Een goed boek moet ons niets geven,doch iets afnemen : één van onze zekerheden .
De dood kan men zich niet indenken omdat hij afwezigheid van gedachte is. Dus komen we er niet onderuit te leven of we eeuwig waren
.
Elisabeth George
Zoals de akker bedorven wordt door onkruid zo de mens door zijn begeerten.
JUST LOOKING
Met mensen die nooit denken , is het moeilijk méédenken..
Stel dat de avond niet zou vallen en dat het moeizame gedoe dat wij bedrijven met ons allen zou doorgaan tot oneindig toe
A fine is a tax for doing wrong A tax is a fine for doing well
Ik was een kind Ik kreeg een horloge Maar ik kon niet klokkijken Ik was een man Ik keek op mijn horloge En ik zag dat ik voort moest maken Ik was een vrouw Ik keek op mijn horloge En ik zag dat ik achter liep Ik was oud Ik keek op mijn horloge En ik zag dat het stilstond Ik was god ik wist al lang hoe laat het was
Liefde is soms als dag en nacht, voor altijd samen, altijd gescheiden.
Sue Grafton
'Deze plaats is bezet' zeggen we uitsluitend als er niemand op zit
Laat Amsterdam je noit verlokken Mijdt grote steden als de pokken Ik weet de lichtstroom trekt ons aan Ofschoon w'erin ten onder gaan Hoevelen zijn niet door dat leven Vernietigd, in het slijk gebleven 't Gevaar ligt oov'ral op de loer Nee jongenlief, blijf jij maar boer
Er staat een buizerd aan het mateloos verschiet. 'De vogel bidt', verklaren ons de biologen, Maar elke sukkel die omhoog kan blikken ziet Dat hier de goegemeente deerlijk wordt bedrogen.
Want bidden, heren, is dit ongetwijfeld niet: Onder het bidden sluit men altijd nog zijn ogen. Wat zulk een vogel doet is daarom hypocriet, En uw verhaaltjes acht ik weinig overwogen.
De doorn krijgt water omwille van de roos.
Wie zichzelf hartstochtelijk bemint, mag er zeker van zijn dat de liefde wederzijds is .
Net als een plant kan een kinderziel onmogelijk groeien zonder warmte ( Carl Jung )
"Geluk is het enige wat zich verdubbelt als men het deelt "
Enkele mooie streekbeelden
Schildpadden kunnen meer over de weg vertellen dan hazen.
Secundaire analfabeten noemt men mensen die hebben leren lezen , maar het nooit meer doen.
Wie van hoop leeft, zal nooit dik worden
A careless word may kindle strife. A cruel word may wreck a life. A timely word may level stress. A loving word may heal and bless.
"Het leven is een soep met vier troostende mergpijpen erin: de drank, de liefde, de tabak en de kunst."
"Een tong: een uiterst fatsoenlijk ding zolang hij niet van een vrouw is."
"Zoek niet de schuld, maar de oplossing, in jezelf."
EXCELLENCE can be obtained if you Care more than others think is wise Risk more than others think is safe Dream more than others think is practical Expect more than others think is possible .
.
Hij dacht. En vond een uitkomst evenmin, maar raakte bijster in het eigen hart. Want wie de ganse kluwen heeft ontward, die weifelt tussen einde en begin
Een kinderlied had me erheen bewogen; ik stond onder een al te schelle zon en zag hoe ik als kind was voorgelogen - geen mens danst op de brug van Avignon.
Je moet geen vraagteken zetten waar God een punt heeft geplaatst.
Wie iets wil doen, vindt een middel. Wie niets wil doen een excuus
LIEFDE KOST NIETS OM TE KRIJGEN MAAR IS ONBETAALBAAR ALS JE HET HEBT.
Salman Rushdie
"Elke deugd heeft onechte zusters, die de familie schande aandoen."
Vergiffenis is de geur die het viooltje afgeeft aan de hiel die het vertrapt heeft . ( Mark Twain)
"Dit jaar gaan we met het vliegtuig op vakantie en ik neem mijn kanarie mee. Ik hoop maar dat hij niet ziek wordt, want dat beest heeft nog nooit gevlogen."
Woorden zijn de kleuren van de gedachte. ( Hugo Claus )
Auteurs en hun boeken
korte beschrijvingen
21-05-2007
* Ik droomde van Afrika* van KUKI GALLMANN
Ik droomde van Afrika
Uitgeverij Meulenhoff
paperback : 390 blz
ISBN 9789029079129
'Kuki Gallmann beschrijft de ongetemde Keniaanse wereld zó beeldend dat het is alsof je de ene na de andere kleurrijke dia voor ogen krijgt.'
- Cosmopolitan
***
Als klein meisje stelde Kuki Gallmann zich voor hoe geweldig het zou zijn om in Afrika te wonen.Dat ideaal leek verder weg dan ooit toen zij rond haar twintigste, vlak nadat haar huwelijk op een echtscheiding was uitgelopen een auto-ongeluk kreeg waarbij ze ernstig invalide raakte.Toch wist ze de enorme wilskracht en volharding op te brengen om opnieuw te leren lopen en in 1970 vertrok zij met haar tweede man, Paolo, en een zoontje uit haar eerste huwelijk, Emanuele, naar Kenia. Daar raakt Kuki Gallmanns leven voorgoed verbonden met de imponerende schoonheid van de Afrikaanse landschappen. Alle drie vinden ze de natuur en het landschap geweldig en zijn ook de eerste particulieren in het gebied die " anti-poaching " patrouilles instellen. Ik droomde van Afrika is het autobiografisch verhaal van een Italiaanse die in 1970 op een grote veeboerderij in de Keniaanse hooglanden gaat wonen. De eerste tegenslagen in haar leven heeft ze dan al achter de rug. Tien jaar later verongelukt haar man, enkele jaren daarna haar enige zoon uit haar eerste huwelijk. Ter nagedachtenis aan hen sticht ze de Gallmann Memorial Foundation ter bevordering van de harmonieuze coexistentie van mens en milieu, tevens een uitleg van haar verbondenheid met de natuur en het wild van Afrika.
'Het enige echte kenmerk van ware liefde is onsterfelijkheid', schreef haar man haar in een brief die ze pas na zijn dood vond.Daarom moest ze haar verhaal vertellen: een aangrijpend verhaal van een vrouw met grote wilskracht die de gave heeft tot zien, voelen en overdragen. Vooral ontroerend is de verwoording van haar gevoelens na de dood van haar man en haar zoon. Op een wat lichtere toon geeft het boek ook een blik op het leven van een welgestelde blanke gemeenschap in Kenia, waar iedereen altijd even vriendelijk, meelevend en aardig schijnt te zijn.
Kuki Gallmann verstaat als geen ander de kunst de sfeer van de Afrikaanse natuur haast tastbaar op papier te zetten.De rijke natuur blijkt voor haar telkens weer een bron van troost en inspiratie te zijn en ook een dankbaar object van zorg en bescherming.
"Ik droomde van Afrika"is een onvergetelijke schildering van Oost-Afrika en een even krachtig als ontroerend zelfportret van een vrouw die ondanks enorme tegenslagen het door haar gekozen leven trouw blijft. Het boek is verfilmd met Kim Basinger in de hoofdrol.
***
Kuki Gallmann :-1943
Kuki Gallmann werd geboren in de buurt van Venetië in 1943.Zij studeerde politieke wetenschappen aan de Universiteit van Padua.Als teenager ging ze met haar vader de Sahara woestijn bezoeken. In 1970, bij een tweede bezoek werd ze er echt verliefd op. In 1972 ging ze in Kenia wonen met haar man en zoon, die er beiden onder tragische omstandigheden omkwamen. Ter nagedachtenis aan haar geliefde Paolo en Emanuele richtte Kuki Gallmann de Gallmann Memorial Foundation op, een stichting die zich richt op het stimuleren en financieren van het onderwijs aan de Keniase bevolking. Kuki woont nog steeds, met haar dochter Sveva, op haar 100.000 ha grote cattle-ranch Ol Ari Nyiro in Kenia, en ze is er actief als milieuactiviste, dichteres en schrijfster.
Louise Benda woont tot haar vijfde jaar op Java met haar vader, haar moeder, tante Margot en oom Felix. Het boek is vanuit de belevingswereld van een fantasievol kind geschreven,waardoor sommige gebeurtenissen moeilijk nauwkeurig te beschrijven zijn, maar het maakt het wel leuk om te lezen. Het verhaal begint op Java. Louise Benda groeit hier op en leeft als het ware in een sprookjeswereld, problemen zijn er nooit. Louise voelt een grote verwantschap met de natuur en is eigenlijk een beetje naïef, of het komt gewoon omdat ze nog klein is, omdat ze alle verhalen die men haar verteld gelooft en letterlijk interpreteert. Louise leeft in een geheimzinnige wereld, waarin werkelijkheid en fantasie moeilijk van elkaar te scheiden zijn. Als zij er met volwassenen over praat leid dit vaak tot grappige situaties. Want meestal gaat het over hele onschuldige zaken. Louise kan 's avonds nooit slapen en maakt vaak nachtwandelingen. Als ze, in haar onschuld, een keer verteld over de raadselachtige taferelen die ze meemaakt, ontstaat er een opschudding die haar verbijstert. Mensen, dieren en planten veranderen in het maanlicht en krijgen de gestalten van goden en demonen. In 1939 verlaat het gezin tijdelijk de idyllische plek in de tropen en vertrekt naar Europa, gedreven door de onheilspellende berichten voor de joodse familie. Er reist een dertienjarig pleegkind mee, het half-Balinese meisje Tinka.
Het gedeelte van het boek dat zich op Java afspeelt schets ons de "goede" tijd, in het gedeelte wat erna komt zijn er heel veel problemen.
Voor Louise verandert de wereld van een tropische weelderige tuin in een koud kaalgeknipt park. Zij en Tinka kennen nog maar één verlangen: terug naar huis. Samen weren de tropenkinderen zich in Den Haag tegen hun vreemde, ontredderde omstandigheden. Dit doen ze bijvoorbeeld met behulp van goden die ze "kennen" uit de tropen, alle gebeurtenissen en problemen proberen ze te verklaren aan de hand van deze goden
Als de oorlog uitbreekt, duikt Louise met haar vader onder bij Aleida, in het waterland. Opnieuw is zij getuige van geheimzinnige taferelen, maar nu heeft zij haar lesje geleerd. Zij zal voorlopig haar mond niet meer opendoen. Om de dingen die ze niet graag wil doen en problemen te vergemakkelijken verzint ze een tweede persoon voor zichzelf die altijd alles wil en goed luistert.
Na de bevrijding komt alles weer goed. de laatste zin van het boek is: "Achterom kijken deed ik niet meer, ik keek vooruit. Mijn terugtocht begon.". Het hele boek was voor haar dus een reis en aan het einde komt alles goed omdat ze weer naar huis gaat. De intensiteit van de belevenissen, de trefzekerheid van de karakteriseringen, de onderhuidse humor en de vaart van de vertelling maken deze roman tot een bijzondere belevenis. Het lied van de waarheid werd in 1998 genomineerd voor de Gouden Uil en bekroond met de Bordewijkprijs 1998.
***
Helga Ruebsamen-1934
Helga Margot Erika Ruebsamen werd 4 september 1934 geboren te Batavia-Weltevreden, hoofdstad van het toenmalige Nederlands Indië waar ze haar eerste 5 levensjaren doorbracht.Helga is de dochter van een Nederlandse moeder en de joodse, Duitse arts Rübsamen. Zij groeide op in een welgesteld gezin met twee kinderen, van wie zij het oudste was,eerst in Nederlands Indië, later in Den Haag.
Vanaf 1940
, na het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog, woonde ze in het degelijke en keurige milieu van het Haagse Benoordenhout . Zij volgde korte tijd balletlessen bij Olga Preobajenskaja in Parijs en studeerde psychologie. Terug in Nederland was zij als journaliste verbonden aan het Haagse dagblad Het Vaderland.Via deze krant leert ze niet alleen het journalistieke metier kennen, maar ook het Haagse nachtleven en de ietwat verlopen beau-monde die daarbij hoorde. Het zal de stof vormen voor veel van haar verhalen, die ze aanvankelijk voor haar eigen plezier schrijft. Als verslaggever voelde ze zich aangetrokken tot de zwarte schapen onder de Haagse bohémiens. Ruebsamen debuteert in 1964 met de verhalenbundel :"De Kameleon." Al in haar eerste verhalenbundel,:"De kameleon," liet ze het vernis van het Haagse mombakkes springen. De verhalen vallen op door hun situering in het Haagse beetje-verlopen-bourgeois-milieu, de trefzekere stijl en de hoofdpersonen die allemaal in zekere mate hun eigen ondergang bewerkstelligen. Haar eerste verhalenbundel kreeg een eervolle vermelding bij de Reina Prinsen Geerligsprijs in 1961.
Aan de liefde kleeft vrijwel altijd een zwart randje. Soms zijn haar verhalen ronduit absurd en herinneren ze aan de fantastische verhalen van F. Bordewijk of Belcampo. Haar werk blijkt dan ook veel overeenkomsten met de 'Gothic novel' te hebben. Zo wordt de scholier Vincent in het verhaal 'De kermisbruid' verliefd op een kermiscaissière die in 'De 8 Wereldwonderen' een hoofd zo groot als haar hele lichaam blijkt te hebben. Ook in :"De Heksenvriend "- haar eerste roman - lijkt het verhaal bijna een grimmig sprookje. Centraal in de losjes aan elkaar geknoopte verhalen staat een Cupidobeeld dat in een bos is achtergelaten door een kastheelheer. Het beeld wordt door de dorpelingen gebruikt om allerlei bijgeloof en volksverhalen aan op te hangen. In 1971 verschijnt de verhalenbundel :"De ondergang van Makarov "en daarna blijft het stil rond Ruebsamen. Ze is wel aan het werk, schrijft, schaaft en schrapt, maar aan publiceren moet ze in die tijd niet denken - voor een groot deel veroorzaakt door haar zelfopgelegde literaire eisen en de vraag waarom ze eigenlijk schrijft.
.Een writer's block is iets dat de meeste schrijvers vroeg of laat wel eens overkomt. Maar zeventien jaar lang niet meer publiceren, zoals Helga Ruebsamen deed, is zeer uitzonderlijk. 'Toen ik in 1971 voorlopig ophield met publiceren, had ik me voorgenomen alleen nog Het Perfecte Verhaal te schrijven. Maar dat kwam niet.' Gelukkig begon ze in 1988 weer schoorvoetend aan haar carrière, die sindsdien juweeltjes als Het lied en de waarheid en Beer is terug opleverde.
In 1988 besluit ze alsnog een punt te zetten achter een aantal van haar vroegere verhalen en deze te bundelen. "Op Scheveningen "wordt met groot gejuich ontvangen. Ook in deze verhalen spelen de bekende Ruebsamen-elementen weer een grote rol: vrouwen die worstelen met drank, ouderdom en verval, absurde situaties, macabere humor. Bijna in al haar verhalen speelt het anti-burgelijke een rol. Deftige mensen hebben steevast boerse gewoontes, vloeken of doen aan smerige seks. Huwelijken zijn voor niemand een genoegen en overspel is aan de orde van de dag.
.'Ik vind Den Haag voornamelijk een schijnheilige stad. Mijn liefde geldt het verdrietige dat Den Haag heeft, het onvermogen dat blijkt uit veel dingen. Den Haag is een adellijke juffrouw uit het oeuvre van Couperus, een soort Eline Vere die niet mee kon met haar tijd.'
Begin jaren negentig wordt Ruebsamen docent aan de schrijversvakschool 't Colofon in Amsterdam. In 1997 verschijnt Ruebsamens grote autobiografische roman :"Het lied en dewaarheid", die zeer positief wordt besproken en genomineerd wordt voor de Gouden Uil en de Libris Literatuurprijs. Men roemt vooral het feit dat ze met deze roman ook heeft laten zien "een omvangrijk en samenhangend geheel" te kunnen schrijven - iets wat bij haar vorige romans nog wel eens ontbrak.
"De dansende kater" is van 1992, een bundel tragi-komische verhalen Ruebsamen weet er ernorm veel in te suggereren, wordt nergens te expliciet, waardoor de krankzinnige gebeurtenissen hun raadselachtigheid bewaren. In 1998 wordt zij met deze roman genomineerd voor de Gouden Uil en voor de Libris Literatuur Prijs.
In 2003 kreeg Helga Ruebsamen de Anna Bijns Prijs voor haar gehele oeuvre. 'Ze schrijft sprankelend, baldadig en hartstochtelijk', aldus het juryrapport.
'Sommige mensen zijn lief,' zeg ik, 'andere niet.' 'Ja,' zegt ze, 'sommige mensen zijn lief en de mama is een sommige mens.' 'Dat is waar,' zeg ik. Het blijft weer een tijdje stil en dan vanuit het niets: '... en papa is een slechte mens.'
Ik schrik van zoveel inzicht. 'Ah ja... papa is een slechte mens want papa heeft toch slechte ogen?' Blij met deze uitleg, doe ik er een schep bovenop: 'Papa is ook een valse mens,' zeg ik, 'want papa heeft valse tanden.' 'Ja,' zegt ze, 'papa is een valse en een slechte mens... maar ook wel een beetje een sommige mens.'
***
"WERK " heet het boek van Josse De Pauw, wat ironisch bedoeld is uiteraard. Want Josse De Pauw schrijft al fluitend, de woorden vallen simpelweg uit zijn mouw. 'Schrijven is geen hard labeur,' zegt hij zelf. Je merkt het ook aan zijn zinnen: ze lopen gesmeerd, op wieltjes, als een trein, elke zin trekt vanzelf de volgende mee. Zoals een standbeeld reeds in een steen kan zitten en te voorschijn komt als de overbodige stukken worden weggekapt, zo staan de zinnen van Josse De Pauw al op het witte papier, hij hoeft ze enkel nog neer te schrijven.
Werk is een veel bekroonde bundeling van notities, aanstekelijke beschouwingen, dagboekfragmenten, theaterstukken en verhalen over van alles en nog wat: over de pientere logica van zijn opgroeiend dochtertje Hanna, over een sprekende aardbei, over Japan en Mexico,over zijn belevenissen met Boken Bruine Suiker, over zijn avonturen met Radeis, over zijn ontmoeting met Richard Dreyfuss of Archie Shepp en over zijn schijnhuwelijk. Eén ding hebben ze gemeen: zelfspot, droge humor en stilistisch meesterschap.
'De versplintering van Werk beantwoordt perfect aan hoe ik leef en hoe schrijven deel uitmaakt van mijn leven,' zegt De Pauw.
Werk is het om je reiskriebels te onderdrukken wanneer De Pauw het over verre landen heeft :Mexico, Curaçao, Frans Guyana, de Verenigde Staten, Algerije en natuurlijk Japan, het geboorteland van zijn vrouw Fumiyo. Voor iemand die niet graag reist, kan hij er verdomd verlokkelijk over schrijven. Vanop een terras, vanuit een hotelkamer, vanonder een boom beschouwt De Pauw het toneel voor hem en beschrijft net die handelingen en anekdotes die inzicht geven in de cultuur van het land. Zoals een glimlach meer zegt dan een dankwoord, een knuffel meer deugd doet dan een troostend woord, zo schrijft De Pauw. Tussen de regels staat altijd zoveel meer. Met een kwinkslag., een opmerking tussen neus en lippen,een welgemikt eufemisme: 'Een zigeunermeisje dat kreupel op het koude asfalt haar geld verdient, stopt eventjes met werken, springt op en kijkt het jongetje nieuwsgierig aan.' Andere columnisten kunnen wat dat betreft nog van hem leren.
Werk is het om te weerstaan aan de personages in deze roman. Aan Boken, die vanwege geldgebrek in de boekhandel gedichten die hij mooi vindt ter plekke uit zijn hoofd leert. Aan Droeven, die - zoals zijn naam al doet vermoeden - gebukt gaat onder een melancholie zo hoog als een appartementsgebouw, aan het dienstertje in Cayenne dat haar tanden bloot lacht en zegt 'Le temps passe vite!' En natuurlijk aan Hana, wijsgeer van drie jaar oud en dochter, oogappel, kwelgeest, hartendief en donderwolk van Josse De Pauw,belichaming van het eeuwige kind in de vader zelf.
ACTEUR - REGISSEUR - SCHRIJVER. -Het zijn drie situaties die hem heel erg bevallen en die hij alledrie in stand houdt.
,,Ik hou heel erg van het theater, waarbij je een langere tijd met een aantal mensen peutert in een onderwerp, iets ontwikkelt en dat ook nog eens elke avond live op de scène brengt, met die directe respons van het publiek. Dat ligt zeer kort bij mijn aard. Dus zal ik snel zeggen: dat heb ik nodig.''
,,Schrijven is alleen aan een tafel gaan zitten en zien wat er kan gebeuren. In zijn resultaat is dat ook één op één. Het is een heel ander contact, dat merk ik aan de mensen die mij op het schrijfwerk aanspreken. Iemand is alleen geweest met je boek, waarin jij je gedachten hebt neergeschreven. Dat is een veel intiemere band dan met een publiek dat geapplaudisseerd heeft.'' Ik ben met literaire avonden als Behoud de begeerte en Geletterde mensen , onder meer naast Kees Van Kooten, een paar keer succesvol geweest, maar ik besef ook dat het te maken heeft met de aard van mijn teksten en de manier waarop ik die breng. Toch voel ik me meer en meer schrijver. Het wordt meer en meer een solide deel van mijn werk.''
,,Daarnaast heb ik ook gefilmd en film kan zowel de hemel als de hel zijn. Het is een heel andere toestand dan het theater. Je hebt er minder in de pap te brokken. Ik doe het minder nu, ben er kieskeuriger in geworden. Ik probeer zo vaak mogelijk de hemel te treffen, maar het is zeker iets waar ik graag in verkeer als het op zijn best is.''
Dan is er "Nog" , zijn nieuwe bundel schrijfsels.Want zoals hij elke vierkante centimeter van het toneelpodium beheerst, elke vierkante centimeter van het filmscherm, zo ook elke vierkante centimeter van het schrijfpapier.
Dat bewijst hij telkens weer in zijn korte stukken, die van een à twee pagina's, wanneer elk gaatje optimaal benut moet worden. Ware Josse De Pauw voetballer geweest, hij had in de spits gespeeld.
'Werk is een ontzettend grappig boek. Het leukste wat ik sinds lang gelezen heb.'
Tom Lanoye
Josse De Pauw-1952
Josse De Pauw (1952) studeerde aan het Koninklijk conservatorium te Brussel en was medeoprichter van de theatergroep Radeis en het kunstenaarscollectief Schaamte, de voorloper van het huidige Kaaitheater. Sinds september 2000 is hij artistiek leider van HETNET in Brugge, waar hij zijn theaterwerk presenteert. In 2000 ontving hij de Océ prijs voor zijn opmerkelijke artistieke prestaties. Hij wordt in het seizoen 2005-2006 interim artistiek leider van het Toneelhuis. Naast theatermaker is hij ook schrijver en regelmatig te zien op televisie en in film. Zijn toneelteksten, journalistieke en literaire stukken verschenen in de bundel Werk.
: " La forza del passato" - de kracht van het verleden).
ISBN 9035123476
Hem lezen geeft je het gevoel een ijskristal onder een microscoop te bekijken, waardoor je de ogen worden geopend voor het wonder dat in zoiets eenvoudigs als bevroren water schuilgaat
.
***
"In de ban van mijn vader" is een prachtige roman met een interessant thema: Wat is je leven nog waard, als alle dingen die voor jou belangrijk waren en vaststonden als een huis, op drijfzand blijken te zijn gebouwd? Ben je dan nog wel wie je denkt dat je bent? "In de ban van mijn vader " is een grootse vertelling vol spectaculaire verrassingen, thrillerelementen en komische wendingen. Het is een roman over de verwording van het menselijke zelfbeeld. Als geen ander weet Sandro Veronesi de lezer op het verkeerde been te zetten. Dit Pirandelliaanse thema bij uitstek,is door Veronesi in een modern jasje gegoten. Veronesi's kracht is dat hij dit zware thema lichtvoetig behandelt. De uitgangspositie is even bekend als effectief: in een gelukkig Italiaans gezinnetje verliest de man zijn vader, waarna een stroom van gebeurtenissen losrolt die het leven van de man, Gianni Orzan, op losse schroeven zet. Gianni wil zijn verworven waarheden niet zomaar opgeven en bindt de strijd aan met de nieuwe, onbekende elementen in zijn leven, die hem bijna de kop kosten.
Gianni Orzan is een succesvol kinderboekenschrijver. Zijn leven gaat zijn gangetje, hij houdt van zijn vrouw en van zijn kind en woont tevreden in Rome. Tot die nacht na de prijsuitreiking. Een onbekende man, die zich voordoet als taxichauffeur, gooit zijn alledaagse leven overhoop. Hij vertelt de waarheid over het leven van zijn vader; een waarheid die Gianni ternauwernood kan geloven. Het grote twijfelen begint. Als zijn vader niet was wie hij leek, is Gianni zelf dan wel wie hij denkt te zijn? En hoe zit het met zijn vrouw?
Geen woord meer. Want: het verhaal is spannend. Elke keer denk je dat het voor Gianni Orzan niet erger meer kan worden.Toch trekt Veronesi dan weer een nieuwe onverwachte wending uit de bureaula. Voor de lezers die houden van een verhaal met power is het zonde om dat te verklappen. Veronesi laat door de 'belevenissen' van Orzan vlijmscherp zien hoe wij onszelf en elkaar denken te kennen zonder dat dit zo hoeft te zijn. We leven met beelden, beelden van onszelf en van anderen. Ook ons geheugen speelt een gemeen spel met ons, omdat we onthouden wat we willen onthouden. We verwerken bovendien wat we meemaken op de ons bekende manier: de hoofdpersoon van Veronesi schrijft er een kinderboek over, bijvoorbeeld. Een sterk verhaal, een bijna filosofische thematiek en dan ook nog een stijl om van te smullen. Maar hoe omschrijf je dat? Veronesi speelt met tijd.
Een ijzersterke passage is die waarin Gianni het heeft over 'het dagelijks onderhoud van mijn huwelijk' of wanneer hij na de klap van het ongeluk zijn geestelijk herstel omschrijft als 'het laden van mijn lot'. Dat is treffend gezegd en typeert de kunst van het formuleren, die Veronesi als geen ander beheerst.
Sandro Veronesi-1959
Sandro Veronesi is beslist geen nieuwkomer in de Italiaanse literatuur. Hij is geboren in het Italiaanse Prato, studeerde architectuur en besloot op zijn 29e schrijver te worden. Hij debuteerde in 1988 met: 'Per dove parte questo treno allegro' (Waar gaat die vrolijke trein naartoe?). Zijn tweede boek (Gli sfiorati, 1990) laat al zien dat Veronesi alles in zich in heeft van de verbeeldingsvolle en verfijnde schrijver, die niets met minimalisme van doen wil hebben. 'Gli Sfiorati' kaart het onderwerp incest aan met een humor die ver van de meeste beroemde Italiaanse schrijvers af staat. Na het bestuderen van de doodstraf in de wereld schrijft hij 'Venite venite B-52', waarmee hij de traditionele Italiaanse fictie achter zich laat en de stijl benadert van Amerikaanse auteurs die behoren tot de psychedelische cultuur (Thomas Punchon en Tom Robbins). "La forza del passato "-verscheen in 2000. Het is zijn zevende boek en hij ontving er de Premio Campiello 2000 voor. 'In de ban van mijn vader' (de vertaling van de oorspronkelijke titel is veelzeggender) is een 'must'. Veronesi is een rasverteller met stijl en het wekt verbazing dat er niet meer boeken van hem zijn vertaald.
Uitgeverij :Van Holkema & Warendorf-Houten vertaling van : " TEXAS" - Random House -New York
ISBN 90-269-7635-6
"A book about oil and water, rangers and outlaws, Anglos and Hispanics, frontier and settlement, money and power...James Michener is something rare and valuable: an honorable craftsman doing honorable work....He manages to make history vivid and palatable to the reader." THE BOSTON GLOBE Above all, Jim Michener had "a vast yearning to leave the world a better place than he found it." And that is what he did.
*** In een uiterst knappe vervlechting van feiten en fictie schept Michener hier een adembenemend beeld van de rijkste en meest uitgestrekte staat van Amerika. Deze roman over : "TEXAS " omspant een periode van 450 jaar en neemt een aanvang in 1535, wanneer de eerste Spanjaarden het gebied doorkruisten. De voornaamste gebeurtenissen uit de geschiedenis van Texas passeren de revue : de afscheiding van Spanje en in 1836 de onafhankelijkheid van Mexico met de beroemde veldslagen van de Alamo, bij Goliad en de San Jacinto; het uitroepen van de onafhankelijke staat in 1846 en de daaropvolgende Mexicaanse Oorlog ; de Amerikaanse Burgeroorlog en zijn nasleep, en de definitieve overwinning op de Comanchen in de jaren 1870. Het verhaal eindigt in het hedendaagse Texas, land van onbegrensde mogelijkheden en ongeëvenaarde menselijke prestaties. Texas is een geschiedenis vol geweld en botsingen, politieke chicanes en kuiperijen, maar ook van vaderlandsliefde en staatsmanschap, van groei en ontwikkeling, de opkomst van de katoenteelt, de ontdekking van aardolie en de fenomenale expansie van de industrie. Texas is met recht een magistrale roman, even boeiend als informatief.
James Albert Michener is geboren op 3 februari 1907 in New York. Hij verwierf zich vooral faam door zijn historische romans, die zich steeds afspelen in een bepaald land of bepaalde streek en waarbij het leven van verschillende generaties wordt beschreven. Zijn werken zijn vaak omvangrijk maar vlot leesbaar. Michener had een moeilijke start.Als wees werd hij overgelaten aan de goede zorgen van een vrouw uit Doylestown, Pennsylvania , genaamd Mabel Michener.Zij gaf hem haar naam en gedurende zijn kinder-en jeugdjaren zou hij deel uitmaken van haar gezin.. Zijn hele leven lang ,keek hij met verwondering en grote dankbaarheid terug op Mevr. Michener, wiens principes en vastberadenheid hij bewonderde en vaak ophemelde..
Hij wist niet eens zijn eigen exacte geboortedatum. Hij werd opgevoed door deze vrouw die zich zijn lot en dat van vele andere weeskinderen aantrok. Tot zijn veertiende leefde hij in heel armoedige omstandigheden. Hij bleek het echter op school uitzonderlijk goed te doen, en bovendien had hij atletisch talent. Die twee factoren spelen een grote rol in zijn academische carrière. Als jonge man kreeg hij een studiebeurs voor het Swartmore College, waarvan hij summa cum laude in 1929 afstudeerde.Hij behaalde een masters degree aan de University of Northern Colorado in 1937, en afwisselend verdeelde hij toen zijn tijd als graduaat-student , of deed hij researchwerk aan verschillende universiteiten. Hij werd lector aan de universiteit. Toen hij 36 was, werd hij opgeroepen voor militaire dienst in het Amerikaanse leger en nam actief deel in de strijd tijdens de Tweede Wereldoorlog in de Stille Oceaan. Hij beleefde heel wat avonturen (hij stortte o.a. twee keer neer met een vliegtuig). Hij begon pas daarna fictie te schrijven, toen hij eind dertig was.In de late jaren 1930 was hij leraar aan meerdere instituten en werd toen mede-uitgever bij Macmillan van 1941 tot 1949, Hij woonde op veel plaatsen overal ter wereld.Zijn ondervinding in de Pacific leidde tot zijn eerste boek: , Tales of the South Pacific, gepubliceerd in 1947. Hiermee won hij de Pulitzer Prize en later werd er een monumentale succesrijke Broadway musical.van gemaakt. Alhoewel Michener's eerste roman pas geschreven is toen hij reeds veertig was, zou hij de toon zetten voor een schitterende schrijverscarriére voor de rest van zijn leven. In zijn ontzaglijk oeuvre van zowat veertig kanjers van boeken , waarvan de meeste romans, behandelde hij de sport, de politiek , reisverslagen, aardrijkskundige feiten en analyseerde hij sociale gebeurtenissen. Maar, ondanks alles, wilde Michener zichzelf nooit als een auteur zien. " Een auteur is iemand die leeft van zijn waardigheid in zijn ivoren toren " zei hij. Een man die zijn boterham moest verdienen met schrijven zoals hij zou men een "schrijver" noemen.
In een interview legde hij uit dat hij het de eerste honderd bladzijden van zijn boek met opzet moeilijk maakt voor de lezer, maar als hij die overwint, dan loopt de rest vlot.
Michener was een grote sprookjes-verteller , alhoewel zijn verhalen steeds gebaseerd waren op bijzonder nauwgezet opsporingswerk. Wanneer hij een nieuw boek aanzette, las hij alles wat hij maar vinden kon over zijn onderwerp en ging toen pas de karakters uitvinden om de interessante mensen te vertegenwoordigen in de historie van zijn verhalen.
Michener verrichtte telkens heel grondige (historische) research (ook al is het verhaal verzonnen). Hij liet zich adviseren door specialisten ter zake, en las wetenschappelijke werken aangaande het onderwerp. Dat verklaart waarom hij minstens 3 jaar werkte aan een boek
Van tijd tot tijd bediende hij zich wel van helpers, maar wat velen zal verbazen , deed hij al het schrijfwerk zelf. Zijn assistenten brachten ideeën en mogelijkheden aan . De schrijver van Michener's boeken was Michener. Eén kenmerk van zijn literair imago is dat zijn boeken meestal heel volumieus zijn en hij steeds heel ver teruggaat in de tijd ; zoals bvb . met Hawaii in 1959, waar hij teruggaat naar de geologische oorsprong van de plaats. Inderdaad , één van zijn boeken begint met de zin: "Some five billion years ago . . .." , geen wonder dus dat historische opzoekingwerk de lengte van sommige boeken helpt te verklaren.Michener reisde ver, in ruimte en in tijd ,en hij schreef over de meeste streken die hij bezocht had. Michener is niet bang voor vernieuwende verteltechnieken. In Centennialkomen geen mensen voor tot het vierde hoofdstuk (bladzijde 125), maar wel dinosaurussen, bizons, ratelslangen en paarden.The Source, over de geschiedenis van Israël heeft de structuur van een archeologische site: de hoofdstukken en de verhalen volgen elkaar op, zoals de verschillende historische lagen elkaar opvolgen bij archeologische opgravingen. In een interview werd opgemerkt dat Michener een speciaal talent heeft om zijn onderwerpen te kiezen: hij schreef onder andere over de geschiedenis van Polen, Zuid-Afrika en Israël jaren voordat daar politieke verschuivingen optraden.
Hij ontving in 1948 de
Pulitzer-prijs voor zijn roman Tales of the south Pacific (Verhalen van de Stille Zuidzee)in de categorie "Fictie".
De musical
South Pacific(1949) met muziek van Rodgersen Hammerstein, is gebaseerd op twee korte verhalen van Michener. De musical was een enorm succes (hij liep 5 jaar in Broadway), en wordt beschouwd als een van de belangrijkste musicals ooit. Ook was de musical politiek belangrijk omwille van het thema van interraciale relaties. In 1958 kwam er een verfilming van de musical en in 2001 werd een muzikale televisiefilm gedraaid, met Glenn Close in de hoofdrol.
Michener schreef ruim 40 historische romans
waaronder:Texas ,Hawaii ,Polen ,Alaska ,Antillen Het Verbond (geschiedenis van Zuid-Afrika) Mexico ,De ruimte De bloemenkinderen van Torremolinos Chesapeake baai Hij waagde zich ook aan 'gewone' romans, zoals het in 1991 verschenen Roman.
Alvarez wekt de werkelijkheid tot leven... zo tastbaar dat een lezer begrijpt hoe zoiets als heldenmoed überhaupt mogelijk is.'
***
In de nadagen van het schrikbewind van generaal Trujillo in de Dominicaanse Republiek worden drie jonge vrouwen,die op de terugweg waren van een bezoek aan hun gevangengenomen echtgenoten, in een hinderlaag gelokt en vermoord.
Na hun tragische dood heeft het verhaal van de zussen : Patria,Minerva en Maria Terese Mirabal mythische proporties aangenomen en sindszien worden zij geëerd als martelaren van de revolutie. In de Dominicaanse Republiek kent iedereen hen als las mariposas, de vlinders, hun schuilnaam in de verzetsbeweging. Gebruik makend van haar eigen ervaringen en van de lotgevallen van de zusjes Mirabal, schept Julia Alvarez een verhaal waarin fictie en werkelijkheid hecht met elkaar zijn vervlochten. Julia Alvarez toont zich een geniaal vertelster die met overtuigende verbeeldingskracht de 'vlinders' weer tot leven weet te brengen. Het zijn kwetsbare heldinnen van vlees en bloed, met hun angsten en beperkingen.
'De roman viert het leven en de moed van de zusjes Mirabal en is daarmee een grotere aanklacht tegen hun voortijdige dood dan welke beschrijving van hun gewelddadig einde dan ook.
Julia ALVAREZ -1950
Julia Altagracia Alvarez , de Amerikaanse romanschrijfster en dichteres , is geboren op 27 maart 1950 in de Dominicaanse Republiek, waar dictator Rafael Leonidas Trujillo Molina van 1930 tot 1961 een waar schrikbewind voerde. Julia's vader was lid van de ondergrondse verzetsbeweging die probeerde het regime omver te werpen. Toen het complot door de geheime politie werd ontdekt, vluchtte hij met zijn vrouw en vier dochters naar de Verenigde Staten. Vier maanden na hun vertrek, op 25 november 1960, werden in de Dominicaanse Republiek 'las mariposas' (de vlinders) waarover Alvarez schrijft in haar boek In de tijd van de vlinders en die betrokken waren bij dezelfde verzetsbeweging als haar vader, vermoord.Julia is tien jaar oud als het gezin Alvarez in New York aankomt. Julia, die van jongs af zeer geïnteresseerd is in taal, leert snel Engels en gaat schrijven. Eerst voornamelijk poëzie en korte verhalen, later ook romans. Ze combineert haar schrijverschap met een andere grote liefde: lesgeven. Julia Alvarez heeft literatuur- en schrijfcursussen gegeven aan diverse universiteiten, o.m. in Washington en Illinois. Sinds 1988 is ze verbonden aan Middlebury College in Vermont, waar ze woont met haar echtgenoot William. Het werk van Julia Alvarez bevat veel autobiografische elementen. De Dominicaanse Republiek en het gevangenzitten tussen twee culturen zijn thema's die veelvuldig terugkeren. In de Verenigde Staten behoort Julia Alvarez tot een groep vooraanstaande Latijns-Amerikaanse schrijvers en wordt ze vaak vergeleken met Isabel Allende.
Uitgeverij Cargo / De Bezige Bij ( 726 p )Vertaling ; Jan van der Haar ISBN 90 234 2046 2
***
In Veritas, de nieuwe thriller van het Italiaanse duo Monaldi & Sorti, verzucht de hoofdpersoon in een van zijn meest donkere buien: Wanneer ik in de achter ons liggende jaren met abt Melani valse sporen volgde, lieten die vroeg of laat het terrein aan de rechte weg die ons naar de waarheid leidde. Ditmaal echter, nu we het bedrieglijke pad uit het begin hadden achtergelaten, bevonden we ons in de dichte warboel van een woud waar elk ding fluctueerde, ontsnapte en veranderde in zijn tegendeel. De lezer zal hem niet tegenspreken. Meer dan in de twee vorige delen van het Italiaanse schrijversduo, dreig je in Veritas keer op keer te verdrinken in een poel van plotwendingen, om even zovaak weer op het droge te worden getrokken, jezelf vastklampend aan een koord van vage vermoedens.
Rita Monaldi en Francesco P. Sorti baarden de afgelopen jaren opzien met hun onthullende thrillers :"Imprimatur en Secretum. "Onthullend omdat met beide boeken een klein fragment van de geschiedenis werd herschreven het resultaat van jarenlang snuffelen in historische archieven. Zo ontdekte het duo onder meer dat paus Innocentius XI in de 17e eeuw geld zou hebben geleend aan het protestantse huis van Oranje. Geld waarmee stadhouder Willem III in staat was Jacobus II, de nota bene katholieke koning van Engeland, van de troon te stoten. Geen wonder dat het Vaticaan weinig gecharmeerd bleek van Imprimatur en geen Italiaanse uitgever zich daarna nog aan een herdruk durft te wagen. Die herdruk kwam er overigens wel, maar dan dankzij de Nederlandse uitgever van het duo, de Bezige Bij (als dank laten de auteurs hun hoofdpersoon de uitgever zelfs bij name noemen, als hij aankondigt zijn memoires te zullen sturen naar het vrije Holland: "In het teken van de Bezige Bij is het adres, en ik mag graag denken dat dat een metafoor is voor mijn nederige, maar noeste arbeid.") Ook Secretum bleek goed voor een onthulling. En nu is er dan deel drie in een uiteindelijke reeks van zeven: Veritas. Met dezelfde hoofdpersonen een wat naïeve schoorsteenveger en de sluwe spion/abt Atto Melani. Het boek eindigt met de dood van de laatste, waarna zijn helper terugblikt op alles wat daaraan vooraf is gegaan. En dat is nogal wat. Van de ontdekking van een vliegend schip tot het mysterieuze verblijf van een delegatie hooggeplaatste Ottomanen in het paleis van prins Eugenius, de rechterhand van Jozef I, de populaire keizer van het Heilige Roomse Rijk. Wat doen de Ottomanen in Wenen, dat enkele decennia daarvoor nog door de Turken werd belegerd? En welke betekenis schuilen er in de woorden soli, soli, soli, waarmee de Ottomaanse grootvizier Eugenius verwelkomd? Wat doet abt Melani zo plotseling in Wenen?
De abt staat toch te boek als adviseur van de Franse koning, met wie de Weense keizer de Spaanse successieoorlog uitvecht. Atto Melani doet het voorkomen alsof hij op een geheime missie is gestuurd, met als doel een einde te maken aan de voor Frankrijk zo uitputtende successieoorlog. Maar zijn voormalige hulpje heeft geleerd van alle streken die hem ooit door de abt zijn geleverd (zie Imprimatur en Secretum) en neemt niets meer voor zoete koek aan. Zijn twijfels nemen alleen maar toe als de keizer ziek wordt en enkele studenten die hem helpen achter de betekenis van soli, soli, soli te komen, een voor een het loodje leggen. En zo kan het gebeuren dat de kleine schoorsteenveger langzaam maar zeker verstrikt raakt in de dichte warboel van een woud waar elk ding fluctueerde, ontsnapte en veranderde in zijn tegendeel. Na Imprimatur werden Monaldi & Sorti al vergeleken met hun illustere landgenoot Umberto Eco. Maar zelfs Eco heeft het nooit zo bont gemaakt als in Veritas, zeg maar de ontspoorde versie van Imprimatur en Secretum. Soms is er geen touw meer aan vast te knopen, maar gewoon doorlezen is dan het devies. Uiteindelijk komt alles toch min of meer op zijn pootjes terecht en vervelen doet Veritas in geen geval. Of het moet zijn als de auteurs hun tevoren opgedane kennis wel erg etaleren en rustig vier paginas wijden aan de techniek van het tevoorschijn toveren van onzichtbare boodschappen en de sociale status van Weense bedelstudenten in de vroege achttiende eeuw. Overigens blijkt uit de bijgevoegde documentatie dat Monaldi & Sorti ook nu weer de waarheid zo min mogelijk geweld aandoen. Zelfs het vliegende schip schijnt te hebben bestaan! Concluderend: Veritas is minder boeiend en ook minder onthullend dan (vooral) Imprimatur, maar nog altijd goed genoeg om je bijna 700 paginas te doen afvragen wat de eindbestemming is van dat bedrieglijke pad in de dichte warboel van het woud waar alles ...
Rita MONALDI & Francesco SORTI
Francesco Sorti en Rita Monaldi vormen een succesvol Italiaans schrijversduo. Hun literaire thriller Imprimatur werd in achttien landen verkocht en werd zowel in Nederland als in andere landen een bestseller. Het is de eerste literaire thriller in een serie van zeven delen. Rita Sorti Monaldi (36 jaar) is classica en specialiseerde zich in godsdienstgeschiedenis. Ze was universitair docente in Rome en Wenen en werkte voor de persafdeling van het Italiaanse parlement. Sinds 1993 is ze journaliste voor diverse kranten en persbureaus in Oostenrijk en Italië. Francesco Sorti is een in barok gespecialiseerde musicoloog. Hij schreef een proefschrift over de opera in het Rome van de zeventiende eeuw. Hij maakte culturele programma's voor de RAI (radio en televisie) en voor de radio van het Vaticaan en werkt als journalist. Als klassiek gitarist maakt hij opnames voor radio, televisie en platenmaatschappijen.
Bibliografie :
Imprimatur (2002) Secretum (2004) I segretti dei Conclavi
Niet langer zou hij in Tsfat als trots wonderkind van de kabbala gezien worden, maar als een vogel die zijn vleugels aan de zon verbrand had en nu opnieuw moest leren vliegen.
De Schepper wil ons grote daden zien verrichten. Hij wil dat wij de wereld veroveren en verbeteren.
In de hemelse boekhouding wordt berouw veel meer gewaardeerd, dan het burgerlijke leven van iemand die zich aan alle regels houdt.
Was een leven zonder verandering niet hetzelfde als al dood zijn tussen de levenden?
Kennis werd pas echt als je zelf in staat was die aan iemand anders over te dragen
*** In deze roman wordt het leven van Chaim Vital beschreven in tweeënzeventig hoofdstukken, die als titel allemaal een geheime naam van God dragen. Chaim Vital woont midden 16e eeuw in Tsfat in Palestina, samen met zijn vader, moeder en halfbroer Josjoea. Als hij vijftien is stort hij zich op de alchemie, tegen de zin van zijn vader, die wil dat zijn zoon zich verdiept in de Tora Als ze tijdens een wandeling weer eens ruzie krijgen over dit beladen onderwerp raken ze verwikkeld in een vechtpartij en stort zijn vader in het ravijn. "Een ongeluk" noemt Chaim het, terwijl hij beter weet.
Vanaf dat moment begint Chaim de Kabbala te bestuderen, hoewel de studie eigenlijk voorbehouden is aan stabiele, gesettelde mannen vanaf veertig. Via enkele andere leraren komt hij in de groep van rabbi Cordovero terecht, de beroemde kabbala-meester van Tsfat. Chaim is arrogant en ervan overtuigd dat hij als enige Cordovereo echt begrijpt; hij rekent erop aangewezen te worden als zijn opvolger. Als deze hem volledig onverwacht opdraagt in de leer te gaan bij Itschak Luria, een kabbalist uit Egypte, is hij razend. Itschak wordt in Tsfat gezien als een charlatan en Chaim schaamt zich bij zo iemand zijn studie te moeten voortzetten, hij zal door al zijn studiegenoten belachelijk gemaakt worden. Het eerste bezoek aan het huis van Itschak maakt hem duidelijk dat Cordovero het bij het rechte eind had. Itschak blijkt inderdaad een buitengewone man, van wiens inzichten Chaim veel kan leren. Chaim, de jonge kabbalist uit de zestiende eeuw, heeft grote dromen. Hij wil de kabbala, tot dan een mystieke leer voor enkele ingewijden, toegankelijk maken voor alle mensen. De inzichten wil hij voor het eerst in de geschiedenis helder op papier zetten. Chaim vindt in Itschak Luria de meester die hem alle antwoorden op zijn vragen kan geven.In ruil daarvoor is Chaim bereid alles te doen. Maar dan wordt hij hevig verliefd op de vrijgevochten dochter van zijn leraar. Een meisje dat door haar vader is voorbestemd om met een ander te trouwen. Welke opdracht is dwingender? Het ervaren van de ultieme liefde, of het antwoord vinden op de vragen van de mensheid?
Itschak heeft echter het gebrek dat hij zijn gedachten niet bij kan houden en ze daardoor nooit op schrift kan stellen. Hij wijst Chaim aan om zijn woorden en gedachten op te schrijven. Chaim zegt zijn baan op, leeft in armoede en onder de hoede van Anna, zijn hospita, wijdt hij zich volledig aan zijn taak.
Hier begint de belangrijke taak voor Chaim. De kabbalalessen zijn zwaar en ingewikkeld. Er een coherent boek van maken is allesbehalve een makkelijke opgave. Bovendien voert hij een innerlijke strijd met zichzelf waardoor hij regelmatig de kabbalawijsheid uit het oog verliest en gegrepen wordt door twijfel en verlangens. De grootste test komt echter op het moment dat het boek af is. Luria claimt het als zijnde van hem met het zogenaamde doel Vital het ultieme offer te laten brengen: dat van zijn ego.
Chaim blijft worstelen met zijn arrogantie en egoïsme en deze strijd komt tot een hoogtepunt als Itschak buiten zijn medeweten, terwijl Chaim zwaar ziek is, zijn boek laat kopiëren onder zijn eigen naam. Chaim voelt zich verraden en vertrekt met Francesa, wiens echtgenoot inmiddels aan de knekelkoorts is overleden, naar Jeruzalem. Onderweg verbranden ze alle boeken die Itschak heeft laten overschrijven; door dit gebaar keert Chaim de kabbala volledig de rug toe. In Jeruzalem heeft Chaim een extatische, diepreligieuze, ervaring. Als hij daarna terugkomt in de stad treft hij daar Esther, een oude vriendin uit Tsfat, die een ongeschonden exemplaar van zijn boek bij zich heeft. Alle vreugde hierover wordt echter tenietgedaan als ze Francesa vinden, gedood door de schorpioenen die Zimra, de rivaal van Itschak, rond haar losgelaten heeft. Diepbedroefd keert Chaim alleen terug naar Tsfat.
Het bovenstaande is alleen de grote verhaallijn. Naast diverse zijlijntjes bevat het boek vooral ook gedachten over én uit de Kabbala. Deze ideeën zijn in een boekverslag helaas slecht tot uitdrukking te brengen. De gedachten rond het streven naar evenwicht, de eeuwig voortgaande schepping en de heelheid van alle dingen zijn erg mooi.
Geert Kimpen was gegrepen door de raadselachtige levensgeschiedenis van Chaim Vital, wiens boeken nu pas onder een groter publiek bekend worden. Hij reisde naar Israël, Egypte, Amerika, Engeland en Frankrijk, en verruilde vervolgens zijn hectische bestaan van theaterregisseur voor dat van de stilte van de schrijftafel. Het resultaat is het op ware feiten gebaseerde, inspirerende levensverhaal van Chaim Vital: De kabbalist.
, met daarin de nodige ideeën waarover de lezer verder na kan denken. Ook nodigt het boek uit om verder op onderzoek uit te gaan naar de kabbala en aanverwante zaken betreffende joodse mystiek. De bibliografie achter in het boek kan hierbij zeker helpen.
De Kabbalist is een opvallend boek te noemen alleen al vanwege zijn ontstaansgeschiedenis. Het spiegelt als het ware zijn inhoud en dat is een griezelig, maar tegelijkertijd prachtig gegeven. Stel je voor dat dit boek er (net zoals het boek dat Vital zo veel jaren geleden schreef) inderdaad moest komen, dat de mensheid opnieuw de kans krijgt kennis te nemen van deze oude esoterische stroming en van Chaim Vitals aandeel daarin. Stel je voor dat de krachten van het universum samengewerkt hebben dit boek tot stand te brengen! Dan heeft God Kimpens verzoek in ieder geval gehoord. In dat geval heeft Kimpen een heel belangrijk boek geschreven!
Paulo Coelho is een van de favoriete schrijvers van Kimpen en dat is te merken aan zijn schrijfstijl. Hij schrijft bloemrijk, maar enigszins moralistisch. Daar moet je van houden, de moraal druipt er in beeldende zinnen van het papier. De wijsheid is niet verborgen, je hoeft er niet naar op zoek. Dit boek reikt antwoorden aan. Dat is prachtig voor degenen die ze aanpakken, voor de rest zijn het waarschijnlijk parelen voor de zwijnen. De gelaagdheid van het boek zal niet door iedereen worden ontdekt. De oppervlakkige lezer zal er gewoon een boekje over vroeger in lezen. Desalniettemin is dit een belangrijk boek. Kimpens leermeester schijnt zelfs een film en groot succes voorspeld te hebben. De rechten van De Kabbalist zijn al verkocht aan Scandinavië en het boek is in Nederland inmiddels toe aan zijn derde druk. Dit boek bevat misschien wel een kabbalistische schat aan wijsheid voor de gehele mensheid!
Heeft u ook altijd een droomwens gehad waaraan u nauwelijks durft te denken omdat u uzelf ervan overtuigd hebt dat het toch niet mogelijk is? Volgens de kabbala is het onze taak als mens de best mogelijke vorm van onszelf te worden en ál onze dromen te creëren. Het goede nieuws is dat daarvoor ook een handleiding bestaat. Een wens creëren, werkt namelijk volgens dezelfde principes als waarin de schepping zelf tot stand is gekomen. Wijze kabbalisten hebben dit systeem geanalyseerd en praktisch toepasbaar gemaakt. Aan de hand van zijn eigen verhaal legt auteur Geert Kimpen (van de roman "De Kabbalist") u uit hoe u met de 10 wetten uw onmogelijke droom waarheid kunt maken .
Geert Kimpen :1965
Geert Kimpen (1965) , van oorsprong Vlaming, maar al weer jaren wonend in Nederland ,volgde de regieopleiding aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten. Hij schrijft sinds 1993 in Vlaanderen en Nederland voor toneel, cabaret en televisie, daarnaast ook columns en verhalen. De kabbalist is Kimpens eerste roman, en is inmiddles al aan verscheidene Europese landen verkocht. In het boek beschrijft hij het levensverhaal van Chaim Vital, de man die de kabbala ontsluierde. Kabbala is op dit moment helemaal hot in Hollywood, vooral omdat Madonna de denkwijze volgt, belijdt en probeert te verspreiden. "De kabbala geeft antwoord op alle levensvragen", zo is Kimpen overtuigd. De oud-theatermaker werd gegrepen door het verhaal van een oude Russische kabbalmeester en besloot een boek te gaan schrijven over Vital. "Ik wil graag uitleggen wat de kabbala kan betekenen voor ieder mens afzonderlijk. Hoe het je uitdaagt, hoe het je inspireert om de best mogelijke vorm van jezelf te worden." Met passie, humor en relativeringszin vertelt Geert Kimpen zijn verhaal. Na dat verhaal hoeft u niet bang te zijn dat u móet zijn bekeerd. Maar laat hem wel zijn verhaal doen! Geert Kimpen, theatermaker, schreef 30 theaterprogramma's voor diverse Nederlandse gezelschappen. Behalve toneelstukken schreef Kimpen ook voor verschillende bladen. In 2000 schreef hij samen met zijn vrouw, de auteur Christine Pannebakker, Het Liefdesdagboek, dat op ontroerende wijze verslag doet van hun liefdesleven. Zijn boek De kabbalistverscheen in 2006.
Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
"Oorlog: een laffe vlucht uit de problemen van de vrede."
De vrouw is het enige geschenk dat zichzelf verpakt.
Hondenleven
Lekker slapen, heerlijk zacht, stilletjes liggen, weinig gapen. op tijd je eten, wat had je gedacht? Een wandeling elke dag Poezen pakken als het mag. Boze dieven buiten gooien, altijd weg met vlooien. Vertroeteld worden door de baas, konijntjes vangen en soms een haas. Nooit in de kou een beentje kluiven, rollebollen en springen naar de duiven. Putten graven, liefst heel diep en hopen dat 't baasje ze niet ziet. En heel soms in 't bedje slapen, Zachtjes dromen van mijn vriendjes en alle lieve kindjes. Wat is het fijn, hier een hond te zijn.
ZO - heb het weer eens gelapt zé ! ruitenlappen , zooitje van niets
Tezamen aan de dis gezeten zijn wij verzoend met ons bestaan , zolang wij niet bij ons geweten en bij ons hart te rade gaan.
Heere Heeresma
Paul Auster
James Patterson
John Le Carré
Lezen vrijwaart je van gekooide gedachten .
"Bij processen van terroristen zit de zaal bomvol."
Ervaring is eenvoudig de naam die we aan onze fouten geven.
Dankbaarheid is een bloemke , dat in weinig hoven bloeit. -Guido Gezelle.
Emoties, ach,mevrouw, emoties Zijn zo vies ; vis die niet kan zwemmen In mijn uitgekookte zee van ironie .
Armoede brengt volkeren tot revoluties en revoluties brengen het volk weer tot armoede .
Je kunt wel roepen dat je op het juiste spoor zit, maar daar schiet je niks mee op, als de trein stil staat.
Neem eens afstand, dat geeft meer zicht.
Sommige mensen worden zozeer bewierookt dat ze de verstikkingsdood sterven.
Humor is de zwemgordel op de rivier van het leven
Alleen een gek voelt
met beide voeten
hoe diep het water is
Als iemand bij me aanbelt, doe ik altijd mijn jas aan voordat ik de deur open doe. Minder leuk gezelschap zeg ik: "Sorry, ik moet juist weg." Wel leuk gezelschap: "Wat leuk, ik kom net thuis."
"Een bibliothecaris is een boekhouder."
Want men moet nooit te lang verwijlen In den warmen schoot van 't geluk : De schoonste illusies verijlen Onder een voortdurenden druk.
Moeilijker dan leven zonder toekomst is leven zonder verleden. .
Wie twijfelt aan zijn eigen eerlijkheid begint eerlijk te zijn
John Grisham
Er is iets dat de voortijden ons leren En ook de zon die net is opgegaan . Het eeuwige lot der mensen is ontberen, Je hebt alleen wat je kunt laten staan.
Door al wat je bezit laat je je leiden, En waar je meester bent, en je ook knecht, Behoefte ziet zich van genot gescheiden, En plicht hecht zich meteen aan ieder recht.
Als men de taal met een handschoen vergelijkt, die om een inhoud getrokken is, dan past de Duitse, Franse en Italiaanse te ruim, de Nederlandse te strak, terwijl de Engelse als gegoten zit.