Zwart water
van Kerstin Ekman
Oorspronkelijke titel : " Händelser vid Vatten "
Uitgeverij : Bert Bakker- Amsterdam 1995
Paperback ; 376 pag.
Vertaling : Mariet Senders .
ISBN / 978-90-351-1406-7
***
Op midzomeravond worden twee kampeerders in Noord-Zweden vermoord. De dader wordt niet gevonden. Na verloop van tijd keert de rust in de streek ogenschijnlijk terug, maar onder de oppervlakte blijft de dubbele moord de bewoners in zijn greep houden. Het wordt duidelijk dat bijna iedereen tegen de politie gelogen heeft of dingen heeft verzwegen om zichzelf of anderen te beschermen. Jaren later denkt iemand een aanknopingspunt te hebben gevonden voor de ware toedracht.
In deze fascinerende roman, inmiddels in vele talen vertaald, herkent een vrouw zo'n achttien jaar na een afschuwelijke moord op twee jonge mensen het gezicht van iemand die wellicht de dader was. Hierna volgt de hele historie, gezien vanuit vele personen, die elk op hun eigen manier een tipje van de sluier oplichten. Het boek laat zich op verschillende niveaus lezen: het is een bijzonder spannende detective, het kan onder de literatuur 'met een hoofdletter' worden gerekend én het is een boeiende familieroman . Het karakter van het Zweedse dorp, dat tegen de grens van Noorwegen aanligt, en waarin spanningen tussen Noren, Zweden, Lappen en Finnen voelbaar zijn, wordt goed weergegeven. Vooral het leven met de natuur, de wisseling van de seizoenen, de symboliek, worden prachtig uitgebeeld. De jaren '70 zijn duidelijk aanwezig. De schrijfster houdt het verhaal, ondanks de functionele uitweidingen, strak in de hand.
.Annie Raft verhuisd samen met haar dochter Mia naar Stjärnberg-commune, waar haar man Dan al woont. Als Dan hun niet komt ophalen op het afgesproken tijdstipbesluit Annie samen met Mia het eerste stuk te liften, en daarna verder te lopen naar de commune, langs het meer. Als ze langs het meer lopen komen ze op een gegeven moment langs een tent. Als Annie de tent beter bekijkt krijgt ze de schok van haar leven, in de tent liggen twee vermoorde mensen, de tent is doorzeeft met messteken. Annie rent weg, terug naar Mia, die een eindje verderop op haar staat te wachten. Als ze verder de helling op lopen horen ze iemand aankomen, snel duiken ze de bosjes in, dan komt Johan langs. Annie onthoudt zijn gezicht en verteld later aan de politie dat ze hem gezien heeft. Johan is ondertussen gevlucht, niet omdat hij de moorden gepleegd heeft, maar omdat zijn moeder hem voor zijn broers heeft gewaarschuwd, ze wilden hem weer een lesje leren, hij wordt door hen namelijk gezien als het watje van de familie. Ondertussen wordt hij door zijn verdwijning wel onmiddellijk verdacht. Johan lift tijdens zijn vlucht mee met een vrouw, Ilja, zij laat hem in een hutje vlak bij haar huis wonen, onder de voorwaarde dat hij zorgt dat hij niet ontdekt wordt. Op een gegeven moment wil hij weg bij Ilya, maar hij heeft er de kracht niet voor, pas als ze leest over de moorden bij het meer stuurt ze hem zelf weg. Zijn moeder, Gudrun, haalt hem op en brengt hem naar zijn tante, waar hij moet gaan wonen, want ook zijn moeder denkt dat hij de moorden heeft gepleegd, zelf weet hij nog steeds van niets. Jaren later is de relatie tussen Annie en Dan op de klippen gelopen, Annie voelde zich totaal niet thuis in de commune en is dus ook samen met Mia verhuisd. Als Annie Mia op een avond thuis hoort komen hoort ze dat er een man bij is, als ze gaat kijken herkent ze Johan, Mia heeft een relatie met hem. Hiervan schrikt Annie enorm, de moord is in al die jaren nog steeds niet opgelost en Johan was al die tijd spoorloos. Ondertussen krijgt Annie een relatie met de pillendokter Birger, een man die ook gescheiden is, net als Annie. Ze vertelt hem dat ze Johan heeft gezien, en dat hij een relatie heeft met Mia. Annie is ervan overtuigt dat Johan de dader is, dit tot onvrede van Gudrun, die ondertussen een goede vriendin is van Annie. Dan verdwijnt Annie, Birger is in alle staten, Johan, Mia en Birger gaan haar zoeken, uiteindelijk vinden ze haar vermoord in het water. Birger zweert dat hij niet zal rusten voordat hij de moordenaar heeft gevonden. Op zijn zoektocht ontdekt hij uiteindelijk wie de moordenaar van Annie is, maar niet alleen dat, hij ontdekt ook dat Johan helemaal niet de eerste twee moorden gepleegd heeft, maar dat zijn broer, Björne de dader is. Zijn motief voor de moorden was zijn haatgevoelens jegens, Lill-Ola Lennartsson, de man van wie de tent was. Lill-Ola ving namelijk jonge roofvogels om te verkopen voor grof geld. Toen Björne de tent zag staan dacht hij dat Lill-Ola in de tent lag. Pas nadat hij de tent doorzeefd had zag hij dat niet Lill-Ola, maar twee toeristen in de tent lagen. Björne vlucht zodra hij lucht krijgt van zijn verdenking, maar wordt uiteindelijk toch opgepakt, als hij zwaargewond bij Birger komt binnenlopen. De moordenaar van Annie blijkt de moeder van Johan, Gudrun, te zijn. Uit liefde voor haar zoon Johan, die zij zelf ook verdacht van de moord op de twee toeristen bij het meer, vermoord ze Annie, ook al zijn ze goed bevriend. Gudrun wist van Annies plan om naar de politie te gaan en Johan aan te geven. Om Johan hiervoor te behoeden, niet wetend dat Björne de eigenlijke dader is, vermoord ze Annie.
Zwart water is een roman over deze tijd en het duister in onszelf, waarvoor Ekman de rekwisieten van de misdaadroman heeft gebruikt. Geboorte en dood, liefde, seksualiteit en misleiding, menselijk onvermogen, de weg van het geheugen, verarming, vernietiging van de natuur, angst en bekrompenheid zijn thema's die in het verhaal zijn verweven. Met een verrassende, ironische speelsheid midden in een letterlijk dodelijke ernst weet Ekman alledaagsheid en mythe, tragedie en trivialiteit samen te vlechten tot een spannende, fijngevoelige, virtuoos geschreven roman, een voortdurend spel tussen licht en donker, rust en activiteit, gladde oppervlakte en peilloze diepten.
Kerstin Ekman is geboren in 1933 te Risinge in östergötland. Ze werd in 1978 lid van de Zweedse Academie (de derde vrouw na Selma Lagerlöf en Elin Wägner), maar stelde naar aanleiding van de Rushdie-affaire haar lidmaatschap op non-actief (1989). Na een reeks zeer populaire detectiveromans publiceerde zij in 1970 een biografie over de Zweeds-Amerikaanse anarchist Joe Hill (Menedarna). Met een driehoeksdrama, spelend op het platteland, Mörker och blåbärsris (1972), startte zij haar carrière als literair romancière.
In het vierluik kvinnorna och staden dat bestaat uit de boeken Heksenkringen, 1974), De springbron, 1976), Engelenhuis (1979) en Een stad van Licht (1983) schetst ze een beeld van het harde leven van arbeidersvrouwen van vijftig tot 100 jaar geleden. Vanuit het perspectief van een aantal vrouwen volgt ze de ontwikkeling van de industrialisatie in een plaatsje in Zweden (Katrineholm).
In 1988 verscheen een trollenverhaal, (De Dwaas) dat 500 jaar Zweedse cultuurgeschiedenis omvat met als hoofdthema de tegenstelling tussen natuur en cultuur.In 1993 brak zij internationaal door met de thriller Zwart water, 1993). Hiervoor ontving ze in 1993 de Augustpriset.
Tussen 2001 en 2004 verscheen de trilogie Wolfshuid Wolfshuid), Het laatste hout, en Krasloten. Hierin volgt ze de geschiedenis van enkele bewoners van Svartvattnet, een plaatsje in Jämtland.
Bibliografie :
1959, 30 meter mord
1960, Han rör på sig
1960, Kalla famnen
1961, De tre små mästerna (Onder de sneeuw - 1997)
1962, Den Brinnande Ugnen
1963, Dödsklockan (Doodsklokken - 1999) (Het spoor in de sneeuw - 1963)
1967, Pukehornet
1970, Menedarna
1972, Mörker och blåbärsris
1974, Häxringarna (Heksenkringen - 1984)
1976, Springkällan (De Springbron - 1985)
1977, Vykort från Katrineholm (beperkte oplage), verhalen
1979, Änglahuset (Het engelenhuis - 1998)
1983, En stad av ljus (Een stad van licht - 1999)
1986, Hunden, novelle (De Hond - 1999)
1988, Rövarna i Skuleskogen (De Dwaas - 1995)
1990, Knivkastarens kvinna
1993, Händelser vid Vatten (Zwart water - 1994)
1996, Gör mig levende igen (Breng mij weer tot leven - 1997)
1999, Guds barmhartighet - Vargskinnet (Wolfshuid - 2001)
2000, Urminnes Tecken (Oertekens - 2002)
2002, Sista Rompan. Vargskinnet (Het Laatste Hout - 2003)
2003, Skraplotter (Krasloten - 2004)
2007, Herrarna i skogen, essays
|