met reisverhalen in één verzamelbundel : Het beloofde land & In Afrika - 1996 Uitgeverij : Meulenhoff -Amsterdam.
"Taal is voor Van Dis een soort snoepgoed,hij zuigt op de woorden tot ze de kleur krijgen die hij wil. "
*** Het beloofde land : Samen met een oude vriendin reisde Van Dis door de Karoo, de verlaten hoogvlakte in het midden van de Kaapprovincie. Hier wonen de conservatieve Boeren die het hart van de Afrikaanse samenleving vormen. In Het beloofde land portretteert Van Dis op aangrijpende en vermakelijke wijze deze in isolement levende mensen, en laat daarbij een onbekende kant van Zuid-Afrika zien. Het beloofde land bevat schitterend geschreven reisverhalen over de fascinerende ontdekkingstocht van de schrijver door Zuid-Afrika. In Afrika : In het buurland Mozambique belandt Van Dis bij toeval in de oorlog. De schrijver doet op boeiende wijze verslag van zijn reis door Mozambique, een land verscheurd door burgeroorlog. Eenmaal geconfronteerd met de dood en met de misdaden van de bandieten stort hij zich in een aantal avonturen om zo het verhaal van deze vergeten oorlog te kunnen schrijven. In Afrika is een van zijn ontroerendste en spannendste boeken.
Adriaan van Dis :1946
Op maandag 16 december 1946 kwam Adriaan van Dis in het Noord-Hollandse Bergen ter wereld. Hij was de eerste -en enige- zoon van Victor Justin Mulder (1915-1957) en Maria van Dis (1910) die elkaar in Nederlands-Indië (het tegenwoordige Indonesië) hadden leren kennen. Maria van Dis moet iets speciaals voor de vijf jaar jongere Justin gevoeld hebben, want tijdens het wachten op repatriëring ontstond er een liefdesrelatie, waaruit Adriaan uiteindelijk werd geboren. Eerder was Moeder Van Dis op achtienjarige leeftijd reeds getrouwd geweest met .een inlandse jongen, een hoge KNIL-militair die ze tijdens een KMA-feestje in Breda had leren kennen. Het kersverse echtpaar vertrok naar Nederlands-Indië, waar hun drie dochters ter wereld kwamen. Pas na de oorlog vernam Maria van Dis dat haar man in 1944 op brute wijze was geëxecuteerd.. Zelf belandde ze met haar dochters in diverse jappenkampen .In september 1948 kreeg het gezin een onderkomen toegewezen in een voormalig Duits kindertehuis aan de Verspijckweg 3B te Bergen aan Zee. Het waren tamelijk verwarrende jaren voor Adriaan. In het huis was namelijk alles Indië wat de klok sloeg. De bewoners waren allemaal afkomstig uit Nederlands-Indië, waar ze de Tweede Wereldoorlog hadden meegemaakt. Adriaan daarentegen was de enige die na de oorlog in Nederland was geboren. Van Dis besloot op zijn achttiende levensjaar met de naam van zijn moeder door het leven te gaan. Het gevoel anders te zijn dan zijn medemens maakte Adriaan tot een eenzaam jongetje dat uren kon zwerven door een leeg duinlandschap. Adriaans fantasiewereld was eigenlijk een soort overlevingsmechanisme, omdat hij zich in de nabijheid van zijn fictieve creaturen veilig voelde voor de frequente driftbuien van zijn vader. Victor Justin Mulder was een onberekenbare man met losse handen. Regelmatig ging hij gebukt onder woedeaanvallen die hoogstwaarschijnlijk voortkwamen uit een oorlogstrauma. Om de zeeën van vrije tijd nuttig te besteden, stortte Victor Justin Mulder zich vol overgave op de opvoeding van zijn enige zoon. Hij vatte het plan op hem op uitzonderlijk jonge leeftijd lezen en schrijven bij te brengen. Met de liniaal in de aanslag ramde hij de letters erin bij de peuter die op vierjarige leeftijd de techniek inderdaad onder de knie had. Om ook op school niet meteen als buitenbeentje door de mand te vallen, besloot Adriaan zich aan de regels te houden. Hij paste zich aan en veinsde dat hij geen woord kon lezen.. En dat voorwenden voerde Adriaan zo ver door dat hij van de weeromstuit dyslectisch werd, een euveltje waar hij zijn verdere leven nooit meer vanaf is gekomen. Na het behalen van zijn diploma HBS-A ging Van Dis in 1967 Nederlands studeren aan de universiteit van Amsterdam Bevlogen door de muze schreef Van Dis allerlei gedichten en verhalen, die hij in latere jaren typeerde als een grote klaagzang van een ongelukkige jongen die het in de grote stad niet kon vinden en zich mee liet slepen door allerlei slechtigheden. Om op andere gedachten te komen ondernam Van Dis in 1969 een lange reis richting India. Zijn doel was om in een andere cultuur interessante mensen te ontmoeten, maar gedurende de tocht hield hij zich toch weer uitsluitend met zijn eigen problemen en onzekerheden bezig. Na negen maanden trektocht door onder meer Israël, Zuid-Turkije en Iran strandde Van Dis bij de grens van Afghanistan, waar een amoebedysenterie hem parten speelde. Na deze korte onderbreking hervatte Van Dis zijn opleiding. In 1970 behaalde hij zijn diploma MO-A, twee jaar later volgde MO-B. Hij studeerde cum laude af en besteedde in zijn scriptie Neerlandistiek aandacht aan de kleur zwart in de middeleeuwse literatuur. Ondanks de goede studieresultaten zag Van Dis zijn opleiding toch als een vergissing. Hij had destijds voor de studie Nederlands gekozen, omdat hij er geen wiskunde voor nodig had. Een baan als leraar in het onderwijs ambieerde hij echter niet. 'Om zijn volwassenheid zo lang mogelijk uit te stellen,' zoals Van Dis zichzelf ironiseerde, besloot hij er een studie achteraan te knopen. Zijn oog viel ditmaal op het Afrikaans.Sinds de dood van zijn vader en daarmee het wegvallen van Indië uit zijn leven, had Van Dis een sterke hang naar het exotische. Hij hoopte dat een academische studie Nederlandse en Zuid-Afrikaanse taal- en letterkunde die neiging zou kunnen bevredigen Gedurende het studiejaar 1973-1974 bezocht hij voor scriptieonderzoek Zuid-Afrika, waar hij intensief contact had met Afrikaanstalige schrijvers als André Brink en de dichter W.E.G. Louw, hoogleraar aan de universiteit van Stellenbosch. In 1978 studeerde Van Dis -wederom cum laude- af. In die tijd was Van Dis al jaren bevriend met Breytenbach. Tijdens zijn studie MO-B had hij kennis gemaakt met het werk van Breytenbach en de poëzie van N.P. van Wyk Louw. Een persoonlijke ontmoeting met Breytenbach volgde begin jaren zeventig.. Op verzoek van uitgever Rob van Gennep vertaalde Van Dis samen met Jan Louter een aantal korte verhalen van Breytenbach, wat resulteerde in de bundel De boom achter de maan (1974). In de zomer van 1975 werd Breytenbach gearresteerd tijdens een illegaal bezoek aan zijn geboorteland. Hij werd veroordeeld tot negen jaar cel, waarvan hij er ruim zeven uit zat. Zowel tijdens als na zijn gevangenschap vertaalde Van Dis -alleen of in samenwerking met anderen- nog een aantal van Breytenbachs werken, zoals Een seizoen in het paradijs (1980), Skryt. Om 'n sinkende skip blou te verf (1983) en Landschappen van onze tijd, vermaakt aan een beminde (1995).Journalist. Hij zond een artikel over de bundel Skryt, die bekroond was met de Lucie B. en C.W. van der Hoogtprijs van de Maatschappij der Nederlandse letterkunde, naar NRC Handelsblad. Dit artikel en een aantal andere bijdragen leverde Van Dis in 1974 een contract op als medewerker bij het Cultureel Supplement van NRC Handelsblad. Vier jaar later werd hij chef van het Zaterdagsbijvoegsel. In 1982 verruilde hij deze positie voor die van redacteur features, een bezigheid die hij tot 1985 uitoefende.. Het schrijven van krantenartikelen ging hem weliswaar prima af, maar de specifieke stijl waarin een journalistieke bijdrage gegoten moest worden viel hem zwaar. Hij moest zich aan de feiten houden, terwijl hij liever over een zekere mate van vrijheid zou willen beschikken. In De Tijd (13-6-1986) zei hij hierover: "Een van de wetten in de journalistiek waaraan je je toch enigszins moet zien te houden is, dat het allemaal een beetje waar is wat je opschrijft. Maar ik wil buiten de feiten kunnen treden. Mooier schrijven, zorgvuldiger en afgeronder." Ten tijde van zijn loopbaan bij NRC Handelsblad was Van Dis ook presentator van het televisieprogramma 'Hier is...Adriaan van Dis'.Van Dis wisselde met de gasten over verschillende onderwerpen van gedachten, uiteenlopend van zijn of haar wereldbeeld tot de inhoud van een geschreven boek. Na een uitzending van 'Hier is...Adriaan van Dis' kwam het regelmatig voor dat Nederland massaal naar de boekhandel stroomde om het werk van een gast uit het programma aan te schaffen.De uitgeverswereld stond versteld van de enorme impact van de talkshow en probeerde er van alles aan te doen om juist hun schrijvers bij Van Dis in het programma te krijgen .'Het Van Dis-effect', zoals deze impact werd genoemd, werkte echter niet altijd. Niemand weet precies welke mechanismen er in werking traden, maar vermoedelijk had het te maken met een wisselwerking tussen presentator en gast. Korte tijd nadat hij in 1983 voor het eerst op de beeldbuis kwam, debuteerde hij met zijn novelle Nathan Sid. Van Dis durfde de stap zich aan literatuur te wagen nooit te zetten, maar toen uitgeverij Meulenhoff hem benaderde om de losse verhalen over Nathan Sid te herschrijven tot een samenhangend geheel, ging hij overstag. De novelle bevat in een notendop de thema's die Van Dis' oeuvre uiteindelijk zouden gaan kenmerken. Onderwerpen als Nederlands-Indië, de Tweede Wereldoorlog, de relatie vader-zoon, de zoektocht of queeste (naar iemands identiteit of naar de waarheid achter de leugen) en de rol van de eeuwige buitenstaander komen ook in latere boeken van Van Dis' hand aan bod. Het heeft Van Dis altijd een beetje dwars gezeten dat mensen de hoge oplagecijfers van zijn boeken in verband brachten met zijn televisiebekendheid .Pas nadat Van Dis meerdere titels op zijn naam had staan, nam de associatie met zijn televisiebekendheid geleidelijk af en gingen recensenten zijn werken uitsluitend op hun literaire kwaliteiten bespreken. Reeds vanaf zijn debuut verwerkt Adriaan van Dis persoonsgebonden elementen in zijn boeken.Voorbeelden van werken die veel raakvlakken vertonen met de werkelijkheid buiten het boek, zijn bijvoorbeeld Nathan Sid en Indische Tuinen. Adriaan van Dis is immers net als Nathan een buitenechtelijk kind dat na de oorlog aan de Nederlandse kust is opgegroeid in een multicultureel gezin. Van Dis heeft verder met Nathan gemeen dat ook hij een Spartaanse opvoeding heeft genoten én ook dyslectisch is. Tot slot had Van Dis evenals Nathan een ziekelijke vader die op relatief jonge leeftijd is gestorven.Ondanks het feit dat veel van Van Dis' werken dus duidelijke raakvlakken vertonen met de wereld buiten het boek, zijn de boeken geen regelrechte afspiegeling van de werkelijkheid zelf. Van Dis schrijft namelijk geen autobiografieën in de strikte zin van het woord, want in al zijn boeken blijft de fictie de boventoon voeren. Omdat hij mooier, zorgvuldiger en afgeronder wilde gaan schrijven, zegde hij zijn baan bij NRC Handelsblad op. Hij verkoos destijds dus de literaire vrijheid boven de journalistieke wetten, maar zei de journalistiek nooit geheel vaarwel. Door de jaren heen kreeg Van Dis menige onderscheiding voor zijn werk. Zo ontving hij in 1984 voor Nathan Sid Het Gouden Ezelsoor, de prijs voor het best verkochte debuut, en in 1986 de Nipkowschijf voor zijn programma 'Hier is...Adriaan van Dis' dat in 1985 als beste televisieprogramma uit de bus kwam. In 1995 volgden nominaties voor de AKO-Prijs en de Libris Literatuurprijs. Datzelfde jaar ontving hij tevens De Gouden Uil en de Trouw Publieksprijs voor Indische Duinen. In 1997 viel hem een onderscheiding tot officier in de Orde van Oranje-Nassau ten beurt.
Bibliografie :
1983 Nathan Sid, roman 1986 De rat van Arras 1986 De vraatzuchtige spreekt 1986 Casablanca. Schetsen en verhalen 1986 Tropenjaren 1986 Brieven zonder grieven, speech 1987 Een barbaar in China. Een reis door Centraal-Azië 1987 Zoen 1988 Een keuze uit mijn vrolijke doodsgedachten, in: Mens en gevoelens 1988 Komedie om geld . 1988 Zilver of Het verlies van de onschuld, roman 1989 Een uur in de wind. Een komedie om geld en Tropenjaren 1990 Het beloofde land, reisverhaal 1991 In Afrika, reisverhaal 1992 De man uit het Noorden, in: De Gids 1992 Waar twee olifanten vechten. Mozambique in oorlog, reisverhaal 1993 Classics 1994 Indische duinen, roman 1996 Palmwijn, novelle 1997 Totok, poëzie met collages van arald Vlugt 1998 O wye en droewe land, honderd-en-een gedichten uit de Afrikaanse poëzie, gekozen door Robert Dorsman en Adriaan van Dis 1998 Een deken van herinnering, gevolgd door het gedicht De laatste wereldvrede, toespraak voorafgaand aan de dodenherdenking 1998 1999 Dubbelliefde, geschiedenis van een jongeman, roman 2000 De mooiste koninginnen verhalen, verhalen over koninginnen en prinsessen van Adriaan van Dis ... en Darryl Pinckney 2000 Op oorlogspad in Japan, novelle
|