Ik ben Hellemans Karl, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Cladonia.
Ik ben een man en woon in Schilde () en mijn beroep is Zoeken naar verwondering.
Ik ben geboren op 19/05/1938 en ben nu dus 86 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Zie link naar Natuurgidsen Schilde.
Natuur
en natuurbeleven
08-05-2014
Witte schotelkorst
"De "Witte schotelkorst" (Lecanora chlarotera) is van ver al wat duidelijker op te merken op en boomstam. De thallus is korstvormig (ligt op de boomschors) is glad en wat opgebartsten in areolen en is wit (vandaar de naam). De vruchtlichamen (apotheciën) hebben en witte rand en droog zijn deze lichtbruin tot bruin en niet berijpt (er ligt geen wit poeder op). Dit licheen is nogal algemeen en bijna overal aan te treffen op goed belichte loofbomen.
"Bolle schotelkorst" (Lecanora symmicta) valt niet zo op. Het thallus (lichaam van het licheen) is glad tot wat korrelig en geelgroen tot geelgrijs. De vruchtlichamen (apotheciën) kunnen tot 1 mm groot worden en zijn meestal bol (vandaar de naam). De kleur van deze apotheciën is bleekbruin tot wasachtig geel. De rand is niet vlug te zien omdat die verdwijnt en die is bleek. Op goed belichte schors van allerlei boomsoorten komt het voor. In "bijlage" nog een opname, samen met de "Ammoniakschotelkorst" (het groenige gedeelte).
"Wrattig bekermos" (Cladonia monomorpha) is ook te vinden in zandverstuivingen in de heide. De bekers vooral vallen op. Ze zijn grijsgroen en soms wat bruin aangelopen. Ook relatief breed en de binnen- en buitenkant zijn vooral bezet met beschorste platte tot bolle vlakjes, die niet soredieus zijn. Aan deze beschubde bekers zijn zij wel te herkennen. In "bijlage" nog een opname van deze toch wel vrij zeldzame "Cladonia"!
Het "Hamerblaadje" (Cladonioa strepsilis) heeft nogal grote grondschubben, tot 2 cm hoog en 0,5 cm breed. Deze zijn grijsgroen tot donker olijfgroen en opvallend dik en gebobbeld. Dit laatste kenmerk wordt wel eens omschreven als "gedreven met een hamer". Vandaar heeft het natuurlijk ook zijn Nederlandse naam gekregen. Dit "gebobbeld" zijn, is natuurlijk ook een goed kenmerk om het te herkennen. Het is in stuifplekken van heideveldjes te ontdekken, zoals zo vele "Cladonia's".