" De verdronkene " -2005
Uitgeverij : Contact.
"Margriet de Moor schetst in stemmig, sensitivistisch proza, dat trefzeker de complexe ervaringswereld van de personages oproept"
*** "Op maandag trekt een kleine storing boven de Straat van Labrador richting West-Europa. Diezelfde dag vraagt Armanda aan haar zus Lidy om komend weekeinde een kleine verplichting van haar over te nemen: het bezoek aan een petekind in Zeeland. De vraag van Armanda is een beetje boosaardig, zoals dat onder zussen gaat, maar staat niet in verhouding tot wat de over de Atlantische Oceaan naar het oosten trekkende storing er vervolgens van maakt. Zaterdag 31 januari 1953. In het rustige besef dat Armanda op haar kind zal passen en de avond zal doorbrengen met haar man, reist Lidy naar Zierikzee. Zij belandt in de stormvloed die Zuidwest-Nederland van de kaart zal vegen. De verdronkene is, zoals vaker in het werk van Margriet de Moor, een boek dat met de onrustbarende gedachte speelt dat je in plaats van in dit ene levensverhaal evengoed in een ander terecht had kunnen komen."
Margriet De Moor : 1941
Margriet de Moor (Margaretha Antonette Neefjes) werd op 21 november 1941 geboren in Noordwijk, als vierde kind in een katholiek gezin met tien kinderen. Na de MULO en de HBS wilde ze eigenlijk psychologie gaan studeren, maar het werd het conservatorium in Den Haag. Aanvankelijk studeerde ze piano, maar na twee jaar stapte ze over op zang, met een uitgesproken voorliefde voor het twintigste-eeuwse repertoire. Ze specialiseerde zich in muziek van avant-gardecomponisten als Schönberg en zijn leerlingen Webern en Berg, en van Franse componisten als Satie en Debussy. Vanaf 1968 trad ze regelmatig op als zangeres. Het was aan het Haagse conservatorium dat De Moor in aanraking kwam met de literatuur. Uit haar literaire voorkeuren spreekt diezelfde aandacht voor vorm: Borges, Ionesco, Beckett. Gerard Reve beschouwt ze als haar favoriete Nederlandse auteur, vooral om zijn stilistisch vermogen. Eind jaren zeventig studeerde ze enige tijd kunstgeschiedenis en archeologie aan de Universiteit van Amsterdam. Ook deze studie was belangrijk voor haar literaire carrière: in interviews heeft Margriet de Moor bij herhaling verklaard dat ze tijdens deze studie goed en helder schrijven heeft geleerd, met vermijden van lege woorden en jargon. Met haar man, de beeldhouwer Heppe de Moor, startte ze in 1984 in 's-Graveland een kunstenaarssalon. (Heppe illustreerde het omslag van Eerst grijs dan wit dan blauw). Voor de bijeenkomsten in deze salon maakte ze een aantal film- en videoportretten van de exposerende beeldende kunstenaars. Een jaar later begon ze, naar eigen zeggen van de ene op de andere dag, met schrijven, eenvoudig omdat de subsidie voor de videoportretten werd stopgezet.Na een mislukte poging tot het schrijven van een roman resulteerde dit in 1988 in de verhalenbundel Op de rug gezien, die prompt genomineerd werd voor de AKO Literatuurprijs 1989 en bekroond werd met het Gouden Ezelsoor voor het best verkochte debuut. Ook haar volgende boeken vielen in de prijzen: voor de verhalenbundel Dubbelportret (1989) kreeg ze de Lucy B. en C.W. van der Hoogtprijs, voor de roman Eerst grijs dan wit dan blauw (1991) de AKO Literatuurprijs 1992. Daarna verschenen nog De virtuoos (1993), Ik droom dus (1995), Hertog van Egypte (1996) en Zee-Binnen (1999). Haar werk kreeg de kwalificatie 'sensitivistisch' mee en het roept herinneringen op aan het impressionisme in de literatuur, de schilderkunst en de muziek uit het laatste kwart van de negentiende eeuw en het begin van de twintigste eeuw. In het algemeen was het impressionisme een sterk gevoelsmatige, zintuiglijke kunstopvatting, waarbij meer dan de inhoud de vorm van belang was, met een sterke gerichtheid op licht- en kleurschakeringen. In plaats van een logische ordening stond in het literaire impressionisme een gevoelsmatige ordening voorop, die zich uitte in een verregaande fragmentering van de vorm. Het sensitivisme was een verdere verheviging hiervan: impressies en gevoelens werden zo nauwkeurig mogelijk verwoord.
Aan beginnende schrijvers geeft ze de goede raad :
"Zie het luchtig, beschouw het als een mengeling van luchtigheid en ernst, en begin nooit met iets uit je eigen leven te beschrijven
Tegenwoordig woont Margriet de Moor in Amsterdam; haar man overleed eind februari 1992.
Citaten :
Het is een misverstand te denken dat het schrijven zoveel van doen heeft met het leven. Het heeft veel meer van doen met de literatuur, met boeken die al bestaan, met andere literaire figuren, met andere gebeurtenissen die in romans voorkomen".
"Mijn creatieve denken is volledig opgebouwd uit muzikale vormen, maar ik zou nooit proberen, het zelfs een beetje naïef vinden, een bepaalde muzikale vorm direct over te brengen naar literaire verhalen of een roman."
Ik heb een behoorlijke weerzin tegen het analyseren van mijn eigen werk. Ik hoef het niet zo nodig te begrijpen. Dat begrijpen is zo beperkt. (...) Lezen, en ook leven, is ervaren en dat gaat heel wat verder dan begrijpen."
Bibliografie :
Op de rug gezien (1988, verhalen) Dubbelportret (1989,novellenbundel) Eerst grijs dan wit dan blauw (1991,roman) De virtuoos (1993,roman) Ik droom dus (1995, verhalen) Hertog van Egypte (1996, roman) Zee-Binnen (1999, roman) Verzamelde verhalen (2000, bundel) Kreutzersonate (2001) De verdronkene (2005) De kegelwerper (2006)
|