ANTWERPEN (Kerknet) - Dinsdag avond organiseerde de Vereniging voor Promotie en Communicatie (VEPEC) in aanwezigheid van kardinaal Godfried Danneels een debatavond rond het thema 'Kerk & Media'. De eerste gastspreker was Chris Van Roey. Hij is verantwoordelijk voor de communicatie bij Mobistar. Van Roey vroeg zich af waarom de kerk niet zo populair is als de kardinaal. Als antwoord op vraag 'hoe kan de kerk in Vlaanderen aan sympathie winnen?' presenteerde hij een strategische nota met enkele aanbevelingen. De analyse van Van Roey werd met cijfermateriaal ondersteund door het marktonderzoek van Ben Decock van het onderzoeksbureau &Compagnie. In vergelijking met een gelijkaardig onderzoek uit 1998 bleek dat de populariteit van de kerk slechts heel lichtjes erop is vooruitgegaan, terwijl die van de kardinaal sterk gestegen is. Nochtans heeft de kerk een ijzersterke boodschap waaraan zelfs veel nood is in de huidige samenleving. De kerk beschikt met andere woorden weliswaar over een sterke identiteit, maar ze kampt met een slecht imago. In marketingtermen is de reden daarvoor onder meer dat de kerk af te rekenen heeft met een communicatieprobleem.
Durf Iedereen keek uit naar de 'reclamecampagne voor God', voorgesteld door Harry Demey van het reclamekantoor LDV United. Op basis van de bevindingen van Van Roey en Decock ontwierpen zij drie reclamecampagnes om God opnieuw bespreekbaar te maken op een frisse manier die door de modale Vlaming geapprecieerd zou kunnen worden. Het uitgangspunt van de eerste campagne, met als centrale slogan: 'Durf geloven', gaat uit van het feit dat meer dan de helft van de Vlamingen zich als gelovig bekent. Vaak gaat dat geloof niet verder dan dat men in iets gelooft, het zogeheten 'ietsisme'. De campagne speelt daarop in met slogans als: 'Leven als iets in Frankrijk? Iets zij dank? Iets beware u? Iets en klein pierke? ...
God & mens De tweede campagne werd door het publiek als iets moeilijker ervaren. Uitgangspunt hier is dat het onderzoek uitwees dat mensen eerder bereid zijn om in iets abstracts te geloven dan wel in iets concreets: de hemel ja, maar de bevolking ervan door engelen eerder niet. Bovendien wilde men niet tegen de borst stoten van de hedendaagse wetenschappelijke opvattingen. Dat blijkt duidelijk uit slogans als "Met die engeltjes wou ik eigenlijk gewoon zeggen dat er altijd iemand over je waakt." Het centrale motto van de tweede campagne luidt "God. Ik ben ook maar een mens".
Dichtbij de mensen De derde campagne ten slotte speelt in op het antidogmatisme van vele mensen die beweren nog gelovig te zijn. God wordt er gepresenteerd als iemand die zeer dicht bij de mensen staat. Dat uit zich in slogans als: 'Ik verwacht u zondag in de kerk . als Beerschot niet speelt', 'Gij zult niet stelen, wacht liever op de wintersolden' of nog 'Spreek me niet van de jeugd die zweeft, mijne kleine zei ook dat hij over water kon lopen'. Jan-Willem Wits, hoofd pers en communicatie van de Nederlandse bisschoppenconferentie, vertelde over enkele marketingprojecten in de Nederlandse rooms-katholieke kerk. Hij hield een warm pleidooi voor creativiteit en durf. Met weinig middelen kan immers heel wat verwezenlijkt worden.
Prijskaartje De avond werd besloten door een interview van Kathleen Cools (VRT) met kardinaal Danneels. Zij moest trachten te weten te komen of hij gewonnen was voor de hele reclamecampagne en of er concrete stappen zouden worden ondernomen. De kardinaal benadrukte dat dit een beslissing is van de Belgische bisschoppen en dat er allicht een prijskaartje (1,5 à 2 miljoen euro naar verluidt) aan hangt dat te hoog gegrepen is voor de Belgische kerkgemeenschap. De kardinaal is zeker gewonnen voor enkele creatieve projecten met betrekking tot de gepresenteerde geloofscommunicatie. Overleg met zijn collega-bisschoppen zal moeten uitwijzen wat haalbaar is. |