Wit-Rusland, onbekend en onbemind. Zo onbekend zelfs dat vele van het Wit-Russische bestaan niets afweten, of denken dat het gewoon een deeltje van Rusland is. Zo onbekend zelfs dat zelfs de fervente Oostblok-reiziger er zelden voet aan wal zet. Niet dat wij ons nu al tot een fervente Oostblokreiziger zouden kronen of dat we zelf slechts bij het voorbereiden van onze trip het bestaan van dit land leerden kennen, toch zijn we nu vastberaden om het mysterie Wit-Rusland/Belarus in eigenste persoon uit te gaan dokteren.
Allereerst de spectaculaire grensovergang. Wetende dat dit land onder het mom van de laatste dictatuur uit Europa een soort versterkt fort maal 100 is, gewapend met ons in Brussel afgehaalde visum en onze breedste glimlach alsook ons meest geduldige humeur, mag gezegd worden dat dit één van de meest spectaculaire overgangen was, juist omdat de grensovergang allesbehalve spectaculair was. Zelfs een beetje teleurgesteld mochten we al na een uurtje aanschuiven, een minuscule controle (opentrekken van deuren en koffer zou je zelfs geen controle kunnen noemen) en het afsluiten van een speciale Wit-Russische medische verzekering het magische land Wit-Rusland betreden. (alsof onze eigenste Europa Assistence verzekering niet de hele wereld covert
alsof Wit-Rusland dus naar eigen zeggen niet tot de wereld behoort.)
Eerste indrukken: netjes, netjes, netjes! Alsof alle straatvegers, schooiers en Poolse poetsvrouwen hier elk uur een grondig kuisoffensief vereffenen. Alles is netjes! Geen papiertje op de grond, geen sprietje onkruid tussen de ordelijke roos-grijze tegeltjes, en tengevolge (of juist omdat) op elke straathoek een vuilbak.
Wat valt nog op: Lenin. Of beter: Lenin is terug, en deze keer is hij nog groter, nog trotser en nog uitgestrekter dan ooit. Elk uit de kluiten gewassen dorp en elke stad heeft hier datzelfde centrale roos-grijze plein met daarop een groter-dan-mensen Lenin op een enorme roosmarmeren sokkel, met liefst nog een tweetal oorlogsmonumenten en dito rode sterren in de buurt of een hamer-en-sikkeltje her en der neer gepland. Maar bijna tegelijkertijd dat we onze eerste Wit-Russische Lenin tegenkomen, passeert er ook een jongeheer met dreadlocks over het megalomane plein. U zegt: so what? Maar wij zeggen: uh!! Zelfs in de meest Westerse Oosterse Europese landen kwamen wij zelden tot nooit een dreadlock tegen, of deze bevond zich in het haar van een dronken bedelaar/toerist. Dus om in dit land dat dweept bij Rusland, vervlogen communistische tijden, anti-Westen, dictatuur, noem maar op, al na een uurtje rondwandelen een groepje skatende jongeren, rastas, gothics en wat heb je nog voor subculturen tegen het lijf te lopen? Daarvoor moet je echt ter plaatse komen kijken.
|