Ik ben Hellemans Karl, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Cladonia.
Ik ben een man en woon in Schilde () en mijn beroep is Zoeken naar verwondering.
Ik ben geboren op 19/05/1938 en ben nu dus 86 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Zie link naar Natuurgidsen Schilde.
Natuur
en natuurbeleven
18-07-2009
Een dode mol
Hier is een dode Mol ten prooi van de Kale rode bosmier. Indrukwekkend zijn toch de klauwenaan de voorpoten van de Mol waarmee hij zijn gangen graaft om o.a. voedsel te zoeken. Steeds even klikken op de foto om uit te vergroten!
Sons kom je ook al eens een dood diertje tegen. Hier een dode muis. Deze muis levert dan weer voedsel aan, voor zover we kunnen uitmaken, de Kale rode bosmier. Deze is niet behaard, terwijl andere Rode bosmieren dat juist wel zijn.
Hier treffen we een oud omhulsel of "harnas" van een nimf. Deze larven of nimfen leven één tottwee jaar in het water waar ze o.a. kikkervisjes vangen en eten. Vroeg in de zomer, wanneer ze volgroeid zijn, komen deze nimfen uit het water gekropen waarna de huid openbarst (bovenaan het borststuk achter de aanzet van de vleugels) en de libel te voorschijn komt. Hier is het van een libel omdat het achterlijf dikker is dan die van de waterjuffer. De waterjuffer heeft achteraan ook drie opvallende tracheekiewen die we hier dus ook niet zien.
De Grote wederik (Lysimachia vulgaris) heeft zijn bloemen in grote eindelingse pluimen.Maar hij geeft geen nectar zoals de meeste bloemen maar wel olie. Een gespecialiseerd bijtje komt daar de olie uit puren en gebruikt ook het stuifmeel . Tijdens de vlucht van het bijtje zal het deze beide (olie en stuifmeel) opstapelen in een korfje aan de achterpoten, zoals de bijen dat ook doen met stuifmeel. Deze brij ziet er wit uit. Daarom heeft dat bijtje van achter twee witte klompjes aan de achterpootjes en noemt men het ook toepasselijk: "Slobkousbijtje." Dit bijtje leeft dan ook tijdens de bloei van de Grote wederik, om zijn kroost te voeden.